gepubliceerd op 25 mei 2012
Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 12 juli 2011, gesloten in het Paritair Comité voor de ijzernijverheid, tot invoering van een tijdelijk brugpensioenstelsel op 56 jaar
5 MAART 2012. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 12 juli 2011, gesloten in het Paritair Comité voor de ijzernijverheid, tot invoering van een tijdelijk brugpensioenstelsel op 56 jaar (1)
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet van 5 december 1968Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/12/1968 pub. 22/05/2009 numac 2009000346 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;
Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor de ijzernijverheid;
Op de voordracht van de Minister van Werk, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 12 juli 2011, gesloten in het Paritair Comité voor de ijzernijverheid, tot invoering van een tijdelijk brugpensioenstelsel op 56 jaar.
Art. 2.De Minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 5 maart 2012.
ALBERT Van Koningswege : De Minister van Werk, M. DE CONINCK _______ Nota (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/12/1968 pub. 22/05/2009 numac 2009000346 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Bijlage Paritair Comité voor de ijzernijverheid Collectieve arbeidsovereenkomst van 12 juli 2011 Invoering van een tijdelijk brugpensioenstelsel op 56 jaar (Overeenkomst geregistreerd op 2 september 2011 onder het nummer 105513/CO/104) HOOFDSTUK I. - Onderwerp
Artikel 1.Deze overeenkomst is afgesloten in uitvoering van het sectoraal akkoord van 12 juli 2011, evenals in toepassing van de collectieve arbeidsovereenkomsten nr. 92 en nr. 96, respectievelijk afgesloten op 20 december 2007 en 20 februari 2009 binnen de Nationale Arbeidsraad en van de artikelen 47 en 48 van de wet van 12 april 2011Relevante gevonden documenten type wet prom. 12/04/2011 pub. 28/04/2011 numac 2011012030 bron federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg Wet houdende aanpassing van de wet van 1 februari 2011 houdende verlenging van de crisismaatregelen en uitvoering van het interprofessioneel akkoord, en tot uitvoering van het compromis van de Regering met betrekking tot het ontwerp van interprofessioneel akkoord sluiten houdende aanpassing van de wet van 1 februari 2011 houdende verlenging van de crisismaatregelen en uitvoering van het interprofessioneel akkoord, en tot uitvoering van het compromis van de Regering met betrekking tot het ontwerp van interprofessioneel akkoord.
Deze overeenkomst heeft tot doel een sectoraal brugpensioenkader te bepalen waarvan de toepassingsmodaliteiten onderhandeld worden op ondernemingsvlak. HOOFDSTUK II. - Toepassingsgebied
Art. 2.Deze overeenkomst is van toepassing in de ondernemingen die onder het Paritair Comité voor de ijzernijverheid (PC nr. 104) vallen en op de werknemers en werkneemsters die door een arbeidsovereenkomst voor arbeider aan deze ondernemingen zijn gebonden. HOOFDSTUK III. - Modaliteiten
Art. 3.Deze overeenkomst voert tijdelijk, volgens de hierna vermelde modaliteiten, een recht op brugpensioen in ten gunste van ontslagen werknemers van minstens 56 jaar oud op het ogenblik van de beëindiging van de arbeidsovereenkomst, die op dat ogenblik een beroepsverleden van ten minste 40 jaar als loontrekkende kunnen laten gelden (zogenaamd stelsel 56-40).
Bovendien moeten deze werknemers het bewijs kunnen leveren dat ze vóór de leeftijd van 17 jaar gedurende ten minste 78 dagen arbeidsprestaties geleverd hebben waarvoor socialezekerheidsbijdragen werden betaald, met volledige onderwerping aan de sociale zekerheid, of ten minste 78 dagen arbeidsprestaties in het kader van het leerlingwezen die zich situeren vóór 1 september 1983.
Art. 4.In het raam van het conventioneel brugpensioen heeft de bruggepensioneerde werknemer recht op een aanvullende brugpensioenvergoeding ten laste van de werkgever. Deze vergoeding wordt berekend en toegekend overeenkomstig de bepalingen van de hoofdstukken III en IV van de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 17, zoals gewijzigd door de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 17tricies van 19 december 2006, afgesloten binnen de Nationale Arbeidsraad.
Art. 5.De sector formuleert een aanbeveling aan de ondernemingen om op hun niveau de aanvragen die ingediend zouden worden voor een brugpensioenstelsel 56-40, gunstig en vanuit een niet-discriminerend oogpunt, te onderzoeken, met inachtneming van alle elementen van de situatie van de werknemer en de organisatorische factoren.
De sector wordt op de hoogte gebracht van het gevolg dat aan de aanvragen gegeven wordt. Deze informatie aan de sector moet het hem mogelijk maken om kennis te nemen van eventuele toepassingsmoeilijkheden met het oog op het oplossen ervan. HOOFDSTUK IV. - Toepassingsduur
Art. 6.Deze overeenkomst wordt afgesloten voor een bepaalde duur. Ze heeft uitwerking met ingang van 1 januari 2011 en treedt buiten werking op 31 december 2012.
Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 5 maart 2012.
De Minister van Werk, M. DE CONINCK