8 AUGUSTUS 1997. Koninklijk besluit tot vaststelling van de taalkaders van het Ministerie van Financiën

ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wetten op het gebruik van de talen in bestuurszaken, gecoördineerd op 18 juli 1966, inzonderheid op artikel 43, 3 gewijzigd door de wet van 10 april 1995;

Gelet op het koninklijk besluit van 14 september 1994 tot vaststelling, met het oog op de toepassing van artikel 43 van de wetten op het gebruik van de talen in bestuurszaken, gecoördineerd op 18 juli 1966, van de graden van de ambtenaren van bepaalde centrale diensten, die eenzelfde trap van de hiëarchie vormen (I), gewijzigd bij het koninklijk besluit van 3 juni 1996;

Gelet op het koninklijk besluit van 6 juli 1997 houdende vaststelling van de personeelsformatie van het Ministerie van Financiën, gewijzigd bij het koninklijk besluit van dezelfde datum;

Overwegende dat voldaan is aan de voorschriften van artikel 54, tweede lid van bovenvermelde wetten;

Gelet op het advies nr. 29.182 van de Vaste Commissie voor Taaltoezicht, gegeven op 3 juli 1997;

Op de voordracht van Onze Minister van Financiën, van Onze Minister van Begroting en van Onze Minister van Pensioenen, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.De taalkaders van het Ministerie van Financiën worden vastgesteld als volgt : Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld

Art. 2.Het koninklijk besluit van 3 juni 1996 tot vaststelling van de taalkaders van het Ministerie van Financiën, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 13 januari 1997, wordt opgeheven.

Art. 3.Dit besluit heeft uitwerking vanaf 1 juli 1997, met uitzondering van artikel 1, 6°, dat in werking treedt met ingang van 2 juli 1997.

Art. 4.Onze Minister van Financiën, Onze Minister van Begroting en Onze Minister van Pensioenen zijn, ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Châteauneuf-de-Grasse, 8 augustus 1997.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Financiën, Ph. MAYSTADT De Minister van Begroting, H. VAN ROMPUY De Minister van Pensioenen, M. COLLA