gepubliceerd op 20 juni 2003
Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 3 juli 2001, gesloten in het Paritair Comité voor de bedienden van het kleding- en confectiebedrijf, tot wijziging van de collectieve arbeidsovereenkomst van 19 april 1979 houdende coördinatie van de statuten van het « Sociaal Waarborgfonds voor de bedienden van het kleding- en confectiebedrijf »
2 APRIL 2003. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 3 juli 2001, gesloten in het Paritair Comité voor de bedienden van het kleding- en confectiebedrijf, tot wijziging van de collectieve arbeidsovereenkomst van 19 april 1979 houdende coördinatie van de statuten van het « Sociaal Waarborgfonds voor de bedienden van het kleding- en confectiebedrijf » (1)
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet van 7 januari 1958 betreffende de fondsen voor bestaanszekerheid, inzonderheid op artikel 2;
Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;
Gelet op de collectieve arbeidsovereenkomst van 19 april 1979, gesloten in het Paritair Comité voor de bedienden van het kleding- en confectiebedrijf, houdende coördinatie van de statuten van het « Sociaal Waarborgfonds voor de bedienden van het kleding- en confectiebedrijf », algemeen verbindend verklaard bij koninklijk besluit van 11 december 1979, inzonderheid op de artikelen 3, 13, §§ 3 en 4, en 14, gewijzigd bij de collectieve arbeidsovereenkomsten van 8 april 1981, 18 december 1985, 4 februari 1987, 14 april 1987, 21 maart 1989, 11 april 1990, 22 mei 1991, 23 maart 1993, 25 oktober 1994, 27 september 1995, 21 november 1997 en 30 juni 1999 algemeen verbindend verklaard bij de koninklijke besluiten van respectievelijk 21 september 1981, 10 oktober 1986, 10 september 1987, 20 november 1987, 6 maart 1990, 14 september 1990, 10 april 1992, 15 september 1994, 6 juni 1997, 28 mei 1997, 26 april 1999 en 30 april 2001;
Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor de bedienden van het kleding- en confectiebedrijf;
Op de voordracht van Onze Minister van Werkgelegenheid, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 3 juli 2001, gesloten in het Paritair Comité voor de bedienden van het kleding- en confectiebedrijf, tot wijziging van de collectieve arbeidsovereenkomst van 19 april 1979 houdende coördinatie van de statuten van het « Sociaal Waarborgfonds voor de bedienden van het kleding- en confectiebedrijf ».
Art. 2.Onze Minister van Werkgelegenheid is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 2 april 2003.
ALBERT Van Koningswege : De Minister van Werkgelegenheid, Mevr. L. ONKELINX _______ Nota (1) Verwijzingen naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 7 januari 1958, Belgisch Staatsblad van 7 februari 1958. Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969.
Koninklijk besluit van 11 december 1979, Belgisch Staatsblad van 9 januari 1980.
Koninklijk besluit van 21 september 1981, Belgisch Staatsblad van 14 oktober 1981.
Koninklijk besluit van 10 oktober 1986, Belgisch Staatsblad van 8 november 1986.
Koninklijk besluit van 10 september 1987, Belgisch Staatsblad van 9 oktober 1987.
Koninklijk besluit van 20 november 1987, Belgisch Staatsblad van 15 december 1987.
Koninklijk besluit van 6 maart 1990, Belgisch Staatsblad van 6 april 1990.
Koninklijk besluit van 14 september 1990, Belgisch Staatsblad van 1 november 1990.
Koninklijk besluit van 10 april 1992, Belgisch Staatsblad van 14 mei 1992.
Koninklijk besluit van 15 september 1994, Belgisch Staatsblad van 24 november 1994.
Koninklijk besluit van 6 juni 1997, Belgisch Staatsblad van 11 september 1997.
Koninklijk besluit 28 mei 1997, Belgisch Staatsblad van 11 september 1997.
