Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 08 januari 2004
gepubliceerd op 12 februari 2004

Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 28 mei 2001, gesloten in het Paritair Subcomité voor de haven van Antwerpen, "Nationaal Paritair Comité der haven van Antwerpen" genaamd, tot wijziging van de statuten van het "Compensatiefonds voor bestaanszekerheid, Haven van Antwerpen"

bron
federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg
numac
2003202198
pub.
12/02/2004
prom.
08/01/2004
ELI
eli/besluit/2004/01/08/2003202198/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

8 JANUARI 2004. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 28 mei 2001, gesloten in het Paritair Subcomité voor de haven van Antwerpen, "Nationaal Paritair Comité der haven van Antwerpen" genaamd, tot wijziging van de statuten van het "Compensatiefonds voor bestaanszekerheid, Haven van Antwerpen" (1)


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 7 januari 1958 betreffende de fondsen voor bestaanszekerheid, inzonderheid op artikel 2;

Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;

Gelet op de beslissing van 28 november 1963 en 6 februari 1964 van het Gewestelijk Paritair Comité der haven van Antwerpen, "Nationaal Paritair Comité der haven van Antwerpen" genaamd, tot instelling van een fonds voor bestaanszekerheid en tot vaststelling van zijn statuten, algemeen verbindend verklaard bij koninklijk besluit van 7 juli 1964;

Gelet op het verzoek van het Paritair Subcomité voor de haven van Antwerpen, "Nationaal Paritair Comité der haven van Antwerpen" genaamd;

Op de voordracht van Onze Minister van Werk, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 28 mei 2001, gesloten in het Paritair Subcomité voor de haven van Antwerpen, "Nationaal Paritair Comité der haven van Antwerpen" genaamd, tot wijziging van de statuten van het "Compensatiefonds voor bestaanszekerheid, Haven van Antwerpen".

Art. 2.Onze Minister van Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 8 januari 2004.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Werk, F. VANDENBROUCKE _______ Nota (1) Verwijzingen naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 7 januari 1958, Belgisch Staatsblad van 7 februari 1958. Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969.

Koninklijk besluit van 7 juli 1964, Belgisch Staatsblad van 15 juli 1964.

Bijlage Paritair Subcomité voor de haven van Antwerpen, "Nationaal Paritair Comité der haven van Antwerpen" genaamd Collectieve arbeidsovereenkomst van 28 mei 2001 Wijziging van de statuten van het "Compensatiefonds voor bestaanszekerheid, Haven van Antwerpen" (Overeenkomst geregistreerd op 3 oktober 2001 onder het nummer 59137/CO/301.01)

Artikel 1.De statuten van het "Compensatiefonds voor bestaanszekerheid, Haven van Antwerpen" worden op de hierna vermelde wijze gewijzigd.

Art. 2.Artikel 3 a) wordt als volgt gewijzigd : "4. Aan de havenarbeiders ingedeeld bij de beroepscategorie magazijnarbeiders A : de voordelen voorzien bij artikel 4, § 4, § 13 en § 14. 5. Aan de vaklui : de voordelen voorzien bij artikel 4, § 4, § 13 en § 14.6. Aan de havenarbeiders van het logistiek contingent : de voordelen voorzien bij artikel 4, § 13 en § 14.De havenarbeiders ingedeeld bij de beroepscategorie magazijnarbeiders B genieten bovendien van de voordelen voorzien bij artikel 4, § 4." Artikel 3 b) wordt als volgt gewijzigd : "b) Het innen van bijdragen ter financiering van het fonds ten laste van de werkgevers die de arbeiders onder a) vermeld, tewerkstellen. » Artikel 3 c) en d) worden toegevoegd : "c) Het innen van de bijzondere bijdrage ten laste van de werkgevers die de arbeiders onder a) vermeld tewerkstellen bestemd voor de scholing van laaggeschoolde en/of met langdurige volledige werkloosheid bedreigde havenarbeiders. d) Het innen van de bijdrage permanente vorming ten behoeve van de opleiding, her- en bijscholing ten laste van de werkgevers die de arbeiders onder a) vermeld tewerkstellen."

Art. 3.In artikel 4, § 1, 3 worden de bepalingen "tijdens de periode van 1 januari 1999 tot en met 31 december 2000" en "onveranderd blijven tot en met 31 december 2000" vervangen door "tijdens de periode van 1 januari 2001 tot en met 31 maart 2003" en "onveranderd blijven tot en met 31 maart 2003".

