gepubliceerd op 23 september 1998
Koninklijk besluit tot goedkeuring van het huishoudelijk reglement van de Federale Raad voor Duurzame Ontwikkeling
10 AUGUSTUS 1998. - Koninklijk besluit tot goedkeuring van het huishoudelijk reglement van de Federale Raad voor Duurzame Ontwikkeling
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet van 5 mei 1997 betreffende de coördinatie van het federaal beleid inzake duurzame ontwikkeling, inzonderheid artikel 13;
Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën, gegeven op 2 juni 1998;
Op de voordracht van Onze Eerste Minister, van Onze Minister van Economie, van Onze Minister van Wetenschapsbeleid, van Onze Minister van Volksgezondheid, van Onze Minister van Sociale Zaken, van Onze Staatssecretaris voor Ontwikkelingssamenwerking en van Onze Staatssecretaris voor Leefmilieu, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.Het huishoudelijk reglement van de Federale Raad voor Duurzame Ontwikkeling, zoals vastgesteld door deze Raad in zijn zitting van 8 oktober 1997 en gevoegd als bijlage bij dit besluit, is goedgekeurd.
Art. 2.Onze Eerste Minister, Onze Minister van Economie, Onze Minister van Wetenschapsbeleid, Onze Minister van Volksgezondheid, Onze Minister van Sociale Zaken, Onze Staatssecretaris voor Ontwikkelingssamenwerking en Onze Staatssecretaris voor Leefmilieu zijn, ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Châteauneuf-de-Grasse, 10 augustus 1998.
ALBERT Van Koningswege : De Eerste Minister, J.-L. DEHAENE De Minister van Economie, E. DI RUPO De Minister van Wetenschapsbeleid, Y. YLIEFF De Minister van Volksgezondheid, M. COLLA De Minister van Sociale Zaken, Mevr. M. DE GALAN De Staatssecretaris voor Ontwikkelingssamenwerking, R. MOREELS De Staatssecretaris voor Leefmilieu, J. PEETERS
Bijlage Huishoudelijk reglement van de Federale Raad voor Duurzame Ontwikkeling 1. Definities Artikel 1.Voor de toepassing van het voorliggend huishoudelijk reglement wordt verstaan : « De Wet » : wet van 5 mei 1997 betreffende de coördinatie van het federale beleid inzake duurzame ontwikkeling, gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad van 18 juni 1997 bl. 16270-16274; « de Raad » : de Federale Raad voor Duurzame Ontwikkeling, opgericht bij de Wet; « de Leden » : personen zoals bedoeld in artikel 12 van de Wet; « de Erevoorzitter », de « Voorzitter » en de « Ondervoorzitters » : de personen zoals bedoeld in artikel 12, § 1 a), b), en c) van de Wet; « het Bureau » : het uitvoerend bureau, zoals bedoeld in artikel 12, § 4 van de Wet, uitgebreid zoals voorzien in artikel 5 van dit Reglement; « het Permanent Secretariaat » : het secretariaat, zoals bedoeld in artikel 14 van de Wet. 2. De Raad 2.1. Samenstelling
Art. 2.§ 1. De samenstelling van de Raad is vastgelegd in artikel 12, § 1 van de Wet. § 2. De Raad nodigt op zijn Algemene Vergadering een waarnemer van de volgende raden, bevoegd inzake milieu- en socio-economische aangelegenheden, uit : - Milieu- en Natuurraad voor Vlaanderen; - Conseil wallon de l'Environnement pour le Développement durable; - Conseil de l'Environnement pour la Région de Bruxelles-Capitale/Raad voor het Leefmilieu van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest; - Economische en Sociale Raad voor het Brussels Hoofdstedelijk Gewest; - Centrale Raad voor het Bedrijfsleven; - Sociaal-economische Raad voor Vlaanderen; - Conseil économique et social de la Région wallonne; - Nationaal Comité voor de Energie. § 3. Wanneer een Lid ontslagnemend is, kan de Raad, in afwachting van de benoeming van zijn opvolger, een tijdelijke vervanger als waarnemer uitnodigen op voorstel van de groep waartoe het uittredend Lid behoort. 2.2. Werking
Art. 3.De Erevoorzitter en zijn afgevaardigde kunnen deelnemen aan alle vergaderingen die in het kader van de Raad georganiseerd worden.
Art. 4.De Voorzitter opent en sluit de Algemene Vergaderingen en leidt de debatten.
In zijn afwezigheid vervult de oudste van de Ondervoorzitters de functie van Voorzitter.
