gepubliceerd op 09 december 1998
Koninklijk besluit houdende samenstelling, werking en organisatie van de Administratieve Coördinatiecel inzake de strijd tegen schadelijke sektarische organisaties
8 NOVEMBER 1998. - Koninklijk besluit houdende samenstelling, werking en organisatie van de Administratieve Coördinatiecel inzake de strijd tegen schadelijke sektarische organisaties
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet van 2 juni 1998 houdende oprichting van een Informatie- en Adviescentrum inzake schadelijke sektarische organisaties en houdende oprichting van een Administratieve Coördinatiecel inzake de strijd tegen schadelijke sektarische organisaties;
Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 10 september 1998;
Gelet op de wetten van de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, inzonderheid op artikel 3, § 1, gewijzigd bij de wetten van 9 augustus 1980, 16 juni 1989, 4 juli 1989 en 4 augustus 1996;
Gelet op de dringende noodzakelijkheid;
Overwegende dat de Parlementaire Onderzoekscommissie belast met de beleidsvorming ter bestrijding van de sekten en van de gevaren van die sekten voor het individu en inzonderheid voor de minderjarigen, de dringende noodzaak van de oprichting van een Informatie- en Adviescentrum en Administratieve Coördinatiecel heeft opgeworpen, met het oog op de zo spoedig mogelijke creatie van een orgaan met als opdracht de opvolging van dit fenomeen;
Overwegende dat de wet houdende oprichting van een Informatie- en Adviescentrum inzake de schadelijke en sektarische organisaties en van een administratieve coördinatiecel ondertekend werd door de Koning op 2 juni 1998 en dat het derhalve aanbeveling verdient dat de wet en de uitvoeringsbesluiten zo snel mogelijk worden gepubliceerd, teneinde het Informatie- en Adviescentrum en de Administratieve Coördinatiecel in staat te stellen hun opdrachten aan te vatten met ingang van 1 januari 1999;
Op de voordracht van Onze Minister van Justitie en op het advies van Onze in Raad vergaderde Ministers, Hebben Wij besloten en besluiten Wij : HOOFDSTUK I. - Samenstelling van de Administratieve Coördinatiecel
Artikel 1.De bij artikel 13 van de wet van 2 juni 1998 opgerichte Administratieve coördinatiecel is als volgt samengesteld : - een vertegenwoordiger van het College van Procureurs-generaal; - een nationaal magistraat; - een vertegenwoordiger van de Rijkswacht; - een vertegenwoordiger van de Gerechtelijke politie; - een vertegenwoordiger van de Algemene Rijkspolitie van het Ministerie van Binnenlandse Zaken; - een vertegenwoordiger van het Ministerie van Ambtenarenzaken; - een vertegenwoordiger van het Bestuur Veiligheid van de Staat; - een vertegenwoordiger van het Directoraat- generaal burgerlijke wetgeving en erediensten van het Ministerie van Justitie; - een vertegenwoordiger van het Directoraat-generaal strafwetgeving en rechten van de mens van het Ministerie van Justitie; - een vertegenwoordiger van de Dienst voor Strafrechterlijk Beleid van het Ministerie van Justitie; - een vertegenwoordiger van het Ministerie van Binnenlandse Zaken; - een vertegenwoordiger van het Ministerie van Financiën; - een vertegenwoordiger van het Ministerie van Tewerkstelling en Arbeid; - een vertegenwoordiger van het Ministerie van Landsverdediging.
Art. 2.Voor elke vertegenwoordiger wordt tevens een plaatsvervanger aangeduid.
Art. 3.De vertegenwoordigers en hun plaatsvervangers worden aangesteld door de Minister van Justitie, na voordracht door de respectieve overheden van wie zij afhangen. HOOFDSTUK II. - Werking van de Administratieve Coördinatiecel
Art. 4.De voorzitter bepaalt de plaats, de dag en het aanvangsuur van de vergaderingen en maakt de agenda op.
Elk van de leden heeft het recht de voorzitter te vragen punten op de Agenda te plaatsen.
