gepubliceerd op 26 mei 2017
Koninklijk besluit betreffende de samenstelling en de werking van de Commissie binnenvaart
6 MAART 2017. - Koninklijk besluit betreffende de samenstelling en de werking van de Commissie binnenvaart
FILIP, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet van 3 juni 2014Relevante gevonden documenten type wet prom. 03/06/2014 pub. 12/08/2014 numac 2014014358 bron federale overheidsdienst mobiliteit en vervoer Wet betreffende de bevrachting en de prijsvorming in de binnenvaart, met betrekking tot aangelegenheden als bedoeld in artikel 78 van de Grondwet sluiten betreffende de bevrachting en de prijsvorming in de binnenvaart met betrekking tot aangelegenheden als bedoeld in artikel 78 van de grondwet, artikel 6, § 2 en artikel 11;
Gelet op het koninklijk besluit van 20 juli 1998Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 20/07/1998 pub. 28/07/1998 numac 1998014183 bron ministerie van verkeer en infrastructuur Koninklijk besluit houdende invoering van de vrije bevrachting en de vrije prijsvorming in de sector nationaal en internationaal goederenvervoer over de binnenwateren sluiten houdende de invoering van de vrije bevrachting en de vrije prijsvorming in de sector nationaal en internationaal goederenvervoer over de binnenwateren;
Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 24 september 2015;
Gelet op de akkoordbevinding van de Minister van Begroting gegeven op 8 februari 2016;
Gelet op de betrokkenheid van de Gewestregeringen;
Gelet op het artikel 8 van de wet van 15 december 2013Relevante gevonden documenten type wet prom. 15/12/2013 pub. 31/12/2013 numac 2013021138 bron federale overheidsdienst kanselarij van de eerste minister Wet houdende diverse bepalingen inzake administratieve vereenvoudiging sluiten houdende diverse bepalingen inzake administratieve vereenvoudiging, is het besluit vrijgesteld van een regelgevingsimpactanalyse omdat het bepalingen van autoregulering betreft;
Gelet op advies nr. 60.006/2/v van de Raad van State, gegeven op 31 augustus 2016 met toepassing van artikel 84, § 1, 2° van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;
Op de voordracht van de Minister van Economie en de Minister van Mobiliteit en op het advies van onze in Raad vergaderde Ministers, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.De Commissie binnenvaart, ingesteld bij artikel 6 van de wet van 3 juni 2014Relevante gevonden documenten type wet prom. 03/06/2014 pub. 12/08/2014 numac 2014014358 bron federale overheidsdienst mobiliteit en vervoer Wet betreffende de bevrachting en de prijsvorming in de binnenvaart, met betrekking tot aangelegenheden als bedoeld in artikel 78 van de Grondwet sluiten betreffende de bevrachting en de prijsvorming in de binnenvaart met betrekking tot aangelegenheden als bedoeld in artikel 78 van de grondwet, hierna te noemen "de Commissie", is samengesteld uit een voorzitter, zonder stemrecht, en twaalf leden, waarvan : - Zes de beroepsorganisaties van ondernemers van goederenvervoer over de binnenwateren vertegenwoordigen; - Vier de organisaties die de ondernemingen, opdrachtgevers van vervoer over de binnenwateren, vertegenwoordigen; - Twee de organisaties van tussenpersonen in het goederenvervoer over de binnenwateren vertegenwoordigen.
Elke groep is samengesteld uit een gelijk aantal Nederlandstalige en Franstalige vertegenwoordigers.
De Commissie wordt voorgezeten door de Directeur-generaal van het Directoraat-generaal Scheepvaart van de Federale Overheidsdienst Mobiliteit en Vervoer of door een door hem aangewezen ambtenaar. Hij duidt een ambtenaar van de Federale Overheidsdienst Mobiliteit en Vervoer aan die belast wordt met het secretariaat van de Commissie.
Een vertegenwoordiger van de Minister belast met de economie neemt aan de vergaderingen deel met raadgevende stem.
