Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 07 mei 2024
gepubliceerd op 20 juni 2024

Koninklijk besluit tot bepaling van de nadere regels voor het definitief tijdregistratiesysteem dat de postpakketdistributietijd van de pakketbezorgers registreert bedoeld in artikel 5/4 van de wet van 26 januari 2018 betreffende de postdiensten

bron
federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg en federale overheidsdienst sociale zekerheid
numac
2024005618
pub.
20/06/2024
prom.
07/05/2024
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

7 MEI 2024. - Koninklijk besluit tot bepaling van de nadere regels voor het definitief tijdregistratiesysteem dat de postpakketdistributietijd van de pakketbezorgers registreert bedoeld in artikel 5/4 van de wet van 26 januari 2018Relevante gevonden documenten type wet prom. 26/01/2018 pub. 09/02/2018 numac 2018010510 bron federale overheidsdienst economie, k.m.o., middenstand en energie Wet betreffende de postdiensten sluiten betreffende de postdiensten


VERSLAG AAN DE KONING Sire, Het ontwerp van koninklijk besluit dat wij ter ondertekening aan Uwe Majesteit voorleggen strekt ertoe uitvoering te geven aan sommige bepalingen van de wet van 17 december 2023 houdende diverse bepalingen met het oog op het verbeteren van de werkomstandigheden van de postpakketbezorgers.

Artikel 8 van de wet voegt een artikel 5/4 in in de wet van 26 januari 2018Relevante gevonden documenten type wet prom. 26/01/2018 pub. 09/02/2018 numac 2018010510 bron federale overheidsdienst economie, k.m.o., middenstand en energie Wet betreffende de postdiensten sluiten betreffende de postdiensten. Paragraaf 3 hiervan bepaalt hoe de registratie van de postpakketdistributietijd moet gebeuren, voor elke plaats vanwaar de pakketdistributie begint. De registratie van de pakketdistributie moet gebeuren door middel van een elektronisch registratiesysteem, ofwel via een andere automatische registratiewijze.

U wordt gemachtigd de gelijkwaardige waarborgen waaraan de andere registratiewijze minstens moet beantwoorden, vast te stellen.

Hetzelfde artikel geeft u, in paragraaf 7, de bevoegdheid om de voorwaarden en modaliteiten te bepalen waaraan het bedoelde registratiesysteem moet beantwoorden.

Paragraaf 13 van hetzelfde artikel machtigt U ook tot het bepalen van de de voorwaarden en de nadere regels waaronder de gegevens in de gegevensbank kunnen worden geraadpleegd en rechtgezet door de natuurlijke personen voor hun persoonlijke gegevens en door de opdrachtgevers voor de bezorgers waar zij beroep op doen. Het betreft hier de uitvoering van de rechten die voortvloeien uit artikel 15 en 16 van de Algemene verordening gegevensbescherming.

Het betreft de maatregelen die genomen moeten worden opdat zijn medecontractant effectief en correct alle gegevens registreert en doorzendt naar de gegevensbank. Dit is het doel van de artikelen 12 tot 16 van dit besluit.

Wij hebben de eer te zijn, Sire, Van Uwe Majesteit, de zeer eerbiedige en zeer getrouwe dienaars, De Minister van Werk, P.-Y. DERMAGNE De Minister van Zelfstandigen, D. CLARINVAL De Minister van Post, P. DE SUTTER


Raad van State, afdeling Wetgeving Vierde kamer De door de Vice-eersteminister en Minister van Ambtenarenzaken, Overheidsbedrijven, Telecommunicatie en Post op 22 december 2023 ingediende aanvraag om advies over een ontwerp van koninklijk besluit `tot bepaling van de nadere regels voor het definitief tijdregistratiesysteem dat de postpakketdistributietijd van de pakketbezorgers registreert bedoeld in artikel 5/4 van de wet van 26 januari 2018Relevante gevonden documenten type wet prom. 26/01/2018 pub. 09/02/2018 numac 2018010510 bron federale overheidsdienst economie, k.m.o., middenstand en energie Wet betreffende de postdiensten sluiten betreffende de postdiensten', ingeschreven op de rol van de afdeling Wetgeving van de Raad van State onder het nummer 75.233/4, werd op 8 januari 2024 van de rol afgevoerd, overeenkomstig artikel 84, § 5, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973.


