Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 08 oktober 2008
gepubliceerd op 16 december 2008

Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 24 mei 2007, gesloten in het Paritair Subcomité voor het koetswerk, betreffende het nationaal akkoord 2007-2008

bron
federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg
numac
2008013453
pub.
16/12/2008
prom.
08/10/2008
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

8 OKTOBER 2008. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 24 mei 2007, gesloten in het Paritair Subcomité voor het koetswerk, betreffende het nationaal akkoord 2007-2008 (1)


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;

Gelet op het verzoek van het Paritair Subcomité voor het koetswerk;

Op de voordracht van De Minister van Werk, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 24 mei 2007, gesloten in het Paritair Subcomité voor het koetswerk, betreffende het nationaal akkoord 2007-2008.

Art. 2.De Minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 8 oktober 2008.

ALBERT Van Koningswege : De Vice-Eerste Minister en Minister van Werk en van Gelijke Kansen, Mevr. J. MILQUET _______ Nota (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Bijlage Paritair Subcomité voor het koetswerk Collectieve arbeidsovereenkomst van 24 mei 2007 Nationaal akkoord 2007-2008 (Overeenkomst geregistreerd op 26 juni 2007 onder het nummer 83469/CO/149.02) HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied

Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers, arbeiders en arbeidsters van de ondernemingen die ressorteren onder de bevoegdheid van het Paritair Subcomité voor het koetswerk.

Voor de toepassing van deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt onder "arbeiders" verstaan : de mannelijke en vrouwelijke werklieden. HOOFDSTUK II. - Kader

Art. 2.Voorwerp Deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt neergelegd op de Griffie van de Algemene Directie Collectieve Arbeidsbetrekkingen van de Federale Overheidsdienst Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal overleg overeenkomstig de bepalingen van het koninklijk besluit van 7 november 1969 tot vaststelling van de modaliteiten van neerlegging van de collectieve arbeidsovereenkomsten.

De ondertekenende partijen vragen de algemeen bindend verklaring bij koninklijk besluit van deze collectieve arbeidsovereenkomst, inclusief de bijlage. HOOFDSTUK III. - Inkomenszekerheid

Art. 3.Koopkracht Afdeling 1. Indexering

Alle minimumuurlonen en de effectieve uurlonen worden jaarlijks op 1 februari aangepast aan de reële index volgens de formule "sociale index" (= 4-maandelijks gemiddelde) januari van het kalenderjaar tegenover januari van het voorafgaande kalenderjaar. Afdeling 2. Verhoging van de minimumuurlonen en de effectieve uurlonen

- Op 1 oktober 2007 worden alle lonen verhoogd met 0,7 pct. - Op 1 oktober 2008 worden alle lonen verhoogd met het saldo van 5,0 pct. verminderd met de som van de reële index op 1 februari 2007, de loonsverhoging van 0,7 pct. op 1 oktober 2007 en de reële index op 1 februari 2008.

Indien dit saldo negatief is, wordt er geen loonsverhoging toegepast.

Deze saldoformule dient als uitzonderlijk en éénmalig te worden beschouwd.

Partijen engageren zich de bestaande functieclassificatie te actualiseren en een procedure bij betwisting uit te werken.

Opmerking De collectieve arbeidsovereenkomst inzake uurlonen van 26 mei 2005 zal in die zin worden aangepast voor onbepaalde duur.

Art. 4.Eindejaarspremie De arbeiders die op het ogenblik van de melding van het vrijwillig vertrek 5 jaar of meer anciënniteit in de onderneming hebben, hebben recht op een pro rata eindejaarspremie.

De periodes van zwangerschaps-, bevallingsverlof en vaderschapsverlof worden met effectieve prestaties gelijkgesteld voor de berekening van de eindejaarspremie.

Opmerking De collectieve arbeidsovereenkomst inzake eindejaarspremie van 26 mei 2005 zal vanaf 1 januari 2008 in die zin worden aangepast voor onbepaalde duur.

