Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 19 mei 1999, gesloten in het Paritair Subcomité voor de cementagglomeraten, betreffende de vaststelling van het bedrag en van de modaliteiten van toekenning van de premie voor dienstjaren 1998/1999 en 1999/2000 | Arrêté royal rendant obligatoire la convention collective de travail du 19 mai 1999, conclue au sein de la Sous-commission paritaire pour les agglomérés à base de ciment, relative à la fixation du montant et des modalités d'octroi de la prime pour les années de service 1998/1999 et 1999/2000 |
---|---|
MINISTERIE VAN TEWERKSTELLING EN ARBEID | MINISTERE DE L'EMPLOI ET DU TRAVAIL |
5 MAART 2001. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt | 5 MARS 2001. - Arrêté royal rendant obligatoire la convention |
verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 19 mei 1999, gesloten | collective de travail du 19 mai 1999, conclue au sein de la |
in het Paritair Subcomité voor de cementagglomeraten, betreffende de | Sous-commission paritaire pour les agglomérés à base de ciment, |
vaststelling van het bedrag en van de modaliteiten van toekenning van | relative à la fixation du montant et des modalités d'octroi de la |
de premie voor dienstjaren 1998/1999 en 1999/2000 (1) | prime pour les années de service 1998/1999 et 1999/2000 (1) |
ALBERT II, Koning der Belgen, | ALBERT II, Roi des Belges, |
Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. | A tous, présents et à venir, Salut. |
Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve | Vu la loi du 5 décembre 1968 sur les conventions collectives de |
arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel | travail et les commissions paritaires, notamment l'article 28; |
28; Gelet op het verzoek van het Paritair Subcomité voor de | Vu la demande de la Sous-commission paritaire pour les agglomérés à |
cementagglomeraten; | base de ciment; |
Op de voordracht van Onze Minister van Werkgelegenheid, | Sur la proposition de Notre Ministre de l'Emploi, |
Hebben Wij besloten en besluiten Wij : | Nous avons arrêté et arrêtons : |
Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage |
Article 1er.Est rendue obligatoire la convention collective de |
overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 19 mei 1999, gesloten | travail du 19 mai 1999, reprise en annexe, conclue au sein de la |
in het Paritair Subcomité voor de cementagglomeraten, betreffende de | Sous-commission paritaire pour les agglomérés à base de ciment, |
vaststelling van het bedrag en van de modaliteiten van toekenning van | relative à la fixation du montant et des modalités d'octroi de la |
de premie voor dienstjaren 1998/1999 en 1999/2000. | prime pour les années de service 1998/1999 et 1999/2000. |
Art. 2.Onze Minister van Werkgelegenheid is belast met de uitvoering |
Art. 2.Notre Ministre de l'Emploi est chargé de l'exécution du |
van dit besluit. | présent arrêté. |
Gegeven te Brussel, 5 maart 2001. | Donné à Bruxelles, le 5 mars 2001. |
ALBERT | ALBERT |
Van Koningswege : | Par le Roi : |
De Minister van Werkgelegenheid, | La Ministre de l'Emploi, |
Mevr. L. ONKELINX | Mme L. ONKELINX |
_______ | _______ |
Nota | Note |
(1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : | (1) Référence au Moniteur belge : |
Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. | Loi du 5 décembre 1968, Moniteur belge du 15 janvier 1969. |
Bijlage | Annexe |
Paritair Subcomité voor de cementagglomeraten | Sous-commission paritaire pour les agglomérés à base de ciment |
Collectieve arbeidsovereenkomst van 19 mei 1999 | Convention collective de travail du 19 mai 1999 |
Vaststelling van het bedrag en van de modaliteiten van toekenning van | Fixation du montant et des modalités d'octroi de la prime pour les |
de premie voor de dienstjaren 1998/1999 en 1999/2000 | années de service 1998/1999 et 1999/2000 |
(Overeenkomst geregistreerd op 13 augustus 1999 onder het nummer | (Convention enregistrée le 13 août 1999 sous le numéro |
51988/CO/106.02) | 51988/CO/106.02) |
Artikel 1.Overeenkomstig de bepalingen van artikel 6 van de statuten, |
Article 1er.Conformément aux dispositions de l'article 6 des statuts |
vastgesteld bij de collectieve arbeidsovereenkomst van 13 mei 1981, | fixés par la convention collective de travail du 13 mai 1981, |
houdende oprichting van een fonds van bestaanszekerheid en tot | instituant un fonds de sécurité d'existence et fixant ses statuts, |
