gepubliceerd op 03 juli 2008
Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 10 mei 2007, gesloten in het Paritair Comité voor het bouwbedrijf, tot vaststelling van het kwartaalbedrag van de forfaitaire bijdrage aan het "Fonds voor bestaanszekerheid van de werklieden uit het bouwbedrijf"
5 JUNI 2008. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 10 mei 2007, gesloten in het Paritair Comité voor het bouwbedrijf, tot vaststelling van het kwartaalbedrag van de forfaitaire bijdrage aan het "Fonds voor bestaanszekerheid van de werklieden uit het bouwbedrijf" (1)
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet van 7 januari 1958 betreffende de fondsen voor bestaanszekerheid, inzonderheid op artikel 2;
Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;
Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor het bouwbedrijf;
Op de voordracht van de Minister van Werk, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 10 mei 2007, gesloten in het Paritair Comité voor het bouwbedrijf, tot vaststelling van het kwartaalbedrag van de forfaitaire bijdrage aan het "Fonds voor bestaanszekerheid van de werklieden uit het bouwbedrijf".
Art. 2.De Minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 5 juni 2008.
ALBERT Van Koningswege : De Vice-Eerste Minister en Minister van Werk en Gelijke Kansen, Mevr. J. MILQUET _______ Nota (1) Verwijzingen naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 7 januari 1958, Belgisch Staatsblad van 7 februari 1958. Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969.
Bijlage Paritair Comité voor het bouwbedrijf Collectieve arbeidsovereenkomst van 10 mei 2007 Vaststelling van het kwartaalbedrag van de forfaitaire bijdrage aan het "Fonds voor bestaanszekerheid van de werklieden uit het bouwbedrijf" (Overeenkomst geregistreerd op 29 mei 2007 onder het nummer 82974/CO/124)
Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers van de ondernemingen die onder het Paritair Comité voor het bouwbedrijf ressorteren en op de arbeiders die zij tewerkstellen, alsook op de uitzendkantoren voor de arbeiders die zij ter beschikking stellen van bouwbedrijven.
Ze stelt, in uitvoering van artikel 4 van de collectieve arbeidsovereenkomst van 3 juni 2004 tot vaststelling van de forfaitaire bijdrage aan het "Fonds voor bestaanszekerheid van de werklieden uit het bouwbedrijf", het kwartaalbedrag vast van de forfaitaire bijdrage aan het "Fonds voor bestaanszekerheid van de werklieden uit het bouwbedrijf" voor het 3e kwartaal van 2007.
Art. 2.Het kwartaalbedrag van de forfaitaire bijdrage voor het 3e kwartaal van 2007 is vastgesteld op : - 515,00 EUR voor de ondernemingen die gerangschikt zijn in de categorie A, kengetalbouw 024 en 224; - 505,00 EUR voor de ondernemingen die gerangschikt zijn in de categorie B, kengetalbouw 054 en 254 of categorie C, kengetalbouw 044 en 244; - 430,00 EUR voor de ondernemingen die gerangschikt zijn in de categorie D, kengetalbouw 026 en 226.
Art. 3.§ 1. In afwijking op artikel 2 gelden de volgende bedragen voor de arbeiders die na 30 juni 2007 in dienst getreden zijn en die op het ogenblik van de indiensttreding de leeftijd van 25 jaar nog niet hebben bereikt : - 215,00 EUR voor de ondernemingen die gerangschikt zijn in de categorie A, kengetalbouw 024 en 224; - 205,00 EUR voor de ondernemingen die gerangschikt zijn in de categorie B, kengetalbouw 054 en 254 of categorie C, kengetalbouw 044 en 244; - 130,00 EUR voor de ondernemingen die gerangschikt zijn in de categorie D, kengetalbouw 026 en 226.
De bedragen vermeld in dit artikel zijn enkel van toepassing in het kwartaal van indiensttreding en de daaropvolgende 7 kwartalen. Daarna gelden de bedragen vermeld in artikel 2.
Wanneer een werkgever al het verminderde bedrag vermeld in dit artikel verschuldigd geweest is voor een arbeider en hij deze terug in dienst neemt, worden deze tewerkstellingen als één tewerkstelling beschouwd voor de vaststelling van het verschuldigde bedrag en voor de duur waarvoor het verminderde bedrag geldt. De periode gelegen tussen de arbeidsovereenkomsten wordt niet meegeteld. § 2. Indien de vermindering van de forfaitaire bijdrage voor de jongeren bedoeld in § 1 nog niet kan geïmplementeerd worden in de Multifunctionele Aangifte (DmfA) aan de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid voor het 3e kwartaal 2007, wordt de vermindering als volgt toegekend : - de werkgever betaalt het niet verminderde bedrag zoals bepaald in artikel 2; - het fonds voor bestaanszekerheid betaalt aan de werkgever het verschil terug tussen het betaalde bedrag en het overeenkomstig § 1 van dit artikel verschuldigde bedrag.
Art. 4.In afwijking op artikel 2 gelden de volgende bedragen voor de arbeiders die op de laatste dag van het kwartaal tenminste de leeftijd van 58 jaar bereikt hebben : - 415,00 EUR voor de ondernemingen die gerangschikt zijn in de categorie A, keangetalbouw 024 en 224; - 405,00 EUR voor de ondernemingen die gerangschikt zijn in de categorie B, kengetalbouw 054 en 254 of categorie C, kengetalbouw 044 en 244; - 330,00 EUR voor de ondernemingen die gerangschikt zijn in de categorie D, kengetalbouw 026 en 226.
Art. 5.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is gesloten voor een bepaalde duur. Ze treedt in werking op 1 juli 2007 en houdt op van kracht te zijn op 30 september 2007.
Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 5 juni 2008.
De Vice-Eerste Minister en Minister van Werk en Gelijke Kansen, Mevr. J. MILQUET