gepubliceerd op 26 augustus 2022
Koninklijk besluit houdende goedkeuring van het reglement betreffende de organisatie van en het toezicht op de boekhouding van de notarissen vastgesteld door de Nationale Kamer van notarissen
3 JUNI 2022. - Koninklijk besluit houdende goedkeuring van het reglement betreffende de organisatie van en het toezicht op de boekhouding van de notarissen vastgesteld door de Nationale Kamer van notarissen
FILIP, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet van 16 maart 1803Relevante gevonden documenten type wet prom. 16/03/1803 pub. 28/10/2009 numac 2009000678 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet op het notarisambt Officieuze coördinatie in het Duits sluiten op het notarisambt, artikel 91, eerste lid, 5°, tweede streepje, ingevoegd bij de wet van 4 mei 1999 en gewijzigd bij de wet van 6 juli 2017 en artikel 91, vierde lid, ingevoegd bij de wet van 4 mei 1999 en vernummerd bij de wet van 6 juli 2017;
Gelet op het koninklijk besluit van 9 maart 2003Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 09/03/2003 pub. 01/04/2003 numac 2003009215 bron federale overheidsdienst justitie Koninklijk besluit houdende goedkeuring van de reglementen van de Nationale Kamer van notarissen voor de organisatie van de notariële boekhouding en voor het toezicht op de boekhouding sluiten houdende goedkeuring van de reglementen van de Nationale Kamer van notarissen voor de organisatie van de notariële boekhouding en voor het toezicht op de boekhouding;
Overwegende de wet van 16 mars 1803 op het notarisambt, artikel 34, vervangen bij de wet van 22 november 2013Relevante gevonden documenten type wet prom. 22/11/2013 pub. 06/12/2013 numac 2013022601 bron federale overheidsdienst sociale zekerheid Wet houdende hervorming van de berekening van de sociale bijdragen voor zelfstandigen type wet prom. 22/11/2013 pub. 10/12/2013 numac 2013009528 bron federale overheidsdienst justitie Wet tot wijziging van de wet van 25 ventôse jaar XI op het notarisambt wat de kwaliteitsrekening van notarissen betreft en van de hypotheekwet van 16 december 1831 wat de kwaliteitsrekening van advocaten, notarissen en gerechtsdeurwaarders betreft type wet prom. 22/11/2013 pub. 03/03/2014 numac 2014015004 bron federale overheidsdienst buitenlandse zaken, buitenlandse handel en ontwikkelingssamenwerking Wet houdende instemming met de Wijzigingen van het Statuut van Rome van het Internationaal Strafhof betreffende de misdaad van agressie, aangenomen te Kampala op 11 juni 2010 tijdens de Herzieningsconferentie van het Statuut van Rome sluiten en gewijzigd bij de wet van 6 juli 2017 en artikel 76, 5°, ingevoegd bij de wet van 4 mei 1999;
Op de voordracht van de Minister van Justitie, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.Het reglement betreffende de organisatie van en het toezicht op de boekhouding van de notarissen, aangenomen op 26 oktober 2017 en gewijzigd op 25 oktober 2018, 24 januari 2019 en 21 april 2022 door de Nationale Kamer van notarissen, dat bij dit besluit als bijlage is gevoegd, wordt goedgekeurd.
Art. 2.De minister bevoegd voor Justitie is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 3 juni 2022.
FILIP Van Koningswege : De Minister van Justitie, V. VAN QUICKENBORNE
BIJLAGE BIJ HET KONINLIJK BESLUIT VAN 3 JUNI 2022 HOUDENDE GOEDKEURING VAN HET REGLEMENT BETREFFENDE DE ORGANISATIE VAN EN HET TOEZICHT OP DE BOEKHOUDING VAN DE NOTARISSEN VASTGESTELD DOOR DE NATIONALE KAMER VAN NOTARISSEN Reglement betreffende de organisatie van en het toezicht op de boekhouding van de notarissen Aangenomen door de algemene vergadering van 26 oktober 2017 en gewijzigd door de algemene vergaderingen van 25 oktober 2018, 24 januari 2019 en 21 april 2022. HOOFDSTUK I. - Algemeen
Artikel 1.Dit reglement wordt uitgevaardigd in toepassing van de artikelen 34, 76, 5°, en 91, eerste lid, 5°, van de wet op het notarisambt. Het stelt de algemene regels vast met betrekking tot de organisatie van en het toezicht op de boekhouding van de notarissen en de wijze waarop zij dienen toegepast te worden.
Art. 2.Het directiecomité van de Nationale Kamer maakt de modeldocumenten op waarnaar verwezen wordt, past deze aan, vervangt ze of heft ze op, met uitzondering van het rekeningenstelsel.
Deze documenten zijn beschikbaar op het intranet van het notariaat (eNotariaat). HOOFDSTUK II. - Definities
Art. 3.In dit reglement wordt verstaan onder: 1° de wet op het notarisambt: de wet van 16 maart 1803Relevante gevonden documenten type wet prom. 16/03/1803 pub. 28/10/2009 numac 2009000678 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet op het notarisambt Officieuze coördinatie in het Duits sluiten op het notarisambt, zoals laatstelijk gewijzigd op 19 januari 2022;2° het koninklijk besluit van 10 januari 2002Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 10/01/2002 pub. 12/01/2002 numac 2001010125 bron ministerie van justitie en ministerie van financien Koninklijk besluit betreffende het beheer van de door een notaris ontvangen sommen, effecten en geldswaardige papieren aan toonder en betreffende het toezicht op de boekhouding van de notarissen type koninklijk besluit prom. 10/01/2002 pub. 30/01/2002 numac 2001022933 bron ministerie van sociale zaken, volksgezondheid en leefmilieu Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 29 oktober 2001 tot bepaling van de besteding van de middelen van het terugvorderingsfonds voorzien bij het koninklijk besluit van 3 mei 1999 tot inrichting van het terugvorderingsfonds voor de publieke non-profitsector aangesloten bij de R.S.Z.-P.P.O., bedoeld in artikel 1, § 7, 2° van de wet van 1 augustus 1985 houdende sociale bepalingen en tot bepaling van zijn werkingsmodaliteiten type koninklijk besluit prom. 10/01/2002 pub. 25/04/2002 numac 2002022320 bron ministerie van sociale zaken, volksgezondheid en leefmilieu Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 29 oktober 2001 tot bepaling van de besteding van de middelen van het terugvorderingsfonds voorzien bij het koninklijk besluit van 3 mei 1999 tot inrichting van het terugvorderingsfonds voor de publieke non-profitsector aangesloten bij de R.S.Z.-P.P.O., bedoeld in artikel 1, § 7, 2° van de wet van 1 augustus 1985 houdende sociale bepalingen en tot bepaling van zijn werkingsmodaliteiten. - Erratum sluiten: het koninklijk besluit van 10 januari 2002Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 10/01/2002 pub. 12/01/2002 numac 2001010125 bron ministerie van justitie en ministerie van financien Koninklijk besluit betreffende het beheer van de door een notaris ontvangen sommen, effecten en geldswaardige papieren aan toonder en betreffende het toezicht op de boekhouding van de notarissen type koninklijk besluit prom. 10/01/2002 pub. 30/01/2002 numac 2001022933 bron ministerie van sociale zaken, volksgezondheid en leefmilieu Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 29 oktober 2001 tot bepaling van de besteding van de middelen van het terugvorderingsfonds voorzien bij het koninklijk besluit van 3 mei 1999 tot inrichting van het terugvorderingsfonds voor de publieke non-profitsector aangesloten bij de R.S.Z.-P.P.O., bedoeld in artikel 1, § 7, 2° van de wet van 1 augustus 1985 houdende sociale bepalingen en tot bepaling van zijn werkingsmodaliteiten type koninklijk besluit prom. 10/01/2002 pub. 25/04/2002 numac 2002022320 bron ministerie van sociale zaken, volksgezondheid en leefmilieu Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 29 oktober 2001 tot bepaling van de besteding van de middelen van het terugvorderingsfonds voorzien bij het koninklijk besluit van 3 mei 1999 tot inrichting van het terugvorderingsfonds voor de publieke non-profitsector aangesloten bij de R.S.Z.