Art. 5.Sociaal fonds § 1. Vanaf 1 juli 2007 worden de aanvullende vergoedingen bij tijdelijke werkloosheid verhoogd tot 8,00 EUR per werkloosheidsvergoeding en tot 4,00 EUR per halve werkloosheidsvergoeding. § 2. Vanaf 1 juli 2007 worden alle aanvullende vergoedingen geïndexeerd op basis van de reële loonindexeringen op 1 februari 2006 en op 1 februari 2007 (de sociale index van de maand januari van het kalenderjaar wordt vergeleken met de sociale index van de maand januari van het voorgaande kalenderjaar).

Door deze berekening, met name 2,02 pct. op 1 februari 2006 en 1,92 pct. op 1 februari 2007 worden de aanvullende vergoedingen met 3,98 pct. geïndexeerd.

Hierdoor worden de aanvullende vergoedingen vanaf 4 juli 2007 als volgt verhoogd : - Aanvullende vergoeding bij tijdelijke werkloosheid : - 8,32 EUR per werkloosheidsuitkering; - 4,16 EUR per halve werkloosheidsuitkering. - Aanvullende vergoedingen bij volledige werkloosheid, voor oudere werklozen en oudere zieken : - 5,39 EUR per werkloosheids- en ziekte-uitkering; - 2,70 EUR per halve werkloosheids- en ziekteuitkering. - Aanvullende vergoedingen bij ziekte : - 80,18 EUR na 60 en 120 dagen; - 104,40 EUR bij een langere ziekteperiode. - Aanvullende vergoeding bij sluiting : - 266,92 EUR + 13,46 EUR/jaar met een maximum van 880,41 EUR. - Aanvullende vergoeding bij halftijds tijdskrediet : 66,73 EUR. Opmerking De collectieve arbeidsovereenkomst inzake statuten sociaal fonds van 29 mei 2006 zal vanaf 1 juli 2007 in die zin worden aangepast voor onbepaalde duur.

Deze collectieve arbeidsovereenkomst dient op een aantal technische punten nog verder te worden verduidelijkt. Bovendien dient deze collectieve arbeidsovereenkomst te worden aangepast om uitvoering te geven aan het generatiepact.

Art. 6.Sectoraal pensioenfonds Vanaf 1 januari 2008 wordt de bijdrage van 1,3 pct. van de brutobezoldigingen van de arbeiders voor het sectoraal pensioenstelsel verhoogd met 0,3 pct. tot 1,6 pct.

Opmerking De collectieve arbeidsovereenkomst van 26 mei 2005 inzake het sectoraal pensioenstelsel zal vanaf 1 januari 2008 in die zin voor onbepaalde duur worden aangepast. HOOFDSTUK IV. - Werkzekerheid

Art. 7.Sectorale tewerkstellingscel De sectorale tewerkstellingscel die in uitvoering van het nationaal akkoord 2001 - 2002 in de schoot van Educam werd ingevoerd, dient uitvoering te geven aan de afspraken gemaakt in het generatiepact alsook aan de regelgeving op regionaal vlak.

De sociale partners zullen binnen Educam - rekening houdend met bovenvermelde principes - verder uitvoering geven aan de sectorale tewerkstellingscel.

Opmerking De principes van deze sectorale tewerkstellingscel zullen worden ingeschreven in de collectieve arbeidsovereenkomst inzake vorming en opleiding vanaf 1 juli 2007, en dit voor onbepaalde duur.

Art. 8.Contracten bepaalde duur, bepaald werk en uitzendcontracten - Wanneer een arbeider wordt aangeworven met een contract van onbepaalde duur na één of meerdere uitzendcontracten of na één of meer contracten van bepaald werk, wordt de anciënniteit opgebouwd tijdens de uitzendcontracten en de contracten van bepaalde duur meegerekend. - Wanneer een arbeider wordt aangeworven met een contract van onbepaalde duur na één of meerdere contracten van bepaalde duur, bepaald werk of uitzendarbeid, mag er geen proefperiode worden opgenomen.

