gepubliceerd op 24 juli 2007
Koninklijk besluit tot wijziging van de inwerkingtreding van artikel 15bis van het koninklijk besluit van 28 november 1969 tot uitvoering van de wet van 27 juni 1969 tot herziening van de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de maatschappelijke zekerheid der arbeiders
6 JULI 2007. - Koninklijk besluit tot wijziging van de inwerkingtreding van artikel 15bis van het koninklijk besluit van 28 november 1969 tot uitvoering van de wet van 27 juni 1969 tot herziening van de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de maatschappelijke zekerheid der arbeiders
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet van 27 juni 1969 tot herziening van de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de maatschappelijke zekerheid der arbeiders, inzonderheid op artikel 2, § 1;
Gelet op het koninklijk besluit van 28 november 1969 tot uitvoering van de wet van 27 juni 1969 tot herziening van de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de maatschappelijke zekerheid der arbeiders, inzonderheid op artikel 15bis, ingevoegd bij het koninklijk besluit van 18 maart 1983 en gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 3 oktober 1985, 13 februari 1987 en 3 juni 2007;
Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën, gegeven op 15 juni 2007;
Gelet op de akkoordbevinding van Onze Minister van Begroting van 28 juni 2007;
Gelet op de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, inzonderheid op artikel 3, § 1, vervangen bij de wet van 4 juli 1989 en gewijzigd bij de wet van 4 augustus 1996;
Gelet op de dringende noodzakelijkheid;
Overwegende dat de inwerkingtreding van het koninklijk besluit van 3 juni 2007 tot wijziging van artikel 15bis van het koninklijk besluit van 28 november 1969 tot uitvoering van de wet van 27 juni 1969 tot herziening van de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de maatschappelijke zekerheid der arbeiders, bekendgemaakt op 12 juni 2007, had moeten worden vastgesteld op 1 juli 2008 en niet op 1 juli 2007.
Overwegende dat deze materiële fout dringend moet worden rechtgezet omdat ze belangrijke gevolgen heeft zowel voor de interuniversitaire centra als voor de artsen in opleiding, die thans onmogelijk deze nieuwe verplichtingen kunnen nakomen.
Dat de interuniversitaire centra thans immers geen eigen rechtspersoonlijkheid hebben, noch passende diensten om hun aangifte bij de R.S.Z. te doen. Dat de feitelijke beheerders van voormelde interuniversitaire centra bijgevolg strafrechtelijk en burgerlijk aansprakelijk zouden zijn wegens niet-nakoming van de sociale wetgeving. Dat daarenboven een aantal artsen in opleiding die niet in het kader van het statuut van zelfstandige werkzaam zijn, geen beroep zouden kunnen doen op de sociale zekerheid omdat ze zich niet zouden kunnen aansluiten bij het RSVZ en evenmin bij de R.S.Z. zouden aangegeven zijn. Dat deze situatie ernstige en moeilijk te herstellen schade zou veroorzaken bij beide partijen, wat absoluut niet de bedoeling was van de regering die de invoering van dit systeem vroeg in algehele onderlinge overeenstemming tussen alle partijen, te gelegener tijd en niet op een overhaaste manier.
Op de voordracht van Onze Minister van Sociale Zaken en op het advies van Onze in Raad vergaderde Ministers, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.In artikel 3 van het koninklijk besluit tot wijziging van artikel 15bis van het koninklijk besluit van 28 november 1969 tot uitvoering van de wet van 27 juni 1969 tot herziening van de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de maatschappelijke zekerheid der arbeiders van 3 juni 2007, worden de woorden « 2007 » vervangen door de woorden « 2008 »
Art. 2.Dit besluit treedt in werking op 1 juli 2007.
Art. 3.Onze Minister van Sociale Zaken is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 6 juli 2007.
ALBERT Van Koningswege : De Minister van Sociale Zaken, R. DEMOTTE