-P.P.O., bedoeld in artikel 1, § 7, 2° van de wet van 1 augustus 1985 houdende sociale bepalingen en tot bepaling van zijn werkingsmodaliteiten. - Erratum sluiten betreffende het beheer van de door een notaris ontvangen sommen, effecten en geldswaardige papieren aan toonder en betreffende het toezicht op de boekhouding van de notarissen zoals gewijzigd op 26 april 2007;3° de Nationale Kamer: de Nationale Kamer van notarissen bedoeld in artikel 90 en volgende van de wet op het notarisambt;4° het directiecomité: het directiecomité van de Nationale Kamer bedoeld in artikel 92 van de wet op het notarisambt;5° de kamer van notarissen: de kamer van notarissen bedoeld in artikel 76 en volgende van de wet op het notarisambt;6° het notarieel fonds: het notarieel fonds bedoeld in artikel 117 van de wet op het notarisambt;7° de notaris: de notaris die het ambt uitoefent als natuurlijke persoon of in vennootschapsvorm, als titularis, als geassocieerd notaris of als plaatsvervanger;8° de commissie van toezicht: de commissie van toezicht op de boekhouding;9° de cel van toezicht: de cel van toezicht op de boekhouding;10° de professionele rekeningen: de kantoorrekeningen, derdenrekeningen en rubriekrekeningen van de notaris geopend met het oog op de uitoefening van het ambt, bij een kredietinstelling bedoeld in de wet van 25 april 2014Relevante gevonden documenten type wet prom. 25/04/2014 pub. 07/05/2014 numac 2014003194 bron federale overheidsdienst financien en federale overheidsdienst justitie Wet op het statuut van en het toezicht op kredietinstellingen type wet prom. 25/04/2014 pub. 28/05/2014 numac 2014003234 bron federale overheidsdienst economie, k.m.o., middenstand enenergie, federale overheidsdienst justitie en federale overheidsdienst financien Wet tot wijziging van de wet van 22 februari 1998 tot vaststelling van het organiek statuut van de Nationale Bank van België, de wet van 2 augustus 2002 betreffende het toezicht op de financiële sector en de financiële diensten, de wet van 22 maart 1993 op het statuut van en het toezicht op de kredietinstellingen, de wet van 9 juli 1975 betreffende de controle der verzekeringsondernemingen, de wet van 16 februari 2009 op het herverzekeringsbedrijf, de wet van 6 april 1995 inzake het statuut van en het toezicht op de beleggingsondernemingen, de wet van 21 december 2009 op het statuut van de betalingsinstellingen en van de instellingen voor elektronisch geld, de toegang tot het bedrijf van betalingsdienstaanbieder en tot de activiteit van uitgifte van elektronisch geld en de toegang tot betalingssystemen, de wet van 28 april 1999 houdende omzetting van Richtlijn 98/26/EG van 19 mei 1998 betreffende het definitieve karakter van de afwikkeling van betalingen en effectentransacties in betalings- en afwikkelingssystemen en de wet van 15 december 2004 betreffende financiële zekerheden en houdende diverse fiscale bepalingen inzake zakelijkezekerheidsovereenkomsten en leningen met betrekking tot financiële instrumenten sluiten op het statuut van en het toezicht op kredietinstellingen en beursvennootschappen of aangehouden bij de Deposito- en Consignatiekas;11° de vennootschap: alle vennootschappen voorzien in artikel 50, § 1, van de wet op het notarisambt;12° een kantoorrekening: een professionele rekening van de notaris met uitzondering van de derdenrekening en de rubriekrekening zoals bedoeld in artikel 34 van de wet op het notarisambt;13° een rubriekrekening: de rekening bedoeld in de artikelen 34, § 2, derde lid, en 34bis van de wet op het notarisambt;14° een derdenrekening: een rekening bedoeld in de artikelen 34, § 2, tweede lid, en 34bis van de wet op het notarisambt, en artikel 8/1 van de hypotheekwet van 16 december 1851;15° het rekeningenstelsel: het minimum genormaliseerd rekeningenstelsel voor notarissen waarvan het model als bijlage bij dit reglement is gevoegd;16° de deskundige: de bedrijfsrevisor of de externe accountant belast met het toezicht op de boekhouding bedoeld in artikel 12 van het koninklijk besluit van 10 januari 2002Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 10/01/2002 pub. 12/01/2002 numac 2001010125 bron ministerie van justitie en ministerie van financien Koninklijk besluit betreffende het beheer van de door een notaris ontvangen sommen, effecten en geldswaardige papieren aan toonder en betreffende het toezicht op de boekhouding van de notarissen type koninklijk besluit prom. 10/01/2002 pub. 30/01/2002 numac 2001022933 bron ministerie van sociale zaken, volksgezondheid en leefmilieu Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 29 oktober 2001 tot bepaling van de besteding van de middelen van het terugvorderingsfonds voorzien bij het koninklijk besluit van 3 mei 1999 tot inrichting van het terugvorderingsfonds voor de publieke non-profitsector aangesloten bij de R.S.Z.-P.P.O., bedoeld in artikel 1, § 7, 2° van de wet van 1 augustus 1985 houdende sociale bepalingen en tot bepaling van zijn werkingsmodaliteiten type koninklijk besluit prom. 10/01/2002 pub. 25/04/2002 numac 2002022320 bron ministerie van sociale zaken, volksgezondheid en leefmilieu Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 29 oktober 2001 tot bepaling van de besteding van de middelen van het terugvorderingsfonds voorzien bij het koninklijk besluit van 3 mei 1999 tot inrichting van het terugvorderingsfonds voor de publieke non-profitsector aangesloten bij de R.S.Z.-P.P.O., bedoeld in artikel 1, § 7, 2° van de wet van 1 augustus 1985 houdende sociale bepalingen en tot bepaling van zijn werkingsmodaliteiten. - Erratum sluiten betreffende het beheer van de door de notaris ontvangen sommen, effecten en geldswaardige papieren aan toonder en betreffende het toezicht op de boekhouding van de notarissen;17° omzetcijfer: de opbrengsten bedoeld in het rekeningenstelsel onder de posten 70 tot 75 in de klasse 7;18° een financiële instelling: een door de Nationale Bank van België op grond van de wet van 25 april 2014Relevante gevonden documenten type wet prom. 25/04/2014 pub. 07/05/2014 numac 2014003194 bron federale overheidsdienst financien en federale overheidsdienst justitie Wet op het statuut van en het toezicht op kredietinstellingen type wet prom. 25/04/2014 pub. 28/05/2014 numac 2014003234 bron federale overheidsdienst economie, k.m.o., middenstand enenergie, federale overheidsdienst justitie en federale overheidsdienst financien Wet tot wijziging van de wet van 22 februari 1998 tot vaststelling van het organiek statuut van de Nationale Bank van België, de wet van 2 augustus 2002 betreffende het toezicht op de financiële sector en de financiële diensten, de wet van 22 maart 1993 op het statuut van en het toezicht op de kredietinstellingen, de wet van 9 juli 1975 betreffende de controle der verzekeringsondernemingen, de wet van 16 februari 2009 op het herverzekeringsbedrijf, de wet van 6 april 1995 inzake het statuut van en het toezicht op de beleggingsondernemingen, de wet van 21 december 2009 op het statuut van de betalingsinstellingen en van de instellingen voor elektronisch geld, de toegang tot het bedrijf van betalingsdienstaanbieder en tot de activiteit van uitgifte van elektronisch geld en de toegang tot betalingssystemen, de wet van 28 april 1999 houdende omzetting van Richtlijn 98/26/EG van 19 mei 1998 betreffende het definitieve karakter van de afwikkeling van betalingen en effectentransacties in betalings- en afwikkelingssystemen en de wet van 15 december 2004 betreffende financiële zekerheden en houdende diverse fiscale bepalingen inzake zakelijkezekerheidsovereenkomsten en leningen met betrekking tot financiële instrumenten sluiten op het statuut van en het toezicht op kredietinstellingen en beursvennootschappen vergunde instelling;19° de overdrager: de notaris-titularis of de geassocieerde notaris-titularis die ophoudt zijn ambt uit te oefenen als gevolg van de aanvaarding van zijn ontslag, van zijn afzetting, het bereiken van de leeftijdsgrens of vernietiging van zijn benoeming of de rechtverkrijgenden van de overleden notaris-titularis;20° de overnemer: de notaris die in opvolging van de overdrager benoemd wordt;21° het beschikbaar saldo: de beschikking van de notaris over voldoende gelden om zijn verplichtingen onmiddellijk na te komen ten aanzien van zijn cliënten en van andere schuldeisers van het kantoor die beschikken over een opeisbare schuldvordering. HOOFDSTUK III. - Organisatie van de boekhouding Afdeling 1. - Algemeen
Art. 4.De notaris voert een regelmatige boekhouding overeenkomstig de gebruikelijke regels van de dubbele boekhouding en overeenkomstig het rekeningenstelsel.