In afwezigheid van de Voorzitter en de Ondervoorzitters zit de oudste van de aanwezige Leden van de Raad de vergadering voor. 3. Het Bureau 3.1. Samenstelling
Art. 5.§ 1. Het Bureau is samengesteld uit de Erevoorzitter, de Voorzitter en de Ondervoorzitters van de Raad. Het Permanent Secretariaat neemt deel aan de vergaderingen en stelt de verslagen op. § 2. De Voorzitter van de Raad is tevens Voorzitter van het Bureau. In zijn afwezigheid vervult de oudste van de Ondervoorzitters de functie van Voorzitter. § 3. Het Bureau wordt, bij beslissing van de Raad, uitgebreid met Leden die binnen het Bureau een raadgevende stem hebben. Te dien einde stelt iedere groep binnen de Raad, zoals benoemd in artikel 12, § 1 d), e), g) en h) van de Wet, uit zijn midden een vertegenwoordiger, Lid van de Raad, aan het Bureau voor. De termijn van het mandaat van het Lid met raadgevende stem loopt teneinde met het mandaat van gewoon Lid. § 4. Het Bureau kan de Voorzitters van de Werkgroepen uitnodigen om toelichting te geven bij de werking van de Werkgroepen. § 5. Het Bureau kan externe experten uitnodigen om toelichting te geven bij een specifiek onderwerp. 3.2. Werking
Art. 6.Het Bureau wordt door de Voorzitter samengeroepen, telkens hij dat noodzakelijk acht.
Art. 7.De verslagen van de vergaderingen van het Bureau worden, na goedkeuring, aan de Leden van de Raad meegedeeld, indien mogelijk vóór de Algemene Vergadering waar dezelfde onderwerpen worden behandeld. De verslagen bevatten een samenvatting van de besprekingen en de besluiten van het Bureau. Zij vermelden tevens de opmerkingen waarvan de rapportering gevraagd werd.
Art. 8.Het Bureau : - bereidt de Algemene Vergaderingen van de Raad voor en verzekert de opvolging ervan; - stelt de agenda van de Raad op; - verzekert de binding tussen de Werkgroepen en de Raad; daartoe maakt het Bureau aan de Werkgroepen de dossiers over die voor advies aan de Raad werden voorgelegd en ontvangt het Bureau de ontwerpadviezen van de Werkgroepen en maakt ze over aan de Raad; - voert de opdrachten uit die de Raad hem toevertrouwt; - legt het jaarverslag en het financieel verslag van het Permanent Secretariaat ter goedkeuring voor aan de Raad; - doet voorstellen voor het organiseren van evenementen in het kader van de forumfunctie; - leidt het Permanent Secretariaat. 4. Algemene Vergaderingen 4.1. Bijeenroepingen
Art. 9.§ 1. De Raad komt minstens drie maal per jaar in Algemene Vergadering bijeen, na bijeenroeping door de Voorzitter of telkens wanneer de Voorzitter of het Bureau het nodig acht. § 2. Op aanvraag van minimum zes leden van de Raad wordt een Algemene Vergadering binnen de maand samengeroepen.
Art. 10.§ 1. De uitnodiging voor de Algemene Vergadering wordt minstens veertien dagen vóór de datum van de Algemene Vergadering aan de leden overgemaakt. § 2. De uitnodiging vermeldt de agenda en bevat de beschikbare relevante werkdocumenten. 4.2. Agenda
Art. 11.§ 1. De agenda wordt vastgelegd door het Bureau. § 2. De agenda bevat altijd een bespreking van de stand van zaken van alle adviesvragen die ontvangen werden van de overheden vermeld in artikel 11, § 2 van de Wet. § 3. Elke schriftelijke vraag tot onderzoek, die uitgaat van minstens zes leden van de Raad of van een Werkgroep, wordt aan de agenda van de volgende Algemene Vergadering toegevoegd. § 4. De Raad kan ter zitting beslissen een punt aan de agenda toe te voegen. 4.3. Werking
Art. 12.De Voorzitter van de Raad kan personen, waarvan hij de medewerking nuttig acht voor de verdere behandeling van een agendapunt, uitnodigen op de Algemene Vergadering.
Art. 13.§ 1. Op voorstel van het Bureau, kan de Raad maximum vier wetenschappelijke raadgevers permanent uitnodigen om aan de Algemene Vergadering deel te nemen zonder stemrecht. § 2. De wetenschappelijke raadgevers worden benoemd voor één jaar. Hun mandaat is hernieuwbaar. § 3. Voor alle uitgenodigden op de Algemene Vergadering gelden dezelfde regels als deze voor de Leden.
Art. 14.Iedere deelnemer aan de Algemene Vergadering tekent op de vergadering de aanwezigheidslijst die aan het verslag wordt toegevoegd.
