gepubliceerd op 10 juli 2006
Koninklijk besluit tot wijziging van artikel 2 van het KB/WIB 92
1 JULI 2006. - Koninklijk besluit tot wijziging van artikel 2 van het KB/WIB 92
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op artikel 21, 5° van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992, vervangen bij de wet van 22 juli 1993 en gewijzigd bij de wet van 22 december 1998, bij de koninklijke besluiten van 20 juli 2000 en 13 juli 2001 en bij de wet van 27 december 2004;
Gelet op het KB/WIB 92, inzonderheid op artikel 2, 4°, gewijzigd bij koninklijk besluit van 31 december 1999;
Gelet op de akkoordbevinding van Onze Minister van Begroting van 5 mei 2006;
Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 9 mei 2006;
Gelet op het advies van de Commissie voor het Bank-, Financie- en Assurantiewezen, gegeven op 22 mei 2006;
Gelet op het advies nr. 40.614/2 van de Raad van State, gegeven op 26 juni 2006 met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State;
Op de voordracht van Onze Vice-Eerste Minister en Minister van Financiën, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.In artikel 2, 4°, b, van het KB/WIB 92, gewijzigd bij koninklijk besluit van 31 december 1999, worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° het tweede en het derde lid worden vervangen als volgt : « De deposito's brengen rente op ten laatste vanaf de kalenderdag die volgt op de kalenderdag van de storting en brengen geen rente meer op vanaf de kalenderdag van de opvraging. Stortingen en opvragingen op dezelfde kalenderdag worden gecompenseerd voor de berekening van de rente. »; 2° het laatste lid wordt vervangen als volgt: « De getrouwheidspremie of de aangroeipremie begint te lopen ten laatste vanaf de kalenderdag die volgt op de kalenderdag van de storting.In voorkomend geval begint de getrouwheidspremie te lopen onmiddellijk nadat de aangroeipremie is verworven; ».
Art. 2.Dit besluit is van toepassing op de basisrente, de aangroeipremies en de getrouwheidspremies waarvan de verwervingsperiode begint te lopen op of na 1 januari 2007, evenals op de compensaties vanaf die datum.
Art. 3.Onze Vice-Eerste Minister en Minister van Financiën is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 1 juli 2006.
ALBERT Van Koningswege : De Vice-Eerste Minister en Minister van Financiën, D. REYNDERS