gepubliceerd op 22 december 2006
Koninklijk besluit betreffende de verplichting voor luchtvervoerders om passagiersgegevens door te geven
11 DECEMBER 2006. - Koninklijk besluit betreffende de verplichting voor luchtvervoerders om passagiersgegevens door te geven
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet van 27 juni 1937 houdende herziening van de wet van 16 november 1919, betreffende de regeling der Luchtvaart, inzonderheid op artikel 5, gewijzigd bij de wet van 2 januari 2001;
Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën van 28 augustus 2006;
Gelet op de omstandigheid dat de gewestregeringen bij het ontwerpen van dit besluit betrokken zijn;
Gelet op het advies van de Raad van State nr. 41.473/4, gegeven op 6 november 2006;
Op de voordracht van Onze Minister van Binnenlandse Zaken en Onze Minister van Mobiliteit, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.Het voorwerp van dit besluit is de tenuitvoerlegging van de Richtlijn 2004/82/EG van de Raad van 29 april 2004 betreffende de verplichting voor vervoerders om passagiersgegevens door te geven.
Dit besluit heeft tot doel de grenscontroles te verbeteren en de illegale immigratie te bestrijden door erin te voorzien dat vervoerders, desgevraagd, op voorhand, bepaalde informatie betreffende hun passagiers aan de met de controle van personen aan de buitengrenzen belaste overheden verstrekken.
Art. 2.Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder : Vervoerder : elke natuurlijke of rechtspersoon die het beroepsmatige vervoer van personen door de lucht verricht.
Grenscontrole : een controle aan de grenzen welke, onafhankelijk van enige andere aanleiding, uitsluitend op grond van de beoogde grensoverschrijding wordt uitgeoefend.
Grensdoorlaatpost : elke door de bevoegde Belgische autoriteiten aangewezen doorlaatpost voor overschrijding van de buitengrenzen van de Europese Unie door onderdanen van derde landen ten opzichte van de Europese Unie.
Persoonsgegevens : de betekenis die hieraan gegeven wordt in artikel 1 van de wet van 8 december 1992 tot bescherming van de persoonlijke levenssfeer ten opzichte van de verwerking van persoonsgegevens.
Bestand van persoonsgegevens : de betekenis die hieraan gegeven wordt in artikel 1 van de wet van 8 december 1992 tot bescherming van de persoonlijke levenssfeer ten opzichte van de verwerking van persoonsgegevens.
Art. 3.§ 1. De vervoerders verstrekken, op vraag van de Minister, bevoegd voor de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen of diens gemachtigde, voor het eind van de instapcontroles, informatie over de passagiers die zij zullen vervoeren naar een aangewezen grensdoorlaatpost via welke deze personen het Belgisch grondgebied binnenkomen. § 2. De in § 1 bedoelde informatie bevat : 1° het nummer en de aard van het gebruikte reisdocument;2° de nationaliteit;3° de volledige naam;4° de geboortedatum;5° de grensdoorlaatpost van binnenkomst op het Belgisch grondgebied;6° het vluchtnummer;7° het tijdstip van vertrek en van aankomst van de vlucht;8° het totale aantal vervoerde passagiers;9° het eerste instappunt.
Art. 4.De in artikel 3, § 1, bedoelde persoonsgegevens worden verstrekt aan de met de controle van personen aan de buitengrenzen belaste overheden, die deze gebruiken om de uitvoering van deze grenscontroles te vergemakkelijken, met als doel de illegale immigratie doeltreffender te bestrijden.
De vervoerders verzamelen en verstrekken deze gegevens langs elektronische weg of, indien dit niet lukt, op enige andere geschikte wijze. De met de controle van personen aan de buitengrenzen belaste overheden bewaren de gegevens in een tijdelijk bestand.
Nadat de passagiers het grondgebied zijn binnengekomen, vernietigen de met de controle van personen aan de buitengrenzen belaste overheden de gegevens binnen de 24 uur na de toezending ervan, tenzij deze gegevens later nodig zijn voor de uitoefening van hun wettelijke of reglementaire taken inzake de bestrijding van illegale immigratie.
De vervoerders vernietigen, binnen 24 uur na aankomst van de vlucht, de door hen verzamelde en aan de met de controle van personen aan de buitengrenzen belaste overheden verstrekte persoonsgegevens.
De vervoerders verstrekken de passagiers de informatie volgens de bepalingen van artikel 9 van de wet van 8 december 1992.
Art. 5.De Minister, bevoegd voor de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen of diens gemachtigde, deelt de Minister bevoegd voor de luchtvaart, de naam mee van de vervoerder die de bepalingen van dit besluit niet heeft nageleefd.
De Minister, bevoegd voor de Luchtvaart kan de exploitatievergunning of de machtiging tot exploitatie van de vervoerder die de bepalingen van dit besluit op ernstige wijze niet heeft nageleefd schorsen, beperken of intrekken, voor de periode die hij bepaalt.
Art. 6.Dit besluit treedt in werking op de dag van zijn bekendmaking in het Belgisch Staatsblad.
Art. 7.Onze Minister, bevoegd voor de Toegang tot het Grondgebied, het Verblijf, de Vestiging en de Verwijdering van vreemdelingen en Onze Minister, bevoegd voor de Luchtvaart zijn, ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 11 december 2006.
ALBERT Van Koningswege : De Minister van Binnenlandse Zaken, P. DEWAEL De Minister van Mobiliteit, R. LANDUYT