Besluit van de Vlaamse Regering inzake tijdelijke projecten voor initiatieven voor de transitie van moeilijk bemiddelbare jongeren in het deeltijds beroepssecundair onderwijs | Arrêté du Gouvernement flamand en matière de projets temporaires quant à des initiatives de transition de jeunes dans l'enseignement secondaire professionnel à temps partiel dont le placement s'avère difficile |
---|---|
MINISTERIE VAN DE VLAAMSE GEMEENSCHAP 7 MEI 2004. - Besluit van de Vlaamse Regering inzake tijdelijke projecten voor initiatieven voor de transitie van moeilijk bemiddelbare jongeren in het deeltijds beroepssecundair onderwijs De Vlaamse Regering, | MINISTERE DE LA COMMUNAUTE FLAMANDE 7 MAI 2004. - Arrêté du Gouvernement flamand en matière de projets temporaires quant à des initiatives de transition de jeunes dans l'enseignement secondaire professionnel à temps partiel dont le placement s'avère difficile Le Gouvernement flamand, |
Gelet op Onderwijsdecreet XII-Ensor van 20 oktober 2000, hoofdstuk X, | Vu le décret relatif à l'enseignement XII-Ensor du 20 octobre 2000, |
afdeling 1, inzonderheid artikel 78; | chapitre X, section 1er, notamment l'article 78; |
Gelet op het samenwerkingsakkoord inzake de bevordering van de | Vu l'accord de coopération visant à promouvoir l'emploi des jeunes |
werkgelegenheid van de deeltijds leerplichtige jongeren via de uitbouw | scolarisables à temps partiel par l'élaboration des services locaux, |
van de lokale dienstverlening, afgesloten op 12 maart 2001 tussen de | conclu le 12 mars 2001 entre la Ministre flamande de l'Enseignement et |
Vlaamse minister van Onderwijs en Vorming en de Vlaamse minister van | de la Formation et le Ministre flamand de l'Emploi et du Tourisme; |
Werkgelegenheid en Toerisme; | |
Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 16 april 2004 | Vu l'arrêté du Gouvernement flamand du 16 avril 2004 portant |
houdende gedeeltelijke herverdeling van het provisioneel krediet op | répartition partielle du crédit provisionnel inscrit au programme |
programma 24.60, basisallocatie 00.17 m.b.t. het economisch | 24.60, allocation de base 00.17 en ce qui concerne la politique de |
relancebeleid; | relance économique; |
Gelet op het akkoord van de Vlaamse minister bevoegd voor Begroting, gegeven op 27 april 2004; | Vu l'accord du Ministre flamand chargé du Budget, donné le 27 avril 2004; |
Op voorstel van de Vlaamse minister van Onderwijs en Vorming; | Sur la proposition de la Ministre flamande de l'Enseignement et de la Formation; |
Na beraadslaging, | Après délibération, |
Besluit : | Arrête : |
Artikel 1.Binnen de beschikbare begrotingskredieten en na advies van |
Article 1er.Dans les limites des crédits budgétaires disponibles et |
de in artikel 4 bedoelde beoordelingscommissie, kent de minister | après avis de la commission d'évaluation visée à l'article 4, le |
eenmalig voor maximaal 20 projecten, extra lestijden en/of uren-leraar | Ministre accorde, en une seule fois et pour 20 projets au maximum, des |
périodes supplémentaires et/ou des périodes/enseignant supplémentaires | |
toe aan centra voor deeltijds onderwijs en/of centra voor deeltijdse | à des centres d'enseignement à temps partiel et/ou des centres de |
vorming. | formation à temps partiel. |
Art. 2.De aanvraag voor een project dient te voldoen aan volgende |
Art. 2.La demande pour un projet doit satisfaire aux critères |
criteria : | suivants : |
1° Via een samenwerkingsverband van een Centrum voor Deeltijds | 1° Un accord de coopération d'un Centre d'enseignement secondaire |
Beroepssecundair Onderwijs en/of een Centrum voor Deeltijdse Vorming | professionnel à temps partiel et/ou d'un Centre de formation à temps |