De boekhouding wordt minstens maandelijks gecentraliseerd.
Art. 5.De boekhouding voldoet ten minste en te allen tijde aan de volgende criteria: 1° de situatie van het kantoor weergeven en toelaten om de ontvangsten en uitgaven vast te stellen die door de notaris zijn verricht hetzij ter gelegenheid van een akte of verrichting door zijn ambt hetzij voor rekening van cliënten of lastgevers;2° toelaten onmiddellijk de bedragen vast te stellen die verschuldigd zijn aan derden zowel op een globale als op een individuele manier;3° toelaten het beschikbaar saldo vast te stellen;4° toelaten om op een betrouwbare en transparante wijze de boekhouding te controleren;5° in staat zijn aan de verplichting bepaald in artikel 33 van de wet op het notarisambt te voldoen.
Art. 6.De softwareprogramma's voor het voeren van de boekhouding voldoen minstens aan deze criteria. Bij gebreke hieraan zal de Nationale Kamer het gebruik ervan kunnen verbieden.
De voorzitter van de commissie van toezicht die gelast is met het toezicht dient de voorzitter van de Nationale Kamer te verwittigen evenals de voorzitter van de betrokken kamer van notarissen van elk gebrek aan conformiteit met voormelde principes die hij zou vaststellen in een softwareprogramma. Afdeling 2. - Het beheer van de door de notaris ontvangen sommen,
effecten en geldswaardige papieren aan toonder Onderafdeling 1. - Algemene bepalingen
Art. 7.Alle sommen die op het kantoor betaald worden of op een professionele rekening overgeschreven of gestort worden voor rekening van een derde in het kader van een overeenkomst bij onderhandse akte blijven behouden op een rekening geopend op naam van de notaris houder van de minuut. In het geval van een onderhandse afstand, ten bezwarende titel, van onroerende goederen, mag het voorschot of de waarborg door de afstandhouder betaald, indien alle partijen hiermee instemmen, behouden worden op een rekening op naam van de door de afstanddoener aangewezen notaris tot de ondertekening van de authentieke akte.
Onderafdeling 2. - Onderscheid tussen de rekeningen
Art. 8.De notaris maakt een onderscheid tussen zijn professionele rekeningen en alle andere rekeningen. Een professionele rekening kan nooit als waarborg aangewend worden voor een kredietinstelling of voor ieder ander organisme of persoon, noch als berekeningsbasis voor de vergoeding van andere dan professionele rekeningen, noch als berekeningsbasis voor de wettelijke of conventionele vergoeding tussen de verschillende professionele rekeningen en al de andere rekeningen.
Art. 9.De notaris verricht de betaling voor rekening van cliënten of derden uitsluitend vanuit de derdenrekening met inbegrip van de stortingen van provisies van registratie en hypotheken.
Art. 10.De communicatiemiddelen met cliënten of derden vermelden uitsluitend de derdenrekening.
Art. 11.Betalingen van algemene onkosten en van andere kosten die niet voor rekening van cliënten of derden worden gedaan alsook privébetalingen kunnen niet vanuit de derdenrekening gebeuren.
Art. 12.Er kunnen geen directe betalingen of externe overschrijvingen vanuit de rubriekrekeningen gebeuren.
Art. 13.De notaris haalt geen voordeel uit de rubriekrekeningen die hij beheert behoudens de terugbetaling van de kosten van het beheer.
Art. 14.De rubriekrekening wordt geïndividualiseerd door de referentie of de naam van een bepaald dossier of van een bepaalde cliënt te vermelden. Afdeling 3. - Boekhoudkundige stukken
Art. 15.De notaris houdt de volgende boekhoudkundige stukken bij: 1° een dagboek waarin dagelijks en volgens datum, artikel per artikel, zonder enige blanco ruimte, gaping of randmelding alle boekhoudkundige verrichtingen van het kantoor worden vastgesteld;2° een grootboek met alle algemene en particuliere/individuele rekeningen;3° een register van de aktekosten, chronologisch opgesteld, op naam van de cliënt en het nummer van het repertorium, met opgave van de voor elke akte ontvangen aktekosten;4° een kasboek;5° een boek van de bewaargevingen van effecten en geldswaardige papieren, bedoeld in artikel 34bis van de wet op het notarisambt;6° een boek van de registratie;7° een ontvangstbewijsboek of kwijtingboek zoals bedoeld in het ministerieel besluit van 17 december 1998Relevante gevonden documenten type ministerieel besluit prom. 17/12/1998 pub. 30/12/1998 numac 1998003656 bron ministerie van financien Ministerieel besluit tot vastlegging van de door de notarissen bij te houden boekhouddocumenten sluiten tot vastlegging van de door de notarissen bij te houden boekhouddocumenten;8° een register voor de balansen van de algemene rekeningen.
Art. 16.De boekhouding is geïnformatiseerd. Een exemplaar op papier is niet verplicht behoudens indien wettelijk vereist en behoudens het ontvangstbewijsboek.
Art. 17.De boekhoudkundige stukken en documenten worden chronologisch geklasseerd. De stukken die betrekking hebben op de algemene kosten van het kantoor kunnen chronologisch per categorie geklasseerd worden.
De bankuittreksels van de professionele rekeningen worden chronologisch per bankrekening geklasseerd.
