1 APRIL 2003. - Koninklijk besluit tot wijziging en aanvulling van het koninklijk besluit van 2 augustus 1972 houdende goedkeuring van de lijst der terreinen, gebouwen en aanhorigheden, als bedoeld in artikel 19 van de wet van 1 april 1971 houdende oprichting van een Regie der Gebouwen

ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 1 april 1971 houdende oprichting van een Regie der Gebouwen, inzonderheid op artikel 19;

Gelet op de programmawet van 22 december 1989, inzonderheid op artikel 334;

Gelet op het koninklijk besluit van 17 juni 1971 tot vaststelling van de datum van de inwerkingtreding van voormelde wet van 1 april 1971;

Gelet op het koninklijk besluit van 2 augustus 1972 houdende goedkeuring van de lijst der terreinen, gebouwen en aanhorigheden, als bedoeld in artikel 19 van de wet van 1 april 1971 houdende oprichting van een Regie der Gebouwen, zoals nadien gewijzigd en aangevuld;

Op de voordracht van Onze Minister van Financiën en Onze Minister van Telecommunicatie en Overheidsbedrijven en Participaties, belast met Middenstand en op advies van Onze in Raad vergaderde Ministers, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Het beheer in naam en voor rekening van de Staat van de onroerende goederen bekendstaande als de Franse Tuin met het oostelijk aanpalend parkgedeelte gelegen rondom het Koninklijk Museum voor Midden-Afrika en het Rijkscentrum voor Wetenschappelijk Onderzoek (ondergebracht in het voormalige zogenaamde C.A.P.A.-gebouw), samen met de hovingen rondom het Koloniënpaleis en het plantsoen aan de Paleizenlaan, met inbegrip van de « Gordaalvijver », de « Kanaalvijver », de « Spiegelvijver », de « Kasteelvijver » en de « St.-Hubertuskapel », met inbegrip van de wegen en het geheel begrensd : - ten westen door de Kastanjedreef, de Paleizenlaan en de Tervurenlaan; - ten noorden door de Leuvensesteenweg; - ten oosten door de westelijke en de zuidelijke afsluiting van het British Schooldomein en verder door de zuidelijke scheidingsmuur van de voormalige Tuinbouwinstelling van Tervuren; - ten zuiden door de Spaans-Huisdreef en een gedeelte van de Molenberglaan, met dien verstande dat de zaten van voornoemde lanen, steenweg en dreven, alsmede de voormelde afsluiting en scheidingsmuur hierbij worden uitgesloten, zoals omrand aangegeven op bijgaand plan en gekadastreerd zijnde als volgt : Tervuren - 1e Afdeling - Sectie C : Eerste blad : 55b, 62d, 62e, 63 et 72d.

Tervuren - 1e Afdeling - Sectie E : Eerste blad : 1/2h (met uitzondering van 1/2g), 20, 21, 22a, 22b, 23a (met uitzondering van het gebouw), 23b, 24, 25, 26, 27, 28, 29 en 46/02 (deel van de dreven), wordt overgedragen aan de Regie der Gebouwen.

Art. 2.De in artikel 1 vermelde terreinen, gebouwen en aanhorigheden worden toegevoegd aan de lijst van artikel 19 van de wet van 1 april 1971.

Art. 3.Dit besluit heeft uitwerking op de dag dat het in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt.

Art. 4.Onze Minister van Financiën en Onze Minister van Telecommunicatie en Overheidsbedrijven en Participaties, belast met Middenstand zijn, ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 1 april 2003.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Financiën, D. REYNDERS De Minister van Telecommunicatie en Overheidsbedrijven en Participaties, belast met Middenstand, R. DAEMS

Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld Gezien om te worden gevoegd bij Ons besluit van 1 april 2003 tot regeling van de eigendomsoverdracht van de Staat naar het Vlaams Gewest van onroerende goederen gelegen in het Warandepark van Tervuren.

ALBERT Van Koningswege : De Eerste Minister, G. VERHOFSTADT De Minister van Financiën, D. REYNDERS De Minister van Telecommunicatie en Overheidsbedrijven en Participaties, belast met Middenstand, R. DAEMS