7 MEI 2024. - Koninklijk besluit tot bepaling van de nadere regels voor het definitief tijdregistratiesysteem dat de pakketdistributietijd van de pakketbezorgers registreert bedoeld in artikel 5/4 van de wet van 26 januari 2018Relevante gevonden documenten type wet prom. 26/01/2018 pub. 09/02/2018 numac 2018010510 bron federale overheidsdienst economie, k.m.o., middenstand en energie Wet betreffende de postdiensten sluiten betreffende de postdiensten FILIP, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 26 januari 2018Relevante gevonden documenten type wet prom. 26/01/2018 pub. 09/02/2018 numac 2018010510 bron federale overheidsdienst economie, k.m.o., middenstand en energie Wet betreffende de postdiensten sluiten betreffende de postdiensten, artikel 5/4, § 3, tweede lid, § 7, § 13 en § 20, ingevoegd bij artikel 8 van de wet van 17 december 2023 houdende diverse bepalingen met het oog op het verbeteren van de werkomstandigheden van de postpakketbezorgers ;

Gelet op de betrokkenheid van de gewestregeringen ;

Gelet op de regelgevingsimpactanalyse uitgevoerd overeenkomstig artikelen 6 en 7 van de wet van 15 december 2013Relevante gevonden documenten type wet prom. 15/12/2013 pub. 31/12/2013 numac 2013021138 bron federale overheidsdienst kanselarij van de eerste minister Wet houdende diverse bepalingen inzake administratieve vereenvoudiging sluiten houdende diverse bepalingen inzake administratieve vereenvoudiging ;

Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 4 december 2023 ;

Gelet op de akkoordbevinding van de Staatssecretaris voor Begroting, d.d. 13 december 2023 ;

De Gegevensbeschermingsautoriteit heeft op 23 januari 2024 verwezen naar het standaardadvies nr. 65/2023 van 24 maart 2023 ;

Gelet op de kennisgeving in het kader van artikel 5 van Richtlijn (EU) 2015/1535 van het Europees Parlement en de Raad van 9 september 2015 betreffende een informatieprocedure op het gebied van technische voorschriften en regels betreffende de diensten van de informatiemaatschappij, gedaan op 21 december 2023 met referentienummer 2023/0747/BE ;

De Raad van State heeft de op 22 december 2023 ingediende aanvraag om advies, ingeschreven op de rol van de afdeling Wetgeving van de Raad van State onder het nummer 75.233/4, op 8 januari 2024 van de rol afgevoerd, overeenkomstig artikel 84, § 5, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973 ;

Op de voordracht van de Minister van Werk, de Minister van Zelfstandigen en de Minister van Post en op het advies van de in Raad vergaderde Ministers.

Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

HOOFDSTUK 1. - Uitvoering van artikel 5/4, § 3, tweede lid, van de wet van 26 januari 2018Relevante gevonden documenten type wet prom. 26/01/2018 pub. 09/02/2018 numac 2018010510 bron federale overheidsdienst economie, k.m.o., middenstand en energie Wet betreffende de postdiensten sluiten betreffende de postdiensten: De gelijkwaardige waarborgen waaraan de in artikel 5/4, § 3, eerste lid, 2° van voornoemde wet bedoelde registratie via een andere automatische registratiewijze ten minste moet beantwoorden

Artikel 1.De registratie via een andere automatische registratiewijze moet gebruik maken van een door de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid ter beschikking gestelde elektronische interface die het mogelijk maakt de categorieën van persoonsgegevens bepaald bij artikel 5/4, § 5, tweede lid, van de wet van 26 januari 2018Relevante gevonden documenten type wet prom. 26/01/2018 pub. 09/02/2018 numac 2018010510 bron federale overheidsdienst economie, k.m.o., middenstand en energie Wet betreffende de postdiensten sluiten betreffende de postdiensten, onmiddellijk te registreren onder de verantwoordelijkheid van de opdrachtgever en in voorkomend geval de onderaannemer, en dit via apparaten die voldoen aan dezelfde functionele, technische en veiligheidsvereisten als het in artikel 5/4, § 4 van voornoemde wet bedoelde tijdregistratiesysteem en -middel.

