gepubliceerd op 13 mei 2004
Koninklijk besluit tot vaststelling voor sommige ondernemingen die onder het Paritair Subcomité voor de elektriciens : installatie en distributie ressorteren, van de voorwaarden waaronder het gebrek aan werk wegens economische oorzaken de uitvoering van de arbeidsovereenkomst voor werklieden schorst (1)
5 MEI 2004. - Koninklijk besluit tot vaststelling voor sommige ondernemingen die onder het Paritair Subcomité voor de elektriciens : installatie en distributie (P.C. 149.01) ressorteren, van de voorwaarden waaronder het gebrek aan werk wegens economische oorzaken de uitvoering van de arbeidsovereenkomst voor werklieden schorst (1)
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten, inzonderheid op artikel 51, § 1, vervangen bij de wet van 30 december 2001;
Gelet op het advies van het Paritair Subcomité voor de elektriciens : installatie en distributie;
Gelet op de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, inzonderheid op artikel 3, § 1, vervangen bij de wet van 4 juli 1989 en gewijzigd bij de wet van 4 augustus 1996;
Gelet op de dringende noodzakelijkheid;
Overwegende dat de huidige economische toestand het spoedig invoeren van een regeling van schorsing van de uitvoering van de arbeidsovereenkomst voor werklieden rechtvaardigt voor de ondernemingen die ressorteren onder het Paritair Subcomité voor de elektriciens : installatie en distributie;
Op de voordracht van Onze Minister van Werk, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.Dit besluit is van toepassing op de werkgevers en op de werklieden van de ondernemingen die onder het Paritair Subcomité voor de elektriciens : installatie en distributie ressorteren.
Art. 2.Bij volledig of gedeeltelijk gebrek aan werk wegens economische oorzaken mag de uitvoering van de arbeidsovereenkomst voor werklieden volledig worden geschorst, mits ervan kennisgeving wordt gedaan door aanplakking in de lokalen van de onderneming, minstens zeven dagen op voorhand, de dag van de aanplakking niet inbegrepen.
De aanplakking kan worden vervangen door een geschreven kennisgeving aan iedere werkloos gestelde werkman, ten minste zeven dagen vooraf, de dag van de kennisgeving niet inbegrepen.
Art. 3.De duur van de volledige schorsing van de uitvoering van de overeenkomst mag acht weken niet overschrijden.
Art. 4.De kennisgeving bedoeld bij artikel 2 vermeldt de datum waarop de volledige schorsing van de uitvoering van de overeenkomst of de regeling van gedeeltelijke arbeid zal ingaan en de datum waarop deze schorsing of deze regeling zal eindigen en de data waarop de werklieden werkloos zullen zijn.
Art. 5.Op hetzelfde moment waarop hij de aanplakking of individuele kennisgeving meedeelt zoals voorzien in artikel 51, § 1, derde lid van de wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten moet de werkgever, wanneer de beoogde periode langer is dan vier weken, de voorzitter van het Paritair Subcomité voor de elektriciens : installatie en distributie hiervan op de hoogte brengen door middel van een aangetekend schrijven.
Art. 6.Dit besluit treedt in werking op 18 april 2004 en treedt buiten werking op 18 april 2005.
Art. 7.Onze Minister van Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 5 mei 2004.
ALBERT Van Koningswege : De Minister van Werk, F. VANDENBROUCKE _______ Nota 1) Verwijzingen naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 3 juli 1978, Belgisch Staatsblad van 22 augustus 1978. Wet van 30 december 2001, Belgisch Staatsblad van 31 december 2001.