gepubliceerd op 30 december 2003
Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 30 maart 2001 tot regeling van de rechtspositie van het personeel van de politiediensten
5 DECEMBER 2003. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 30 maart 2001 tot regeling van de rechtspositie van het personeel van de politiediensten
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op artikel 121 van de wet van 7 december 1998 tot organisatie van een geïntegreerde politiedienst, gestructureerd op twee niveaus, zoals vervangen door de wet van 26 april 2002;
Gelet op het koninklijk besluit van 30 maart 2001 tot regeling van de rechtspositie van het personeel van de politiediensten, inzonderheid op de artikelen XI.III.12, eerste lid, XI.III.44, § 1, XI.IV.120 en bijlage 6;
Gelet op het protocol nr. 91 van 4 december 2002 van het onderhandelingscomité voor de politiediensten;
Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 5 en 13 februari 2003;
Gelet op de akkoordbevinding van Onze Minister van Begroting van 15 mei 2003;
Gelet op de akkoordbevinding van Onze Minister van Ambtenarenzaken van 11 april 2003;
Gelet op het advies 35.946/2 van de Raad van State, gegeven op 20 oktober 2003;
Op de voordracht van Onze Minister van Binnenlandse Zaken en Onze Minister van Justitie, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.In artikel XI.III.12, eerste lid, van het koninklijk besluit van 30 maart 2001, tot regeling van de rechtspositie van het personeel van de politiediensten wordt een punt 4°bis ingevoegd, luidende : « 4°bis de personeelsleden die deel uitmaken van de scheepvaartpolitie; ».
Art. 2.Artikel XI.III.44, § 1, van hetzelfde besluit wordt aangevuld als volgt : « Voornoemde artikelen zijn evenwel slechts toepasselijk op de personeelsleden die vóór 5 december 2002 zijn aangewezen voor de scheepvaartpolitie en die vóór 31 januari 2003 voor de toepassing ervan opteren. In dat geval, en voor zolang zij deze optie niet herroepen, genieten zij de functietoelage bedoeld in artikel XI.III.12, eerst lid 4°bis, niet. Deze herroeping geschiedt, in voorkomend geval, ten definitieven titel. »
Art. 3.Hoofdstuk VIII van titel IV van deel XI, bestaande uit artikel XI.IV.120, wordt opgeheven.
Art. 4.Bijlage 6 van hetzelfde besluit wordt vervangen door de bijlage aan dit besluit.
Art. 5.Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 juli 2002.
Art. 6.Onze Minister van Binnenlandse Zaken en Onze Minister van Justitie zijn, ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 5 december 2003.
ALBERT Van Koningswege : De Minister van Binnenlandse Zaken, P. DEWAEL De Minister van Justitie, Mevr. L. ONKELINX
Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld Gezien om te worden gevoegd bij Ons besluit van 5 december 2003 tot wijziging van het koninklijk besluit van 30 maart 2001 tot regeling van de rechtspositie van het personeel van de politiediensten.
ALBERT Van Koningswege : De Minister van Binnenlandse Zaken, P. DEWAEL De Minister van Justitie, Mevr. L. ONKELINX