De verrichtingen op de professionele rekeningen worden in chronologische orde in de boekhouding van het kantoor verwerkt. Afdeling 4. - Te volgen rekeningenstelsel
Art. 18.De notaris volgt het rekeningenstelsel. Dit rekeningenstelsel omvat het minimum aantal rekeningen waarvan niet afgeweken mag worden.
De omschrijving van de rekeningen kan aangepast worden aan de specificiteiten eigen aan de activiteit.
De rekeningen die zonder voorwerp zijn voor de notaris worden niet in zijn rekeningenstelsel hernomen. Afdeling 5. - Provisies
Art. 19.De notaris moet voorafgaand aan het verlijden van de akte geprovisioneerd zijn voor de aktekosten en de prestaties die hij levert.
De provisies, met inbegrip van de provisies voor een akte van opheffing, met uitzondering van de voorafgaande uitgaven die effectief gedaan werden, blijven op de betreffende cliëntenrekening ingeschreven tot het verlijden van de akte.
De provisies voor opheffingen en het notarieel getuigschrift worden geïndividualiseerd per cliënt opgenomen op de grootboekrekening `niet gerubriceerde cliënten crediteurs opheffing'. Afdeling 6. - Betalingen
Art. 20.De notaris mag van zijn cliënten voor iedere betaling per cheque, uitgevoerd ten gunste van het kantoor of een derde, voor een bedrag gelijk aan of boven 10.000 euro, enkel een cheque ontvangen die rechtstreeks is uitgegeven of gecertificeerd is door een financiële instelling sedert minder dan acht dagen.
De notaris dient in elke communicatie waarin aan een cliënt gevraagd wordt een betaling gelijk aan of boven 10.000 euro te verrichten, deze erop te wijzen dat alle erin vermelde betalingen zullen dienen te gebeuren door middel van één of meer door een financiële instelling gecertificeerde of getrokken cheques of een overschrijving.
De notaris mag geen betalingen per cheque uitvoeren. Afdeling 7. - Verwerking van de aktekosten
Art. 21.Alle aktekosten onderworpen aan BTW, inbegrepen hypotheekstaten, erelonen en vacaties, worden op de dag van de akte afgeboekt van de cliëntenrekening naar opbrengsten.
Registratierechten en alle hypothecaire formaliteiten zoals overschrijvingen, inschrijvingen, doorhalingen, evenals de kosten van hypothecaire getuigschriften worden uiterlijk op de dag van de akte afgeboekt van de cliëntenrekening naar de rekening 458.
Hypothecaire staten worden verder verwerkt door debitering van klasse 6 en recreditering van de cliëntenrekening.
Eventueel te veel aangerekende registratierechten en -belastingen, overschrijvingen of inschrijvingen worden terugbetaald aan de cliënten. Afdeling 8. - Waarborgen
Onderafdeling 1. - Het beschikbaar saldo
Art. 22.De notaris moet beschikken over voldoende gelden om zijn verplichtingen onmiddellijk te kunnen nakomen, zowel ten aanzien van zijn cliënten als ten aanzien van andere schuldeisers van het kantoor die beschikken over een opeisbare schuldvordering. Het beschikbaar saldo bestaat uit het verschil tussen de debetsaldi van de lopende rekeningen van de kantoren van de Administratie Rechtszekerheid, de professionele rekeningen en de speciën in kas met een maximum van 5.000 euro enerzijds en de nog niet doorbetaalde registratierechten, hypotheekrechten en kosten die reeds gedebiteerd zijn van de cliëntenrekening, het totaalbedrag aan recht op geschriften van het verlopen trimester en de aan de cliënten en bovenvermelde schuldeisers verschuldigde sommen anderzijds.
Bovendien toont de notaris aan dat de vereiste voorafbetalingen zijn gebeurd en dat hij de door de wet vereiste provisies heeft aangelegd.
Dit beschikbaar saldo bestaat uit minstens 7,5 % van het gemiddeld omzetcijfer van de laatste drie boekjaren van het kantoor, met een minimum van 25.000 euro per kantoor, behoudens schriftelijk akkoord van de voorzitter van de kamer van notarissen.
Voor de nieuw benoemde notaris die zijn ambt niet in het kader van een associatie uitoefent, bestaat het beschikbaar saldo, met een minimum van 25.000 euro per kantoor, voor het eerste volledige boekjaar volgend op zijn eedaflegging uit minstens één derde van 7,5% van het gemiddeld omzetcijfer van de laatste drie boekjaren van het kantoor en voor het tweede volledige boekjaar volgend op zijn eedaflegging uit minstens twee derden van 7,5% van het gemiddeld omzetcijfer van de laatste drie boekjaren van het kantoor.
Art. 23.In het kader van de toepassing van de BTW-eenheid dient een bedrag gewaarborgd te worden door middel van een verhoging van het beschikbaar saldo zoals bedoeld in artikel 22 of door het stellen van een bankwaarborg waarbij de vennootschap bedoeld in artikel 50, § 1, van de wet op het notarisambt als begunstigde wordt aangeduid. Dit bedrag is gelijk aan de voor het patrimonium gerecupereerde BTW, die nadien ieder jaar verminderd mag worden met de definitief verworven BTW-recuperatie, waarvoor geen herziening meer mogelijk is.
De notaris informeert onmiddellijk de kamer van notarissen over de oprichting van een BTW-eenheid en bezorgt de kamer van notarissen steeds alle informatie die een invloed kan hebben op het gewaarborgd bedrag zoals bedoeld in artikel 23. Op verzoek van de kamer van notarissen maakt hij alle documenten over die de kamer van notarissen nuttig acht.
Onderafdeling 2. - Kredietopeningen
Art. 24.Een kredietopening in het kader van de beroepsuitoefening of een heropneming van dergelijke kredietopening is enkel toegelaten voor het verwerven van vaste activa voor de organisatie van het kantoor, behoudens schriftelijke toestemming van de voorzitter van de kamer van notarissen.
Deze toestemming kan onder meer betrekking hebben op de opening van tijdelijke werkingskredieten voor nieuw benoemde notarissen die nog niet over voldoende inkomsten beschikken.
De terugbetaling van het kapitaal van het krediet aangegaan tot verwerving van vaste activa voor de organisatie van het kantoor gebeurt in jaarlijkse, gelijke kapitaalsaflossingen en over een termijn die deze van de afschrijving niet mag overschrijden, behoudens schriftelijke toestemming van de voorzitter van de kamer van notarissen.
Onderafdeling 3. - Derdenrekeningen
Art. 25.Het verschil tussen het totaal van de debetsaldi van de derdenrekeningen en het totaal van de creditsaldi van de niet gerubriceerde cliëntenrekeningen wordt op regelmatige tijdstippen en minstens binnen de dertig kalenderdagen na het opstellen van de opgave van de boekhoudkundige toestand doorgestort van de derdenrekeningen naar de kantoorrekeningen.
De gelden bewaard voor cliënten of derden kunnen niet worden overgedragen naar een kantoorrekening.
Het saldo op de derdenrekeningen is op elk moment minstens gelijk aan het saldo van de niet gerubriceerde cliënten-crediteuren. Afdeling 9. - Maandelijkse opgave van de boekhoudkundige toestand
Art. 26.Een opgave van de boekhoudkundige toestand wordt opgesteld dertig kalenderdagen na het einde van de maand volgens een modeldocument bedoeld in artikel 2 en aan de notaris overgemaakt.
De notaris valideert binnen de vijftien kalenderdagen na ontvangst op elektronische wijze deze opgave.
