Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 11 januari 2009
gepubliceerd op 10 februari 2009

Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 25 juni 2008, gesloten in het Paritair Comité voor het vervoer en de logistiek, tot oprichting van het "Solidariteitsfonds Car & Bus"

bron
federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg
numac
2008204637
pub.
10/02/2009
prom.
11/01/2009
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

11 JANUARI 2009. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 25 juni 2008, gesloten in het Paritair Comité voor het vervoer en de logistiek, tot oprichting van het "Solidariteitsfonds Car & Bus" (1)


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 7 januari 1958 betreffende de fondsen voor bestaanszekerheid, inzonderheid op artikel 2;

Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;

Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor het vervoer en de logistiek;

Op de voordracht van de Minister van Werk, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 25 juni 2008, gesloten in het Paritair Comité voor het vervoer en de logistiek, tot oprichting van het "Solidariteitsfonds Car & Bus".

Art. 2.De Minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 11 januari 2009.

ALBERT Van Koningswege : De Vice-Eerste Minister en Minister van Werk en Gelijke Kansen, Mevr. J. MILQUET Nota (1) Verwijzingen naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 7 januari 1958, Belgisch Staatsblad van 7 februari 1958. Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969.

Bijlage Paritair Comité voor het vervoer en de logistiek Collectieve arbeidsovereenkomst van 25 juni 2008 Oprichting van het "Solidariteitsfonds Car & Bus" (Overeenkomst geregistreerd op 25 juli 2008 onder het nummer 88917/CO/140)

Artikel 1.Toepassingsgebied § 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en de arbeiders en arbeidsters van de ondernemingen van geregeld, bijzondere vormen van geregeld en ongeregeld vervoer die ressorteren onder het Paritair comité voor het vervoer en de logistiek. § 2. Met "geregeld vervoer" wordt bedoeld : het personenvervoer verricht voor rekening van de VVM en de SRWT-TEC, ongeacht de capaciteit van het voertuig en ongeacht het soort aandrijving van de gebruikte vervoermiddelen. Dit vervoer wordt verricht volgens de volgende criteria : een welbepaald traject en een welbepaald, geregeld uurrooster. De passagiers worden opgehaald en afgezet aan vooraf vastgelegde halten. Dit vervoer is toegankelijk voor iedereen, zelfs indien, in voorkomend geval, het verplicht is de reis vooraf te reserveren.

Met "bijzondere vormen van geregeld vervoer" wordt bedoeld : het vervoer, ongeacht door wie het wordt georganiseerd, van bepaalde categorieën reizigers met uitsluiting van andere reizigers, voor zover dat vervoer geschiedt op de wijze van het geregeld vervoer en wordt uitgevoerd met voertuigen van meer dan 9 plaatsen (de chauffeur inbegrepen).

Met "ongeregeld vervoer" wordt bedoeld : het vervoer dat niet aan de definitie van geregeld, met inbegrip van de bijzondere vormen van geregeld vervoer, beantwoordt en dat met name wordt gekenmerkt door het transport van vooraf samengestelde groepen, op initiatief van een opdrachtgever of van de vervoerder zelf. Onder "ongeregeld vervoer" wordt eveneens verstaan : de internationaal geregelde diensten over een lange afstand.

Art. 2.Doelstelling Deze collectieve arbeidsovereenkomst heeft als doel de oprichting en de statuten van het "Solidariteitsfonds Car & Bus" regelen die in hoedanigheid van solidariteitsinstelling van het sociaal sectoraal pensioenstelsel voor de arbeiders tewerkgesteld in de ondernemingen van geregeld, bijzondere vormen van geregeld en ongeregeld vervoer belast wordt met de uitvoering van de solidariteitstoezegging.

Art. 3.Inwerkingtreding, duur en opzeggingsprocedure van deze collectieve arbeidsovereenkomst Deze collectieve arbeidsovereenkomst treedt in werking op 1 januari 2008 en wordt gesloten voor onbepaalde duur.