Opmerking De collectieve arbeidsovereenkomst inzake meldingsplicht contracten bepaalde duur, uitzendarbeid en onderaanneming van 26 mei 2005 zal in die zin worden aangepast vanaf 1 juli 2007, en dit voor onbepaalde duur. HOOFDSTUK V. - Vorming en opleiding

Art. 9.Algemene bepalingen In uitvoering van het interprofessioneel akkoord engageren de sociale partners zich de participatiegraad van de arbeiders met 5 pct. te verhogen en voorzien hiervoor het volgende menu : - het verruimen van het aanbod van opleidingen georganiseerd door Educam; - het verbeteren van de kwantiteit en kwaliteit van de opleidingsplannen; - het installeren van een paritaire sectorale stuurgroep in de schoot van Educam.

Art. 10.Risicogroepen - Bevestiging van de bijdrage van 0,15 pct. voor onbepaalde duur; - Voortzetten van de werkzaamheden inzake het optimaliseren van de aansluiting opleiding - arbeidsmarkt, ook voor het voltijds onderwijs; - Verlenging van de bepalingen met betrekking tot instroom van risicogroepen.

Art. 11.Recht op permanente vorming - Bevestiging van de bijdrage van 0,55 pct. voor onbepaalde duur; - Verbeteren van de kwantiteit en kwaliteit van de opleidingsplannen in de onderneming; - Actievere rol van de Educam-adviseurs indien er zich in de onderneming problemen voordoen bij het opmaken en uitwerken van opleidingsplannen voor arbeiders die van dit recht geen gebruik kunnen of willen maken; - De sociale partners engageren zich tot het oprichten van een paritaire sectorale stuurgroep in de schoot van Educam, die uitwerking dient te geven aan onder meer volgende opdrachten : - beter afstemmen van de opleidingsbehoeften binnen de ondernemingen op het opleidingsaanbod; - aanbeveling om een individueel recht op permanente vorming in te voeren en dit binnen het kader van het collectief recht op vorming en opleiding; - voorzien van een regeling voor arbeiders die zich verplaatsen naar een vormingscursus.

Opmerking De ondertekenende partijen verklaren zich akkoord om, rekening houdend met deze principes, een collectieve arbeidsovereenkomst inzake vorming en opleiding af te sluiten, en dit vanaf 1 juli 2007 voor onbepaalde duur. HOOFDSTUK VI. - Arbeidstijd en flexibiliteit

Art. 12.Tewerkstellingsbevorderende maatregel De ondernemingen kunnen in het geval van herstructurering of indien de arbeidsorganisatie kan versoepeld worden, via een collectieve arbeidsovereenkomst de tewerkstelling bevorderen door onder meer collectieve arbeidsduurvermindering toe te passen.

Ze kunnen hiervoor gebruik maken van de bestaande wettelijke en decretale aanmoedigingspremies en de omzetting van de loonsverhogingen.

Art. 13.Flexibiliteit Opmerking De collectieve arbeidsovereenkomst inzake arbeidsorganisatie van 26 mei 2005 zal vanaf 1 juli 2007 tot en met 30 juni 2009 worden verlengd.

Art. 14.Kort verzuim De gewijzigde adoptiewetgeving dient ook te worden opgenomen in bovenvermelde collectieve arbeidsovereenkomst.

Opmerking De collectieve arbeidsovereenkomst inzake kort verzuim van 10 oktober 2001 zal in die zin worden aangepast vanaf 1 juli 2007 voor onbepaalde duur. HOOFDSTUK VII. - Loopbaanplanning

Art. 15.Tijdskrediet en loopbaanvermindering Opmerking De collectieve arbeidsovereenkomst inzake tijdskrediet van 10 oktober 2001 dient vanaf 1 juli 2007 te worden aangepast aan de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 77quater inzake tijdskrediet en dit voor onbepaalde duur.

Art. 16.Brugpensioen § 1. Het brugpensioen in de sector wordt onder dezelfde voorwaarden en binnen de wettelijke mogelijkheden verlengd vanaf 1 juli 2007 tot en met 30 juni 2010.

Opmerking In die zin zal de bestaande collectieve arbeidsovereenkomst inzake brugpensioen vanaf 58 jaar van 26 mei 2005 worden aangepast en verlengd. § 2. In de collectieve arbeidsovereenkomst brugpensioen na ontslag van 26 mei 2005 wordt de brugpensioenleeftijd voor vrouwen verhoogd tot 57 jaar.