Art. 27.Te dien einde sluit de notaris maandelijks op de laatste dag van de maand de gecentraliseerde balans van de algemene rekeningen af.
De gecentraliseerde balans moet beantwoorden aan de criteria van artikel 4. Afdeling 10. - Ontvangstbewijzen
Art. 28.De notaris geeft een ontvangstbewijs uit het kwijtingboek bedoeld in artikel 15, eerste lid, 7°, van hetgeen hij ten professionele titel ontvangt, behalve voor de betalingen via storting of overschrijving op een professionele rekening.
De kwijtingboeken worden gebruikt in de volgorde van hun nummering te beginnen met het laagste nummer van het oudste jaar.
Meerdere kwijtingboeken kunnen gelijktijdig in gebruik zijn indien de organisatie van het werk daardoor vergemakkelijkt en op voorwaarde dat niet verder wordt afgeweken van de volgorde dan nodig.
Art. 29.De notaris eist een ontvangstbewijs voor de sommen die hij aan een cliënt overhandigt behalve voor de betalingen via storting of overschrijving.
Art. 30.Voor een dienstverrichting aan een BTW-plichtige of aan een niet-BTW-plichtige rechtspersoon wordt een factuur uitgereikt.
Voor een dienstverrichting waarvoor een fiscaal ontvangstbewijs wordt afgeleverd wordt een factuur uitgereikt ook indien de cliënt een niet BTW-plichtig natuurlijk persoon is. Een globale factuur is mogelijk voor meerdere niet BTW-plichtige cliënten, natuurlijke personen.
De provisie ontvangen voor de voorschotten bedoeld in artikel 28, 5°, wetboek van de BTW wordt vermeld op de facturen voor een dienstverrichting waarvoor een ontvangstbewijs werd opgemaakt. HOOFDSTUK IV. - Toezicht op de boekhouding Afdeling 1. - Toezichthouders
Onderafdeling 1. - Cel van toezicht op de boekhouding
Art. 31.Bij de Nationale Kamer wordt een cel opgericht, `cel van toezicht op de boekhouding' genaamd. Enkel de Nationale Kamer bepaalt de organisatie en de werking van deze cel.
In uitvoering van artikel 33 van de wet op het notarisambt, duidt de Nationale Kamer de personen aan van deze cel die belast zijn met de verwerking van de verzamelde gegevens, het toezicht en het communiceren van gegevens aan de betrokken kamer van notarissen.
De cel gebruikt hiertoe de elektronisch boekhoudkundige gegevens van de kantoren die haar dagelijks doorgestuurd worden en alle andere relevante boekhoudkundige informatie bij derden.
Onderafdeling 2. - Commissie van toezicht op de boekhouding
Art. 32.In elke kamer van notarissen is een commissie van toezicht op de boekhouding opgericht die belast is met de organisatie van het toezicht op de boekhouding van de notarissen.
Art. 33.Jaarlijks in januari wijst de kamer van notarissen de voorzitter en de leden van de commissie van toezicht aan, die bestaat uit ten minste zoveel leden als de kamer van notarissen.
De leden van de commissie van toezicht worden gekozen: 1° voor de helft onder de leden van het genootschap van notarissen die sedert ten minste tien jaar het notarisambt uitoefenen;2° voor de helft onder de notarissen en kandidaat-notarissen van het genootschap van notarissen en de erenotarissen.
Art. 34.De kamer van notarissen vervangt de overleden, verhinderde of afgetreden voorzitter en leden van de commissie van toezicht. Het aldus aangewezen lid dient het mandaat van zijn voorganger uit.
Art. 35.Voor de notarissen en kandidaat-notarissen van het genootschap is de aanvaarding van de opdracht als lid van de commissie van toezicht verplicht, voor de erenotarissen niet.
Art. 36.Indien de commissie van toezicht het nuttig vindt of indien de deskundige of de betrokken notaris erom verzoekt, wijst de commissie van toezicht een of meer van haar leden aan om de deskundige bij een toezicht bij te staan.
Art. 37.Een lid van de commissie van toezicht onthoudt zich wanneer zijn onpartijdigheid of onafhankelijkheid in vraag kan gesteld worden.
Art. 38.Een volgens artikel 36 aangewezen lid van de commissie van toezicht: 1° controleert de naleving van de deontologische regels in de mate dat ze betrekking hebben op de boekhouding en het beheer van het kantoor, onverminderd de bevoegdheid van de kamer van notarissen en van de procureur des Konings;2° staat de deskundige bij met advies ter gelegenheid van een toezicht;3° voert de controle uit aan de hand van het controleformulier opgesteld door het directiecomité van de Nationale Kamer.
Art. 39.De betrokken notaris kan de deskundige en in voorkomend geval een volgens artikel 36 aangewezen lid van de commissie van toezicht, wraken. Hij richt hiertoe, uiterlijk acht kalenderdagen na de mededeling van de aanwijzing van de deskundige en een lid van de commissie van toezicht, een gedagtekend en ondertekend schrijven aan de voorzitter van de commissie van toezicht waarin hij de naam vermeldt van degene die hij wil wraken, alsook de reden van wraking.
Indien een lid van de commissie van toezicht zich onthoudt volgens artikel 37 of indien de voorzitter van de commissie van toezicht de reden voor de wraking aanvaardt, wijst hij een andere deskundige, en in voorkomend geval, één of meer andere leden van de commissie van toezicht aan. Deze kunnen niet worden gewraakt. Afdeling 2. - Organisatie van het toezicht
Onderafdeling 1. - Algemene bepalingen
Art. 40.Het toezicht wordt georganiseerd als volgt: 1° het regelmatig toezicht;2° het jaarlijks toezicht;3° het bijkomend toezicht;4° het toezicht voor overdracht van een kantoor;5° het toezicht na overdracht van een kantoor.
Art. 41.De betrokken notaris overhandigt aan de deskundige en in voorkomend geval een volgens artikel 36 aangewezen lid van de commissie van toezicht de kopieën van de stukken en documenten die zij nodig achten.
Art. 42.In het geval bedoeld in artikel 33, tweede lid, van de wet op het notarisambt, ondertekenen alle vennoten gezamenlijk de documenten, formulieren en vragenlijsten bedoeld in dit reglement.
Art. 43.Het toezicht zoals bepaald in artikel 40 gebeurt aan de hand van enerzijds boekhoudkundige stukken en documenten en anderzijds alle bijkomende inlichtingen en documenten die een volgens artikel 36 aangewezen lid van de commissie van toezicht onontbeerlijk achten voor de uitoefening van zijn opdracht, met inbegrip van de boekhouding van de participatie- en managementvennootschap en alle aan de notarisvennootschap gelieerde vennootschappen.
Bij de uitoefening van hun bevoegdheden dienen de leden van de commissie van toezicht er voor te zorgen dat de middelen die zij aanwenden passend en noodzakelijk zijn voor de uitoefening van hun opdracht.
