Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 07 mei 2023
gepubliceerd op 31 mei 2023

Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 19 mei 2022, gesloten in het Paritair Subcomité voor de verhuizing, tot vaststelling van het statuut van de vakbondsafvaardiging

bron
federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg
numac
2023201891
pub.
31/05/2023
prom.
07/05/2023
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

7 MEI 2023. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 19 mei 2022, gesloten in het Paritair Subcomité voor de verhuizing, tot vaststelling van het statuut van de vakbondsafvaardiging (1)


FILIP, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 5 december 1968Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/12/1968 pub. 22/05/2009 numac 2009000346 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;

Gelet op het verzoek van het Paritair Subcomité voor de verhuizing;

Op de voordracht van de Minister van Werk, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 19 mei 2022, gesloten in het Paritair Subcomité voor de verhuizing, tot vaststelling van het statuut van de vakbondsafvaardiging.

Art. 2.De minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 7 mei 2023.

FILIP Van Koningswege : De Minister van Werk, P.-Y. DERMAGNE _______ Nota (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/12/1968 pub. 22/05/2009 numac 2009000346 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Bijlage Paritair Subcomité voor de verhuizing Collectieve arbeidsovereenkomst van 19 mei 2022 Vaststelling van het statuut van de vakbondsafvaardiging (Overeenkomst geregistreerd op 24 augustus 2022 onder het nummer 174571/CO/140.05) HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied

Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers die ressorteren onder het Paritair Subcomité voor de verhuizing (PSC 140.05 en RSZ-kengetal 084), alsook op hun arbeiders.

Met "arbeiders" bedoelt men : zowel vrouwelijke als mannelijke arbeiders ingeschreven onder het RSZ-kengetal 015. HOOFDSTUK II. - Algemene bepalingen

Art. 2.De werkgevers erkennen dat hun arbeiders het recht hebben zich te laten vertegenwoordigen door een vakbondsafvaardiging, waarvan het statuut in deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt vastgesteld.

Art. 3.De werkgevers en de vakbondsafgevaardigden dienen in alle omstandigheden blijk te geven van rechtvaardigheid, billijkheid en verzoeningsgezindheid, welke bepalend zijn voor goede sociale betrekkingen in de onderneming. Zij zullen de sociale wetgeving, de collectieve arbeidsovereenkomsten en het arbeidsreglement naleven, en hun inspanningen bundelen teneinde de naleving ervan te verzekeren.

Art. 4.De werkgevers verbinden er zich toe op hun arbeiders geenszins druk uit te oefenen om hen te beletten bij een vakbond aan te sluiten, noch aan de niet-aangesloten arbeiders andere voorrechten dan aan de aangesloten arbeiders toe te kennen.

Art. 5.De ondertekenende vakbonden gaan de verbintenis aan de vrijheid van vereniging te eerbiedigen en ervoor te zorgen dat hun leden in de onderneming voor hun propaganda geen methoden aanwenden die onverenigbaar zijn met hetgeen bepaald is in deze collectieve arbeidsovereenkomst.

Tevens zullen de vakbondsafgevaardigden elke tekortkoming aan de arbeidstucht en aan het beroepsgeheim persoonlijk vermijden en door hun collega's doen vermijden, en het optreden van de leiding der onderneming en van haar vertegenwoordigers op de verschillende gezagsposten niet zonder gegronde reden bemoeilijken. HOOFDSTUK III. - Oprichting en samenstelling

Art. 6.Een syndicale afvaardiging van het personeel zal worden ingesteld volgens de hierna omschreven regelen wanneer één of meerdere vakbonden het ondernemingshoofd daarom zullen verzoeken.

Een vakbond die de Nationale Arbeidsraad-collectieve arbeidsovereenkomst nr. 5 heeft ondertekend, heeft het recht deel te nemen aan de aanduiding of aan de verkiezing van de syndicale afvaardiging in de ondernemingen waar zij het bewijs levert representatief te zijn.

Dit bewijs wordt geleverd wanneer genoemde vakbond ten minste één mandaat heeft bekomen bij de vorige verkiezingen voor de oprichting van het comité voor veiligheid, gezondheid en verfraaiing van de werkplaatsen. In de ondernemingen waar geen verkiezingen plaats hadden voor de oprichting van dit comité, zal de betrokken vakbond moeten bewijzen dat zij ten minste 10 pct. van het gesyndikeerd personeel groepeert.