Opmerking De collectieve arbeidsovereenkomst inzake brugpensioen na ontslag zal vanaf 1 juli 2007 tot en met 30 juni 2010 in die zin worden aangepast. § 3. Het recht op halftijds brugpensioen vanaf 55 jaar wordt verlengd voor de periode van 1 januari 2007 tot en met 31 december 2008.

Opmerking De collectieve arbeidsovereenkomst inzake halftijds brugpensioen van 26 mei 2005 wordt verlengd vanaf 1 januari 2007 tot en met 31 december 2008 en zal in die zin worden aangepast. § 4. In uitvoering van het interprofessioneel akkoord 2007-2008 wordt er een recht op brugpensioen geïnstalleerd vanaf 56 jaar mits 40 jaar loopbaan.

De betaling van de aanvullende vergoedingen zal integraal door het sociaal fonds worden ten laste genomen.

Opmerking In uitvoering hiervan wordt vanaf 1 januari 2008 en collectieve arbeidsovereenkomst gesloten inzake het recht op brugpensioen vanaf 56 jaar.

De collectieve arbeidsovereenkomst inzake statuten sociaal fonds van 29 mei 2006 zal in die zin worden aangepast vanaf 1 januari 2008 en dit voor onbepaalde duur. § 5. Onder de voorwaarden bepaald in de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 17 en volgens de daarin bepaalde modaliteiten behouden de arbeiders die zijn ontslagen met het oog op brugpensioen in het kader van deze collectieve arbeidsovereenkomsten of in het kader van een op ondernemingsniveau gesloten collectieve arbeidsovereenkomst inzake brugpensioen het recht op de aanvullende vergoeding : - wanneer ze het werk hervatten als loontrekkende bij een andere werkgever dan de werkgever die hen heeft ontslagen en die niet behoort tot dezelfde technische bedrijfseenheid als de werkgever die hen heeft ontslagen; - ingeval een zelfstandige activiteit in hoofdberoep wordt uitgeoefend op voorwaarde dat die activiteit niet wordt uitgeoefend voor rekening van de werkgever die hen heeft ontslagen of voor rekening van een werkgever die behoort tot dezelfde technische bedrijfseenheid als de werkgever die hen heeft ontslagen.

Opmerking De collectieve arbeidsovereenkomsten inzake brugpensioen en inzake statuten fonds voor bestaanszekerheid zullen vanaf 1 juli 2007 in die zin worden aangepast. § 6. Voor de duur van het akkoord 2007-2008 worden de aanbevelingen inzake brugpensioen - procedure, zoals voorzien in artikel 13, § 3 van het nationaal akkoord 2005-2006 verlengd : Op vlak van brugpensioen bevelen de partijen in het kader van de arbeidsherverdelende maatregelen op ondernemingsvlak volgende procedure aan : ten laatste 2 maand voor het bereiken van de brugpensioenleeftijd nodigt de werkgever de betrokken arbeider uit tot een onderhoud tijdens de werkuren op de zetel van de onderneming. Bij dit onderhoud kan de arbeider zich laten bijstaan door zijn vakbondsafgevaardigde. Bij dit onderhoud zullen zowel naar timing van het brugpensioen als naar opleiding van de vervanger van de bruggepensioneerde sluitende afspraken gemaakt worden. HOOFDSTUK VIII. - Inspraak en overleg

Art. 17.Werknemersvertegenwoordiging Voor de duur van het akkoord 2007-2008 worden de bepalingen inzake de werknemersvertegenwoordi-ging voorzien in artikel 15 van het nationaal akkoord 2005-2006 verlengd.

Concreet betekent dit : in de ondernemingen, waar de ondernemingsraad, het comité voor preventie en bescherming op het werk en/of de vakbondsafvaardiging niet langer meer moet worden hernieuwd ingevolge een daling van het aantal werknemers, kunnen de werknemersafgevaardigden die niet langer beschermd zijn, pas worden ontslagen, nadat het paritair subcomité samengeroepen op initiatief van de voorzitter, bijeengekomen is en zich, binnen de 30 dagen na de kennisgeving aan de voorzitter, heeft uitgesproken over het ontslag.

Deze procedure is niet geldig in geval van ontslag wegens zwaarwichtige redenen. Niet naleving van de procedure wordt gelijkgesteld met willekeurig ontslag.