Onderafdeling 2. - Het regelmatig toezicht
Art. 44.In het kader van het regelmatig toezicht zoals bedoeld in artikel 33, vijfde en zesde lid, van de wet op het notarisambt, voert de cel van toezicht een analyse en een elektronisch toezicht uit aan de hand van de dagelijks doorgestuurde boekhoudkundige gegevens en gebeurt het nazicht van deze analyse door een of meer leden van de commissie van toezicht die hiertoe door de voorzitter van de commissie van toezicht aangewezen worden, bijgestaan door een deskundige voorzien in artikel 20 van het koninklijk besluit van 10 januari 2002Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 10/01/2002 pub. 12/01/2002 numac 2001010125 bron ministerie van justitie en ministerie van financien Koninklijk besluit betreffende het beheer van de door een notaris ontvangen sommen, effecten en geldswaardige papieren aan toonder en betreffende het toezicht op de boekhouding van de notarissen type koninklijk besluit prom. 10/01/2002 pub. 30/01/2002 numac 2001022933 bron ministerie van sociale zaken, volksgezondheid en leefmilieu Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 29 oktober 2001 tot bepaling van de besteding van de middelen van het terugvorderingsfonds voorzien bij het koninklijk besluit van 3 mei 1999 tot inrichting van het terugvorderingsfonds voor de publieke non-profitsector aangesloten bij de R.S.Z.-P.P.O., bedoeld in artikel 1, § 7, 2° van de wet van 1 augustus 1985 houdende sociale bepalingen en tot bepaling van zijn werkingsmodaliteiten type koninklijk besluit prom. 10/01/2002 pub. 25/04/2002 numac 2002022320 bron ministerie van sociale zaken, volksgezondheid en leefmilieu Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 29 oktober 2001 tot bepaling van de besteding van de middelen van het terugvorderingsfonds voorzien bij het koninklijk besluit van 3 mei 1999 tot inrichting van het terugvorderingsfonds voor de publieke non-profitsector aangesloten bij de R.S.Z.-P.P.O., bedoeld in artikel 1, § 7, 2° van de wet van 1 augustus 1985 houdende sociale bepalingen en tot bepaling van zijn werkingsmodaliteiten. - Erratum sluiten.
Onderafdeling 3. - Het jaarlijks toezicht
Art. 45.De voorzitter van de commissie van toezicht of het door hem afgevaardigd lid van de commissie van toezicht deelt aan de notaris schriftelijk de datum mee waarop de boekhoudkundige toestand van het kantoor moet afgesloten worden voor de volgende jaarlijkse controle voorzien in artikel 20 van het koninklijk besluit van 10 januari 2002Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 10/01/2002 pub. 12/01/2002 numac 2001010125 bron ministerie van justitie en ministerie van financien Koninklijk besluit betreffende het beheer van de door een notaris ontvangen sommen, effecten en geldswaardige papieren aan toonder en betreffende het toezicht op de boekhouding van de notarissen type koninklijk besluit prom. 10/01/2002 pub. 30/01/2002 numac 2001022933 bron ministerie van sociale zaken, volksgezondheid en leefmilieu Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 29 oktober 2001 tot bepaling van de besteding van de middelen van het terugvorderingsfonds voorzien bij het koninklijk besluit van 3 mei 1999 tot inrichting van het terugvorderingsfonds voor de publieke non-profitsector aangesloten bij de R.S.Z.-P.P.O., bedoeld in artikel 1, § 7, 2° van de wet van 1 augustus 1985 houdende sociale bepalingen en tot bepaling van zijn werkingsmodaliteiten type koninklijk besluit prom. 10/01/2002 pub. 25/04/2002 numac 2002022320 bron ministerie van sociale zaken, volksgezondheid en leefmilieu Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 29 oktober 2001 tot bepaling van de besteding van de middelen van het terugvorderingsfonds voorzien bij het koninklijk besluit van 3 mei 1999 tot inrichting van het terugvorderingsfonds voor de publieke non-profitsector aangesloten bij de R.S.Z.-P.P.O., bedoeld in artikel 1, § 7, 2° van de wet van 1 augustus 1985 houdende sociale bepalingen en tot bepaling van zijn werkingsmodaliteiten. - Erratum sluiten.
Binnen de vijftien dagen na ontvangst van dit schrijven zendt de notaris aan de voorzitter van de commissie van toezicht alle door hem gevraagde documenten.
De datum van de controle op het kantoor wordt aan de betrokken notaris meegedeeld door de voorzitter van de commissie van toezicht of het door hem afgevaardigd lid van de commissie van toezicht.
In geval van gemotiveerde verhindering kan de notaris vragen dat de controle op een andere datum plaatsvindt.
Onderafdeling 4. - Het bijkomend toezicht
Art. 46.De procureur des Konings, in het kader van het toezicht bedoeld in artikel 148 van het Gerechtelijk Wetboek, de kamer van notarissen of de commissie van toezicht kunnen een bijkomend toezicht laten uitvoeren of uitvoeren.
Onderafdeling 5. - Het toezicht vóór overdracht van een kantoor
Art. 47.Het toezicht van de boekhouding van de overdrager door een deskundige voorzien in artikel 22 van het koninklijk besluit van 10 januari 2002Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 10/01/2002 pub. 12/01/2002 numac 2001010125 bron ministerie van justitie en ministerie van financien Koninklijk besluit betreffende het beheer van de door een notaris ontvangen sommen, effecten en geldswaardige papieren aan toonder en betreffende het toezicht op de boekhouding van de notarissen type koninklijk besluit prom. 10/01/2002 pub. 30/01/2002 numac 2001022933 bron ministerie van sociale zaken, volksgezondheid en leefmilieu Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 29 oktober 2001 tot bepaling van de besteding van de middelen van het terugvorderingsfonds voorzien bij het koninklijk besluit van 3 mei 1999 tot inrichting van het terugvorderingsfonds voor de publieke non-profitsector aangesloten bij de R.S.Z.-P.P.O., bedoeld in artikel 1, § 7, 2° van de wet van 1 augustus 1985 houdende sociale bepalingen en tot bepaling van zijn werkingsmodaliteiten type koninklijk besluit prom. 10/01/2002 pub. 25/04/2002 numac 2002022320 bron ministerie van sociale zaken, volksgezondheid en leefmilieu Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 29 oktober 2001 tot bepaling van de besteding van de middelen van het terugvorderingsfonds voorzien bij het koninklijk besluit van 3 mei 1999 tot inrichting van het terugvorderingsfonds voor de publieke non-profitsector aangesloten bij de R.S.Z.-P.P.O., bedoeld in artikel 1, § 7, 2° van de wet van 1 augustus 1985 houdende sociale bepalingen en tot bepaling van zijn werkingsmodaliteiten. - Erratum sluiten gebeurt, al naargelang het geval: 1° binnen de maand na het overlijden, de afzetting of de vernietiging van de benoeming tot notaris;2° tijdens de tweede maand voorafgaand aan de datum waarop de notaris als ontslagnemend beschouwd wordt ingevolge de bepalingen van artikel 2, eerste lid, van de wet op het notarisambt;3° binnen de maand nadat de kamer van notarissen in kennis werd gesteld van het voornemen van de notaris zijn ontslag in te dienen in het geval bedoeld in artikel 2, tweede lid, van de wet op het notarisambt.
