gepubliceerd op 14 oktober 2004
Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 16 april 2003, gesloten in het Paritair Comité voor de beschutte werkplaatsen en de sociale werkplaatsen, betreffende kredieturen syndicale vorming in de sociale werkplaatsen
1 SEPTEMBER 2004. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 16 april 2003, gesloten in het Paritair Comité voor de beschutte werkplaatsen en de sociale werkplaatsen, betreffende kredieturen syndicale vorming in de sociale werkplaatsen (1)
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;
Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor de beschutte werkplaatsen en de sociale werkplaatsen;
Op de voordracht van Onze Minister van Werk, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 16 april 2003, gesloten in het Paritair Comité voor de beschutte werkplaatsen en de sociale werkplaatsen, betreffende kredieturen syndicale vorming in de sociale werkplaatsen.
Art. 2.Onze Minister van Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 1 september 2004.
ALBERT Van Koningswege : De Minister van Werk, Mevr. F. VAN DEN BOSSCHE _______ Nota (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Bijlage Paritair Comité voor de beschutte werkplaatsen en de sociale werkplaatsen Collectieve arbeidsovereenkomst van 16 april 2003 Kredieturen syndicale vorming in de sociale werkplaatsen (Overeenkomst geregistreerd op 21 november 2003 onder het nummer 68554/CO/327) HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied
Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en de werknemers van de sociale werkplaatsen die ressorteren onder het Paritair Comité voor de beschutte werkplaatsen en de sociale werkplaatsen en die erkend zijn door de Vlaamse Gemeenschap.
Onder "werknemers" wordt verstaan : het mannelijk en vrouwelijk werklieden- en bediendepersoneel.
Art. 2.Overeenkomstig de collectieve arbeidsovereenkomst van 24 mei 1971, gesloten in de Nationale Arbeidsraad betreffende het statuut van de syndicale afvaardiging van het personeel der ondernemingen (Belgisch Staatsblad van 1 juni 1971) en zijn wijzigingen, en in het bijzonder artikel 21, zijn de ondertekenende partijen het eens om aan de vertegenwoordigers van het personeel, binnen de hierna bepaalde grenzen, sommige faciliteiten te verlenen om vormingsvergaderingen te volgen welke nodig zijn voor de vervulling van hun taak. HOOFDSTUK II. - Toekenningsvoorwaarden
Art. 3.Ten dien einde wordt aan de representatieve werknemersorganisaties, vertegenwoordigd in de comités voor bescherming en preventie op het werk, en/of syndicale afvaardigingen en/of ondernemingsraden in de werkplaatsen, de nodige kredieturen ter beschikking gesteld ten einde hun afgevaardigden, zonder loonverlies, toe te laten vormingsinitiatieven en externe syndicale vergaderingen te volgen die : 1. worden georganiseerd door de representatieve werknemersorganisaties en 2.zijn gericht op het aanvullen van hun economische, sociale en technische kennis, nuttig voor het vervullen van hun opdracht als vertegenwoordigers van het personeel.
Art. 4.§ 1. Het aantal dagen toegelaten afwezigheid dat ter beschikking wordt gesteld van een bepaalde representatieve werknemersorganisatie is gelijk, voor de totale duur van de mandaten, aan vier dagen per jaar per effectief mandataris, toegekend of bekomen op de lijst voorgesteld door deze representatieve werknemersorganisatie in het comité voor bescherming en preventie op het werk, de syndicale afvaardiging en de ondernemingsraad. § 2. Indien er voor een bepaald werknemersstatuut (werklieden of bedienden) enkel plaatsvervangende mandatarissen zijn waardoor de mandataris of mandatarissen van deze beroepsgroep geen recht hebben op dagen syndicaal vormingskrediet (krachtens artikel 4, § 1) dan wordt er aan de plaatsvervangende mandataris of mandatarissen vier dagen toegelaten afwezigheid met behoud van loon per jaar per mandataris toegekend. Dit aantal blijft beperkt tot 4 dagen per jaar ongeacht het feit of er meer dan één plaatsvervangende mandataris is van deze werknemerscategorie.
In het geval er twee plaatsvervangende mandatarissen zijn van deze werknemerscategorie en die behoren tot een verschillende werknemersorganisatie dan worden deze vier dagen per jaar verdeeld over de twee plaatsvervangende mandatarissen. Concreet betekent dit dat beide mandatarissen in dergelijk geval over twee dagen beschikken. § 3. Van het aantal toegelaten dagen afwezigheid ter beschikking gesteld aan een representatieve werknemersorganisatie kan gebruik gemaakt worden door effectieve en/of plaatsvervangende afgevaardigden van deze werknemersorganisatie. § 4. Iedere afwezigheid onder toepassing van deze collectieve arbeidsovereenkomst mag niet minder bedragen dan een halve dag.
Art. 5.De representatieve werknemersorganisaties moeten ten minste veertien kalenderdagen op voorhand bij de werkgever een schriftelijk verzoek indienen om voor hun betrokken leden het nodige verlof te verkrijgen voor het bijwonen van de ingerichte initiatieven.
Dit verzoek omvat : 1. de namen van de vakbondsmandatarissen ten gunste van wie het verlof wordt aangevraagd, alsmede de duurtijd van hun afwezigheid;2. titel, datum en uur van het initiatief waarvoor deelname wordt verzocht. De werkgever verwittigt de betrokken representatieve werknemersorganisatie onmiddellijk en met wel omklede redenen wanneer een persoon wegens dringende dienstredenen niet kan deelnemen op de data waarvoor de werkgever zijn akkoord heeft gegeven.
Art. 6.Alle geschillen, waartoe de toepassing van deze collectieve arbeidsovereenkomst aanleiding kan geven, kunnen door het verzoeningsbureau van het paritair comité worden onderzocht. HOOFDSTUK III. - Slotbepalingen
Art. 7.Deze collectieve arbeidsovereenkomst treedt in werking op 16 april 2003 en is gesloten voor onbepaalde tijd.
Zij kan worden opgezegd door elk van de partijen, mits in acht name van een opzegtermijn van zes maanden gericht bij een ter post aangetekende brief aan de voorzitter van het Paritair Comité voor de beschutte werkplaatsen en de sociale werkplaatsen.
Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 1 september 2004.
De Minister van Werk, Mevr. F. VAN DEN BOSSCHE