10 JUNI 2001. - Koninklijk besluit tot wijziging van artikel 49 van de wetten betreffende de schadeloosstelling voor beroepsziekten, gecoördineerd op 3 juni 1970

VERSLAG AAN DE KONING Sire, Het koninklijk besluit dat U ter ondertekening wordt voorgelegd, beoogt een wijziging van artikel 49 van de wetten betreffende de schadeloosstelling voor beroepsziekten, gecoördineerd op 3 juni 1970.

Het huidig artikel verwijst voor de vaststelling van de lonen die tot basis dienen voor de berekening van de vergoedingen naar de terzake geldende bepalingen van de arbeidsongevallenwet.

In het koninklijk besluit van 21 december 1971 houdende uitvoering van sommige bepalingen van de arbeidsongevallenwet van 10 april 1971, worden een aantal bijzondere regels bepaald voor de berekening van het basisloon voor de toepassing van de arbeidsongevallenwetgeving.

Aangezien de beroepsziektenverzekering in de huidige praktijk dezelfde regels hanteert voor de vaststelling van de lonen die tot basis dienen voor de berekening van de vergoedingen, is het wenselijk artikel 49, eerste lid van de wetten betreffende de schadeloosstelling voor beroepsziekten, te vervolledigen in de zin dat eveneens verwezen wordt naar de bepalingen van hoofdstuk II, afdeling Ibis van het koninklijk besluit van 21 december 1971.

In dit ontwerp van koninklijk besluit werd rekening gehouden met de opmerkingen van de Raad van State.

Wij hebben de eer te zijn, Sire, van Uwe Majesteit, de zeer eerbiedige, en zeer getrouwe dienaar, De Minister van Sociale Zaken en Pensioenen, F. VANDENBROUCKE

10 JUNI 2001. - Koninklijk besluit tot wijziging van artikel 49 van de wetten betreffende de schadeloosstelling voor beroepsziekten, gecoördineerd op 3 juni 1970 ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet 26 juli 1996 houdende de modernisering van de sociale zekerheid en tot vrijwaring van de leefbaarheid van de wettelijke pensioenstelstels, inzonderheid op het artikel 39;

Gelet op de wetten betreffende de schadeloosstelling voor beroepsziekten, gecoördineerd op 3 juni 1970, inzonderheid op artikel 49, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 30 maart 1978 en 22 april 1985;

Gelet op het advies van de Nationale Arbeidsraad gegeven op 27 april 1999;

Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 24 maart 1999;

Gelet op het besluit van de Ministerraad van 26 maart 1999 over het verzoek om advies door de Raad van State binnen een termijn van een maand;

Gelet op het advies van de Raad van State, gegeven op 8 juli 1999, met toepassing van artikel 84, eerste lid, 1°, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State;

Op de voordracht van Onze Minister van Sociale Zaken en Pensioenen en op het advies van Onze in Raad vergaderde Ministers, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Artikel 49, eerste lid van de wetten betreffende de schadeloosstelling voor beroepsziekten, gecoördineerd op 3 juni 1970, vervangen bij het koninklijk besluit van 30 maart 1978, wordt vervangen als volgt : « De lonen die tot basis dienen voor de berekening van de vergoedingen worden vastgesteld overeenkomstig de bepalingen van Hoofdstuk II, afdeling 4 van de arbeidsongevallenwet van 10 april 1971 en de bepalingen van hoofdstuk II, afdeling Ibis van het koninklijk besluit van 21 december 1971 houdende uitvoering van sommige bepalingen van de arbeidsongevallenwet van 10 april 1971. »

Art. 2.Dit besluit treedt in werking op een door de Koning te bepalen datum.

Art. 3.Onze Minister van Sociale Zaken en Pensioenen is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 10 juni 2001.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Sociale Zaken en Pensioenen, F. VANDENBROUCKE