← Terug naar "Ministerieel besluit betreffende de verplichte en aanbevolen uitrusting in het kader van pleziervaart "
| Ministerieel besluit betreffende de verplichte en aanbevolen uitrusting in het kader van pleziervaart | Arrêté ministériel relatif à l'équipement obligatoire et recommandé dans le cadre de la navigation de plaisance |
|---|---|
| FEDERALE OVERHEIDSDIENST MOBILITEIT EN VERVOER | SERVICE PUBLIC FEDERAL MOBILITE ET TRANSPORTS |
| 12 NOVEMBER 2020. - Ministerieel besluit betreffende de verplichte en | 12 NOVEMBRE 2020. - Arrêté ministériel relatif à l'équipement |
| aanbevolen uitrusting in het kader van pleziervaart | obligatoire et recommandé dans le cadre de la navigation de plaisance |
| DE MINISTER VAN MOBILITEIT EN DE MINISTER VOOR NOORDZEE, | LE MINISTRE DE LA MOBILITE ET LE MINISTRE DE LA MER DU NORD, |
| Gelet op de wet van 5 juli 2018 betreffende de pleziervaart, artikel | Vu la loi du 5 juillet 2018 relative à la navigation de plaisance, |
| 10; | l'article 10; |
| Gelet op het koninklijk besluit van 28 juni 2019 betreffende de | Vu l'arrêté royal du 28 juin 2019 relatif à la navigation de |
| pleziervaart, de artikelen 3.76 en 7.4, § 2; | plaisance, les articles 3.76 et 7.4, § 2; |
| Gelet op de betrokkenheid van de gewestregeringen; | Vu l'association des gouvernements de région; |
| Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 14 juli 2020; | Vu l'avis de l'Inspecteur des Finances, donné le 14 juillet 2020; |
| Gelet op de adviezen van het Federaal Overlegplatform voor de | Vu les avis de la Plateforme de concertation fédérale pour la |
| Pleziervaart dd 15 juli 2019 en 28 februari 2020; | Navigation de plaisance du 15 juillet 2019 et 28 février 2020; |
| Gelet op het advies 68.087/4 van de Raad van State gegeven op 21 | Vu l'avis 68.087/4 du Conseil d'Etat, donné le 21 octobre 2020, en |
| oktober 2020 met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van | application de l'article 84, § 1er, alinéa 1er, 2°, des lois sur le |
| de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, | Conseil d'Etat, coordonnées le 12 janvier 1973, |
| Besluiten : | Arrêtent : |
Artikel 1.Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder : |
Article 1er.Pour l'application du présent arrêté, on entend par : |
| 1° pleziervaartuig voor het beoefenen van kleinzeilerij : een | 1° navire de plaisance pour la pratique de la petite voile : un navire |
| pleziervaartuig zonder motor, zonder kajuit, met zeil, met een | de plaisance sans moteur, sans cabine et à voile, ayant une longueur |
| romplengte van 6,5 meter of minder; | de coque inférieure ou égale à 6,5 mètres; |
| 2° sportkieljacht : een pleziervaartuig met zeil, met een romplengte | 2° quillard de sport : un navire de plaisance à voile, ayant une |
| van minder dan 9 meter, zonder kajuit, geen sanitair of | longueur de coque inférieure à 9 mètres, sans cabine, pas de sanitaire |
| ou possibilité de cuisiner ou d'électricité à bord, éventuellement | |
| kookgelegenheid of elektriciteit aan boord, eventueel met lichte | avec un léger moteur hors-bord amovible et un franc-bord le plus bas |
| afneembare buitenboordmotor en laagste vrijboord kleiner dan 50 | inférieur à 50 centimètres; |
| centimeter; 3° klein reddingsvaartuig : een gemotoriseerd pleziervaartuig zonder | 3° petit navire de sauvetage : un navire de plaisance à moteur sans cabine qui est utilisé pour exercer des activités allant jusqu'à une |
| kajuit dat wordt gebruikt om activiteiten tot een afstand van 2 | distance de 2 milles marins au large des côtes à partir de la laisse |
| zeemijl uit de kust vanaf de laagwaterlijn met als doel het verlenen | de basse mer dans le but de porter assistance aux navires de plaisance |
| van bijstand aan pleziervaartuigen of personen die pleziervaart | ou aux personnes qui s'adonnent à la navigation de plaisance et qui |
| beoefenen en in nood verkeren; uit te voeren en dat een romplengte van | sont en danger et dont la coque a une longueur inférieure ou égale à |
| 6,5 meter of minder heeft. | 6,5 mètres. |
Art. 2.§ 1er. Les navires de plaisance ayant une longueur de coque |
|
Art. 2.§ 1. Pleziervaartuigen met een romplengte tot en met 24 meter |
allant jusqu'à 24 mètres doivent être équipés conformément à l'annexe |
| moeten worden uitgerust overeenkomstig bijlage 1 bij dit besluit. | 1er au présent arrêté. |
| In afwijking van het eerste lid, moet een waterscooter worden | Par dérogation à l'alinéa premier, un véhicule nautique à moteur doit |
| uitgerust overeenkomstig bijlage 2 bij dit besluit. | être équipé conformément à l'annexe 2 au présent arrêté. |
| In afwijking van het eerste lid, moet een pleziervaartuig dat wordt | |
| gebruikt voor het beoefenen van kleinzeilerij, worden uitgerust | Par dérogation à l'alinéa premier, un navire de plaisance pour la |
| overeenkomstig bijlage 3 bij dit besluit. | pratique de la petite voile doit être équipé conformément à l'annexe 3 |
| au présent arrêté. | |
| In afwijking van het eerste lid, moet een sportkieljacht worden | Par dérogation à l'alinéa premier, un quillard de sport doit être |
| uitgerust overeenkomstig bijlage 4 bij dit besluit. | équipé conformément à l'annexe 4 au présent arrêté. |
| In afwijking van het eerste lid, moet een klein reddingsvaartuig | Par dérogation à l'alinéa premier, un petit navire de sauvetage doit |
| worden uitgerust overeenkomstig bijlage 5 bij dit besluit. | être équipé conformément à l'annexe 5 au présent arrêté. |
| § 2. Een beoefenaar van brandingsporten moet afdoende en passende | § 2. Un adepte de sports de vague doit avoir sur lui un équipement de |
| veiligheidsuitrusting bij zich hebben overeenkomstig bijlage 6 bij dit | sécurité efficace et adéquat conformément à l'annexe 6 au présent |
| besluit. | arrêté. |
Art. 3.De uitrusting zoals omschreven in artikel 2 moet voldoen aan |
Art. 3.L'équipement décrit à l'article 2 doit satisfaire aux normes, |
| de normen, specificaties en maximum keuringsintervallen overeenkomstig | spécifications et intervalles d'inspection maximaux conformément à |
| bijlage 7 bij dit besluit. | l'annexe 7 au présent arrêté. |
Art. 4.Dit besluit treedt in werking op 1 december 2020. |
Art. 4.Le présent arrêté entre en vigueur le 1er décembre 2020. |
| Gegeven te Brussel, 12 november 2020. | Donné à Bruxelles, le 12 novembre 2020. |
| G. GILKINET | G. GILKINET |
| V. VAN QUICKENBORNE | V. VAN QUICKENBORNE |
| Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld | Pour la consultation du tableau, voir image |