Art. 7.Aan de term "onderneming" wordt dezelfde begripsinhoud toegekend als in de wetgeving op de ondernemingsraden.

Art. 8.Het initiatief van minstens één representatieve vakbond tot oprichting van een vakbondsafvaardiging dient per aangetekende brief te worden gericht aan de werkgever.

Deze vakbondsafvaardiging bezorgt een afschrift van die brief aan de voorzitter van het Paritair Subcomité voor de verhuizing, samen met de lijst die de namen bevat van de kandidaat-afgevaardigden. Deze lijst wordt niet bezorgd aan de werkgever en bevat maximaal het in artikel 10 vermelde aantal arbeiders.

Indien er geen reactie komt van de werkgever binnen de 15 dagen na de aangetekende brief met het verzoek tot oprichting, worden de namen van de afgevaardigden door de representatieve vakbonden aan de werkgever overgemaakt.

De vakbond die het initiatief tot oprichting neemt, stelt eveneens de andere representatieve vakbonden in kennis van haar initiatief via aangetekende brief.

Art. 9.De werkgever kan zich altijd om objectieve redenen tegen de aanduiding of het behoud van een afgevaardigde verzetten (bijvoorbeeld de afgevaardigde voldoet niet aan de door deze collectieve arbeidsovereenkomst gestelde voorwaarden). De werkgever laat in het eerste geval aan de betrokken vakbond binnen de 15 dagen na het ontvangen van de lijst der voorgedragen afgevaardigden weten waarom hij zich verzet. Bij onenigheid tussen de partijen kan het geschil voorgelegd worden aan het verzoeningsbureau van voornoemd paritair subcomité.

Art. 10.Het aantal afgevaardigden is afhankelijk van het aantal arbeiders tewerkgesteld in de onderneming.

Nombre d'ouvriers

Nombre de mandats

Aantal arbeiders

Aantal mandaten

A partir de 30

2

Vanaf 30

2

A partir de 75

4

Vanaf 75

4


Plaatsvervangers worden niet voorzien.

Art. 11.Voor de vaststelling van de personeelssterkte van de onderneming waarvan sprake in de artikelen 7 en 10, wordt het gemiddeld aantal arbeiders in aanmerking genomen dat tewerkgesteld is gedurende de vier kwartalen die het kwartaal van instelling of hernieuwing der vakbondsafvaardiging voorafgaan.

In geval van betwisting aangaande het aantal arbeiders die in de onderneming werken, kan beroep gedaan worden op de voorzitter van het paritair subcomité.

Art. 12.De erkende vakbonden kiezen de aangewezen afgevaardigden omwille van hun bevoegdheid en omwille van het gezag waarover zij voor het uitoefenen van hun taak moeten beschikken.

Om als afgevaardigde te kunnen worden aangewezen, mag de kandidaat-afgevaardigde niet behoren tot het leidinggevend personeel, moet hij/zij ten minste 1 jaar in de onderneming tewerkgesteld zijn en mag hij/zij zich niet in een opzeggingsperiode bevinden.

Zij waken er tevens over dat de afgevaardigden zoveel mogelijk representatief zijn voor de verschillende afdelingen van de onderneming. HOOFDSTUK IV. - Bevoegdheid

Art. 13.De bevoegdheid van de vakbondsafvaardiging heeft onder meer betrekking op : - de arbeidsverhoudingen in de onderneming; - de onderhandelingen met het oog op het sluiten van collectieve arbeidsovereenkomsten in de onderneming, zonder dat daarbij afbreuk wordt gedaan aan de collectieve arbeidsovereenkomsten of aan de akkoorden van sociale vrede die op andere vlakken zijn gesloten; - de toepassing in de onderneming van de sociale wetgeving, van de collectieve arbeidsovereenkomsten, van het arbeidsreglement en van de individuele arbeidsovereenkomsten; - de naleving van de algemene beginselen bepaald in de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 5.

