Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 08 september 1997
gepubliceerd op 13 september 1997

Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 14 januari 1954 houdende organiek reglement van het Ministerie van Buitenlandse Zaken en Buitenlandse Handel

bron
ministerie van buitenlandse zaken, buitenlandse handel en ontwikkelingssamenwerking
numac
1997015130
pub.
13/09/1997
prom.
08/09/1997
ELI
eli/besluit/1997/09/08/1997015130/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

8 SEPTEMBER 1997. Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 14 januari 1954 houdende organiek reglement van het Ministerie van Buitenlandse Zaken en Buitenlandse Handel


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op artikel 107, tweede lid, van de Grondwet;

Gelet op het koninklijk besluit van 14 januari 1954 houdende organiek reglement van het Ministerie van Buitenlandse Zaken en Buitenlandse Handel gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 11 oktober 1965, 18 april 1967, 24 augustus 1971, 1 maart 1984, 15 maart 1985, 18 februari 1986 en 29 april 1996;

Gelet op het advies van de Directieraad voor het Hoofdbestuur van het Ministerie van Buitenlandse Zaken, Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking gegeven op 28 maart 1997;

Gelet op het advies van het Basisoverlegcomité, gegeven op 14 juli 1997;

Gelet op het besluit van de Ministerraad van 20 juni 1997 over de adviesaanvraag binnen een termijn van één maand;

Gelet op het advies van de Raad van State, gegeven op 23 juli 1997, met toepassing van artikel 84, eerste lid, 1°, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State;

Op de voordracht van Onze Minister van Buitenlandse Zaken, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Artikelen 1, 2 en 3 van het koninklijk besluit van 14 januari 1954 houdende organiek reglement van het Ministerie van Buitenlandse Zaken en Buitenlandse Handel worden vervangen door de volgende bepalingen : «

Artikel 1.Het Ministerie van Buitenlandse Zaken en Buitenlandse Handel omvat het hoofdbestuur, de diplomatieke en consulaire posten en het Algemeen Bestuur voor Ontwikkelingssamenwerking.

Artikel 2.Het hoofdbestuur bestaat uit : 1) het Secretariaat-generaal;2) het Directoraat-generaal Administratie;3) het Directoraat-generaal Buitenlandse Economische en Bilaterale Betrekkingen;4) het Directoraat-generaal Consulaire Zaken;5) het Directoraat-generaal Juridische Zaken;6) het Directoraat-generaal Multilaterale Politieke Betrekkingen en Thematische Aangelegenheden.

Artikel 3.De Minister van Buitenlandse Zaken bepaalt de structuur van het Secretariaat-generaal en van elk directoraat-generaal. »

Art. 2.Artikel 4 van hetzelfde koninklijk besluit wordt opgeheven.

Art. 3.Artikel 5 van hetzelfde koninklijk besluit wordt vervangen door de volgende bepaling : «

Artikel 5.De Secretaris-generaal is het hiërarchisch hoofd van al de personeelsleden van het departement. Hij oefent de functies uit die hem door de reglementaire bepalingen zijn toegekend, inzonderheid door het koninklijk besluit van 2 oktober 1937 houdende het statuut van het Rijkspersoneel en door het koninklijk besluit van 6 september 1993 betreffende de bevoegdheden van de ambtenaren-generaal van de ministeries.

De Secretaris-generaal mag al de door het departement behandelde zaken aan zich trekken.

Hij behandelt de zaken die hem speciaal door de Minister toevertrouwd zijn.

Hij beslecht de bevoegdheidsgeschillen tussen de Directoraten-generaal.

Ingeval de Minister afwezig of verhinderd is mag de Secretaris-generaal voor de Minister al de stukken ondertekenen met uitzondering van die waarvoor de medeondertekening van de Minister vereist is.

Hij neemt de beslissingen waarvoor de Minister hem volmacht heeft gegeven.

Art. 4.Artikel 6 van hetzelfde koninklijk besluit wordt opgeheven.

Art. 5.Artikelen 7, 8 en 11 van hetzelfde koninklijk besluit worden vervangen door de volgende bepalingen : «

Artikel 7.De directeurs-generaal oefenen de bevoegdheden en verantwoordelijkheden uit die het bovenvermeld koninklijk besluit van 6 september 1993 hen toekent.