De voorzitter van het Informatie- en Adviescentrum inzake schadelijke sektarische organisaties heeft eveneens het recht de voorzitter te verzoeken punten op de agenda te plaatsen.
Art. 5.Behoudens hoogdringendheid worden de uitnodigingen en de agenda evenals eventuele stukken, na ondertekening door de voorzitter, door de secretaris ten minste acht dagen vooraf aan de leden toegezonden.
Art. 6.De leden die verhinderd zijn, worden vervangen door hun plaatsvervanger en sturen hem zelf de stukken door.
Art. 7.De Administratieve Coördinatiecel vergadert slechts geldig indien ten minste de helft van de leden of hun plaatsvervangers aanwezig is.
Ingeval geen meerderheid aanwezig was, worden de leden opnieuw uitgenodigd, in welk geval de Administratieve Coördinatiecel geldig vergadert, wat ook het aantal aanwezige leden is.
Art. 8.Elk lid van de Administratieve Coördinatiecel, en bij verhindering zijn plaatsvervanger, beschikt over één stem.
De beslissingen worden bij unanimiteit van de aanwezige leden genomen.
De voorzitter van het Informatie- en Adviescentrum inzake schadelijke sektarische organisaties of zijn plaatsvervanger kan : - uitgenodigd worden de vergaderingen van de Administratieve Coördinatiecel bij te wonen; - gehoord worden indien de agenda dit vereist.
Art. 9.De secretaris maakt proces-verbaal op van de vergaderingen.
Het wordt na goedkeuring door de voorzitter met de volgende uitnodiging meegestuurd.
De leden brengen hun opmerkingen schriftelijk ter kennis tot uiterlijk één dag voor de vergadering.
Art. 10.De adviezen en aanbevelingen die het Centrum met toepassing van artikel 6, § 1, 4° van de wet van 2 juni 1998 uitbrengt, worden door het Centrum aan de voorzitter van de Administratieve Coördinatiecel overgezonden.
De Administratieve Coördinatiecel stelt in overleg met het Centrum vast de wijze van : - coördinatie van eventuele acties; - regeling van het toezicht op de uitvoering van de aanbevelingen en adviezen van het Centrum voor zover ze onder hun bevoegdheden vallen.
Art. 11.De maatregelen die de Administratieve Coördinatiecel voorstelt, worden schriftelijk aan de betrokken diensten of instanties, evenals aan de voorzitter van het Centrum meegedeeld.
Art. 12.De Administratieve Coördinatiecel pleegt overleg met alle bevoegde diensten en besturen binnen het kader van zijn opdrachten. Ze kan ze onder meer uitnodigen en hen inlichtingen vragen. De federale overheden dienen de door de Administratieve Coördinatiecel gevraagde inlichtingen te bezorgen.
Art. 13.De Administratieve Coördinatiecel vergadert minstens éénmaal om de twee maanden.
De Administratieve Coördinatiecel brengt zesmaandelijks verslag uit aan het Centrum nopens haar werkzaamheden. HOOFDSTUK III. - Organisatie
Art. 14.Alle leden van de Administratieve Coördinatiecel vormen het "Bureau". Het "Bureau" wijst een dagelijks bestuur aan, samengesteld uit de voorzitter die er van rechtswege deel van uitmaakt en twee gekozen leden.
Art. 15.De Administratieve Coördinatiecel kan wanneer bijzondere opdrachten dit verantwoorden subgroepen binnen haar schoot oprichten.
Art. 16.De Minister van Justitie stelt administratief personeel, lokalen en de noodzakelijke bureaubenodigdheden ter beschikking van de Administratieve Coördinatiecel.
Art. 17.De artikelen 1 tot en met 3 treden in werking op de dag waarop dit besluit wordt bekendgemaakt in het Belgisch Staatsblad en de overige artikelen op 1 januari 1999.
Art. 18.Onze Minister van Justitie is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 8 november 1998.
ALBERT Van Koningswege : De Minister van Justitie, T. VAN PARYS