Art. 14.De vakbondsafvaardiging heeft het recht door de werkgever of zijn plaatsvervanger ten spoedigste, en ten laatste 7 kalenderdagen na daarom te hebben verzocht, te worden gehoord naar aanleiding van elk geschil of betwisting van collectieve aard die in de onderneming ontstaat of zou dreigen te ontstaan. Dit geldt ook in geval van een geschil of betwisting van individuele aard dat niet werd opgelost via gebruikelijke hiërarchische weg.

Art. 15.Elke individuele klacht wordt langs de gewone hiërarchische weg ingediend door de belanghebbende werknemer, die op zijn verzoek wordt bijgestaan door zijn vakbondsafgevaardigde.

De vakbondsafgevaardigde heeft het recht te worden gehoord naar aanleiding van elk individueel geschil of betwisting dat niet via deze weg kon worden opgelost.

Art. 16.Teneinde de in voorgaande artikelen 14 en 15 bedoelde geschillen of betwistingen te voorkomen, moet de vakbondsafvaardiging voorafgaandelijk door de werkgever worden ingelicht over collectieve veranderingen die de contractuele of gebruikelijke arbeids- en beloningsvoorwaarden kunnen wijzigen, met uitzondering van inlichtingen van individuele aard. Zij wordt inzonderheid ingelicht over de wijzigingen die voortvloeien uit de wet, de collectieve arbeidsovereenkomsten of bepalingen van algemene aard die in de individuele arbeidsovereenkomsten zijn opgenomen. HOOFDSTUK V. - Statuut van de leden der vakbondsafvaardiging

Art. 17.Het mandaat van de syndicale afvaardiging duurt 4 jaar. Het gaat in op het moment van aanwijzing en loopt af op 31 december van het jaar waarin er in België sociale verkiezingen georganiseerd worden.

Art. 18.Het mandaat van vakbondsafgevaardigde eindigt : - op de in artikel 17 vermelde vaste datum; - wanneer de afgevaardigde als dusdanig ontslag neemt uit het mandaat; dit ontslag moet hij schriftelijk aan de werkgever meedelen; - wanneer de afgevaardigde niet meer in de categorie waarin hij werd verkozen deel uitmaakt van het personeel van de onderneming; - wanneer de vakbond, waardoor de afgevaardigde werd aangewezen, deze door een andere werknemer vervangt of wanneer de afgevaardigde geen lid meer is van die vakbond. De vakbond licht de werkgever hierover schriftelijk in.

Art. 19.Wanneer aan het mandaat van een afgevaardigde een einde komt, kan de betrokken vakbond een nieuwe afgevaardigde aanduiden en dit voor de restant van de duur van het mandaat.

Tijdens de looptijd van de mandaten kan de verdeling ervan onder de betrokken vakbonden niet wijzigen tenzij bij gemeenschappelijke brief van de representatieve vakbonden gericht aan de werkgever, alsook aan de voorzitter van het paritair subcomité.

Art. 20.De kandidaat-afgevaardigden zijn beschermd vanaf de dag die volgt op de datum van de poststempel van de aangetekende brief, gericht aan de werkgever, die het initiatief tot oprichting van vakbondsafvaardiging kenbaar maakt.

Indien blijkt dat zij binnen de onderneming als kandidaat-afgevaardigden voorgedragen werden, zal hun bescherming niet aflopen maar heeft zij dezelfde duur als de bescherming van de effectief aangeduide kandidaten, volgens de modaliteiten beschreven in artikel 21 tot en met 24 van deze collectieve arbeidsovereenkomst, behoudens indien de werkgever toepassing maakt van artikel 9.

Art. 21.De vakbondsafgevaardigden hebben recht op de normale bevorderingen van de categorie waartoe zij behoren.

Art. 22.De leden van de vakbondsafvaardiging mogen niet worden ontslagen om redenen die eigen zijn aan de uitoefening van hun mandaat.

De werkgever die voornemens is een vakbondsafgevaardigde om gelijk welke redenen, met uitzondering van dringende reden, te ontslaan, verwittigt voorafgaandelijk de vakbondsafgevaardigde evenals de vakbond die de kandidatuur van deze afgevaardigde heeft voorgedragen.

Deze verwittiging gebeurt bij aangetekende brief die uitwerking heeft op de derde dag, volgend op de datum van de verzending.

