Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 01 mei 2006
gepubliceerd op 19 mei 2006

Koninklijk besluit betreffende een verklaring van overeenstemming en prestatiecriteria voor de analysemethode voor keramische voorwerpen bestemd om met levensmiddelen in aanraking te komen

bron
federaal agentschap voor de veiligheid van de voedselketen
numac
2006022374
pub.
19/05/2006
prom.
01/05/2006
ELI
eli/besluit/2006/05/01/2006022374/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

1 MEI 2006. - Koninklijk besluit betreffende een verklaring van overeenstemming en prestatiecriteria voor de analysemethode voor keramische voorwerpen bestemd om met levensmiddelen in aanraking te komen


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 24 januari 1977 betreffende de bescherming van de gezondheid van de verbruikers op het stuk van de voedingsmiddelen en andere producten, inzonderheid op artikel 3, 2°, a), vervangen bij de wet van 22 maart 1989, en op artikel 3, 5°;

Gelet op het koninklijk besluit van 11 mei 1992 betreffende materialen en voorwerpen bestemd om met voedingsmiddelen in aanraking te komen, gewijzigd door de koninklijke besluiten van 9 juli 1993, 24 november 1997, 20 september 1998, 31 januari 2001, 10 december 2002 en 23 november 2004;

Gelet op Verordening (EG) nr. 1935/2004 van het Europees Parlement en de Raad van 27 oktober 2004 inzake materialen en voorwerpen bestemd om met levensmiddelen in contact te komen en houdende intrekking van de Richtlijnen 80/590/EEG en 89/109/EEG;

Gelet op Richtlijn 84/500/EEG van de Raad van 15 oktober 1984 betreffende de onderlinge aanpassing van de wetgevingen van de lidstaten inzake keramische voorwerpen bestemd om met levensmiddelen in aanraking te komen, zoals gewijzigd bij richtlijn 2005/31/EG;

Gelet op het advies van het Wetenschappelijk Comité, ingesteld bij het Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen, gegeven op 9 december 2005;

Gelet op het advies nr. 39.846/3 van de Raad van State, gegeven op 21 februari 2006, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State;

Op de voordracht van Onze Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid, Hebben Wij besloten en besluiten Wij : HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied

Artikel 1.De voorschriften van dit besluit zijn van toepassing op keramische voorwerpen, die aan de onderstaande bepaling beantwoorden en bestemd zijn om in aanraking te worden gebracht met voedingsmiddelen, of er toevallig mee in aanraking komen. Zij omvatten o.m. : - het tafelserviesgoed; - het keukengerei; - het kookgerei; - de verpakkingen; - de opslagvaten; of elk voorwerp dat als zodanig kan worden gebruikt.

Deze voorwerpen worden hierna "keramische voorwerpen" genoemd. HOOFDSTUK II. - Bepaling

Art. 2.Onder « keramische voorwerpen » worden verstaan voorwerpen vervaardigd uit een mengsel van anorganische materialen met een doorgaans hoog gehalte aan klei of silicaat, waaraan eventueel kleine hoeveelheden organische stoffen zijn toegevoegd. Deze voorwerpen worden eerst gevormd en de verkregen vorm wordt door het bakken definitief vastgesteld. Zij kunnen verglaasd, geëmailleerd en/of versierd zijn. HOOFDSTUK III. - Migratie

Art. 3.1. De hoeveelheden lood en cadmium die door keramische voorwerpen worden afgegeven, mogen de hierna vastgestelde grenzen niet overschrijden. 2. De hoeveelheden lood en cadmium die door keramische voorwerpen worden afgegeven, worden bepaald met behulp van een proef waarvan de omstandigheden in bijlage 1 zijn vastgesteld en met behulp van de in bijlage 2 beschreven analysemethode.3. Wanneer een keramisch voorwerp bestaat uit een vat met een keramisch deksel, geldt als lood- en/of cadmiumgrens die niet mag worden overschreden (mg/dm2 of mg/l) die welke van toepassing is op het enkele vat. Het enkele vat en de binnenkant van het deksel worden afzonderlijk beproefd onder dezelfde omstandigheden.

De som van de twee geëxtraheerde hoeveelheden lood en/of cadmium die aldus is verkregen, wordt al naar gelang het geval gerelateerd aan de oppervlakte of het volume van het enkele vat. 4. Een keramisch voorwerp wordt geacht in overeenstemming te zijn met de voorschriften van dit besluit, indien de hoeveelheden lood en/of cadmium die worden geëxtraheerd tijdens de proef die wordt uitgevoerd, onder de in de bijlagen 1 en 2 bedoelde omstandigheden, de volgende grenzen niet overschrijden : - categorie 1 : Niet-vulbare voorwerpen en vulbare voorwerpen waarvan de inwendige diepte gemeten tussen het laagste punt en het horizontale vlak door de bovenrand ten hoogste 25 mm bedraagt. Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld - categorie 2 : Alle andere vulbare voorwerpen Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld - categorie 3 : Kookgerei; verpakkingen en opslagvaten met een inhoud van meer dan 3 liter Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld 5. Wanneer een keramisch voorwerp de hierboven genoemde hoeveelheden niet meer dan 50 % overschrijdt, wordt dit voorwerp evenwel geacht in overeenstemming te zijn met de voorschriften van dit besluit, indien ten minste drie andere voorwerpen die qua vorm, afmetingen, decoratie en glazuur daaraan gelijk zijn, aan een proef worden onderworpen die wordt uitgevoerd onder de in bijlage 1 en 2 bedoelde omstandigheden en de uit deze voorwerpen geëxtraheerde hoeveelheden lood en/of cadmium gemiddeld de vastgestelde grenzen niet overschrijden en elk van deze voorwerpen afzonderlijk deze grenzen niet meer dan 50 % overschrijdt. HOOFDSTUK IV. - Verklaring van overeenstemming