Deze collectieve arbeidsovereenkomst kan opgezegd worden mits naleving van de volgende cumulatieve voorwaarden : a. mits naleving van artikel 10 van de wet op de aanvullende pensioenen van 28 april 2003, hierna WAP genoemd, hetgeen betekent dat de beslissing tot opheffing van het sociaal sectoraal pensioenplan enkel geldig is wanneer zij 80 pct.van de stemmen van de in het paritair orgaan benoemde, gewone of plaatsvervangende leden die de werkgevers vertegenwoordigen en 80 pct. van de stemmen van de in het paritair orgaan benoemde, gewone of plaatsvervangende leden die de werknemers vertegenwoordigen, heeft behaald, en; b. mits een opzeggingstermijn van zes maanden, betekend bij een ter post aangetekende brief gericht aan de voorzitter van het Paritair Comité voor het vervoer en de logistiek. De volgende bijlage maakt integraal deel uit van deze collectieve arbeidsovereenkomst : Bijlage : Statuten van het "Solidariteitsfonds Car & Bus" Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 11 januari 2009.

De Vice-Eerste Minister en Minister van Werk en Gelijke Kansen, Mevr. J. MILQUET

Bijlage bij de collectieve arbeidsovereenkomst van 25 juni 2008, gesloten in het Paritair Comité voor het vervoer en de logistiek, tot oprichting van het "Solidariteitsfonds Car & Bus Statuten van het Solidariteitsfonds Car & Bus HOOFDSTUK I. - Oprichting, benaming en maatschappelijke zetel

Artikel 1.Met ingang van 1 januari 2008 wordt een fonds voor bestaanszekerheid opgericht, onder de benaming "Solidariteitsfonds Car & Bus", hierna solidariteitsfonds. Het solidariteitsfonds is opgericht in uitvoering van de wet van 7 januari 1958 betreffende de fondsen voor bestaanszekerheid.

Art. 2.De maatschappelijke zetel van het solidariteitsfonds is gevestigd te 1130 Brussel, Metrologielaan 8. De zetel van het solidariteitsfonds kan, bij beslissing van het Paritair Comité voor het vervoer en de logistiek, naar elke andere plaats in België worden overgebracht. HOOFDSTUK II. - Doel

Art. 3.Het solidariteitsfonds wordt belast met de uitvoering van de solidariteitstoezegging van het sociaal sectoraal pensioenstelsel zoals bepaald in de collectieve arbeidsovereenkomst van 25 juni 2008 tot invoering van een sociaal sectoraal pensioenstelsel voor de arbeiders tewerkgesteld in de ondernemingen van geregeld, bijzondere vormen van geregeld en ongeregeld vervoer.

Het solidariteitsfonds kan ervoor opteren om één of meerdere deelaspecten van het beheer aan derden uit te besteden. HOOFDSTUK III. - Toepassingsgebied

Art. 4.Deze statuten zijn van toepassing : 1° op de werkgevers die behoren tot de sectoren van geregeld vervoer, van bijzondere vormen van geregeld vervoer en van ongeregeld vervoer die ressorteren onder het Paritair Comité voor het vervoer en de logistiek;2° op de werklieden en werksters die door de onder 1° bedoelde werkgevers worden tewerkgesteld. HOOFDSTUK IV. - Voordelen

Art. 5.De solidariteitstoezegging is de toezegging van solidariteitsprestaties aan de werklieden en werksters als bedoeld onder artikel 4, 2°, overeenkomstig de collectieve arbeidsovereenkomst van 25 juni 2008 tot invoering van een sociaal sectoraal pensioenstelsel voor de arbeiders tewerkgesteld in de ondernemingen van geregeld, bijzondere vormen van geregeld en ongeregeld vervoer.

Bovenvermelde collectieve arbeidsovereenkomst vermeldt de aard, de toekennings- en uitbetalingswijze van de solidariteitsprestaties. Deze collectieve arbeidsovereenkomst bepaalt ook het bedrag van de bijdragen en de wijze van inning. HOOFDSTUK V. - Financiering

Art. 6.De solidariteitsprestaties worden gefinancierd door de fondsen van het "Sociaal Fonds voor de werklieden van de ondernemingen der openbare en speciale autobusdiensten en autocardiensten" (hierna het "Sociaal Fonds Bus & Car"). HOOFDSTUK VI. - Beheer

Art. 7.Het solidariteitsfonds wordt beheerd door een raad van beheer die paritair is samengesteld uit 2 vertegenwoordigers van de meest representatieve werkgeversorganisaties en 2 vertegenwoordigers van de meest representatieve werknemersorganisaties van de sector van het geregeld vervoer, de bijzondere vormen van geregeld vervoer en het ongeregeld vervoer. De beheerders worden voor onbepaalde duur benoemd en ontzet uit hun functie door het Paritair Comité voor het vervoer en de logistiek, op voorstel van de organisaties vertegenwoordigd in het solidariteitsfonds.