De betrokken vakbond beschikt over een termijn van 7 dagen om mee te delen dat zij de geldigheid van het voorgenomen ontslag weigert te aanvaarden. Deze mededeling zal gebeuren bij aangetekend schrijven; de periode van 7 dagen neemt een aanvang op de dag waarop het door de werkgever toegezonden schrijven uitwerking heeft.

Indien de werkgever binnen deze termijn geen reactie ontvangt van de vakbond, wordt dit beschouwd als een aanvaarding van de geldigheid van het voorgenomen ontslag.

Indien de vakbond weigert de geldigheid van het voorgenomen ontslag te aanvaarden, heeft de meest gerede partij de mogelijkheid het geval aan het oordeel van het verzoeningsbureau van het paritair subcomité voor te leggen. Dit bureau zal binnen de 30 dagen de geldigheid onderzoeken en uitspraak doen. Gedurende deze periode mag de maatregel tot ontslag niet worden uitgevoerd.

Indien het verzoeningsbureau niet tot een eenparige beslissing is kunnen komen, wordt het geschil aan de arbeidsrechtbank voorgelegd.

Art. 23.In geval van ontslag van een vakbondsafgevaardigde om dringende reden, moet de vakbond daarvan onmiddellijk op de hoogte worden gebracht.

Wat betreft de dringende reden (die het ontslag van de afgevaardigde kan verantwoorden zonder voorafgaandelijke verwittiging van de syndicale afvaardiging en van de vakbond) mag de beroepsonbekwaamheid wettelijk niet worden ingeroepen, tenzij in geval van belangrijke beroepsfout waarvan het bewijs door de werkgever moet worden geleverd.

Art. 24.§ 1. Een forfaitaire vergoeding is door de werkgever verschuldigd in volgende gevallen : - indien hij een vakbondsafgevaardigde ontslaat, zonder de in artikel 22 bepaalde procedure na te leven; - indien, op het einde van de procedure, de geldigheid van de redenen van ontslag, rekening houdend met de bepaling van artikel 22, eerste lid, door het verzoeningsbureau of door de arbeidsrechtbank niet wordt erkend als vreemd aan de uitoefening van het mandaat; - indien de werkgever een afgevaardigde heeft ontslagen om dringende redenen en de arbeidsrechtbank het ontslag ongegrond heeft verklaard; - indien de arbeidsovereenkomst werd beëindigd wegens zware fout van de werkgever die voor de afgevaardigde een reden is tot onmiddellijke beëindiging van de overeenkomst. § 2. De forfaitaire vergoeding is gelijk aan de bruto bezoldiging van één jaar, onverminderd de toepassing van de artikelen 39 en 40 van de wet van 3 juli 1978Relevante gevonden documenten type wet prom. 03/07/1978 pub. 03/07/2008 numac 2008000527 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de arbeidsovereenkomsten type wet prom. 03/07/1978 pub. 12/03/2009 numac 2009000158 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de arbeidsovereenkomsten sluiten betreffende de arbeidsovereenkomsten (Belgisch Staatsblad van 22 augustus 1978).

Deze vergoeding is niet verschuldigd wanneer de vakbondsafgevaardigde de bijzondere vergoeding ontvangt voor beschermde arbeiders, met name kandidaten voor en leden van de ondernemingsraad en het comité voor preventie en bescherming op het werk.

Art. 25.Bij wijziging van werkgever ingevolge een overgang van de onderneming of gedeelte van de onderneming krachtens overeenkomst ingevolge een overdracht onder gerechtelijk gezag van het geheel of gedeelte van de onderneming of van haar activiteiten, gelden de navolgende regels met betrekking tot de voortzetting van het mandaat : - indien bij de overgang de autonomie van de onderneming of het gedeelte van de onderneming op het vlak waarvan de vakbondsafvaardiging werd opgericht, behouden blijft, blijven de vakbondsafgevaardigden hun mandaat verder uitoefenen tot op het ogenblik dat het verstrijkt; - in het geval de autonomie van de onderneming of van het gedeelte van de onderneming op het vlak waarvan de vakbondsafvaardiging werd opgericht, niet behouden blijft, wordt de vakbondsafvaardiging uiterlijk zes maanden na de overgang weder samengesteld, met dien verstande dat tot op het ogenblik van de wedersamenstelling de vakbondsafgevaardigden hun mandaat verder blijven uitoefenen. HOOFDSTUK VI. - Werking van de vakbondsafvaardiging

Art. 26.De vakbondsafvaardiging wordt naargelang de noodwendigheden tijdens de diensturen door de werkgever of diens afgevaardigde ontvangen.