Art. 48.Dit toezicht vindt niet plaats indien het jaarlijks toezicht voorzien in artikel 20 van het koninklijk besluit van 10 januari 2002Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 10/01/2002 pub. 12/01/2002 numac 2001010125 bron ministerie van justitie en ministerie van financien Koninklijk besluit betreffende het beheer van de door een notaris ontvangen sommen, effecten en geldswaardige papieren aan toonder en betreffende het toezicht op de boekhouding van de notarissen type koninklijk besluit prom. 10/01/2002 pub. 30/01/2002 numac 2001022933 bron ministerie van sociale zaken, volksgezondheid en leefmilieu Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 29 oktober 2001 tot bepaling van de besteding van de middelen van het terugvorderingsfonds voorzien bij het koninklijk besluit van 3 mei 1999 tot inrichting van het terugvorderingsfonds voor de publieke non-profitsector aangesloten bij de R.S.Z.-P.P.O., bedoeld in artikel 1, § 7, 2° van de wet van 1 augustus 1985 houdende sociale bepalingen en tot bepaling van zijn werkingsmodaliteiten type koninklijk besluit prom. 10/01/2002 pub. 25/04/2002 numac 2002022320 bron ministerie van sociale zaken, volksgezondheid en leefmilieu Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 29 oktober 2001 tot bepaling van de besteding van de middelen van het terugvorderingsfonds voorzien bij het koninklijk besluit van 3 mei 1999 tot inrichting van het terugvorderingsfonds voor de publieke non-profitsector aangesloten bij de R.S.Z.-P.P.O., bedoeld in artikel 1, § 7, 2° van de wet van 1 augustus 1985 houdende sociale bepalingen en tot bepaling van zijn werkingsmodaliteiten. - Erratum sluiten, heeft plaatsgevonden: 1° binnen de drie maanden voorafgaand aan het overlijden, de afzetting of de vernietiging van de benoeming van de notaris;2° binnen de vijf maanden voorafgaand aan de datum waarop de notaris als ontslagnemend wordt beschouwd overeenkomstig de bepalingen van artikel 2, eerste lid, van de wet op het notarisambt;3° binnen de drie maanden voorafgaand aan de datum waarop de kamer van notarissen in kennis werd gesteld van het voornemen van de notaris zijn ontslag in te dienen in het geval bedoeld in artikel 2, tweede lid, van de wet op het notarisambt. Onderafdeling 6. - Het toezicht na overdracht of na afschaffing van een kantoor
Art. 49.§ 1. De overdrager kan geen inpandgeving of overdracht van schuldvordering doen met betrekking tot de overnamevergoeding van zijn kantoor noch van de lichamelijke en onlichamelijke roerende bestanddelen die verband houden met de organisatie van het kantoor.
Met het oog op dit toezicht vraagt de overdrager, binnen de acht kalenderdagen na de bekendmaking van de benoeming van zijn opvolger, de certificaten opgelegd door de wetgeving inzake overdracht van ondernemingen en inzonderheid aan de betrokken ontvangers en sociale inningsinstellingen de certificaten bedoeld in artikel 442bis, § 3, WIB 92, artikel 3.12.1.0.14, § 3, VCF, artikel 93undeciesB, § 3, BTW-wetboek, artikel 16ter, § 3, koninklijk besluit nr. 38 van 27 juli 1967 houdende inrichting van het sociaal statuut der zelfstandigen en artikel 41quinquies, § 3, wet van 27 juni 1969Relevante gevonden documenten type wet prom. 27/06/1969 pub. 24/01/2011 numac 2010000730 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet tot herziening van de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de maatschappelijke zekerheid der arbeiders. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten tot herziening van de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de maatschappelijke zekerheid der arbeiders.
Hij zendt de ontvangen certificaten aan de kamer van notarissen en de overnemer of informeert hen in voorkomend geval van de weigering van aflevering van een of meerdere ervan. § 2. Van zodra de overnemer over voormelde certificaten beschikt, notificeert hij de voormelde ontvangers en inningsinstellingen van de overdracht en de certificaten aan de hand van een formulier opgesteld door het directiecomité.
Hij betaalt de overnamevergoeding ten vroegste na deze notificatie. § 3. Bij weigering van aflevering van voormelde certificaten informeert de overdrager de kamer van notarissen en zijn opvolger hiervan, en de overnemer notificeert de voormelde ontvangers en inningsinstellingen van de overdracht aan de hand van een formulier opgesteld door het directiecomité.
Hij betaalt de overnamevergoeding ten vroegste dertig kalenderdagen na de maand die volgt op deze waarin de notificatie is gebeurd. § 4. Het koninklijk besluit houdende de benoeming van de overnemer wordt gelijkgesteld met een akte van overdracht of vestiging van rechten. Een kopie van dit besluit wordt gevoegd bij de notificatie hierboven vermeld. § 5. De bepalingen betreffende de certificaten bedoeld in dit artikel gelden niet voor de overdrachten van aandelen bedoeld in artikel 55, § 1, b), van de wet op het notarisambt.
Art. 50.De kamer van notarissen zal slechts toestemming tot volledige vrijgave van de gelden geven nadat zij door de overdrager in het bezit werd gesteld van de certificaten bedoeld in artikel 49, § 1, en nadat zij zich ervan verzekerd heeft, door middel van een controle van de boekhouding van de overdrager, zoals bepaald in artikel 23, § 1, van het koninklijk besluit van 10 januari 2002Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 10/01/2002 pub. 12/01/2002 numac 2001010125 bron ministerie van justitie en ministerie van financien Koninklijk besluit betreffende het beheer van de door een notaris ontvangen sommen, effecten en geldswaardige papieren aan toonder en betreffende het toezicht op de boekhouding van de notarissen type koninklijk besluit prom. 10/01/2002 pub. 30/01/2002 numac 2001022933 bron ministerie van sociale zaken, volksgezondheid en leefmilieu Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 29 oktober 2001 tot bepaling van de besteding van de middelen van het terugvorderingsfonds voorzien bij het koninklijk besluit van 3 mei 1999 tot inrichting van het terugvorderingsfonds voor de publieke non-profitsector aangesloten bij de R.S.Z.-P.P.O., bedoeld in artikel 1, § 7, 2° van de wet van 1 augustus 1985 houdende sociale bepalingen en tot bepaling van zijn werkingsmodaliteiten type koninklijk besluit prom. 10/01/2002 pub. 25/04/2002 numac 2002022320 bron ministerie van sociale zaken, volksgezondheid en leefmilieu Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 29 oktober 2001 tot bepaling van de besteding van de middelen van het terugvorderingsfonds voorzien bij het koninklijk besluit van 3 mei 1999 tot inrichting van het terugvorderingsfonds voor de publieke non-profitsector aangesloten bij de R.S.Z.-P.P.O., bedoeld in artikel 1, § 7, 2° van de wet van 1 augustus 1985 houdende sociale bepalingen en tot bepaling van zijn werkingsmodaliteiten. - Erratum sluiten, dat alle sommen die door de overdrager of het kantoor verschuldigd zijn, aanwezig zijn of betaald werden: - aan de cliënten van het kantoor; - aan de schuldeisers van het kantoor; - aan de bevoegde overheid uit hoofde van de hypotheek- of registratierechten met betrekking tot akten verleden door of voor rekening van de overdrager; - aan de bevoegde overheid uit hoofde van alle belastingen verschuldigd als gevolg van de beroepsactiviteit; - aan de Belgische Staat uit hoofde van bedrijfsvoorheffing afgehouden op lonen; - aan de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid zowel in hoofde van de overdrager als van zijn werknemers. Afdeling 3. Secretariaat en kosten van het toezicht
Art. 51.Elke kamer van notarissen staat in voor het secretariaat van de commissie van toezicht.