Art. 4.1. In elk handelsstadium tot en met het detailhandelsstadium gaan keramische voorwerpen die nog niet met levensmiddelen in aanraking zijn gebracht, vergezeld van een schriftelijke verklaring zoals bedoeld in artikel 16 van Verordening (EG) nr. 1935/2004 van het Europees Parlement en de Raad.

Die verklaring wordt afgegeven door de fabrikant of een in de Gemeenschap gevestigde verkoper en bevat de in bijlage 3 vastgestelde informatie. 2. De fabrikant of de importeur in de Gemeenschap van de keramische voorwerpen verstrekt de bevoegde autoriteit op verzoek documentatie waaruit blijkt dat deze voorwerpen aan de lood- en cadmiummigratielimieten in artikel 3 voldoen.Deze documentatie omvat de uitslag van de uitgevoerde analyse, de testomstandigheden, alsook de naam en het adres van het testlaboratorium. 3. De schriftelijke verklaring maakt een eenvoudige identificatie mogelijk van de voorwerpen waarvoor zij geldt.Wanneer substantiële productiewijzigingen de migratie van lood en cadmium wijzigen, is een nieuwe verklaring nodig. HOOFDSTUK V. - Slotbepalingen

Art. 5.Bijlage 5 van het koninklijk besluit van 11 mei 1992 betreffende materialen en voorwerpen bestemd om met voedingsmiddelen in aanraking te komen gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 9 juli 1993, 24 november 1997, 20 september 1998, 31 januari 2001, 10 december 2002 en 23 november 2004 wordt opgeheven.

Art. 6.Bij wijze van overgangsmaatregel, is de invoer en de fabricage van keramische voorwerpen die bestemd zijn om met voedingsmiddelen in aanraking te komen en die niet aan de bepalingen van dit besluit voldoen maar die voldoen aan het koninklijk besluit van 11 mei 1992 betreffende materialen en voorwerpen bestemd om met voedingsmiddelen in aanraking te komen, toegelaten tot 20 mei 2007.

Art. 7.§ 1. De overtredingen van de bepalingen van dit besluit worden opgespoord en vastgesteld overeenkomstig de bepalingen van het koninklijk besluit van 22 februari 2001 houdende organisatie van de controles die worden verricht door het Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen en tot wijziging van diverse wettelijke bepalingen. § 2. De overtredingen van de bepalingen van dit besluit worden gestraft overeenkomstig de wet van 24 januari 1977 betreffende de bescherming van de gezondheid van de verbruikers op het stuk van voedingsmiddelen en andere producten.

Art. 8.Dit besluit treedt in werking op 20 mei 2006.

Art. 9.Onze Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 1 mei 2006.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid, R. DEMOTTE

Bijlage 1 BASISVOORSCHRIFTEN VOOR HET BEPALEN VAN DE MIGRATIE VAN LOOD EN CADMIUM 1. Beproevingsvloeistof ("Simulatievloeistof") 4-procentige (vol.) versbereide waterige oplossing van azijnzuur. 2. Beproevingsomstandigheden 2.1. De proef wordt uitgevoerd bij een temperatuur van 22 + 2 °C en duurt 24 + 0,5 uren. 2.2. Wanneer alleen de migratie van lood wordt bepaald, wordt het monster met behulp van een geschikte beschermende bekleding bedekt en blootgesteld aan de in een laboratorium gebruikelijke belichtingsomstandigheden.

Wanneer de migratie van lood en cadmium of alleen van cadmium wordt bepaald, wordt het monster bedekt en wel zodanig dat het te beproeven oppervlak in het volstrekte donker wordt gehouden. 3. Vulling 3.1. Vulbare monsters Het voorwerp wordt met de 4-procentige (vol.) azijnzuuroplossing gevuld tot op ten hoogste 1 mm van het overlooppunt, gemeten vanaf de bovenrand van het monster.

