Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 10 juli 2003
gepubliceerd op 13 oktober 2003

Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 26 maart 2002, gesloten in het Paritair Comité voor het vermakelijkheidsbedrijf, betreffende de tewerkstellings- en vormingsinitiatieven

bron
federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg
numac
2003012645
pub.
13/10/2003
prom.
10/07/2003
ELI
eli/besluit/2003/07/10/2003012645/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

10 JULI 2003. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 26 maart 2002, gesloten in het Paritair Comité voor het vermakelijkheidsbedrijf, betreffende de tewerkstellings- en vormingsinitiatieven (1)


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;

Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor het vermakelijkheidsbedrijf;

Op de voordracht van Onze Minister van Werkgelegenheid, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 26 maart 2002, gesloten in het Paritair Comité voor het vermakelijkheidsbedrijf, betreffende de tewerkstellings- en vormingsinitiatieven.

Art. 2.Onze Minister van Werkgelegenheid is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 10 juli 2003.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Werkgelegenheid, Mevr. L. ONKELINX _______ Nota (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Bijlage Paritair Comité voor het vermakelijkheidsbedrijf Collectieve arbeidsovereenkomst van 26 maart 2002 Tewerkstellings- en vormingsinitiatieven (Overeenkomst geregistreerd op 17 september 2002 onder het nummer 63924/CO/304) HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers ressorterend onder het Paritair Comité voor het vermakelijkheidsbedrijf en aangesloten bij de "Vlaamse Directies voor Podiumkunsten v.z.w.", en op hun werknemers.

HOOFDSTUK II. - Draagwijdte van de overeenkomst Deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt gesloten in uitvoering van het interprofessioneel akkoord 2001-2002, sectie 2, van de wet van 26 maart 1999 betreffende het Belgisch actieplan voor de werkgelegenheid (Belgisch Staatsblad van 1 april 1999), sectie IV, hoofdstuk II en in uitvoering van het koninklijk besluit van 4 juni 1999 houdende de vormvoorwaarden waaraan de collectieve overeenkomst en het akkoord betreffende vorming en tewerkstelling dienen te voldoen, alsook de procedure tot raadpleging van de werknemers die in acht dient genomen te worden bij de sluiting van een akkoord betreffende vorming en tewerkstelling (Belgisch Staatsblad van 17 juni 1999).

Voor de toepassing van deze collectieve arbeidsovereenkomst worden als "risicogroepen" beschouwd : laaggeschoolde of langdurig werklozen, gehandicapten, deeltijds leerplichtigen, herintreders, bestaansminimumtrekkers, laaggeschoolde werknemers, en alle werknemers, ongeacht hun scholingsniveau, wier functie bedreigd wordt zonder bijkomende vorming in de sector.

Onder "opleiding" wordt verstaan : alle vormen van formeel of informeel leren die het instappen in, uitvoeren van, doorstromen of herscholen naar een functie binnen de sector van de podiumkunsten mogelijk maken of vergemakkelijken.

HOOFDSTUK III. - Tewerkstellingsmaatregelen Binnen de beperkingen gesteld door de arbeidsorganisatie eigen aan de sector, wordt de verhoging van subsidies grotendeels aangewend voor de creatie van compenserende en/of aanvullende aanwervingen.

Het "Sociaal Fonds voor de Podiumkunsten van de Vlaamse Gemeenschap" (fonds voor bestaanszekerheid), opgericht in het raam van de collectieve arbeidsovereenkomst betreffende de aanwending van de bijdragen voor risicogroepen voorziet in een aantal premies ter bevordering van de tewerkstelling in de sector. Een premie wordt toegekend aan werkgevers die voldoen één van volgende voorwaarden : - aanwerving van een past afgestudeerd podiumkunstenaar, na het doorlopen van een wachtperiode; - aanwerving van een podiumkunstenaar die om evidente redenen zijn functie niet langer kan uitoefenen, in een andere functie met een arbeidsovereenkomst van onbepaalde duur; - aanwerving van een podiumtechnicus die minstens gedurende twee jaar voorafgaand aan de tewerkstelling een wachttijd doorlopen heeft en/of volledig uitkeringsgerechtigd werkloos is.