Art. 15.§ 1. De Permanente Secretarissen nemen deel aan de Algemene Vergadering. Zij stellen het verslag op dat op de volgende vergadering van de Raad wordt goedgekeurd. De aanwezige Voorzitter en Ondervoorzitters ondertekenen het origineel verslag. § 2. De verslagen bevatten een samenvatting van de besprekingen en de besluiten van ieder agendapunt. Daarenboven bevatten zij de elementen waarvan een Lid vraagt om ze te notuleren. § 3. De verslagen zijn openbaar. Het Bureau kan beslissen een punt van het verslag dat de interne werking van de Raad behandelt niet openbaar te maken. 4.4. Goedkeuring van de adviezen - Aanwezigheidsquorum
Art. 16.§ 1. De Raad kan slechts een advies uitbrengen indien de gewone meerderheid van zijn stemgerechtigde leden aanwezig is. Als deze voorwaarde niet is vervuld, zal de Algemene Vergadering opnieuw bijeengeroepen worden binnen de maand met tenminste dezelfde agenda.
Bij hoogdringendheid kan afgeweken worden van de bepalingen van artikel 10, § 1 van dit Reglement. Deze Algemene Vergadering beslist rechtsgeldig ongeacht het aantal aanwezige leden. § 2. Leden kunnen zich bij schriftelijke volmacht laten vertegenwoordigen door een lid van dezelfde groep binnen de Raad. Een lid kan slechts één ander lid vertegenwoordigen. § 3. De adviezen worden in de Raad besproken op basis van de besluiten in de Werkgroepen, de meerderheids- en minderheidsstandpunten binnen de Werkgroep desgevallend inbegrepen. Deze adviezen worden door de Voorzitter van de Werkgroep voorgesteld. § 4. De Raad streeft in zijn adviezen naar consensus. Indien een consensus niet mogelijk is, wordt het advies bij meerderheid aangenomen. De minderheidsstandpunten worden in voorkomend geval aan het advies toegevoegd. 5. Werkgroepen 5.1. Werking
Art. 17.§ 1. De Raad telt een aantal vaste Werkgroepen die op de Algemene Vergadering worden opgericht. Het Bureau wijst een adviesaanvraag toe aan een Werkgroep. Alle leden van de Raad worden over de adviesaanvraag ingelicht. Zij worden uitgenodigd op de eerste vergadering die de adviesaanvraag behandelt. § 2. De Werkgroep kan op eigen initiatief een ontwerpadvies opstellen na akkoord van het Bureau. Ontwerpadviezen op eigen initiatief volgen dezelfde procedure. § 3. De Werkgroep kan uitgaven doen voor de uitvoering van zijn taken, op basis van een budget dat door het Bureau voorafgaandelijk werd goedgekeurd. § 4. Wanneer er geen consensus tussen de stemgerechtigde Leden of hun vertegenwoordigers binnen de Werkgroep werd bereikt, worden de verschillende elementen aan de Raad medegedeeld. § 5. De Voorzitter van de Werkgroep licht het ontwerpadvies toe aan de Raad. § 6. De discussie op de Algemene Vergadering wordt gevoerd op basis van de elementen die in de Werkgroep werden aangebracht. § 7. De Werkgroep heeft eveneens een forumfunctie. Binnen deze forumfunctie kan de Werkgroep openbare vergaderingen beleggen en informatieve nota's of studies openbaar maken, mits goedkeuring van het Bureau. De ontwerpadviezen zijn niet openbaar. 5.2. Samenstelling
Art. 18.§ 1. Elk Lid van de Raad en elke wetenschappelijke raadgever zoals bedoeld in artikel 13, § 1 van dit Reglement kan deelnemen aan de werkzaamheden van de Werkgroepen. De leden kunnen zich in een Werkgroep laten vertegenwoordigen door een plaatsvervanger, die schriftelijk wordt voorgedragen aan de Voorzitter van de Werkgroep. § 2. De leden kunnen zich in een Werkgroep laten bijstaan door één raadgever zonder stemrecht.