Art. 18.Vakbondsvorming Het aantal dagen vakbondsvorming wordt vanaf 1 januari 2008 vastgelegd op 3 dagen per jaar. Bij voorkeur dienen deze dagen in volledige dagen en niet aaneensluitend te worden genomen. Over deze twee laatste punten dienen op ondernemingsvlak afspraken gemaakt worden.

Opmerking De collectieve arbeidsovereenkomst van 8 juli 1999 inzake vakbondsvorming zal vanaf 1 januari 2008 in die zin worden aangepast, en dit voor onbepaalde duur. HOOFDSTUK IX. - Sectorale projecten 2007-2008

Art. 19.Anti-stress- en veiligheidsbeleid in de ondernemingen De sociale partners van de sector bevelen de ondernemingen aan om, gedurende de looptijd van het akkoord van start te gaan met : - het inventariseren en analyseren van de risico's terzake op het werk; - het opnemen van preventiebeleid inzake stress en veiligheid als belangrijk element binnen zowel het globaal preventieplan als het jaarlijks actieplan, met als doel het evalueren en remediëren van stress- en veiligheidsrisico's; - het informeren van de arbeiders op alle niveaus binnen de onderneming omtrent de risico's en vooral omtrent het belang van de preventie.

In samenwerking met het sectoraal vormingsinstituut zal een aangepast pakket samengesteld worden ten behoeve van de arbeiders van de sector.

Art. 20.Verzekeringsmaatschappijen Inzake de blokkering van het uurtarief door de verzekeringsmaatschappijen, hebben de sociale partners de intentie de nodige stappen te zetten teneinde hieromtrent een oplossing te bekomen.

Art. 21.Lonen jonge arbeiders De sociale partners van de sector engageren zich om tegen 1 januari 2009 een regeling uit te werken die ervoor zorgt dat de leeftijdsdiscriminaties zoals opgenomen in artikel 3 van de collectieve arbeidsovereenkomst loonvorming van 8 juli 2003, weggewerkt wordt. HOOFDSTUK X. - Sociale vrede en duurtijd akkoord

Art. 22.Sociale vrede Deze collectieve arbeidsovereenkomst verzekert de sociale vrede in de sector tijdens heel de duur van het akkoord. Bijgevolg zal geen enkele eis van algemene of collectieve aard voorgelegd worden, noch op nationaal, noch op regionaal, noch op vlak van de individuele onderneming.

Art. 23.Duur Deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt gesloten voor bepaalde duur, gaande van 1 januari 2007 tot en met 31 december 2008, tenzij anders bepaald.

De artikels die van toepassing zijn voor onbepaalde duur kunnen worden opgezegd mits een opzeggingstermijn van drie maanden, betekend per aangetekend schrijven aan de voorzitter van het Paritair Subcomité voor het koetswerk en aan de ondertekenende organisaties.

De artikels die van toepassing zijn op het sociaal fonds voor onbepaalde duur kunnen worden opgezegd mits een opzeggingstermijn van zes maanden, betekend per aangetekend schrijven aan de voorzitter van het Paritair Subcomité voor het koetswerk en aan de ondertekenende organisaties.

Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 8 oktober 2008.

De Vice-Eerste Minister en Minister van Werk en Gelijke Kansen, Mevr. J. MILQUET

Bijlage aan de collectieve arbeidsovereenkomst van 24 mei 2007, gesloten in het Paritair Subcomité voor het koetswerk, betreffende het sectoraal akkoord 2007-2008 Premies Vlaamse Gewest De ondertekenende partijen verklaren dat de arbeiders ressorterend onder het Paritair Subcomité voor het koetswerk en die inzake domicilie en tewerkstelling voldoen aan de omschrijving van het Vlaamse Gewest gebruik kunnen maken van de aanmoedigingspremies van kracht in het Vlaamse Gewest namelijk : - zorgkrediet; - opleidingskrediet; - ondernemingen in moeilijkheden of herstructureringen.

Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 8 oktober 2008.

De Vice-Eerste Minister en Minister van Werk en Gelijke Kansen, Mevr. J. MILQUET

^