gepubliceerd op 27 juli 2007
Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 22 maart 2006, gesloten in het Paritair Subcomité voor de diensten voor gezins- en bejaardenhulp van de Vlaamse Gemeenschap, inzake het loonbarema begeleidend personeel, in uitvoering van het "Vlaams Intersectoraal Akkoord 2006-2010 voor de Non Profit/Social Profit"
5 MAART 2007. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 22 maart 2006, gesloten in het Paritair Subcomité voor de diensten voor gezins- en bejaardenhulp van de Vlaamse Gemeenschap, inzake het loonbarema begeleidend personeel, in uitvoering van het "Vlaams Intersectoraal Akkoord 2006-2010 voor de Non Profit/Social Profit" (1)
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;
Gelet op het verzoek van het Paritair Subcomité voor de diensten voor gezins- en bejaardenhulp van de Vlaamse Gemeenschap;
Op de voordracht van Onze Minister van Werk, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 22 maart 2006, gesloten in het Paritair Subcomité voor de diensten voor gezins- en bejaardenhulp van de Vlaamse Gemeenschap, inzake het loonbarema begeleidend personeel, in uitvoering van het "Vlaams Intersectoraal Akkoord 2006-2010 voor de Non Profit/Social Profit".
Art. 2.Onze Minister van Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 5 maart 2007.
ALBERT Van Koningswege : De Minister van Werk, P. VANVELTHOVEN _______ Nota (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Bijlage Paritair Subcomité voor de diensten voor gezins- en bejaardenhulp van de Vlaamse Gemeenschap Collectieve arbeidsovereenkomst van 22 maart 2006 Loonbarema begeleidend personeel, in uitvoering van het "Vlaams Intersectoraal Akkoord 2006-2010 voor de Non Profit/Social Profit". (Overeenkomst geregistreerd op 17 juli 2006 onder het nummer 80394/CO/318.02)
Artikel 1.§ 1. Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werknemers en de werkgevers van de diensten voor gezinszorg (gezins- en bejaardenhulp) van de Vlaamse Gemeenschap.
Onder "werknemers" wordt verstaan : de werknemers die worden tewerkgesteld als verantwoordelijke hulpverlening ("begeleidende diensten"), inbegrepen de werknemers betaald uit de middelen sociale maribel en de werknemers tewerkgesteld in een GESCO-statuut. § 2. Deze collectieve arbeidsovereenkomst is niet van toepassing op : 1. het personeel dat prestaties levert in het kader van een tewerkstellings- en doorstromingsprogramma.Onder "tewerkstellings- en doorstromingsprogramma's" wordt limitatief verstaan : - WEP en WEP+; - maaltijdbedelers zolang ze niet begrepen zijn in de regelgeving logistieke hulp; - oppassers zieke kinderen voor zover ze gesubsidieerd zijn door het "Fonds voor Collectieve Uitrustingen en Diensten"; 2. het begeleidend personeel tewerkgesteld in het kader van de dienstencheques.
Art. 2.Deze collectieve arbeidsovereenkomst geeft uitvoering aan het punt 2.3.2. van het "Vlaams Intersectoraal Akkoord 2006-2010 voor de Non Profit/Social Profit".
Art. 3.§ 1. Het minimum brutojaarloon voor de werknemers die worden tewerkgesteld als verantwoordelijke hulpverlening zoals bedoeld in artikel 1, § 1, stijgt met ingang vanaf 1 januari 2006 met een forfaitair bedrag, ongeacht de baremieke anciënniteit van de werknemer. Dit forfaitair bedrag bedraagt 501,56 EUR brutojaarloon (exclusief werkgeverslasten). § 2. De toepassing van dit minimum brutojaarloon en toekomstige indexeringen mag geen afbreuk doen aan de brutojaarlonen die voor de werknemers, bedoeld in artikel 1, § 1, gunstiger zijn daar waar dergelijke toestand bestaat.
Art. 4.§ 1. Overeenkomstig artikel 3, § 2, van de collectieve arbeidsovereenkomst van 16 december 2003 ter vervanging van de collectieve arbeidsovereenkomst van 18 januari 2002 betreffende de loonvoorwaarden, moet voor het bepalen van de overeenstemmende brutomaandlonen, de brutojaarlonen gedeeld worden door twaalf. § 2. De brutomaandlonen worden vastgesteld overeenkomstig de berekeningswijze bepaald in dit artikel en als bijlage 1 aan deze collectieve arbeidsovereenkomst opgenomen.
Het in bijlage 1 aan deze collectieve arbeidsovereenkomst vastgesteld minimumloon B1Bbis wordt gekoppeld aan het indexcijfer van de consumptieprijzen, maandelijks vastgesteld door het Ministerie van Economische Zaken en bekendgemaakt in het Belgisch Staatsblad, volgens de bepalingen van de collectieve arbeidsovereenkomst van 20 maart 1989 betreffende de koppeling van de lonen aan het indexcijfer van de consumptieprijzen, algemeen verbindend verklaard bij koninklijk besluit van 12 september 1989 (Belgisch Staatsblad van 14 oktober 1989). Het in bijlage vastgestelde minimumloon is het geïndexeerde minimumloon op 1 september 2005.
Art. 5.Deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt uitgevoerd voor zover, ter uitvoering van het "Vlaams Intersectoraal Akkoord 2006-2010", de voorziene budgetten worden vrijgemaakt en voor zover de regelgeving en de subsidiëring aangepast wordt.
Art. 6.Deze collectieve arbeidsovereenkomst wijzigt de collectieve arbeidsovereenkomst van 16 december 2003 betreffende de loonvoorwaarden in die zin dat aan de verantwoordelijke hulpverlening het barema B1Bbis, opgenomen in deze collectieve arbeidsovereenkomst, wordt toegekend in plaats van het loonbarema B1b, zoals vermeld in de collectieve arbeidsovereenkomst van 16 december 2003.
Art. 7.Deze collectieve arbeidsovereenkomst treedt in werking op 1 januari 2006 en wordt afgesloten voor onbepaalde duur.
Zij kan door elk van de partijen worden opgezegd, mits een opzeggingstermijn van 3 maanden, gericht bij een ter post aangetekend schrijven aan de voorzitter van het paritair subcomité.
Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 5 maart 2007.
De Minister van Werk, P. VANVELTHOVEN Bijlage aan de collectieve arbeidsovereenkomst van 22 maart 2006, gesloten in het Paritair Subcomité voor de diensten voor gezins- en bejaardenhulp van de Vlaamse Gemeenschap, inzake het loonbarema begeleidend personeel in uitvoering van het "Vlaams Intersecoraal Akkoord 2006-2010 voor de Non Profit/Social Profit" Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 5 maart 2007.
De Minister van Werk, P. VANVELTHOVEN