Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 07 januari 2001
gepubliceerd op 25 januari 2001

Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 24 juni 1999, gesloten in het Paritair Comité voor de opvoedings- en huisvestingsinrichtingen, tot wijziging van de collectieve arbeidsovereenkomst van 17 juli 1998 betreffende maatregelen ter bevordering van de tewerkstelling in de sector van de opvoedings- en huisvestingsinrichtingen "Gehandicapten Franse Gemeenschapscommissie van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest"

bron
ministerie van tewerkstelling en arbeid
numac
2000012992
pub.
25/01/2001
prom.
07/01/2001
ELI
eli/besluit/2001/01/07/2000012992/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

7 JANUARI 2001. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 24 juni 1999, gesloten in het Paritair Comité voor de opvoedings- en huisvestingsinrichtingen, tot wijziging van de collectieve arbeidsovereenkomst van 17 juli 1998 betreffende maatregelen ter bevordering van de tewerkstelling in de sector van de opvoedings- en huisvestingsinrichtingen "Gehandicapten Franse Gemeenschapscommissie van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest" (1)


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;

Gelet op het koninklijk besluit van 5 februari 1997 houdende maatregelen met het oog op de bevordering van de tewerkstelling in de non-profit sector, gewijzigd bij latere koninklijke besluiten;

Gelet op de collectieve arbeidsovereenkomst van 17 juli 1998, gesloten in het Paritair Comité voor de opvoedings- en huisvestingsinrichtingen, betreffende maatregelen ter bevordering van de tewerkstelling in de sector van de opvoedings- en huisvestingsinrichtingen « Gehandicapten Franse Gemeenschapscommissie van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest », geregistreerd onder het nummer 49291/CO/319;

Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor de opvoedings- en huisvestingsinrichtingen;

Op de voordracht van Onze Minister van Werkgelegenheid, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 24 juni 1999, gesloten in het Paritair Comité voor de opvoedings- en huisvestingsinrichtingen, tot wijziging van de collectieve arbeidsovereenkomst van 17 juli 1998 betreffende maatregelen ter bevordering van de tewerkstelling in de sector van de opvoedings- en huisvestingsinrichtingen « Gehandicapten Franse Gemeenschapscommissie van het Brussel Hoofdstedelijk Gewest ».

Art. 2.Onze Minister van Werkgelegenheid is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te, Brussel, 7 januari 2001.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Werkgelegenheid, Mevr. L. ONKELINX _______ Nota (1) Verwijzingen naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Koninklijk besluit van 5 februari 1997, Belgisch Staatsblad van 27 februari 1997.

Bijlage Paritair Comité voor de opvoedings- en huisvestingsinrichtingen Collectieve arbeidsovereenkomst van 24 juni 1999 Wijziging van de collectieve arbeidsovereenkomst van 17 juli 1998 betreffende maatregelen ter bevordering van de tewerkstelling in de sector van de opvoedings- en huisvestingsinrichtingen "Gehandicapten Franse Gemeenschapscommissie van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest" (Overeenkomst geregistreerd op 2 december 1999 onder het nummer 53143/CO/319) HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied

Artikel 1.1. Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werknemers en de werkgevers van de inrichtingen en diensten van de sector "gehandicapten" die ressorteren onder het Paritair Comité voor de opvoedings- en huisvestingsinrichtingen die erkend en/of gesubsidieerd zijn door het Brussels Hoofdstedelijk Gewest Franse Gemeenschapscommissie, alsook op de werknemers en de werkgevers van de inrichtingen en diensten die dezelfde activiteiten uitoefenen en die noch erkend noch gesubsidieerd zijn.

Onder "werknemers" worden de mannelijke en vrouwelijke bedienden verstaan en de werklieden en werksters. HOOFDSTUK II. - Wijzigingen

Art. 2.Artikel 12 van de collectieve arbeidsovereenkomst van 17 juli 1998, gesloten in het Paritair Comité voor de opvoedings- en huisvestingsinrichtingen, betreffende maatregelen ter bevordering van de tewerkstelling in de sector van de opvoedings- en huisvestingsinrichtingen "Gehandicapten Franse Gemeenschapscommissie van het Brussels Hoofdstedelijke Gewest" wordt als volgt aangevuld : « Vanaf 1 januari 1999 wordt voor de berekening van de netto aangroei van het aantal werknemers, het maximumbedrag per kwartaal dat gelijkstaat met de aanwerving van een bijkomend werknemer, voltijds equivalent, vastgelegd op het bedrag bepaald in het koninklijk besluit van 5 februari 1997 houdende maatregelen met het oog op de bevordering van de tewerkstelling in de non-profit sector. ».

Art. 3.Artikel 13 van voornoemde collectieve arbeidsovereenkomst wordt vervangen door : «

Art. 13.Wordt niet beschouwd als nieuw aangeworven werknemer, de werknemer bedoeld in artikel 4, § 2 van bovenvermeld koninklijk besluit van 5 februari 1997. ».

Art. 4.Artikel 19 van voornoemde collectieve arbeidsovereenkomst wordt als volgt aangevuld : « Voor de aanwervingen die gebeuren na 30 juni 1999 zullen de betrekkingen worden toegewezen met het oog op het verminderen van de arbeidslast zodanig dat : - de lastigheid wordt verminderd; - de intensiteit en de kwaliteit van alle diensten wordt verbeterd en het comfort van de rechthebbenden wordt geoptimaliseerd; - een oplossing wordt geboden voor het probleem van de vervangingen bij te voorziene en te programmeren afwezigheden, zoals de afwezigheden voor vakbondsmandaten, de opleidingen, de officiële mandaten, enz.

De verbintenissen zullen worden gericht op de middelen met het oog op het naleven van de sociale wetgeving met betrekking tot de arbeidsduur en zullen tot doel hebben : a) het oplossen van het probleem van de nachten in de residentiële sector;b) het eventuele saldo zal als volgt worden verdeeld : - Residentieel : andere problemen in verband met de toepassing van de wetgeving betreffende de arbeidsduur (verblijven buiten de instelling); - Niet-residentieel : half-internaat en dagcentrum. ».

Art. 5.Artikel 20 van voornoemde collectieve arbeidsovereenkomst wordt als volgt aangevuld : « Voor de bijkomende aanwervingen die gebeuren na 30 juni 1999, komen de volgende functies in aanmerking : - opvoeder(ster) klasse I en klasse II in opleiding van opvoeder A1. ».

Art. 6.Artikel 28 van voornoemde collectieve arbeidsovereenkomst wordt als volgt aangevuld : « De arbeidsplaatsen die worden aangewend en gefinancierd op 30 juni 1999 worden eveneens gehandhaafd. ». HOOFDSTUK III. - Eindbepalingen

Art. 7.Deze collectieve arbeidsovereenkomst treedt in werking op 1 januari 1999 en wordt gesloten voor onbepaalde tijd.

Zij kan worden opgezegd door één van de ondertekenende partijen per aangetekende brief, gericht aan de voorzitter van het Paritair Comité voor de opvoedings- en huisvestingsinrichtingen, mits een opzeggingstermijn van zes maanden in acht wordt genomen.

Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 7 januari 2001.

De Minister van Werkgelegenheid, Mevr. L. ONKELINX

^