Art. 2.De registraties uitgevoerd via een andere automatische registratiewijze vertonen volgende kenmerken en garanderen de gelijkwaardigheid met de registraties uitgevoerd met een registratiesysteem zoals bedoeld in artikel 5/4, § 3, eerste lid, 1°, van voornoemde wet: 1° ze worden uitgevoerd via beveiligde toepassingen die de voorafgaande identificatie vereisen op basis van de identificatieprocedures van de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid of van de Federale Overheidsdienst Beleid en ondersteuning;2° ze behelzen identieke gegevens als die beschreven in de artikelen 9 en 10 van dit besluit;3° ze worden uitgevoerd op ieder ogenblik waarop de pakketbezorger begint en eindigt met de pakketdistributie en ze dienen het voorwerp te hebben uitgemaakt van een positief ontvangstbewijs;4° ze worden onmiddellijk geregistreerd in de gegevensbank bedoeld in artikel 5/4, § 4, eerste lid, 1° van voornoemde wet;5° ze zijn onderworpen aan dezelfde controles inzake vorm en samenhang;6° ze worden gelinkt aan de identiteit van een geauthentificeerde verzender, dit wil zeggen een verzender die de procedure van authenticatie gevolgd heeft, bepaald in het kader van het gebruik van applicaties die ter beschikking worden gesteld op de portaalsite van de sociale zekerheid, opdat hij zich daarna kan authentificeren wanneer hij meldingen doet via de ter beschikking gestelde beveiligde kanalen. HOOFDSTUK 2. - Uitvoering van artikel 5/4, § 7, van voornoemde wet Afdeling 1. - De eigenschappen van het tijdregistratiesysteem


Art. 3.De gegevensbank maakt het mogelijk de geregistreerde gegevens te traceren.

Ze heeft bewijskracht wat betreft de gegevens die zijn geregistreerd met het in artikel 5/4, § 4, 2° en 3° van voornoemde wet bedoelde registratieapparaat en registratiemiddel of met een andere automatische registratiewijze bedoeld in artikel 5/4, § 3, eerste lid, 2° van voornoemde wet.

Art. 4.Het registratieapparaat maakt het mogelijk de gegevens online elektronisch door te sturen, hetzij via informaticatechnieken, hetzij via mobiele telefonietechnieken die online overzending van de gegevens bedoeld in artikel 5/4, § 5, van voornoemde wet mogelijk maken. Het apparaat in kwestie kan verbonden zijn met een systeem van geolokalisatie. Wanneer het registratieapparaat gebruik maakt van mobiele telefonietechnieken, mogen het registratieapparaat en het registratiemiddel één geheel vormen.

Het apparaat communiceert uitsluitend via een toegangskanaal dat is beveiligd door de identificatie- en authenticatieprocedures van de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid.

De gegevens met betrekking tot het tijdstip van de elektronische registraties kunnen worden geregistreerd via meerdere interactieve elektronische applicaties die door voornoemde Rijksdienst ter beschikking worden gesteld.

Het registratieapparaat moet de niet-falsificatie van de gegevens en de veiligheid van de via het registratiemiddel ingezamelde informatie garanderen.

De gegevens die tijdelijk in het apparaat kunnen worden opgeslagen vormen geen bewijs van de correcte registratie van het begin en het einde van de activiteiten van een bepaalde persoon. Afdeling 2. - De verschillende registratiemiddelen en hun technische

specificaties die toegestaan zijn om zich te registreren

Art. 5.Het gebruikte registratiemiddel maakt de identificatie van de houder ervan mogelijk voor zover hij niet onder het toepassingsgebied valt van de Richtlijn (EU) 2020/1057 van het Europees Parlement en de Raad van 15 juli 2020 tot vaststelling van specifieke regels met betrekking tot Richtlijn 96/71/EG en Richtlijn 2014/67/EU wat betreft de detachering van bestuurders in de wegvervoersector en tot wijziging van Richtlijn 2006/22/EG wat betreft de handhavingsvoorschriften en Verordening (EU) nr. 1024/2012. Het vergemakkelijkt de volledige of gedeeltelijke verkrijging van de andere te registreren gegevens.