HOOFDSTUK IV. - Opleiding en vorming Het "Sociaal Fonds voor de Podiumkunsten" voorziet een tussenkomst in de opleiding van personeelsleden, behorend tot een risicogroep.

Voor volgende opleidingen wordt de tussenkomst automatisch toegekend : opleiding tot podiumtechnicus, georganiseerd door BASTT, de Pianofabriek en opleiding zang, georganiseerd door de v.z.w. Talent, rijbewijs C en elektriciteit.

Gemotiveerde aanvragen tot tussenkomst voor andere opleidingen worden beoordeeld door de raad van beheer van het "Sociaal Fonds voor Podiumkunsten".

In het raam van haar ESF-project wordt door de "Vlaamse Directies Podiumkunsten" een sectoraal opleidingsplan uitgetekend. Dit plan behelst onder andere een grondige behoefteanalyse, inventaris en kwalificatie van het opleidingsaanbod binnen en buiten de sector, het uitwerken van een opleidingsbeleid op sectorniveau en inhoudelijke, praktische en financiële ondersteuning met betrekking tot de VTO-beleid aan individuele organisaties. De looptijd van het project is twee jaar (2002-2003). De "Vlaamse Directie voor Podiumkunsten" engageert er zich toe op regelmatige basis te rapporteren aan de raad van beheer van het "Sociaal Fonds voor Podiumkunsten".

HOOFDSTUK V. - Tewerkstelling en opleiding Transitie van dansers In opvolging van de studie rond de transitieproblematiek van professionele dansers, dit wil zeggen hun zeer korte beroepsloopbaan en de problemen waarmee ze geconfronteerd worden bij uitbouw van een nieuwe carrière werd bij het V.I.V.O. ("Vlaams Instituut voor Vorming en Opleiding in de Social Profit sector") een aanvraag ingediend tot ondersteuning bij oprichting en inwerkinginstelling van een transitiefonds voor dansers waardoor concrete maatregelen voor omscholings- en vormingsinitiatieven mogelijk zullen worden. Ook het "Sociaal Fonds voor Podiumkunsten" engageert zich ertoe zich ten volle in te spannen om de geformuleerde voorstellen te concretiseren.

Opleiding tot en erkenning van het beroep van podiumtechnicus Mede op vraag van de sector tekent de S.E.R.V. in 2002 een beroepsprofiel uit op basis waarvan specifieke opleidingsmogelijkheden geconcretiseerd en verbeterd zullen worden. Het "Sociaal Fonds voor Podiumkunsten" engageert zich ertoe zowel basisopleiding als bijscholing van podiumtechnici te ondersteunen.

Sabattinniproject Het "Sociaal Fonds voor Podiumkunsten", Vlaamse dienst voor Arbeidsbemiddeling en Beroepsopleiding Antwerpen en "Werkgelegenheidsfonds Stad Antwerpen" starten in januari 2002 met een basisopleiding assistent podiumtechnicus voor laaggeschoolden. In geval van positieve evaluatie kan het project uitgebreid worden over de Vlaamse regio.

HOOFDSTUK VI. - Slotbepalingen Deze collectieve arbeidsovereenkomst treedt in werking op 1 januari 200 2. Ze wordt gesloten voor de periode van 1 januari 2002 tot 1 januari 2004. Ze kan door elk van de ondertekende partijen worden opgezegd middels een per post aangetekende brief gericht aan de voorzitter van het Paritair Comité voor het vermakelijkheidsbedrijf en mits het in acht nemen van een opzegtermijn van 15 dagen voor 30 november 2003.

Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 10 juli 2003.

De Minister van Werkgelegenheid, Mevr. L. ONKELINX.

^