gepubliceerd op 23 december 1998
Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 14 november 1993 betreffende de bescherming van proefdieren voor wat betreft de opleiding van het technisch personeel van de erkende laboratoria
9 DECEMBER 1998. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 14 november 1993 betreffende de bescherming van proefdieren voor wat betreft de opleiding van het technisch personeel van de erkende laboratoria
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet van 14 augustus 1986 betreffende de bescherming en het welzijn der dieren, inzonderheid op artikel 29 vervangen bij de wet van 4 mei 1995;
Gelet op het koninklijk besluit van 14 november 1993 betreffende de bescherming van proefdieren;
Gelet op de dringende noodzakelijkheid, gemotiveerd door de omstandigheid dat de reglementering inzake de bescherming van proefdieren dient te worden aangepast, om de omzetting in nationaal recht te verzekeren van artikel 14 van de Richtlijn 86/609/EG, waarvoor de diensten van de Europese Commissie een procedure voor het Hof van Justitie hebben gevoerd;
Gelet op het advies van de Raad van State, gegeven op 6 oktober 1998, met toepassing van artikel 84, eerste lid, 2°, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State;
Op de voordracht van onze Minister van Volksgezondheid en Pensioenen en Onze Minister van Landbouw en de Kleine en Middelgrote Ondernemingen en op het advies van Onze in Raad vergaderde Ministers, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.Aan artikel 5 van het koninklijk besluit van 14 november 1993 betreffende de bescherming van proefdieren wordt een § 5 toegevoegd, luidend als volgt : « § 5. Degenen die dierproeven verrichten of daaraan deelnemen, alsmede degenen die proefdieren verzorgen of met het toezicht belast zijn, moeten een adequate opleiding en scholing hebben gekregen. In het bijzonder moeten degenen die de proeven verrichten of over het verloop daarvan de supervisie hebben, geschoold zijn in een wetenschappelijke richting die voor het verrichten van de proeven relevant is en voorts in het behandelen en verzorgen van proefdieren; bovendien moeten zij ten genoegen van de Dienst hebben aangetoond dat zij een voldoende hoog scholingsniveau hebben bereikt om hun taken te kunnen verrichten. »
Art. 2.Dit besluit treedt in werking de dag waarop het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt.
Art. 3.Onze Minister van Volksgezondheid en Pensioenen en onze Minister van Landbouw en de Kleine en Middelgrote Ondernemingen zijn, ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 9 december 1998.
ALBERT Van Koningswege : De Minister van Volksgezondheid en Pensioenen, M. COLLA De Minister van Landbouw en de Kleine en Middelgrote Ondernemingen, K. PINXTEN