Etaamb.openjustice.be
Gewestplan
gepubliceerd op 29 maart 2000

Gewestplan Oudenaarde. - Definitieve vaststelling van het ontwerpplan tot gedeeltelijke wijziging van het gewestplan Oudenaarde op het grondgebied van de gemeente Nazareth Een besluit van de Vlaamse regering van 29 oktober 1999 bepaalt : Arti Art. 2. De kaart met de bestaande fysische en juridische toestand, behorende tot de niet-normatieve(...)

bron
ministerie van de vlaamse gemeenschap
numac
1999036518
pub.
29/03/2000
prom.
--
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

MINISTERIE VAN DE VLAAMSE GEMEENSCHAP

Departement Leefmilieu en Infrastructuur


Gewestplan Oudenaarde. - Definitieve vaststelling van het ontwerpplan tot gedeeltelijke wijziging van het gewestplan Oudenaarde op het grondgebied van de gemeente Nazareth Een besluit van de Vlaamse regering van 29 oktober 1999 bepaalt :

Artikel 1.Het hierbijgevoegde plan tot gedeeltelijke wijziging van het koninklijk besluit van 24 februari 1977 houdende vaststelling van het gewestplan Oudenaarde wordt definitief vastgesteld voor een deel van het grondgebied van de gemeente Nazareth, afgebakend op het kaartblad 21/8, met aanvullend stedenbouwkundig voorschrift, zoals vervat in de bijlagen 1 tot en met 2 bij dit besluit.

Art. 2.De kaart met de bestaande fysische en juridische toestand, behorende tot de niet-normatieve delen van het voormeld gewestplan, is vervat in de bijlage 3 bij dit besluit.

Art. 3.De Vlaamse minister bevoegd voor de ruimtelijke ordening is belast met de uitvoering van dit besluit.

PROVINCIE OOST-VLAANDEREN Streekcommissie van advies voor de ruimtelijke ordening Uittreksel uit de notulen van de vergadering van 25 juni 1999 Aanwezig : - Voorzitter : H. Balthazar, Gouverneur. - Leden : G. Deckers, A. De Maght-Aelbrecht, J. Caudron, P. Martens, W. Merchie, A. Vanden Bossche, P. Wille, L. Hemelaer, D. Baeckelandt, L. Daels, P. Van Tittelboom, W. Goemaere, J. Rutgeerts, E. Van meenen, B.Van Schoote, G. Storme. - Vanwege AROHM : H. Leinfelder en W. Vanheel. - Secretariaat : N. Bleyenberg.

Verontschuldigd : A. Vercamer, J. Timmermans, F. De Vilder, H. Rupus, G. Allaert, M. Hoffmann, M. Vermeulen.

Afwezig : O. Adriaensen, S. Van Rouveroy, I. Verleyen, P. De Decker, G. Schuerman, P. Saey.

C.5. Gewestplan Oudenaarde Gedeeltelijke herziening te Nazareth De Commissie, Wordt verzocht in toepassing van artikel 11, § 4, van het decreet betreffende de ruimtelijke ordening, gecoördineerd op 22 oktober 1998, advies te verlenen over het dossier betreffende de gedeeltelijke herziening van het gewestplan Oudenaarde op het grondgebied van de gemeente Nazareth, waarvan het ontwerpplan vastgesteld werd bij besluit van de Vlaamse regering van 7 juli 1998 (Belgisch Staatsblad van 20 augustus 1998) en de Gouverneur belast met het openbaar onderzoek;

Hoorde in zitting van 4 juni 1999 de heer H. Leinfelder van de afdeling ruimtelijke planning van het ministerie van de Vlaamse Gemeenschap die erop wijst dat het gewestplan Oudenaarde met 4 afzonderlijke besluiten van de Vlaamse regering in herziening gesteld werd, en verder toelichting gaf bij de afzonderlijke onderdelen van deze wijzigingen en ze kaderde in het ruimtelijk beleid op Vlaams niveau;

