Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 08 oktober 1998
gepubliceerd op 11 december 1998

Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 16 juni 1997, gesloten in het Paritair Comité voor de bedienden uit de voedingsnijverheid, betreffende het brugpensioen en het halftijds brugpensioen voor de bedienden uit de suikernijverheid en haar bijprodukten

bron
ministerie van tewerkstelling en arbeid
numac
1998012802
pub.
11/12/1998
prom.
08/10/1998
ELI
eli/besluit/1998/10/08/1998012802/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

8 OKTOBER 1998. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 16 juni 1997, gesloten in het Paritair Comité voor de bedienden uit de voedingsnijverheid, betreffende het brugpensioen en het halftijds brugpensioen voor de bedienden uit de suikernijverheid en haar bijprodukten (1)


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;

Gelet op de wet van 26 juli 1996, tot bevordering van de werkgelegenheid en tot preventieve vrijwaring van het concurrentievermogen, inzonderheid op de artikelen 23 en 26;

Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor de bedienden uit de voedingsnijverheid;

Op de voordracht van Onze Minister van Tewerkstelling en Arbeid, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 16 juni 1997, gesloten in het Paritair Comité voor de bedienden uit de voedingsnijverheid, betreffende het brugpensioen en het halftijds brugpensioen voor de bedienden uit de suikernijverheid en haar bijprodukten.

Art. 2.Onze Minister van Tewerkstelling en Arbeid is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 8 oktober 1998.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Tewerkstelling en Arbeid, Mevr. M. SMET _______ Nota (1) Verwijzingen naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Wet van 26 juli 1996, Belgisch Staatsblad van 1 augustus 1996.

Bijlage Paritair Comité voor de bedienden uit de voedingsnijverheid Collectieve arbeidsovereenkomst van 16 juni 1997 Brugpensioen en halftijds brugpensioen voor de bedienden in de suikernijverheid en haar bijprodukten (Overeenkomst geregistreerd op 19 november 1997 onder het nummer 46093/CO/220) HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied

Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en de bedienden van de suikerfabrieken, de suikerraffinaderijen, de fabrieken van invertsuiker en citroenzuur, de kandijfabrieken, de gistfabrieken en distilleerderijen. HOOFDSTUK II. - Voltijds brugpensioen

Art. 2.§ 1. Op 58 jaar in 1997 en 1998.

Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de bedienden die de leeftijd van 58 jaar of meer bereiken. § 2. Op 55 jaar in 1997.

Voor de periode van 1 januari 1997 tot en met 31 december 1997 is deze collectieve arbeidsovereenkomst eveneens toepasselijk op de bedienden die de leeftijd van 55 jaar of meer bereiken die, overeenkomstig artikel 23 van de wet van 26 juli 1996 tot bevordering van de werkgelegenheid en tot preventieve vrijwaring van het concurrentievermogen (Belgisch Staatsblad van 1 augustus 1996) en haar uitvoeringsbesluiten, een beroepsverleden kunnen aantonen van 33 jaar als werknemer, waarvan 20 jaar arbeid met nachtprestaties in de zin van collectieve arbeidsovereenkomst nr. 46 van de Nationale Arbeidsraad, en een beroepsloopbaan van 10 jaar in het bedrijf of in de sector hebben. § 3. Op 56 jaar in 1998.

Voor de periode van 1 januari 1998 tot en met 31 december 1998 is deze collectieve arbeidsovereenkomst eveneens toepasselijk op de bedienden die de leeftijd van 56 jaar of meer bereiken die, overeenkomstig artikel 23 van de wet van 26 juli 1996 tot bevordering van de werkgelegenheid en tot preventieve vrijwaring van het concurrentievermogen (Belgisch Staatsblad van 1 augustus 1996) en haar uitvoeringsbesluiten, een beroepsverleden kunnen aantonen van 33 jaar als werknemer, waarvan 20 jaar arbeid met nachtprestaties in de zin van collectieve arbeidsovereenkomst nr. 46 van de Nationale Arbeidsraad en een beroepsloopbaan van 10 jaar in het bedrijf of in de sector hebben. § 4. De bediende bedoeld in voorgaande paragrafen 1 tot en met 3 moet bovendien ook voldoen aan de wettelijke gestelde anciënniteitsvoorwaarden om het statuut van bruggepensioneerde te kunnen bekomen.

Art. 3.De aanvullende vergoeding, ingesteld in het raam van de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 17 van 19 december 1974, gesloten in de Nationale Arbeidsraad, tot invoering van een regeling van aanvullende vergoeding ten gunste van sommige bejaarde werknemers indien zij worden ontslagen, wordt toegekend aan de in artikel 1 bedoelde bedienden die tewerkgesteld zijn krachtens een arbeidsovereenkomst voor bedienden en die worden ontslagen, behalve wegens dringende redenen.

Art. 4.Overeenkomstig artikel 4 van de voormelde collectieve arbeidsovereenkomst nr. 17 van 19 december 1974, gesloten in de Nationale Arbeidsraad, hebben de werknemers zoals bedoeld in artikel 1 recht op een aanvullende vergoeding waarvan sprake in artikel 7 van deze collectieve arbeidsovereenkomst ten laste van de werkgever.

Art. 5.Om aanspraak te kunnen maken op de voordelen van deze collectieve arbeidsovereenkomst moet de bediende het bewijs leveren recht te hebben op de werkloosheidsuitkeringen.

Art. 6.Het bedrag van de aanvullende vergoeding waarvan sprake in deze collectieve arbeidsovereenkomst en die de werkgever aan de bediende verschuldigd is, is het bedrag zoals dit wordt bepaald in de voormelde collectieve arbeidsovereenkomst nr. 17 van 19 december 1974, gesloten in de Nationale Arbeidsraad.

Art. 7.Overeenkomstig de wettelijke bepalingen is de vervanging van de bruggepensioneerde verplicht. De sancties, onder welke vorm ook, die voortvloeien uit de wettelijke verplichtingen inzake brugpensioen blijven volledig ten laste van de individuele ondernemingen.

Art. 8.De bijzondere maandelijkse werkgeversbijdragen per bruggepensioneerde blijven volledig ten laste van de individuele ondernemingen. HOOFDSTUK III. - Halftijds brugpensioen

Art. 9.De individuele ondernemingen kunnen, gedurende de periode van 1 januari 1997 tot en met 31 december 1998, op basis van artikel 23 van de wet van 26 juli 1996 tot bevordering van de werkgelegenheid en tot preventieve vrijwaring van het concurrentievermogen en haar uitvoeringsbesluiten, op eigen niveau een collectieve arbeidsovereenkomst afsluiten tot instelling van een regeling inzake halftijds brugpensioen vanaf een minimumleeftijd van 55 jaar voor de bedienden die in en voltijdse arbeidsregeling zijn tewerkgesteld.

Onder voltijdse arbeidsregeling moet worden verstaan de normaal in de onderneming toepasselijke arbeidsduur en arbeidsregeling zoals van toepassing op de voltijdse werknemers krachtens het arbeidsreglement. HOOFDSTUK IV. - Inwerkingtreding

Art. 10.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is gesloten voor een bepaalde tijd. Zij treedt in werking op 1 januari 1997 en houdt op van kracht te zijn op 31 december 1998. De collectieve arbeidsovereenkomst van 20 februari 1997 wordt hierbij opgeheven.

Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 8 oktober 1998.

De Minister van Tewerkstelling en Arbeid, Mevr. M. SMET

^