Art. 8.De raad van beheer duidt buiten zijn midden een voorzitter aan die beschikt over een raadgevende stem.

De raad van beheer duidt in zijn midden een ondervoorzitter aan.

De raad van beheer duidt buiten zijn midden een directeur aan, die niet over stemrecht beschikt.

Art. 9.Het mandaat van voorzitter van het solidariteitsfonds heeft een duurtijd van 4 jaar, 2 maal hernieuwbaar.

Dit mandaat neemt een einde : - bij het verstrijken van de duurtijd vermeld in alinea 1; - bij het bereiken van de leeftijdslimiet van 70 jaar.

Art. 10.De werking en de bevoegdheden van de directeur worden bepaald in een reglement van inwendige orde, goedgekeurd door de raad van beheer.

De directeur brengt verslag uit van zijn activiteiten bij de raad van beheer.

Art. 11.De raad van beheer vergadert op bijeenroeping van de voorzitter.

Art. 12.De voorzitter is gehouden de raad minstens één keer per jaar bijeen te roepen en telkens wanneer minstens de helft van de beheerders erom verzoekt. De oproepingen vermelden de agenda.

Art. 13.De beslissingen worden met een meerderheid van twee derde van de aanwezige stemgerechtigde leden genomen.

Art. 14.De raad van beheer heeft tot opdracht het solidariteitsfonds te beheren en alle maatregelen te treffen die nodig blijken voor zijn goede werking. Hij bezit de meest uitgebreide machten voor het beheer en het bestuur van het solidariteitsfonds.

Art. 15.De raad van beheer treedt in rechte op in naam van het solidariteitsfonds, op vervolging en benaarstiging van de voorzitter of van de beheerders daartoe afgevaardigd.

Art. 16.Voor de verwezenlijking van zijn doelstellingen kan het Solidariteitsfonds al de nodige schikkingen treffen en onder meer een beroep doen op de medewerking van de organisaties die zetelen in zijn raad van beheer.

Art. 17.De verantwoordelijkheid van de beheerders beperkt zich tot de uitvoering van hun mandaat en zij gaan geen enkele persoonlijke verplichting aan uit hoofde van hun beheer ten opzichte van de verbintenissen aangegaan door het solidariteitsfonds. HOOFDSTUK VII. - Begrotingen en rekeningen

Art. 18.Het boekjaar neemt een aanvang op 1 januari van elk jaar en sluit op 31 december van hetzelfde jaar.

Art. 19.Elk jaar wordt een begroting voor het volgende jaar ter goedkeuring voorgelegd aan het Paritair Comité voor het vervoer en de logistiek.

Art. 20.Op 31 december worden de rekeningen van het verlopen jaar afgesloten. De afsluiting en de balans moeten op rekenplichtig gebied voldoende omschreven zijn.

Art. 21.De raad van beheer, alsmede de bij toepassing van artikel 12 van de wet van 7 januari 1958 betreffende de fondsen voor bestaanszekerheid door het Paritair Comité voor het vervoer en de logistiek aangewezen revisor, brengen jaarlijks ieder een schriftelijk verslag uit over het vervullen van hun opdracht tijdens het verlopen jaar.

Art. 22.De balans, samen met bovengenoemde schriftelijke verslagen, moeten uiterlijk tijdens de maand juli ter goedkeuring aan het Paritair Comité voor het vervoer en de logistiek worden voorgelegd. Na goedkeuring wordt een kopie hiervan overgemaakt aan de Minister die de Arbeid onder zijn bevoegdheid heeft. HOOFDSTUK VIII. - Ontbinding

Art. 23.In geval van ontbinding van het solidariteitsfonds zal het Paritair Comité voor het vervoer en de logistiek de vereffenaars aanduiden, hun bevoegdheden en de bezoldigingen vastleggen en de bestemming van het vermogen aanduiden.

Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 11 januari 2009.

De Vice-Eerste Minister en Minister van Werk en Gelijke Kansen, Mevr. J. MILQUET

^