gepubliceerd op 11 november 1999
Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 18 januari 1994 houdende de lijst van bijzondere beroepstitels en bijzondere beroepsbekwamingen voor de beoefenaars van de verpleegkunde
2 JULI 1999. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 18 januari 1994 houdende de lijst van bijzondere beroepstitels en bijzondere beroepsbekwamingen voor de beoefenaars van de verpleegkunde
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op het koninklijk besluit nr. 78 van 10 november 1967 betreffende de uitoefening van de geneeskunst, de verpleegkunde, de paramedische beroepen en de geneeskundige commissies, inzonderheid op artikel 35ter, ingevoegd bij de wet van 19 december 1990, en gewijzigd bij de wetten van 6 april 1995 en 17 maart 1997;
Gelet op het koninklijk besluit van 18 januari 1994 houdende de lijst van bijzondere beroepstitels en bijzondere beroepsbekwamingen voor de beoefenaars van de verpleegkunde;
Gelet op het advies van de Nationale Raad voor Verpleegkunde van 15 september 1998;
Gelet op het akkoord van de Minister van Begroting, gegeven op 12 februari 1999;
Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 8 februari 1999;
Gelet op het besluit van de Ministerraad van 12 februari 1999 over de adviesvraag binnen de termijn van een maand;
Gelet op het advies van de Raad van State, gegeven op 1 juni 1999, met toepassing van artikel 84, eerste lid, 1°, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State;
Op de voordracht van Onze Vice-Eerste Minister, Minister van Binnenlandse Zaken, belast met Volksgezondheid, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.§ 1. Artikel 1, § 1, van de Nederlandse tekst van het koninklijk besluit van 18 januari 1994 houdende de lijst van bijzondere beroepstitels en bijzondere beroepsbekwamingen voor de beoefenaars van de verpleegkunde wordt vervangen als volgt : «
Artikel 1.§ 1. De lijst van bijzondere beroepstitels voor de houders van het diploma of de titel van gegradueerde verpleger of gegradueerde verpleegster wordt als volgt vastgesteld : gegradueerde verpleegkundige in de pediatrie; gegradueerde verpleegkundige in de geestelijke gezondheidszorg; gegradueerde verpleegkundige in de sociale gezondheidszorg; gegradueerde verpleegkundige in de geriatrie, en gegradueerde verpleegkundige in de intensieve zorg en spoedgevallenzorg. » § 2. Artikel 1, § 2, van hetzelfde besluit wordt vervangen als volgt : « § 2. De lijst van bijzondere beroepstitels voor de houders van het brevet of de titel van verpleger of verpleegster en de houders van het diploma van verpleegkunde wordt als volgt vastgesteld : verpleegkundige in de geestelijke gezondheidszorg; verpleegkundige in de geriatrie, en verpleegkundige in de intensieve zorg en spoedgevallenzorg. »
Art. 2.§ 1. In de inleidende zin van artikel 2 van hetzelfde besluit worden tussen de woorden « gegradueerde verpleegster » en « en voor de houders van het brevet » de woorden « voor de houders van het diploma van verpleegkunde » ingevoegd. § 2. In artikel 2, 1°, van hetzelfde besluit worden in de Nederlandse tekst in de bijzondere beroepsbekwamingen de woorden « verpleger of verpleegster » vervangen door het woord « verpleegkundige ». § 3. Artikel 2, 2°, van de Nederlandse tekst van hetzelfde besluit wordt vervangen als volgt : « 2° In relatie met de leiding van een verpleegkundig team : adjunct-hoofdverpleegkundige, en hoofdverpleegkundige. »
Art. 3.Artikel 3, van de Nederlandse tekst van hetzelfde besluit wordt vervangen als volgt : «
Art. 3.De lijst van bijzondere beroepsbekwamingen voor de houders van het diploma of de titel van gegradueerde verpleger of gegradueerde verpleegster in relatie met de leiding van het verpleegkundig departement wordt als volgt vastgesteld : verpleegkundige-diensthoofd; verpleegkundige belast met de permanente opleiding; verpleegkundige-directeur van het verpleegkundig departement; verpleegkundige-ziekenhuishygiënist, en verpleegkundige in de kwaliteitsbewaking van de zorg. »
Art. 4.Dit besluit treedt in werking op de dag dat het in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt.
Art. 5.Onze Vice-Eerste Minister, Minister van Binnenlandse Zaken, belast met Volksgezondheid is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 2 juli 1999.
ALBERT Van Koningswege : De Vice-Eerste Minister, Minister van Binnenlandse Zaken, belast met Volksgezondheid, L. VAN DEN BOSSCHE