Kunnen de vergaderingen van de Commissie bijwonen in de hoedanigheid van waarnemer: - Een vertegenwoordiger van elk Gewest; - Een afgevaardigde van elk van de vakbonden die vertegenwoordigd zijn in het Paritair Comité voor de Binnenscheepvaart.
Art. 2.De leden van de Commissie worden benoemd door de Minister die de mobiliteit in zijn bevoegdheid heeft, hierna te noemen "de Minister", op voordracht van de in het vorige artikel vermelde organisaties. Voor elk lid wordt tevens een plaatsvervanger benoemd.
Het mandaat van een lid wordt beëindigd indien het niet meer behoort tot de organisatie die het heeft voorgedragen. De organisatie die het lid heeft voorgedragen stelt een vervanger voor.
Art. 3.De Commissie maakt een huishoudelijk reglement op en legt dit ter goedkeuring voor aan de Minister.
De Commissie kan elke persoon wiens advies zij wenst in te winnen raadplegen, voor haar vergaderingen uitnodigen of bij haar werkzaamheden betrekken.
Art. 4.De Commissie kan beperkte werkgroepen oprichten, die belast zijn met het onderzoek van door de Commissie omschreven problemen die eigen zijn aan bepaalde takken van het binnenvaartvervoer.
Elke werkgroep wordt voorgezeten door een ambtenaar van de Federale Overheidsdienst Mobiliteit en Vervoer die door de voorzitter van de Commissie daartoe wordt aangeduid.
De werkgroepen die op initiatief van de Commissie zijn opgericht rapporteren aan deze laatste. De bepalingen van artikel 6 zijn van toepassing op de vergaderingen van de werkgroepen.
Art. 5.De Commissie beraadslaagt op geldige wijze indien ten minste de helft der leden vermeld in het eerste lid van artikel 1, alsmede de voorzitter aanwezig zijn.
Elk lid beschikt over één stem.
In geval de Commissie een advies uitbrengt over een bepaald vraagstuk of een bemiddelingsvoorstel doet, doet ze dit met eenparigheid van stemmen. In geval er geen eenparigheid kan worden bereikt, worden de Minister of de om bemiddeling verzoekende partijen in kennis gesteld van de verdeelde adviezen.
In geval de Commissie indicatoren van de kostprijs opstelt doet ze dit met goedkeuring van twee derde van de stemmen van de aanwezige leden.
Art. 6.De leden van de Commissie, met uitzondering van de vertegenwoordigers van openbare besturen, worden vergoed voor de verplaatsing- en verblijfkosten veroorzaakt door de uitvoering van hun opdracht overeenkomstig de voor het rijkspersoneel geldende bepalingen. Voor de toepassing ervan worden de leden en de eventueel opgeroepen personen gelijkgesteld met ambtenaren van rang A3.
Art. 7.Het koninklijk besluit van 20 juli 1998Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 20/07/1998 pub. 28/07/1998 numac 1998014183 bron ministerie van verkeer en infrastructuur Koninklijk besluit houdende invoering van de vrije bevrachting en de vrije prijsvorming in de sector nationaal en internationaal goederenvervoer over de binnenwateren sluiten houdende de invoering van de vrije bevrachting en de vrije prijsvorming in de sector nationaal en internationaal goederenvervoer over de binnenwateren wordt opgeheven.
Art. 8.Artikel 6 van de wet van 3 juni 2014Relevante gevonden documenten type wet prom. 03/06/2014 pub. 12/08/2014 numac 2014014358 bron federale overheidsdienst mobiliteit en vervoer Wet betreffende de bevrachting en de prijsvorming in de binnenvaart, met betrekking tot aangelegenheden als bedoeld in artikel 78 van de Grondwet sluiten betreffende de bevrachting en de prijsvorming in de binnenvaart met betrekking tot aangelegenheden als bedoeld in artikel 78 van de grondwet, treedt in werking op de dag van de inwerkingtreding van dit besluit.
Art. 9.De Minister bevoegd voor economie en de Minister bevoegd voor mobiliteit zijn, ieder wat hem betreft belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 6 maart 2017.
FILIP Van Koningswege : De Minister van Economie, K. PEETERS De Minister van Mobiliteit, F. BELLOT