Art. 4.In artikel 4, § 2, 2 worden de bedragen "2,21 EUR" en "1,46 EUR" vervangen door "2,26 EUR" en "1,49 EUR". Volgende bepaling wordt toegevoegd : "Deze bedragen worden jaarlijks op 1 januari aangepast op basis van de stijging van het indexcijfer in het afgelopen jaar."

Art. 5.In artikel 4, § 4, 2 worden de bedragen als volgt gewijzigd : - het bedrag "594,20 EUR" wordt vervangen door "606,08 EUR"; - het bedrag "569,29 EUR" wordt vervangen door "580,67 EUR"; - het bedrag "544,40 EUR" wordt vervangen door "555,28 EUR"; - het bedrag "528,83 EUR" wordt vervangen door "539,42 EUR"; - het bedrag "507,14 EUR" wordt vervangen door "517,28 EUR"; - het bedrag "488,43 EUR" wordt vervangen door "498,19 EUR".

Volgende bepaling wordt toegevoegd : "Deze bedragen worden jaarlijks op 1 januari aangepast op basis van de stijging van het indexcijfer in het afgelopen jaar."

Art. 6.Artikel 16 wordt als volgt gewijzigd : "De verschuldigde bijdrage, vermeld in artikel 15, is voor de periode van 1 mei 2001 tot en met 31 maart 2003 voor de arbeiders vermeld in artikel 3, a), 1 en 2, gelijk aan 13,62 pct. op de brutolonen.

De werkgevers storten een tijdelijke saneringsbijdrage van 3,68 pct. op de brutolonen tijdens de periode van 1 januari 2001 tot en met 31 maart 2003. De inning van deze bijdrage wordt evenwel opgeschort voor de periode van 1 juli 2001 tot en met 31 december 2001."

Art. 7.Artikel 16bis wordt als volgt gewijzigd : "De verschuldigde bijdrage, vermeld in artikel 15, is voor de periode van 1 mei 2001 tot en met 31 maart 2003 voor de arbeiders vermeld in artikel 3, a), 3, 4, 5 en 6 gelijk aan 2 pct. op de brutolonen, met uitsluiting van de tijdelijke saneringsbijdrage".

Art. 8.In artikel 16ter worden de bepalingen "tijdens de periode van 1 januari 1999 tot en met 31 december 2000" vervangen door "tijdens de periode van 1 januari 2001 tot en met 31 maart 2003."

Art. 9.Artikel 16quater wordt als volgt gewijzigd : "De bijzondere bijdrage ten laste van de werkgevers, vermeld in artikel 3, c), bedraagt 0,10 pct. op de brutolonen van de arbeiders vermeld in artikel 3, a), 1, 2, 3, 4, 5 en 6 voor de periode van 1 januari 2001 tot en met 31 december 2002. Het "Compensatiefonds voor bestaanszekerheid" stelt de aldus ontvangen middelen ter beschikking van de v.z.w. "Opleidingscentrum voor Havenarbeiders"."

Art. 10.Artikel 16quinquies wordt toegevoegd : "De bijdrage permanente vorming, vermeld in artikel 3, d), bedraagt voor de periode van 1 mei 2001 tot en met 31 maart 2003 voor de arbeiders vermeld in artikel 3, a), 1, 2, 3 en 4 0,80 pct. op de brutolonen en voor de arbeiders vermeld in artikel 3, a), 5 en 6 0,30 pct. Het "Compensatiefonds voor bestaanszekerheid" stelt de aldus ontvangen middelen ter beschikking van de "Vormingscel Antwerpen"."

Art. 11.Overgangsbepaling De artikelen of onderdelen ervan die vermeld worden in onderstaande tabel hebben betrekking op deze collectieve arbeidsovereenkomst. Voor de bedragen die in euro worden vermeld in de tweede kolom van de tabel gelden vanaf de datum van inwerkingtreding van de collectieve arbeidsovereenkomst tot 31 december 2001 de bedragen die in Belgische frank worden vermeld in de derde kolom.

Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld

Art. 12.Deze collectieve arbeidsovereenkomst heeft uitwerking met ingang van 1 januari 2001 uitgenomen de bepalingen in de artikelen 3, lid 1, 4 en 7 waar de ingangsdatum 1 mei 2001 is voorzien.

De bepalingen van de artikelen 3, 4, 5 en 7 houden op van toepassing te zijn op 31 maart 2003. De bepalingen van artikel 6 houden op van toepassing te zijn op 31 december 2002. De overige artikelen hebben dezelfde geldigheids- en opzegvoorwaarden als de statuten.

Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 8 januari 2004.

De Minister van Werk, F. VANDENBROUCKE

^