Art. 19.§ 1. Externe experts kunnen, voor een éénmalige toelichting, door de Werkgroep worden uitgenodigd. § 2. Na akkoord van het Bureau, kan de Werkgroep externe ambtenaren en experten die in de behandelde materies bevoegd zijn, op permanente basis uitnodigen. 5.3. Voorzitterschap Art. 20 § 1. De Algemene Vergadering duidt de Voorzitter van elke Werkgroep aan op voordracht van het Bureau. De Voorzitter van de Werkgroep is een lid van de Raad of een wetenschappelijk adviseur zoals bedoeld in artikel 13, § 1 van dit Reglement. § 2. Het mandaat van de Voorzitter van de Werkgroep is jaarlijks hernieuwbaar. § 3. Een Werkgroep wordt samengeroepen door de Voorzitter van de Werkgroep, of bij afwezigheid van de Voorzitter, op initiatief van het Bureau. § 4. Bij afwezigheid van de Voorzitter van de Werkgroep duiden de leden van de Werkgroep één van de personen bedoeld in artikel 18, § 1 van dit Reglement aan, die deze vergadering zal leiden. § 5. De Voorzitter van de Werkgroep leidt de werkzaamheden van de Werkgroep. 6. Het Permanent Secretariaat 6.1. Werking
Art. 21.§ 1. Het Permanent Secretariaat onder leiding van het Bureau, staat bij het uitoefenen van zijn opdrachten ten dienste van de Raad. § 2. Het Permanent Secretariaat staat in voor de praktische organisatie van de vergaderingen van de Werkgroepen, van de Algemene Vergadering en van het Bureau. § 3. Het Permanent Secretariaat : - verzamelt en verwerkt informatie over de besproken onderwerpen ten behoeve van de Werkgroepen, het Bureau en de Raad; - organiseert en volgt de vergaderingen op; - verzorgt de verslaggeving en maakt de teksten op onder de verantwoordelijkheid van de Voorzitters van de Werkgroepen; - verzorgt de vertalingen. § 4. Het Permanent Secretariaat staat tevens in voor het inzamelen van gegevens over het beleid met betrekking tot duurzame ontwikkeling en de nationale en internationale evoluties. 6.2. Sensibilisering
Art. 22.§ 1. Het Permanent Secretariaat is eveneens verantwoordelijk voor de uitwerking van de forumactiviteiten die door de Werkgroepen en de Algemene Vergadering worden voorgesteld en voor het onderhoud van de website met het oog op een zo ruim mogelijke informatieverspreiding. § 2. Het Permanent Secretariaat verschaft aan de leden, binnen de grenzen van de technische mogelijkheden, toegang tot de documentatie waarover het beschikt. § 3. Het Permanent Secretariaat bereidt de verspreiding voor van de informatie naar de pers en de media. 3. Jaarverslag Art.23. § 1. Het Permanent Secretariaat is verantwoordelijk voor het opstellen van het jaarverslag. Het jaarverslag bestaat uit een activiteitenverslag, een financieel verslag en een aanwezigheidslijst van de vergaderingen. § 2. Het jaarverslag van het voorbije jaar wordt aan de Raad voor goedkeuring voorgelegd vóór 31 maart van het lopende jaar. 7. Taalgebruik Art.24. § 1. De Algemene Vergaderingen van de Raad worden in het Nederlands en het Frans gehouden met simultaanvertaling. § 2. De vergaderingen van de Werkgroepen worden in het Nederlands en het Frans gehouden. § 3. De uitnodigingen en de verslagen van de Algemene Vergaderingen, de jaarverslagen en elk afgewerkt document van de Raad worden aan de Leden in de taal van hun keuze overgemaakt. De teksten die ter goedkeuring worden voorgelegd aan de Raad moeten beschikbaar zijn in ten minste beide landstalen. Andere documenten worden overgemaakt in de taal van de auteur. 8. Forumfunctie en openbaarheid van de activiteiten Art.25. § 1. Het Bureau is verantwoordelijk voor de bekendmaking van algemene zaken betreffende het bestaan, de werking en de verwezenlijkingen van de Raad. § 2. De Voorzitters van de Werkgroepen verzorgen de bekendmaking van de materies die behandeld worden in hun Werkgroep, nadat de besluiten van de Werkgroep door de Algemene Vergadering werden goedgekeurd. § 3. In het kader van de forumfunctie van de Raad kunnen publieke evenementen worden georganiseerd. Deze initiatieven kunnen uitgaan van de Raad, van het Bureau of van de Werkgroepen, mits goedkeuring door het Bureau of van het Bureau. Verslagen van interne informatieve vergaderingen kunnen openbaar gemaakt worden volgens dezelfde procedure. 9. Budget Art.26. § 1. Het Bureau legt een jaarlijks budget voor aan de Raad. § 2. De jaarrekening vormt een onderdeel van het jaarverslag van de Raad. § 3. De Raad kan zitpenningen en vergoedingen voor gepresteerde diensten aan zijn leden toekennen. Deze voorstellen worden ter goedkeuring voorgelegd aan de Regering. 10. Overgangsregeling Art.27. De Federale Raad voor Duurzame Ontwikkeling is een voortzetting van de Nationale Raad voor Duurzame Ontwikkeling. De stellingnames, de adviezen en procedures van de Nationale Raad worden overgenomen tenzij anders bepaald in het Reglement of door de Algemene Vergadering.
Gezien om te worden gevoegd bij Ons besluit van 10 augustus 1998.
ALBERT Van Koningswege : De Eerste Minister, J.-L. DEHAENE De Minister van Economie, E. DI RUPO De Minister van Wetenschapsbeleid, Y. YLIEFF De Minister van Volksgezondheid, M. COLLA De Minister van Sociale Zaken, Mevr. M. DE GALAN De Staatssecretaris voor Ontwikkelingssamenwerking, R. MOREELS De Staatssecretaris voor Leefmilieu, J. PEETERS