Het betreft : 1° de door de Belgische overheid uitgereikte elektronische identiteitskaart;2° de door de Belgische overheid uitgereikte elektronische verblijfskaart;3° een ander middel vastgesteld door de Kruispuntbank van de sociale zekerheid; Voornoemde registratiemiddelen moeten de identificatie van hun houder verzekeren.

Ze moeten voldoende beveiligd zijn tegen vervalsing.

Het registratieapparaat moet de niet-falsificatie van de gegevens en de veiligheid van de via het registratiemiddel ingezamelde informatie garanderen.

De gegevens die tijdelijk in het apparaat kunnen worden opgeslagen vormen geen bewijs van de correcte registratie van het begin en het einde van de pakketdistributietijd van een bepaalde persoon. Afdeling 3. - De regels betreffende het bijhouden van het

tijdregistratiesysteem en de regels voor het doorsturen van de gegevens, met name het precieze tijdstip van doorsturen en de frequentie

Art. 6.De gegevensbank maakt een onmiddellijke registratie mogelijk.

De registratiegegevens moeten zijn overgezonden naar de gegevensbank en het voorwerp hebben uitgemaakt van een positief ontvangstbewijs op het ogenblik dat de pakketdistributie begint.

Art. 7.Bij ontvangst van de in artikel 5/4, § 5, eerste lid, bedoelde gegevens en de registratie ervan in de gegevensbank vindt een automatische controle plaats zowel wat de vorm als de samenhang betreft.

Na registratie van de in artikel 5/4, § 5, eerste lid, bedoelde gegevens in de gegevensbank stuurt voornoemde Rijksdienst een ontvangstbewijs naar het registratieapparaat, indien dit apparaat in die mogelijkheid voorziet.

Art. 8.De Rijksdienst voor Sociale Zekerheid bewaart de gegevens gedurende de periode bedoeld in artikel 5/4, § 10 van voornoemde wet. Afdeling 4. - De inlichtingen die het tijdregistratiesysteem moet

bevatten betreffende de op te nemen gegevens en de gegevens die niet moeten worden geregistreerd als ze voor de overheid al elders elektronisch beschikbaar zijn en die kunnen worden gebruikt in het kader van voornoemde wet

Art. 9.Bij elke registratie van de pakketdistributietijd door een bezorger die niet onder het toepassingsgebied valt van de Richtlijn (EU) 2020/1057 van het Europees Parlement en de Raad van 15 juli 2020 tot vaststelling van specifieke regels met betrekking tot Richtlijn 96/71/EG en Richtlijn 2014/67/EU wat betreft de detachering van bestuurders in de wegvervoersector en tot wijziging van Richtlijn 2006/22/EG wat betreft de handhavingsvoorschriften en Verordening (EU) nr. 1024/2012, dienen de volgende gegevens te worden meegedeeld: 1° één van de identificatienummers bedoeld in artikel 8, § 1, van de wet van 15 januari 1990Relevante gevonden documenten type wet prom. 15/01/1990 pub. 08/07/2010 numac 2010000396 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet houdende oprichting en organisatie van een Kruispuntbank van de Sociale Zekerheid. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten houdende oprichting en organisatie van een Kruispuntbank van de sociale zekerheid 2° het ondernemingsnummer van de werkgever van de pakketbezorger of, in het geval van een zelfstandige, een actieve vennoot, een zaakvoerder, een meewerkende echtgenoot of een helper, het ondernemingsnummer van diens onderneming of van de onderneming die hij helpt;3° het tijdstip van de registratie.Dat tijdstip komt overeen met de tijdstempel die door de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid wordt geplaatst bij ontvangst van een formeel geldige registratie van de pakketdistributietijd bedoeld in artikel 2, 32° van voornoemde wet, voor elke natuurlijke persoon bedoeld in artikel 2, 34° van voornoemde wet;

De vergelijking van voornoemde gegevens met diverse authentieke bronnen laat toe de krachtens dit besluit vereiste gegevens eruit af te leiden.

De Rijksdienst voor Sociale Zekerheid behoudt zich het recht voor andere beschikbare gegevens te raadplegen of te combineren mits dit het mogelijk maakt er rechtstreeks of onrechtstreeks krachtens dit besluit vereiste gegevens uit af te leiden.

