gepubliceerd op 29 mei 2008
Koninklijk besluit tot oprichting bij het Fonds voor de beroepsziekten van een Technisch Comité belast met de preventie van beroepsziekten
9 MEI 2008. - Koninklijk besluit tot oprichting bij het Fonds voor de beroepsziekten van een Technisch Comité belast met de preventie van beroepsziekten
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wetten betreffende de preventie van beroepsziekten en de vergoeding van de schade die uit die ziekten voortvloeit, gecoördineerd op 3 juni 1970, inzonderheid op de artikelen 6bis, 11 en 12;
Gelet op het koninklijk besluit van 16 juli 2004 tot bepaling van de voorwaarden waarin het Beheerscomité van het Fonds voor de beroepsziekten kan beslissen tot het opzetten van een pilootproject inzake preventie teneinde de verergering van rugaandoeningen te voorkomen;
Gelet op het advies van het Beheerscomité van het Fonds voor de beroepsziekten gegeven op 14 februari 2007;
Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën gegeven op 16 juli 2007;
Gelet op de akkoordbevinding van Onze Minister van Begroting van 17 december 2007;
Gelet op het advies 44.054/1 van de Raad van State, gegeven op 14 februari 2008, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State;
Op de voordracht van Onze Minister van Sociale Zaken en Onze Minister van Werk, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.Voor de toepassing van dit besluit verstaat men onder : - « het Fonds » : het Fonds voor de beroepsziekten; - « de gecoördineerde wetten van 3 juni 1970 » : de wetten betreffende de preventie van beroepsziekten en de vergoeding van de schade die uit die ziekten voortvloeit, gecoördineerd op 3 juni 1970.
Art. 2.Bij het Fonds wordt een Technisch Comité opgericht, gelast met het geven van adviezen betreffende de voorkoming van beroepsziekten en de arbeidsgerelateerde ziekten.
Art. 3.Het Technisch Comité is belast met : - het voorlichten van het Beheerscomité van het Fonds in zijn taak op het vlak van de voorkoming van beroepsziekten; - het, in dit verband, formuleren van voorstellen in het kader van artikel 62bis van de gecoördineerde wetten van 3 juni 1970, al dan niet in het kader van een proefproject conform artikel 6bis van dezelfde wetten; - het op regelmatige tijdstippen verslag uitbrengen aan het Beheerscomité van het Fonds over de opportuniteit van het dienstenaanbod in het kader van een welbepaalde arbeidsgerelateerde ziekte; - het regelmatig overgaan tot de evaluatie van de preventiemaatregelen die genomen werden in uitvoering van artikel 62bis van de gecoördineerde wetten van 3 juni 1970.
Art. 4.Het Technisch Comité is samengesteld uit : 1° vier leden, voorgedragen door het Beheerscomité van het Fonds;2° vier leden, gekozen wegens hun uitzonderlijke bevoegdheid, voorgedragen door de Wetenschappelijke Raad van het Fonds;3° twee geneesheren en twee ambtenaren van het Fonds aangeduid door de Administrateur-generaal;4° de Administrateur-generaal en de Adjunct-administrateur-generaal van het Fonds.
Art. 5.De leden, bedoeld in artikel 4, 1° en 2°, wijzen uit hun midden een Voorzitter en een Ondervoorzitter aan.
Art. 6.Voor de leden van het Technisch Comité, met uitzondering van de ambtenaren en de personeelsleden van het Fonds, gelden voor wat betreft de presentiegelden en de verblijf- en verplaatsingskosten de bepalingen die op de leden van het Beheerscomité van het Fonds van toepassing zijn.
Art. 7.Het secretariaat van het Technisch Comité wordt verzekerd door twee ambtenaren van het Fonds, aangewezen door het Beheerscomité van het Fonds.
Art. 8.Het koninklijk besluit van 16 juli 2004 tot bepaling van de voorwaarden waarin het Beheerscomité van het Fonds voor de beroepsziekten kan beslissen tot het opzetten van een pilootproject inzake preventie teneinde de verergering van rugaandoeningen te voorkomen, wordt opgeheven.
Art. 9.Onze Minister van Sociale Zaken en Onze Minister van Werk zijn, ieder wat haar betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Firenze, 9 mei 2008.
ALBERT Van Koningswege : De Minister van Sociale Zaken, Mevr. L. ONKELINX De Minister van Werk, Mevr. J. MILQUET