8 APRIL 2002. - Koninklijk besluit tot wijziging van de gelijkstellingstabellen gevoegd bij de wet van 5 januari 1971 betreffende de pensioenen van de leden van het beroepspersoneel der kaders in Afrika

VERSLAG AAN DE KONING Sire, Wij hebben de eer aan Uwe Majesteit een koninklijk besluit voor te leggen, genomen ter uitvoering van artikel 3, § 1, tweede lid, van de wet van 5 januari 1971 betreffende de pensioenen van de leden van het beroepspersoneel der kaders in Afrika. Het ontwerp bevat louter juridisch-technische aanpassingen die ertoe strekken de verdere werking te verzekeren van het door die wet ingestelde perequatiemechanisme.

Door voormelde wet van 5 januari 1971 worden de koloniale pensioenen voor de perequatie ervan gekoppeld aan de evolutie van de weddenschalen verbonden aan bepaalde gemene graden uit de moederlandse administratie. Deze gemene graden worden in de gelijk-stellingstabellen bij de wet van 5 januari 1971 omschreven aan de hand van hun graadbenaming en het schaalnummer van de eraan verbonden weddenschaal (zie kolom I van de bij dit ontwerp gevoegde tabel). Iedere verhoging van het maximum van de weddenschaal verbonden aan deze gelijkstellingsgraden geeft aanleiding tot een perequatie van de aan die graden gekoppelde koloniale pensioenen.

Elke wijziging van de graadbenamingen of van de weddenschaalnummers van de gemene graden waarnaar de gelijkstellingstabellen verwijzen, kan het door de wet van 5 januari 1971 ingestelde perequatiemechanisme ontwrichten of zelfs - zoals thans het geval is - volledig uitschakelen. Daarom verleent artikel 3, § 1, tweede lid, van die wet aan de Koning de bevoegdheid om deze gelijkstellingstabellen zo nodig aan te passen.

Gelijkstelling met graden van niveau 2 De gelijkstellingstabellen bij de wet van 5 januari 1971 verwijzen thans naar de gemene graden van opsteller met weddenschaal 20/1 en onderbureauchef met weddenschaal 22/4 (zie kolom I van de bij dit ontwerp gevoegde tabel). Bij koninklijk besluit van 14 september 1994 houdende vereenvoudiging van de loopbaan van sommige ambtenaren in de rijksbesturen die behoren tot de niveaus 2, 3 en 4 werden beide graden vanaf 1 januari 1994 afgeschaft en vervangen door de nieuwe gemene graad van bestuursassistent, respectievelijk met het genot van de nieuwe weddenschaal 20A of 20E. Om de perequatie van de aan deze afgeschafte graden gekoppelde koloniale pensioenen op 1 januari 1994 mogelijk te maken, worden de gelijkstellingstabellen bij de wet van 5 januari 1971 door dit ontwerp aangepast door vanaf voormelde datum te verwijzen naar de nieuwe graad van bestuursassistent en naar de nieuwe weddenschalen 20A en 20E (zie kolom II van de bij dit ontwerp gevoegde tabel).

Gelijkstelling met graden van niveau 1 Overeenkomstig het oorspronkelijke artikel 67 van het koninklijk besluit van 10 april 1995 houdende vereenvoudiging van de loopbaan van sommige ambtenaren in de rijksbesturen die behoren tot de niveaus 1 en 2+ zouden voor deze ambtenaren - in het kader van een volledig nieuwe loopbaanstructuur - vanaf 1 juni 1994 een aantal nieuwe graadbenamingen van kracht worden, evenals een reeks nieuwe - al dan niet verhoogde - weddenschalen met een schaalnummer.

De inwerkingtreding van deze nieuwe structuur werd evenwel uitgesteld om de ministeriële departementen de nodige tijd te geven hun reglementaire teksten betreffende de loopbanen van de personeelsleden van niveau 1 en 2+, alsook hun personeelsformatie en hun taalkaders, aan te passen. Voornoemd artikel 67 van het koninklijk besluit van 10 april 1995 werd daartoe gewijzigd door artikel 8 van het koninklijk besluit van 3 juni 1996 houdende wijziging van diverse verordeningsbepalingen toepasselijk op de rijksambtenaren; de nieuwe weddenschalen en graadbenamingen voor de ambtenaren van de niveaus 1 en 2+ zouden niet langer vanaf 1 juni 1994 in voege treden, doch pas op de dag van inwerkingtreding van de nieuwe personeelsformatie van het betrokken ministerie en uiterlijk op 1 juni 1997.

Ondanks dit uitstel werd de vooropgestelde herziening van de weddenschalen voor de niveaus 1 en 2+ toch doorgevoerd vanaf 1 juni 1994. Daartoe werd artikel 44 van het koninklijk besluit van 10 april 1995 tot vaststelling van de weddeschalen der aan verscheidene ministeries gemene graden vervangen bij artikel 12 van voormeld koninklijk besluit van 3 juni 1996.Aan de oorspronkelijke graadbenamingen van de personeelsleden van niveau 1 werden vanaf 1 juni 1994 overgangsweddenschalen zonder schaalnummer verbonden waarvan de bedragen volledig overeenstemden met de nieuwe weddenschalen met een schaalnummer die - wegens het uitstellen van de nieuwe loopbaanstructuur - uiterlijk vanaf 1 juni 1997 van kracht werden.

De gelijkstellingstabellen bij de wet van 5 januari 1971 verwijzen naar zes gemene graden die behoren tot niveau 1 van de rijksbesturen : bestuurssecretaris, adjunct-adviseur, directeur, bestuursdirecteur of inspecteur-generaal en directeur-generaal (zie kolom I van de bij dit ontwerp gevoegde tabel).