Art. 52.Het genootschap van notarissen beslist op voordracht van de kamer van notarissen wie de kosten van het jaarlijks toezicht bedoeld in artikel 20 van het koninklijk besluit van 10 januari 2002Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 10/01/2002 pub. 12/01/2002 numac 2001010125 bron ministerie van justitie en ministerie van financien Koninklijk besluit betreffende het beheer van de door een notaris ontvangen sommen, effecten en geldswaardige papieren aan toonder en betreffende het toezicht op de boekhouding van de notarissen type koninklijk besluit prom. 10/01/2002 pub. 30/01/2002 numac 2001022933 bron ministerie van sociale zaken, volksgezondheid en leefmilieu Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 29 oktober 2001 tot bepaling van de besteding van de middelen van het terugvorderingsfonds voorzien bij het koninklijk besluit van 3 mei 1999 tot inrichting van het terugvorderingsfonds voor de publieke non-profitsector aangesloten bij de R.S.Z.-P.P.O., bedoeld in artikel 1, § 7, 2° van de wet van 1 augustus 1985 houdende sociale bepalingen en tot bepaling van zijn werkingsmodaliteiten type koninklijk besluit prom. 10/01/2002 pub. 25/04/2002 numac 2002022320 bron ministerie van sociale zaken, volksgezondheid en leefmilieu Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 29 oktober 2001 tot bepaling van de besteding van de middelen van het terugvorderingsfonds voorzien bij het koninklijk besluit van 3 mei 1999 tot inrichting van het terugvorderingsfonds voor de publieke non-profitsector aangesloten bij de R.S.Z.-P.P.O., bedoeld in artikel 1, § 7, 2° van de wet van 1 augustus 1985 houdende sociale bepalingen en tot bepaling van zijn werkingsmodaliteiten. - Erratum sluiten ten laste neemt.
De kosten van het bijkomend toezicht bedoeld in artikel 46 zijn voor rekening van de notaris wiens boekhouding gecontroleerd wordt.
De kosten van het toezicht bedoeld in artikelen 47 tot en met 49 en in artikel 22 van het koninklijk besluit van 10 januari 2002Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 10/01/2002 pub. 12/01/2002 numac 2001010125 bron ministerie van justitie en ministerie van financien Koninklijk besluit betreffende het beheer van de door een notaris ontvangen sommen, effecten en geldswaardige papieren aan toonder en betreffende het toezicht op de boekhouding van de notarissen type koninklijk besluit prom. 10/01/2002 pub. 30/01/2002 numac 2001022933 bron ministerie van sociale zaken, volksgezondheid en leefmilieu Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 29 oktober 2001 tot bepaling van de besteding van de middelen van het terugvorderingsfonds voorzien bij het koninklijk besluit van 3 mei 1999 tot inrichting van het terugvorderingsfonds voor de publieke non-profitsector aangesloten bij de R.S.Z.-P.P.O., bedoeld in artikel 1, § 7, 2° van de wet van 1 augustus 1985 houdende sociale bepalingen en tot bepaling van zijn werkingsmodaliteiten type koninklijk besluit prom. 10/01/2002 pub. 25/04/2002 numac 2002022320 bron ministerie van sociale zaken, volksgezondheid en leefmilieu Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 29 oktober 2001 tot bepaling van de besteding van de middelen van het terugvorderingsfonds voorzien bij het koninklijk besluit van 3 mei 1999 tot inrichting van het terugvorderingsfonds voor de publieke non-profitsector aangesloten bij de R.S.Z.-P.P.O., bedoeld in artikel 1, § 7, 2° van de wet van 1 augustus 1985 houdende sociale bepalingen en tot bepaling van zijn werkingsmodaliteiten. - Erratum sluiten zijn voor rekening van de overdrager. Afdeling 4. - Informatie, overleg en verslagen
Art. 53.De voorzitter van de commissie van toezicht wordt binnen de vier werkdagen op de hoogte gebracht door een volgens artikel 36 aangewezen lid van de commissie van toezicht indien de financiële toestand of de boekhouding van een notaris niet voldoet aan de wettelijke of reglementaire verplichtingen of in geval van weigering of gebrek aan medewerking door een notaris aan een boekhoudcontrole.
Art. 54.De syndicus van de kamer van notarissen wordt onmiddellijk geïnformeerd indien: - de leden van de commissie van toezicht van oordeel zijn een overtreding van de deontologische regels, evenals van de regels omtrent het Notarieel Fonds, te hebben vastgesteld; - de voorzitter van de commissie van toezicht op de hoogte is gebracht door een lid van de commissie van toezicht dat belast is met het toezicht over de weigering of het gebrek aan medewerking door een notaris aan een boekhoudcontrole.
Art. 55.Minstens om de drie maanden brengt de voorzitter van de commissie van toezicht verslag uit aan de voorzitter van de kamer van notarissen over de activiteiten van de commissie en de uitgevoerde controles.
Art. 56.Binnen de eerste drie maanden van elk jaar maakt de commissie van toezicht een verslag op van de controles die tijdens het voorbije jaar werden uitgevoerd en doet zij daarin de door haar dienstig bevonden voorstellen. Dit verslag wordt binnen de kortst mogelijke tijd aan de kamer van notarissen bezorgd.
Na kennisname en bespreking van het verslag van de commissie van toezicht, stelt de kamer van notarissen een syntheseverslag op en bezorgt dit aan de Nationale Kamer. De kamer van notarissen deelt aan de procureur des Konings een uittreksel uit dat verslag mee met betrekking tot de controles die in zijn ambtsgebied werden uitgevoerd. Afdeling 5. Beroepsgeheim
Art. 57.De leden van de commissie van toezicht en de cel van toezicht zijn tot het beroepsgeheim en de discretieplicht gehouden. HOOFDSTUK V. - Slotbepalingen Afdeling 1. - Opheffingsbepalingen
Art. 58.Het reglement van de Nationale Kamer van 9 oktober 2001 voor de organisatie van de notariële boekhouding wordt opgeheven, met uitzondering van artikel 17 en bijlage 2, die worden opgeheven op 1 januari 2023.
Art. 59.Het reglement van de Nationale Kamer van 29 januari 2002 voor het toezicht op de boekhouding wordt opgeheven, met uitzondering van artikel 8 dat wordt opgeheven op 1 april 2023.
Art. 60.Het reglement van de Nationale Kamer van 20 januari 2009 met betrekking tot de verwerking van aktekosten wordt opgeheven. Afdeling 2. - Overgangsbepaling
Art. 61.Voor de toepassing van artikel 22 bestaat het beschikbaar saldo vanaf 1 januari 2022 uit minstens één derde van 7,5% van het omzetcijfer van het laatste boekjaar van het kantoor.
Vanaf 1 januari 2023 bestaat het beschikbaar saldo uit minstens twee derde van 7,5% van het gemiddeld omzetcijfer van de twee laatste boekjaren van het kantoor. Afdeling 3. - Inwerkingtreding
Art. 62.Dit reglement treedt in werking op dezelfde dag als het koninklijk besluit houdende goedkeuring ervan, met uitzondering van de artikelen 26 en 27, die in werking treden op 1 januari 2023.
Gezien om gevoegd te worden bij Ons besluit van 3 juni 2022 houdende goedkeuring van het reglement betreffende de organisatie van en het toezicht op de boekhouding van de notarissen vastgesteld door de Nationale Kamer van notarissen.
FILIP Van Koningswege : De Minister van Justitie, V. VAN QUICKENBORNE
Bijlage bij het reglement betreffende de organisatie van en het toezicht op de boekhouding van de notarissen vastgesteld door de Nationale Kamer van notarissen, goedgekeurd bij koninklijk besluit van 3 juni 2022 Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld Gezien om gevoegd te worden bij Ons besluit van 3 juni 2022 houdende goedkeuring van het reglement betreffende de organisatie van en het toezicht op de boekhouding van de notarissen vastgesteld door de Nationale Kamer van notarissen.
FILIP Van Koningswege : De Minister van Justitie, V. VAN QUICKENBORNE