Art. 10.De inlichtingen voortvloeiend uit de in artikel 9 vermelde unieke identificatienummers zijn: 1° voor de identificatiegegevens van de natuurlijke persoon : naam, voornamen, nationaliteit en geboortedatum;2° de hoedanigheid waarin een natuurlijke persoon prestaties verricht. Volgende hoedanigheden worden in aanmerking genomen : werknemer, zelfstandige, werkgever, vertegenwoordiger van de opdrachtgever; 3° voor de identificatiegegevens van de werkgever wanneer de natuurlijke persoon een werknemer is : het ondernemingsnummer, de naam, het adres en de rechtsvorm;4° indien de natuurlijke persoon een zelfstandige is, de identificatiegegevens van de natuurlijke of rechtspersoon in wiens opdracht een werk wordt uitgevoerd, namelijk het ondernemingsnummer van de medecontractant of één van de nummers bedoeld in artikel 8, § 1 van de wet van 15 januari 1990Relevante gevonden documenten type wet prom. 15/01/1990 pub. 08/07/2010 numac 2010000396 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet houdende oprichting en organisatie van een Kruispuntbank van de Sociale Zekerheid. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten houdende oprichting en organisatie van een Kruispuntbank van de sociale zekerheid indien het een natuurlijke persoon betreft;5° het tijdstip waarop de verzonden gegevens in de gegevensbank worden geregistreerd.Hiertoe plaatst de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid een tijdstempel bij ontvangst van die gegevens.

HOOFDSTUK 3. - Uitvoering van het artikel 5/4, § 13, van voornoemde wet: de voorwaarden en de nadere regels waaronder de gegevens in de gegevensbank kunnen geraadpleegd en rechtgezet worden

Art. 11.Er wordt door de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid een beveiligde elektronische applicatie ter beschikking gesteld op de portaalsite van de sociale zekerheid om : 1° de in artikel 2, 2°, van voornoemde wet bedoelde personen in staat te stellen de sociale persoonsgegevens van hun eigen werknemers te raadplegen;2° de in artikel 2, 2° en 34°, van voornoemde wet bedoelde natuurlijke personen in staat te stellen de hen betreffende sociale persoonsgegevens te raadplegen; De in artikel 2, 2° en 34° van voornoemde wet bedoelde natuurlijke personen die vaststellen dat de sociale persoonsgegevens niet op nauwkeurige, volledige of juiste wijze zijn opgeslagen, kunnen een aanvraag tot rechtzetting indienen bij de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid.

De in artikel 2, 2° en 34° van voornoemde wet bedoelde natuurlijke personen die hun recht tot rechtzetting uitoefenen, zullen, ter ondersteuning van hun aanvraag, alle bewijsstukken die in aanmerking kunnen worden genomen, moeten indienen.

Het gebruik van die applicatie gebeurt met naleving hetzij van het gebruikersreglement voor de toegang tot en het gebruik van het informaticasysteem van de federale overheid en de openbare instellingen van sociale zekerheid door ondernemingen en hun lasthebbers, hetzij van het gebruikersreglement voor de toegang tot en het gebruik van het informaticasysteem van de federale overheid en de openbare instellingen van sociale zekerheid door burgers en hun lasthebbers.

HOOFDSTUK 4. - Uitvoering van artikel 5/4, § 20 van voornoemde wet: compatibiliteit van het registratiemiddel

Art. 12.Elke in artikel 5/4, § 20, tweede lid, van voornoemde wet bedoelde persoon dient zijn medecontractant contractueel te informeren over de soorten registratiemiddelen bedoeld in artikel 5. Het gebruikte registratieapparaat dient het mogelijk te maken te registreren via een van de in artikel 5, 1°, 2°, 4° en 5° bedoelde middelen. Het mag ook de registratie mogelijk maken via het in artikel 5, 3°, bedoelde middel.

HOOFDSTUK 5. - Slotbepalingen

Art. 13.Dit besluit treedt in werking op 1 april 2025.

Art. 14.De Minister bevoegd voor Werk, de minister bevoegd voor Middenstand, Zelfstandigen en K.M.O.'s en de minister bevoegd voor Post zijn, ieder wat hen betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 7 mei 2024.

FILIP Van Koningswege : De Minister van Werk, P.-Y. DERMAGNE De Minister van Zelfstandigen, D. CLARINVAL De Minister van Post, P. DE SUTTER


^