Zij mogen al de door hun Directoraat-generaal behandelde zaken aan zich trekken.

Zij beslechten de bevoegdheidsgeschillen binnen hun Directoraat-generaal.

Artikel 8.§ 1. Tot de bevoegdheid van het Secretariaat-generaal behoren de betrekkingen met de Gemeenschappen en de Gewesten, het crisiscentrum, de interne controle van het hoofdbestuur en de inspectie van de diplomatieke en consulaire posten, de persdienst en relaties met het publiek. § 2. Tot de bevoegdheid van het Directoraat-generaal Administratie behoren alle aangelegenheden betreffende het personeel, de vorming en het onthaal, de veiligheid, het medisch centrum, de overzeese sociale zekerheid, de begroting en de boekhouding, de logistiek, de communicatie en de documentatie, de bibliotheek, het archief en de geschiedkundige dienst, de vertaaldienst, de informatica en de telecommunicatie, het protocol, de ridderorden en de adel. § 3. Tot de bevoegdheid van het Directoraat-generaal Buitenlandse economische en bilaterale betrekkingen behoren de aangelegenheden die betrekking hebben op het buitenlands beleid op het vlak van economie, handel en financiën en de bilaterale betrekkingen van België uitgezonderd de politieke betrekkingen zowel bilateraal als multilateraal met betrekking tot Centraal-Afrika. § 4. Tot de bevoegdheid van het Directoraat-generaal Consulaire zaken behoren, met uitsluiting van economische en handelsbelangen, de aangelegenheden betreffende de bijstand, zowel noodhulp als administratieve en juridische bijstand, aan Belgen in het buitenland en aan burgers van de Europese Unie buiten deze Unie, het statuut van personen en goederen van Belgen en gelijkgestelden in het buitenland, het verkeer en de vestiging van personen, de consulaire en rechterlijke internationale samenwerking, zowel bilateraal als multilateraal. § 5. Tot de bevoegdheid van het Directoraat-generaal Juridische Zaken behoren het verstrekken van advies over de rechtsvragen gesteld door de Minister of een dienst van het departement inzake nationaal en internationaal recht; het verdedigen van de belangen van het departement voor de nationale hoven, rechtbanken en de Raad van State, evenals het verdedigen van de belangen van de Belgische Staat voor de internationale hoven en rechtbanken en het behandelen van alle vraagstukken inzake internationaal publiekrecht en verdragsrecht. § 6. Tot de bevoegdheid van het Directoraat-generaal Multilaterale politieke betrekkingen en thematische aangelegenheden behoren de kwesties die betrekking hebben op de multilaterale buitenlandse politiek van België, het Afrikabeleid met uitzondering van de materies vermeld onder § 3, de nucleaire en wetenschappelijke vraagstukken, de bescherming van de mensenrechten en de wapenbeheersing alsook de problematiek betreffende duurzame ontwikkeling en leefmilieu.

Artikel 11.De Minister kan aan de Secretaris-generaal, de directeurs-generaal en andere ambtenaren, een deel van zijn bevoegdheid overdragen en in dit verband de ondertekening van bepaalde stukken. »

Art. 6.De laatste alinea van het artikel 12 van hetzelfde koninklijk besluit wordt vervangen door de volgende bepaling : « Protocollair neemt de kabinetschef rang in onmiddellijk na de directeurs-generaal. Voor het overige worden de protocollaire voorrang en de orde voor een tijdelijke plaatsvervanging bepaald op grond van bedoelde hiërarchische rang. Deze rang is zonder uitwerking op de bevorderingen. »

Art. 7.Artikel 31ter, § 1, 3°, van hetzelfde koninklijk besluit, ingevoegd bij koninklijk besluit van 18 april 1967, wordt vervangen door de volgende bepaling : « 3° een door de Minister van Buitenlandse zaken aangewezen inspecteur van de diplomatieke en consulaire posten met een graad die ten minste in rang 15 is ingedeeld of die ten minste tot de tweede administratieve klasse van de carrière Buitenlandse Dienst behoort. »

Art. 8.Dit besluit treedt in werking de dag waarop het in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt.

Art. 9.Onze Minister van Buitenlandse Zaken is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Châteauneuf-de-Grasse, 8 september 1997.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Buitenlandse Zaken, E. DERYCKE

^