gepubliceerd op 04 oktober 2000
Koninklijk besluit houdende de nadere regels betreffende de controles uitgevoerd door de ambtenaren en agenten van het Ministerie van Middenstand en Landbouw in het kader van de wet van 3 december 1999 betreffende steunmaatregelen ten gunste van landbouwbedrijven getroffen door de dioxinecrisis
3 SEPTEMBER 2000. - Koninklijk besluit houdende de nadere regels betreffende de controles uitgevoerd door de ambtenaren en agenten van het Ministerie van Middenstand en Landbouw in het kader van de wet van 3 december 1999 betreffende steunmaatregelen ten gunste van landbouwbedrijven getroffen door de dioxinecrisis
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet van 3 december 1999 betreffende steunmaatregelen ten gunste van landbouwbedrijven getroffen door de dioxinecrisis, inzonderheid op artikel 18;
Gelet op het overleg met de Gewestregeringen;
Gelet op het verzoek om spoedbehandeling, gemotiveerd door de noodzaak om onverwijld de controle te organiseren op de toekenning van de steun aan de landbouwbedrijven na de goedkeuring door de Europese Commissie van de steun, voorzien bij het koninklijk besluit van 24 december 1999 betreffende de nadere regels voor de toekenning van vergoedingen in uitvoering van de wet van 3 december 1999 betreffende steunmaatregelen ten gunste van landbouwbedrijven getroffen door de dioxinecrisis;
Gelet op het advies van de Raad van State, gegeven op 6 juli 2000, nummer L 30.377/3, met toepassing van artikel 84, eerste lid, 2° van de gecoördineerde wetten op de Raad van State;
Op de voordracht van Onze Minister van Landbouw en Middenstand, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.Onverminderd de ambtsbevoegdheid van de officieren van de gerechtelijke politie, wordt overtreding van de bepalingen van artikel 17 van de wet van 3 december 1999 betreffende steunmaatregelen ten gunste van landbouwbedrijven getroffen door de dioxinecrisis en van de ter uitvoering ervan genomen besluiten opgespoord en vastgesteld door de ambtenaren en agenten van het Ministerie van Middenstand en Landbouw, aangeduid door de Minister die de landbouw onder zijn bevoegdheid heeft.
Art. 2.Een afschrift van de door deze overheidspersonen opgemaakte processen-verbaal wordt binnen vijftien dagen na vaststelling aan de overtreders verstuurd.
Art. 3.Onze Minister van Landbouw en Middenstand is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 3 september 2000.
ALBERT Van Koningswege : De Minister van Landbouw en Middenstand, J. GABRIELS