Bij monsters met een platte of lichtgebogen rand wordt het monster echter zodanig gevuld dat de afstand tussen het vloeistofoppervlak en het overlooppunt ten hoogste 6 mm bedraagt, gemeten langs de gebogen rand. 3.2. Niet-vulbare monsters Het oppervlak van het monster dat niet bestemd is om in aanraking te komen met levensmiddelen wordt eerst bekleed met een geschikte beschermende laag die bestand is tegen de werking van de 4-procentige (vol.) azijnzuuroplossing. Vervolgens wordt het monster ondergedompeld in een vat dat een bekend volume azijnzuuroplossing bevat en wel zodanig dat het oppervlak dat bestemd is om in aanraking te komen met levensmiddelen geheel wordt bedekt door de beproevingsvloeistof. 4. Bepaling van het oppervlak Het oppervlak van de voorwerpen van categorie 1 is gelijk aan het oppervlak van de meniscus bestaande uit het vrije oppervlak van de verkregen vloeistof met inachtneming van de onder punt 3 vermelde voorwaarden inzake vulling. Gezien om te worden gevoegd bij Ons besluit van 1 mei 2006 betreffende een verklaring van overeenstemming en presentatiecriteria voor de analysemethode voor keramische voorwerpen bestemd om met levensmiddelen in aanraking te komen.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid, R. DEMOTTE

Bijlage 2 ANALYSEMETHODE VOOR HET BEPALEN VAN DE MIGRATIE VAN LOOD EN CADMIUM 1. Doel en toepassingsgebied Met deze methode kan de specifieke migratie van lood en cadmium worden bepaald.2. Principe De specifieke migratie van lood en cadmium wordt bepaald aan de hand van een instrumentele analysemethode die voldoet aan de prestatiecriteria in punt 4.3. Reagentia - Alle reagentia moeten analytisch zuiver zijn, tenzij iets anders is aangegeven. - Onder "water" wordt hier gedestilleerd water (of water van gelijkwaardige kwaliteit) verstaan. 3.1. 4-procentige (vol.) waterige oplossing van azijnzuur Voeg aan water 40 ml ijsazijn toe en leng aan tot 1 000 ml. 3.2. Voorraadoplossingen Bereid voorraadoplossingen van 1 000 mg/l lood en ten minste 500 mg/l cadmium in een 4-procentige (vol.) waterige oplossing van azijnzuur, zoals bedoeld in punt 3.1. 4. Prestatiecriteria voor de instrumentele analysemethode 4.1. De aantoonbaarheidsgrens mag niet hoger liggen dan : - 0,1 mg/l voor lood, - 0,01 mg/l voor cadmium.

De aantoonbaarheidsgrens is hier de concentratie van het element in een 4-procentige (vol.) waterige oplossing van azijnzuur, zoals bedoeld in punt 3.1 dat een signaal van tweemaal de ruis van het meetinstrument oplevert. 4.2. De bepaalbaarheidsgrens mag niet hoger liggen dan : - 0,2 mg/l voor lood, - 0,02 mg/l voor cadmium. 4.3. Terugvinding. Wanneer aan de 4-procentige (vol.) waterige oplossing van azijnzuur, zoals bedoeld in punt 3.1 lood of cadmium wordt toegevoegd, moet daarvan 80-120 % worden teruggevonden. 4.4. Specificiteit. De analysemethode moet vrij zijn van spectrale en matrixinterferentie. 5. Methode 5.1. Bereiding van het monster Het monster moet schoon zijn en vrij van vet en andere stoffen die de testuitslag kunnen beïnvloeden.

Was het monster in afwasmiddeloplossing bij ongeveer 40 °C. Spoel het eerst met leidingwater en daarna met gedestilleerd water of water van gelijkwaardige kwaliteit. Laat het water uitlekken en droog het monster zonder het te verontreinigen. Raak het te testen oppervlak na de reiniging niet meer aan. 5.2. Bepaling van lood en/of cadmium - Test het aldus bereide monster overeenkomstig de voorschriften in bijlage 1. - Homogeniseer de inhoud van het monster met een geschikte methode waarmee geen oplossing verloren gaat en het te testen oppervlak niet wordt afgeschuurd. Voer pas daarna de bepaling van lood en/of cadmium uit op de testoplossing. - Voer ook een blancobepaling uit op het reagens voor elke reeks bepalingen. - Voer de bepaling van lood en/of cadmium uit in geschikte omstandigheden.

Gezien om te worden gevoegd bij Ons besluit van 1 mei 2006 betreffende een verklaring van overeenstemming en presentatiecriteria voor de analysemethode voor keramische voorwerpen bestemd om met levensmiddelen in aanraking te komen.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid, R. DEMOTTE

Bijlage 3 VERKLARING VAN OVEREENSTEMMING De in artikel 4, lid 1, bedoelde schriftelijke verklaring bevat de volgende informatie : 1) naam en adres van het bedrijf dat het afgewerkte keramische voorwerp vervaardigt, en van de importeur die het in de Gemeenschap invoert;2) een omschrijving van het keramische voorwerp;3) de datum van de verklaring;4) de bevestiging dat het keramische voorwerp aan de voorschriften in dit besluit en in Verordening (EG) nr.1935/2004 voldoet.

Gezien om te worden gevoegd bij Ons besluit van 1 mei 2006 betreffende een verklaring van overeenstemming en presentatiecriteria voor de analysemethode voor keramische voorwerpen bestemd om met levensmiddelen in aanraking te komen.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid, R. DEMOTTE

^