partiel avec au moins une (1) organisation partenaire du secteur | |
met minimum één partnerorganisaties uit de profit of non-profitsector | marchand ou non marchand doit faciliter l'insertion au marché de |
wordt aan een groep van ten minste 10 moeilijk bemiddelbare jongeren | l'emploi d'un groupe d'au moins 10 jeunes dont le placement s'avère |
een arbeidsmarktgerichte invulling gegeven, buiten de 15 uur opleiding | difficile, outre les 15 heures de formation décrites à l'article 69 du |
die staan beschreven in artikel 69 van Onderwijsdecreet II van 31 juli | décret du 31 juillet 1990 relatif à l'enseignement II. L'accord de |
1990. Het samenwerkingsverband moet worden aangetoond door een | coopération doit être démontré par un contrat écrit et signé |
schriftelijke en ondertekende overeenkomst waarin de afspraken, | explicitant les conventions, répartition des tâches et objectifs de |
taakverdeling en doelstellingen van alle betrokken partijen | |
geëxpliciteerd worden. | toutes les parties intéressées. |
2° De invulling van de begeleiding dient arbeidsmarktgericht te zijn. | 2° L'accompagnement doit cibler l'insertion au marché de l'emploi. Les |
De voorgestelde projecten hebben betrekking op vaardigheden, | projets proposés portent sur des aptitudes, compétences et attitudes |
competenties en attitudes die de transitie naar de arbeidswereld | qui favorisent la transition vers le monde du travail. L'initiative |
bevorderen. Het voorgestelde initiatief draagt duidelijk bij tot de | proposée contribue clairement à la maturité des participants pour le |
arbeidsmarktrijpheid van de deelnemers. | marché de l'emploi. |
3° In de aanvraag dient uitgelegd hoe de finale doelstelling via dit | 3° Dans la demande doit être expliqué comment ce projet aidera les |
project voor de jongeren beter bereikbaar wordt. Voorkeur wordt | jeunes à mieux atteindre l'objectif final. La priorité est donnée aux |
gegeven aan vernieuwende initiatieven die netoverschrijdend | initiatives rénovatrices organisées à un niveau inter-caractère et |
georganiseerd worden en die leiden naar tewerkstelling in | conduisant à un embauchement dans une profession critique. |
knelpuntberoepen. | |
4° Aan dit initiatief kunnen enkel jongeren deelnemen die niet in het | 4° Seul des jeunes n'étant pas associés au projet FSE Formation en |
ESF-project Alternerend Leren of Brugprojecten zitten. | alternance ou Projets-tremplins peuvent participer à cette initiative. |
5° Elk project sluit aan bij de doelstellingen geformuleerd in het | 5° Chaque projet s'allie aux objectifs formulés dans l'accord de |
samenwerkingsakkoord op 12 maart 2001 afgesloten tussen de Vlaamse | coopération conclu le 12 mars 2001 entre la Ministre flamande de |
minister van Onderwijs en Vorming en de Vlaamse minister voor | l'Enseignement et de la Formation et le Ministre de l'Emploi et du |
Werkgelegenheid en Toerisme. | Tourisme. |
6° Een projectaanvraag wordt ingediend door een centrum. De aanvraag | 6° Une demande de projet est introduite par un centre. La demande doit |
dient ten laatste op 1 juni 2004 in het bezit te zijn van de Dienst | parvenir, le 1er juin 2004 au plus tard, à l'adresse suivante : « |
Beroepsopleidingen, Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap, departement | Dienst Beroepsopleidingen, Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap, |
Onderwijs in de Koning Albert II-laan 15, te 1210 Brussel. Laattijdig | departement Onderwijs, Koning Albert II-laan 15, 1210 Brussel ». Toute |
ingediende projectvoorstellen zijn niet ontvankelijk. | proposition de projet introduite tardivement est irrecevable. |