De werkgever of diens afgevaardigde dient zo spoedig mogelijk, minstens binnen de 7 kalenderdagen, een antwoord te verstrekken op elke klacht die door een vakbondsafgevaardigde wordt voorgelegd.

Art. 27.De vakbondsafgevaardigden verrichten hun opdracht inzake de individuele begeleiding van de arbeiders in toepassing van artikel 15 binnen de arbeidsuren. De tijd die de vakbondsafgevaardigden besteden aan het vervullen van hun opdracht wordt als arbeidstijd bezoldigd.

De onderneming stelt een lokaal ter beschikking van de afgevaardigden om hen toe te laten hun opdrachten op een passende manier uit te oefenen.

Art. 28.§ 1. Aan de vakbondsafgevaardigden worden de nodige e-mail- en internetfaciliteiten verleend om in toepassing van artikel 29, zonder de goede gang van de onderneming te verstoren, contacten met leden van het personeel afzonderlijk en met de directie der onderneming te hebben. § 2. De vakbondsafgevaardigden beschikken bovendien over maximum 24 kredieturen per jaar en per mandaat om gezamenlijk problemen te bespreken en de besprekingen met de directie van de onderneming voor te bereiden.

De directie van de onderneming dient ten minste twee dagen op voorhand te worden ingelicht over de aanwending van de kredieturen. In geen geval mag de aanwending der kredieturen de goede gang van de onderneming verstoren.

In de onderneming met meer dan één uitbatingszetel, wordt zo nodig tussen de vakbondsafvaardiging en de directie een regeling getroffen inzake de faciliteiten en kredieturen om de normale werking van de vakbondsafvaardiging overeenkomstig haar statuut mogelijk te maken.

Art. 29.§ 1. De vakbondsafvaardiging verstrekt mondelinge en/of schriftelijke mededelingen aan het personeel.

Voor hun mededelingen kunnen de afgevaardigden beroep doen op het ondernemings-e-mail- en internetsysteem volgens de regels die hierna worden uiteengezet, onverminderd de toepassing van de bepalingen vervat in de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 81 tot bescherming van de persoonlijke levenssfeer van de arbeiders ten opzichte van de controle op de elektronische online communicatiegegevens, gesloten in de Nationale Arbeidsraad op 26 april 2002. § 2. Gebruik van e-mail. De vakbondsafgevaardigden hebben toegang tot het e-mailsysteem van de onderneming. Zij hebben het recht om, in het kader van de normale uitoefening van hun mandaat, dit systeem eveneens te gebruiken voor het sturen van mededelingen aan de arbeiders van de onderneming of aan het vakbondssecretariaat, en omgekeerd (tweerichtingsverkeer).

De mededelingen bedoeld in § 2 mogen enkel betrekking hebben op de loon- en arbeidsvoorwaarden, de arbeidsverhoudingen en de toepassing van de sociale wetgeving in de onderneming, met inbegrip van informatie van syndicale of professionele aard.

Alle regels, voor zover zij geen afbreuk doen aan onderhavige collectieve arbeidsovereenkomst, die gelden voor het e-mailgebruik in de onderneming voor de andere arbeiders, gelden onverminderd voor de syndicale afgevaardigden. § 3. Gebruik van internet. De vakbondsafgevaardigden hebben toegang tot de internetprovider van de onderneming. Ze hebben het recht om binnen redelijke perken websites te raadplegen die verband houden met de uitoefening van hun mandaat (eenrichtingsverkeer). § 4. Bescherming van de privacy. De werkgever zal zich onthouden van controle op de inhoud van het e-mail- en internetverkeer bedoeld in de § 2 en § 3 hiervoor, zelfs indien de mailserver zich in het buitenland bevindt.

