gepubliceerd op 29 april 2000
Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 25 januari 2000 tot instelling van een vergoedingsregeling voor sommige voedingsmiddelen van dierlijke oorsprong die zich op het Belgisch grondgebied bevinden
3 APRIL 2000. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 25 januari 2000 tot instelling van een vergoedingsregeling voor sommige voedingsmiddelen van dierlijke oorsprong die zich op het Belgisch grondgebied bevinden
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op artikel 108 van de Grondwet;
Gelet op de wet van 3 december 1999 betreffende maatregelen ten gunste van landbouwbedrijven getroffen door de dioxinecrisis, inzonderheid op artikel 16;
Gelet op het koninklijk besluit van 25 januari 2000 tot instelling van een vergoedingsregeling voor sommige voedingsmiddelen van dierlijke oorsprong die zich op het Belgisch grondgebied bevinden;
Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën gegeven op 15 februari 2000;
Gelet op het akkoord van de Vice-Eerste Minister en Minister van Begroting, Maatschappelijke Integratie en Sociale Economie, gegeven op 22 februari 2000;
Gelet op de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, inzonderheid op artikel 3, § 1, vervangen bij de wet van 4 juli 1989 en gewijzigd bij de wet van 4 augustus 1996;
Gelet op de dringende noodzakelijkheid gemotiveerd door de omstandigheid dat, om het wegwerken van de gevolgen van de dioxinecrisis te bespoedigen, moet worden voorzien in de geschikte maatregelen betreffende een vergoeding van de eigenaars voor sommige te vernietigen voedingsmiddelen;
Op de voordracht van Onze Minister van Consumentenzaken, Volksgezondheid en Leefmilieu, Onze Minister van Economie en Wetenschappelijk Onderzoek en op het advies van Onze in Raad vergaderde Ministers, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.Een artikel 1bis, luidend als volgt, wordt in het koninklijk besluit van 25 januari 2000 tot instelling van een vergoedingsregeling voor sommige voedingsmiddelen van dierlijke oorsprong die zich op het Belgisch grondgebied bevinden, ingevoegd : «
Art. 1bis.Dit besluit is eveneens van toepassing op voedingsmiddelen bedoeld in de categorieën 1a, 1b, 1c2, 2b, 2c2 en 4b van de bijlage bij het ministerieel besluit van 23 december 1999 betreffende een inventaris van sommige producten van dierlijke oorsprong verkregen van varkens of van gevogelte, op voorwaarde dat ze zijn opgenomen in de aan het Instituut voor veterinaire keuring kenbaar gemaakte inventaris bedoeld in hetzelfde ministerieel besluit en dat bij laboratoriumonderzoek aangevraagd ten laatste op 31 maart 2000, dioxines of PCB's zijn aangetoond boven de gehaltes vermeld in het koninklijk besluit van 28 december 1999 tot vaststelling van maximaal toegelaten gehaltes aan dioxines en polygechloreerde bifenylen in sommige voedingsmiddelen. »
Art. 2.In artikel 2 van hetzelfde besluit wordt een § 1bis, ingevoegd, luidend als volgt : « § 1bis. De eigenaar van de voedingsmiddelen bedoeld in art. 1bis, die bij een ter post aangetekende brief een aanvraag heeft ingediend bij het Instituut voor veterinaire keuring, Wetstraat 56, te 1040 Brussel, uiterlijk op de laatste dag van de maand volgend op die gedurende welke deze bepaling in het Belgisch Staatsblad is bekendgemaakt, kan van de overheid een vergoeding bekomen overeenkomstig de bepalingen van dit besluit.
Bij de aanvraag moeten zijn gevoegd : - een inventaris van de voedingsmiddelen waarvoor de vergoeding wordt aangevraagd, met aanduiding van de aard en de hoeveelheid ervan; - een copie van de beslissingsfiche van de dierenarts van het Instituut voor veterinaire keuring waaruit blijkt dat de voedingsmiddelen op grond van de laboratoriumanalyse in beslag zijn genomen met het oog op hun vernietiging; - de elementen nodig voor het bepalen van de kostprijs bedoeld in hoofdstuk II van de bijlage. »
Art. 3.Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 15 februari 2000.
Art. 4.Onze Minister van Consumentenzaken, Volksgezondheid en Leefmilieu en Onze Minister van Economie en Wetenschappelijk Onderzoek zijn, ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 3 april 2000.
ALBERT Van Koningswege : De Minister van Consumentenzaken, Volksgezondheid en Leefmilieu, Mevr. M. AELVOET De Minister van Economie en Wetenschappelijk Onderzoek, R. DEMOTTE