vaststelling van zijn statuten, algemeen verbindend verklaard bij | |
koninklijk besluit van 15 maart 1982, gewijzigd bij de collectieve | rendue obligatoire par arrêté royal du 15 mars 1982, modifiée par les |
arbeidsovereenkomsten van 17 september 1985, algemeen verbindend | conventions collectives de travail du 17 septembre 1985, rendue |
verklaard bij koninklijk besluit van 10 februari 1986, en van 15 mei | obligatoire par arrêté royal du 10 février 1986, et du 15 mai 1997, |
1997, wordt er voor het dienstjaar 1998/1999 een premie van 4 200 BEF | une prime de 4 200 BEF sera octroyée pour l'exercice 1998/1999 aux |
toegekend aan de werklieden en werksters die gedurende de gehele | ouvriers et ouvrières qui, pendant toute la période du 1er avril 1998 |
periode van 1 april 1998 tot 31 maart 1999 de bij artikel 5, § 1 van | au 31 mars 1999, remplissent les conditions fixées par l'article 5, § |
voormelde statuten bepaalde voorwaarden vervullen; voor het dienstjaar | 1er des statuts précités; pour l'exercice 1999/2000, une prime de 4 |
1999/2000 wordt een premie van 4 700 BEF toegekend aan de werklieden | 700 BEF est octroyée aux ouvriers et ouvrières qui pendant toute la |
en werksters die gedurende de hele periode van 1 april 1999 tot 31 | période du 1er avril 1999 au 31 mars 2000, remplissent les conditions |
maart 2000 de bij artikel 5, § 1 van voormelde statuten bepaalde | fixées par l'article 5, § 1er des statuts précités. |
voorwaarden vervullen. | |
De werklieden en werksters die gedurende de gehele voormelde periodes | Les ouvriers et ouvrières ne remplissant pas ces conditions pendant |
deze voorwaarden niet vervullen, ontvangen een premie van 350 BEF per | toutes les périodes précitées, recevront une prime de 350 BEF par mois |
volledige of onvolledige kalendermaand waarin deze voorwaarden zijn | calendrier complet ou non dans lequel ces conditions ont été remplies, |
vervuld, voor het dienstjaar 1998/1999 en van 390 BEF voor het dienstjaar 1999/2000. Art. 2.De in artikel 4, a) van de statuten bedoelde werkgevers overhandigen aan iedere werknemer die in hun onderneming gedurende de periode van respectievelijk 1 april 1998 tot 31 maart 1999 en 1 april 1999 tot 31 maart 2000 gewerkt heeft, de behoorlijk ingevulde « kaart van rechthebbende », die hun verstrekt wordt door het fonds. De werkgevers vullen op deze kaart de volledige identiteit van de rechthebbende en de periode van tewerkstelling in; zij brengen er de stempel van de onderneming op aan. De werknemer overhandigt deze kaart aan één van de professionele organisaties vertegenwoordigd in het Paritair Subcomité voor de cementagglomeraten, bedoeld in artikel 5, § 1 van de statuten. De interprofessionele organisatie gaat het lidmaatschap na, duidt het bedrag aan waarop de werknemer recht heeft volgens artikel 1, en stuurt de kaart van rechthebbende door aan het fonds. Het aan de rechthebbende toekomend bedrag wordt, door de zorgen van het fonds uitgekeerd. Art. 3.Deze collectieve arbeidsovereenkomst treedt in werking op 1 januari 1999 en houdt op van kracht te zijn op 1 januari 2001. Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 5 maart 2001. De Minister van Werkgelegenheid, |
pour l'exercice 1998/1999 et de 390 BEF pour l'exercice 1999/2000. Art. 2.Les employeurs visés par l'article 4, a) des statuts remettront à chaque travailleur ayant travaillé au sein de leur entreprise pendant la période respectivement du 1er avril 1998 au 31 mars 1999 et du 1er avril 1999 au 31 mars 2000, la « carte de bénéficiaire » dûment remplie, qui leur est octroyée par le fonds. Les employeurs mentionneront sur cette carte l'identité complète du bénéficiaire et la période d'emploi; ils y mettront le cachet de l'entreprise. Le travailleur remettra cette carte à une des organisations professionnelles représentées au sein de la Sous-commission paritaire pour les agglomérés à base de ciment, visées à l'article 5, § 1er des statuts. L'organisation interprofessionnelle vérifiera la qualité de membre, elle indiquera le montant auquel le travailleur a droit selon l'article 1er et elle transmettra la carte de bénéficiaire au fonds. Le montant revenant au bénéficiaire sera octroyé par les soins du fonds. Art. 3.La présente convention collective de travail produit ses effets à partir du 1er janvier 1999 et cesse d'être en vigueur le 1er janvier 2001. Vu pour être annexé à l'arrêté royal du 5 mars 2001. La Ministre de l'Emploi, |
Mevr. L. ONKELINX | Mme L. ONKELINX |