Onverminderd het respect van de in het arbeidsreglement voorziene procedures en sancties, zal de werkgever, wanneer er ernstig vermoeden van misbruik bestaat, de betrokken vakbond hiervan in kennis stellen met de bedoeling om via dialoog een passende oplossing te zoeken.

Enkel bij ernstig vermoeden van misbruik kan de werkgever kennisnemen, op geïndividualiseerde basis, van het volume en de inhoud van het e-mail- en internetgebruik, rekening houdende met de geldende nationale en Europese wetgeving en reglementering ter zake. § 5. Deze regeling doet geen afbreuk aan gunstigere regelingen die overeengekomen worden op het vlak van de onderneming.

Art. 30.Op gemotiveerd verzoek mag de vakbondsafvaardiging in de onderneming tijdens de werkuren voorlichtingsvergaderingen voor het personeel beleggen. De werkgever kan zijn instemming hiervoor niet willekeurig weigeren. HOOFDSTUK VII. - Rol van de vakbondsafvaardiging bij ontstentenis van een ondernemingsraad en/of comité voor preventie en bescherming op het werk

Art. 31.Bij ontstentenis van een ondernemingsraad, zal de vakbondsafvaardiging de taken, rechten en opdrachten uitoefenen die aan deze raad worden toegekend, in het bijzonder krachtens de collectieve arbeidsovereenkomst van 9 maart 1972, gesloten in de schoot van de Nationale Arbeidsraad, tot coördinatie van de in deze raad gesloten nationale akkoorden en collectieve arbeidsovereenkomsten betreffende de ondernemingsraden, algemeen verbindend verklaard bij koninklijk besluit van 12 september 1972.

Art. 32.Wanneer in de onderneming geen comité voor preventie en bescherming op het werk is opgericht, is de vakbondsafvaardiging ermee belast de opdrachten van de comités met betrekking tot het welzijn op het werk uit te oefenen.

Art. 33.Bij ontstentenis van beide organen, worden op basis van verschillende wet- en regelgeving ook een aantal taken aan de vakbondsafvaardiging toegekend, zoals informatie verstrekken wanneer in het bedrijf een camerabewakingssysteem wordt opgezet. HOOFDSTUK VIII. - Voorkoming en beslechting van geschillen

Art. 34.Wanneer een geschil ontstaat binnen de onderneming, wendt de vakbondsafvaardiging alle middelen aan om het geschil langs onderhandelingen met de directie te beslechten.

Indien op die manier geen oplossing kan worden gevonden, kan het geschil worden voorgelegd aan het verzoeningsbureau van het paritair subcomité.

Een stakingsaanzegging of aanzegging tot lock-out kan enkel ingediend worden, nadat voornoemd verzoeningsbureau zich binnen een termijn van 15 dagen heeft uitgesproken over het geschil. De stakingsaanzegging of aanzegging tot lock-out loopt over een termijn van ten minste twee weken. De aanzegging dient te gebeuren via aangetekende brief gericht aan de werkgever of aan de werknemersorganisaties.

Zolang deze overeenkomst loopt, verbinden de partijen er zich toe geen staking of lock-out te beginnen zonder voormelde procedure van verzoening te hebben gevolgd. Zij verbinden er zich tevens toe geen steun te verlenen aan stakingen of lock-out die in strijd met voorgaande bepalingen werden begonnen. HOOFDSTUK IX. - Geldigheidsduur

Art. 35.Deze collectieve arbeidsovereenkomst treedt in werking met ingang op 15 april 2021 en is gesloten voor onbepaalde duur. Ze vervangt vanaf 15 april 2021 de collectieve arbeidsovereenkomst tot vaststelling van het statuut van de vakbondsafvaardiging (nr. 165342).

Zij kan door elk van de contracterende partijen worden opgezegd. Deze opzegging moet minstens drie maanden op voorhand geschieden bij een ter post aangetekende brief, gericht aan de voorzitter van het Paritair Subcomité voor de verhuizing, die zonder verwijl de betrokken partijen in kennis zal stellen. De termijn van drie maanden begint te lopen vanaf de datum van verzending van bovengenoemde aangetekende brief.

Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 7 mei 2023.

De Minister van Werk, P.-Y. DERMAGNE

^