Neemt kennis van de inhoud van het dossier betreffende de wijziging te Nazareth, die bestaat uit het besluit van de Vlaamse regering van 7 juli 1998, het bestemmingsplan met aanvullend stedenbouwkundig voorschrift, het plan met de bestaande fysische en juridische toestand, de stukken waaruit blijkt dat het openbaar onderzoek gehouden werd van 4 januari tot en met 4 maart 1999, de 4 bezwaarschriften, en de adviezen van de gemeenteraden en de bestendige deputatie;

Stelt vast dat conform de decretaal vastgelegde procedure, namelijk binnen een termijn van 60 dagen na de sluiting van het onderzoek, enkel door de bestendige deputatie en door 2 van de 14 gemeenten, namelijk Deinze en Nazareth, een advies uitgebracht werd over de voorliggende wijziging, dat het niet uitbrengen van een advies gelijkstaat met gunstig advies, dat aldus door de bestendige deputatie op 29 april 1999 gunstig advies uitgebracht werd door de gemeenteraad van Deinze op 29 april 1999 ongunstig advies en door de gemeenteraad van Nazareth werd op 26 april 1999 gesteld dat de aanduiding vijver moet behouden blijven en natuurontwikkeling als nabestemming kan vermeld worden;

Weet uit het dossier dat met huidig voorstel beoogd wordt een deel industriezone en waterwinningsgebied te Nazareth aan de grens met Deinze om te zetten in "Stortgebied met nabestemming natuurontwikkeling", dat het aanvullend stedenbouwkundig voorschrift bepaalt : "Dit gebied is bestemd voor het storten van niet-giftige baggerspecie op initiatief van de overheid. Het storten dient op zodanige wijze te gebeuren dat na stopzetting ervan, de fysische omstandigheden aanwezig zijn om het terrein optimaal in te richten voor natuurontwikkeling"; dat volgende bezwaren en opmerkingen ingediend werden : - 184 : Sow Nazareth stelt voor de vijver in te kleuren als natuurgebied met eventuele bijkomende functie van waterwinningsgebied; - 185 : Stichting Omer Wattez de bestemmingswijziging is niet in overeenstemming met de actuele ecologische waarde, en natuurontwikkeling na vernieling is een vals argument; - 186 : G. Vermeire voorstel tot bestemming drinkwatergebied met nevenfunctie natuurbehoud; - 187 : N. Van Wassenhove te bestemmen als natuurgebied - 529 : Bond Beter Leefmilieu de voorgestelde bestemmingswijziging is in strijd met de belangrijke ecologische waarde van deze plas.

Evalueert het voorliggend dossier en merkt daarbij vooreerst op dat het gaat om de herneming van een vroegere gewestplanwijziging die door de Vlaamse regering definitief vastgesteld werd op 1 juni 1995 en die door de Raad van State vernietigd werd, dat naar aanleiding van de vorige procedure door de commissie ongunstig advies verleend werd omdat de industriële bestemming diende behouden en het om giftig slib ging, dat thans in de beslissing van de Vlaamse regering te lezen is dat er een reële behoefte bestaat voor de berging van baggerspecie uit de Leie en het afleidingskanaal van de Leie en dat dit vooraf zal geconsolideerd worden op het laguneringsveld Noorderwal te Deinze, en dat verder gesteld wordt dat het begrip "niet giftige baggerspecie" niet gebruikelijk is en moet zijn "niet verontreinigd", dat het evenwel onbekend is of de storten baggerspecie nog zware metalen mag bevatten, dat in bevestigend geval het beter is voor het milieu dergelijk slib onder water te brengen, dat het de vraag is waarom hier geen MER-rapport geëist wordt, dat t.o.v. de vorige wijziging gesteld wordt dat het structuurplan Vlaanderen een visie geeft over industrieterreinen, dat omzetting van de bestemming industriezone naar stortgebied met nabestemming natuurontwikkeling naast een noodzaak ook een betere invulling van de ruimte is, dat de bezwaren aldus kunnen verworpen worden;

Beslist het ontwerp tot gedeeltelijke wijziging van het gewestplan Oudenaarde op het grondgebied Nazareth gunstig te adviseren, mits aanpassing van de terminologie in het aanvullend stedenbouwkundig voorschrift.

Namens de Streekcommissie van Advies : De Secretaris, (get.) N. Bleyenberg.

De Voorzitter, (get.) H. Balthazar.

^