Om in aanmerking te komen voor participatie moet het projectvoorstel | Pour entrer en ligne de compte pour une participation, la proposition |
minstens 30 punten behalen, zoals beschreven in artikel 5. | de projet doit obtenir au moins 30 points, tel que décrit à l'article |
Art. 3.De aanvragen worden beoordeeld door een beoordelings-commissie. |
5. Art. 3.Les demandes sont évaluées par une commission d'évaluation. |
Art. 4.§ 1. De beoordelingscommissie wordt samengesteld als volgt : |
Art. 4.§ 1er. La commission d'évaluation est composée comme suit : |
1° één ambtenaar van de afdeling Secundair Onderwijs van het | 1° un (1) fonctionnaire de la Division de l'Enseignement secondaire du |
departement Onderwijs; | Département de l'Enseignement; |
2° twee medewerkers van de Dienst Beroepsopleiding Departement | 2° deux collaborateurs du Service Formation professionnelle du |
Onderwijs; | Département de l'Enseignement; |
3° twee deskundigen inzake alternerend leren; | 3° deux experts en matière d'apprentissage en alternance; |
§ 2. De minister duidt de leden en, onder deze leden ook de | § 2. Le Ministre désigne les membres et, parmi ceux-ci, également le |
voorzitter, aan. | président. |
§ 3. De secretaris-generaal van het departement duidt binnen zijn | § 3. Le secrétaire général du département désigne, au sein de son |
administratie een ambtenaar aan die belast wordt met het secretariaat | administration, un fonctionnaire qui sera chargé du secrétariat de la |
van de beoordelingscommissie. | commission d'évaluation. |
Art. 5.Bij de beoordeling van de aanvragen hanteert de |
Art. 5.Pour l'évaluation des demandes, la commission d'évaluation |
beoordelingscommissie volgend puntensysteem : | utilise le système de cotation suivant : |
1° Betrokkenheid en meerwaarde van extra partners buiten onderwijs : | 1° Association et plus-value de partenaires supplémentaires en dehors |
20 punten | de l'enseignement : 20 points |
2° Netoverschrijdende samenwerking : 10 punten | 2° Coopération inter-caractère : 10 points |
3° Inhoudelijk vernieuwende projecten : 20 punten | 3° Projets innovateurs au niveau du contenu : 20 points |
4° Mogelijkheid tot verderzetting project zonder projectsteun na 1 | 4° Possibilité de poursuivre le projet sans appui après 1 année |
schooljaar : 20 punten | scolaire : 20 points |
5° Projecten gericht op knelpuntberoepen : 10 punten | 5° Projets axés sur les professions critiques : 10 points |
6° Bevordering arbeidsmarktrijpheid : 20 punten | 6° Promotion de la maturité pour le marché de l'emploi : 20 points |
Op basis van het puntensysteem adviseert de beoordelingscommissie de | Sur la base du système de cotisation, la commission d'évaluation |
minister schriftelijk met betrekking tot de selectie van de projecten; | conseille le Ministre par écrit au sujet de la sélection des projets; |
Art. 6.De minister treft de nodige maatregelen om een effectmeting |
Art. 6.Le Ministre prend les mesures nécessaires afin d'effectuer un |
van de toegekende projectmiddelen te realiseren. | mesurage d'effets des moyens de projet accordés. |
Art. 7.Dit besluit heeft uitwerking m.i.v. 1 april 2004. |
Art. 7.Le présent arrêté produit ses effets le 1er avril 2004. |
Art. 8.De Vlaamse minister bevoegd voor het Onderwijs is belast met |
Art. 8.Le Ministre flamand ayant l'Enseignement dans ses attributions |
de uitvoering van dit besluit. | est chargé de l'exécution du présent arrêté. |
Brussel, 7 mei 2004. | Bruxelles, le 7 mai 2004. |
De minister-president van de Vlaamse Regering, | Le Ministre-Président du Gouvernement flamand, |
B. SOMERS | B. SOMERS |
De Vlaamse minister van Onderwijs en Vorming, | La Ministre flamande de l'Enseignement et de la Formation, |
Mevr. M. VANDERPOORTEN | M. VANDERPOORTEN |