Koninklijk besluit van 26 april 1999, Belgisch Staatsblad van 25 december 1999.
Koninklijk besluit van 30 april 2001, Belgisch Staatsblad van 28 augustus 2001.
Bijlage Paritair Comité voor de bedienden van het kleding- en confectiebedrijf Collectieve arbeidsovereenkomst van 3 juli 2001 Wijziging van de collectieve arbeidsovereenkomst van 19 april 1979 houdende coördinatie van de statuten van het « Sociaal Waarborgfonds voor de bedienden van het kleding- en confectiebedrijf » (Overeenkomst geregistreerd op 28 september 2001 onder het nummer 59005/CO/215)
Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en op de bedienden van de ondernemingen die onder het Paritair Comité voor de bedienden van het kleding- en confectiebedrijf ressorteren.
Art. 2.In artikel 3 van de statuten van het « Sociaal Waarborgfonds voor de bedienden van het kleding- en confectiebedrijf », vastgesteld bij de collectieve arbeidsovereenkomst van 19 april 1979, gesloten in het Paritair Comité voor de bedienden van het kleding- en confectiebedrijf, houdende coördinatie van de statuten van het « Sociaal Waarborgfonds voor de bedienden van het kleding- en confectiebedrijf », algemeen verbindend verklaard bij koninklijk besluit van 11 december 1979, gewijzigd bij de collectieve arbeidsovereenkomsten van 27 september 1995, 21 november 1997 en 30 juni 1999 worden de derde en achtste doelstellingen vervangen door de volgende bepalingen : 3o het verrichten van de betaling van de aanvullende vergoeding in het kader van het conventioneel brugpensioen voorzien in de collectieve arbeidsovereenkomst van 17 mei 2001 evenals van de bijzondere werkgeversbijdragen, bepaald bij artikel 268 van de programmawet van 22 december 1989 (Belgisch Staatsblad van 30 december 1989) en bij artikel 141 van de wet van 29 december 1990, houdende sociale bepalingen (Belgisch Staatsblad van 9 januari 1991); 8o de uitkering van de bijdrage betaald overeenkomstig artikel 13, § 4, van deze statuten, ter financiering van het « Instituut voor Vorming en Onderzoek in de Confectie en ter uitvoering van de collectieve arbeidsovereenkomst van 19 juni 2001 betreffende vorming en tewerkstelling. »
Art. 3.Artikel 13, §§ 3 en 4 van dezelfde statuten wordt gewijzigd als volgt : « § 3. Ter uitvoering van artikel 3, 4o, van deze statuten maakt het fonds, onmiddellijk na ontvangst van de in § 1 van dit artikel bedoelde bijdragen, aan het « Fonds voor bestaanszekerheid voor de bedienden van het kleding- en confectiebedrijf » een als volgt vastgesteld bedrag over : - van 1 januari 2001 tot 31 december 2002 : 1,20 pct. van de in § 1 van dit artikel bedoelde bijdragen. § 4. Ter uitvoering van artikel 3, 8o van deze statuten maakt het fonds, onmiddellijk na ontvangst van de in § 1 van dit artikel bedoelde bijdragen, aan het « Instituut voor Vorming en Onderzoek in de Confectie (IVOC) » een als volgt vastgesteld bedrag over : - van 1 januari 2001 tot 31 december 2002 : 36,14 pct. van de in § 1 van dit artikel bedoelde bijdragen. »
Art. 4.Artikel 14 van dezelfde statuten wordt gewijzigd als volgt : «
Art. 14.Van 1 januari 2001 tot 31 december 2002 worden de werkgeversbijdragen bepaald op 0,83 pct. van de brutolonen van de bedienden. »
Art. 5.Deze collectieve arbeidsovereenkomst heeft uitwerking met ingang van 1 januari 2001 en treedt buiten werking op 31 december 2002.
Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 2 april 2003.
De Minister van Werkgelegenheid, Mevr. L. ONKELINX