Om de aan deze graden gekoppelde koloniale pensioenen - in voorkomend geval - op 1 juni 1994 te kunnen perequateren, verbindt dit ontwerp de overgangsweddenschalen zonder schaalnummer ook in de gelijkstellingstabellen bij de wet van 5 januari 1971 aan die graden (zie kolom III van de bij dit ontwerp gevoegde tabel).

Vanaf dat ogenblik verwijzen deze gelijkstellingstabellen voor de erin vermelde graden van niveau 2 evenwel naar de weddenschalen 20A en 20E, terwijl aan de erin vermelde gemene graden van niveau 1 weddenschalen verbonden zijn zonder schaalnummer. De verwijzing in de gelijkstellingstabellen naar het « schaalnummer » volstaat daarom niet langer. Zij dient - althans tijdelijk - aangevuld te worden met een verwijzing naar de « weddenschaal » - zonder schaalnummer - op zich (zie artikel 2 van het ontwerp).

Het koninklijk besluit van 10 april 1995 houdende vereenvoudiging van de loopbaan van sommige ambtenaren in de rijksbesturen die behoren tot de niveaus 1 en 2+, zoals gewijzigd door het koninklijk besluit van 3 juni 1996, kreeg vanaf 1 juni 1997 zijn volle uitwerking in alle federale ministeries. Vanaf die datum werden aan de weddenschalen van alle gemene graden van niveau 1 van de rijksbesturen nieuwe schaalnummers toegekend. Deze operatie gaf geen aanleiding tot een perequatie van de pensioenen. Zoals reeds vermeld, stemden de bedragen van deze nieuwe weddenschalen met een schaalnummer immers volledig overeen met de overgangsweddenschalen zonder schaalnummer die vanaf 1 juni 1994 aan de gemene graden van niveau 1 werden verbonden. Tevens werden vanaf 1 juni 1997 de gemene graden van bestuurssecretaris, directeur, en bestuursdirecteur of inspecteur-generaal volledig afgeschaft. Zij werden respectievelijk vervangen door de graden van adjunct-adviseur, adviseur en adviseur-generaal.

Om de koloniale pensioenen die aan een gemene graad van niveau 1 gekoppeld zijn ook na 1 juni 1997 nog verder te kunnen perequateren, worden de gelijkstellingstabellen bij de wet van 5 januari 1971 door dit ontwerp in overeenstemming gebracht met de vanaf 1 juni 1997 vigerende benamingen en weddenschaalnummers voor de gemene graden van niveau 1 van de rijksbesturen (zie kolom IV van de bij dit ontwerp gevoegde tabel). De eerste perequatie die op basis van deze nieuwe gelijkstellingstabellen moet uitgevoerd worden, betreft de koloniale pensioenen die aan de gemene graad van adviseur-generaal gekoppeld zijn; de aan deze graad verbonden weddenschaal 15A werd immers vanaf 1 januari 1998 verhoogd bij koninklijk besluit van 20 juli 1998 tot wijziging van het koninklijk besluit van 29 juni 1973 houdende bezoldigingsregeling van het personeel der ministeries.

Wij hebben de eer te zijn, Sire, van Uwe Majesteit, de zeer eerbiedige en zeer getrouwe dienaar, De Minister van Pensioenen, F. VANDENBROUCKE 8 APRIL 2002. - Koninklijk besluit tot wijziging van de gelijkstellingstabellen gevoegd bij de wet van 5 januari 1971 betreffende de pensioenen van de leden van het beroepspersoneel der kaders in Afrika ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 5 januari 1971 betreffende de pensioenen van de leden van het beroepspersoneel der kaders in Afrika, inzonderheid op artikel 3, § 1, tweede lid;

Gelet op de tabellen gevoegd bij de wet van 5 januari 1971 betreffende de pensioenen van de leden van het beroepspersoneel der kaders in Afrika, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 11 september 1972 en 27 juli 1977;

Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 9 juni 1999;

Gelet op de akkoordbevinding van Onze Minister van Begroting van 3 september 1999;

Gelet op de akkoordbevinding van Onze Minister van Ambtenarenzaken van 20 december 2000;

Gelet op het protocol van 6 november 2001 van het Gemeenschappelijk comité voor alle overheidsdiensten;

Gelet op het advies 32.506/2 van de Raad van State, gegeven op 10 december 2001;

Op de voordracht van onze Minister van Pensioenen, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.In de tabellen I, II en III gevoegd bij de wet 5 januari 1971 betreffende de pensioenen van de leden van het beroepspersoneel der kaders in Afrika, gewijzigd door de koninklijke besluiten van 11 september 1972 en 27 juli 1977, worden de graden en schaalnummers die vermeld worden in kolom I van de bij dit besluit gevoegde tabel vervangen als volgt : - vanaf 1 januari 1994 : door de graden en schaalnummers vermeld in kolom II van de bijgaande tabel; - vanaf 1 juni 1994 : door de graden, schaalnummers en weddenschalen vermeld in kolom III van de bijgaande tabel; - vanaf 1 juni 1997 : door de graden en schaalnummers vermeld in kolom IV van de bijgaande tabel.

Art. 2.In dezelfde tabellen worden de woorden "Graad verbonden aan het schaalnummer" vanaf 1 juni 1994 tot 31 mei 1997 aangevuld als volgt : "of de weddenschaal".

Art. 3.Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 januari 1994.

Art. 4.Onze Minister van Pensioenen is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 8 april 2002.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Pensioenen, F. VANDENBROUCKE

Bijlage - Annexe Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld