gepubliceerd op 31 oktober 1997
Ministerieel besluit tot vaststelling van de retributies voor bijzondere prestaties of voor verrichtingen van de ambtenaren der douane of accijnzen. - Erratum
17 OKTOBER 1997. Ministerieel besluit tot vaststelling van de retributies voor bijzondere prestaties of voor verrichtingen van de ambtenaren der douane of accijnzen. - Erratum
De tekst van het ministerieel besluit van 22 oktober 1997 tot vaststelling van de retributies voor bijzondere prestaties of voor verrichtingen van de ambtenaren der douane of accijnzen, zoals gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad van 22 oktober 1997, blz. 27946 tot 27957, wordt volledig vervangen door onderstaande tekst : De Minister van Financiën, Gelet op Verordening (EEG) nr. 2454/93 van de Commissie van 2 juli 1993 houdende vaststelling van enkele bepalingen ter uitvoering van Verordening (EEG) nr. 2913/92 van de Raad tot vaststelling van het communautair douanewetboek, inzonderheid op de artikelen 241, lid 2, en 243, lid 2 (1);
Gelet op de algemene wet inzake douane en accijnzen, gecoördineerd op 18 juli 1977 (2), inzonderheid op artikel 17, § 1, gewijzigd bij de wet van 27 december 1993 (3), artikel 21 vervangen bij de wet van 22 december 1989 (4) en artikel 208 gewijzigd bij dezelfde wet;
Gelet op het ministerieel besluit van 23 december 1993 betreffende de algemene regeling voor accijnsprodukten, het voorhanden hebben en het verkeer daarvan en de controle daarop, inzonderheid op artikel 17, § 1 (5);
Gelet op het ministerieel besluit van 23 december 1993 betreffende het accijnsstelsel van koffie, inzonderheid op artikel 32 (6);
Gelet op het ministerieel besluit van 23 december 1993 betreffende het accijnsstelsel van alcoholvrije dranken, inzonderheid op artikel 33 (6);
Gelet op het ministerieel besluit van 24 december 1993 betreffende de regeling van produkten onderworpen aan milieutaks, inzonderheid op artikel 30 (7);
Gelet op het ministerieel besluit van 28 december 1993 betreffende het accijnsstelsel van minerale olie, inzonderheid op de artikelen 8, § 1, 19, § 1, 1°, 21, § 2 en 24, § 1, 2° (5);
Gelet op het ministerieel besluit van 10 juni 1994 betreffende het accijnsstelsel van ethylalcohol, inzonderheid op de artikelen 35, § 2, 51 en 76, § 1 (8);
Gelet op het ministerieel besluit van 1 augustus 1994 betreffende het fiscaal stelsel van gefabriceerde tabak, inzonderheid op de artikelen 46, 87 en 88 (9);
Overwegende dat de bedragen van de retributies niet meer werden gewijzigd sedert het jaar 1987, dat het nodig is om ze aan te passen aan de evolutie van de levensstandaard;
Gelet op het advies van de Douaneraad van de Belgisch-Luxemburgse Economische Unie, gegeven op 25 juli 1996;
Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën, gegeven op 23 december 1996;
Gelet op het akkoord van de Minister van Begroting, gegeven op 29 mei 1997;
Gelet op het advies van de Raad van State, Besluit :
Artikel 1.Wanneer de ambtenaren der douane of accijnzen op verzoek van een natuurlijke persoon of een rechtspersoon bijzondere prestaties leveren of verrichtingen doen die voorkomen in kolom 2 van bijlage 1 bij dit besluit, is een retributie verschuldigd waarvan het tarief is vastgesteld in kolom 3 van dezelfde bijlage.
Art. 2.§ 1. Wanneer de retributie per uur wordt vastgesteld is zij verschuldigd voor de duur van de dienst die voor de uitvoering van de bijzondere prestatie wordt verricht; elk deel van een uur wordt voor een uur aangerekend. § 2. Wanneer de retributie per kalendermaand wordt vastgesteld wordt elke doorlopende bijzondere prestatie die minder dan vijftien dagen duurt aangerekend voor de helft van een maand. § 3. De retributie wordt verhoogd met de bedragen die zijn vastgesteld door de wettelijke bepalingen houdende algemene regeling inzake reiskosten of tot vaststelling van de vergoedingen wegens verblijfkosten toegekend aan de leden van het personeel der ministeries.
Art. 3.Geen retributie is verschuldigd voor een bijzondere prestatie die de voortzetting is van een niet aan retributie onderworpen verificatie, die is begonnen gedurende de openingsuren van het kantoor of gedurende de normale diensturen van het gewestelijke verificatiecentrum.
Art. 4.Voor de bijzondere prestaties, vermeld onder de nummers 1 tot 4 van bijlage 1 bij dit besluit, is de retributie verschuldigd ook indien de prestatie waarvoor door een natuurlijke persoon of rechtspersoon een machtiging werd gevraagd niet heeft plaatsgehad, tenzij de ervoor aangewezen ambtenaren tijdig werden verwittigd en zich niet hebben moeten verplaatsen.
Art. 5.§ 1. Voor de bijzondere prestaties, bedoeld in de nummers 1 tot 4 van bijlage 1 bij dit besluit, moet het verzoek worden ingediend bij de bevoegde controleur der douane en/ of accijnzen. § 2. Het in § 1 bedoelde verzoek moet worden opgesteld op een formulier volgens het model in bijlage 2 bij dit besluit. § 3. Voor de toepassing van het bepaalde in § 1 wordt verstaan onder controleur der douane en/of accijnzen, de ambtenaar der douane en/of accijnzen die belast is met de controle over de plaats waar de bijzondere prestatie moet worden verricht.
Art. 6.De retributie is niet verschuldigd wanneer de communautaire wetgeving voorschrijft dat de kosten ten laste zijn van een welbepaalde natuurlijke persoon of rechtspersoon. In dat geval worden de werkelijke kosten geëist.
Art. 7.§ 1. De retributie, bedoeld in de nummers 1 tot 10 van bijlage 1 bij dit besluit, moet door de betrokken natuurlijke persoon of rechtspersoon onmiddellijk na uitvoering van de bijzondere prestatie worden betaald. De ontvanger der douane en/of accijnzen mag evenwel de betaling toestaan gedurende de kalendermaand die volgt op die waarin de bijzondere prestatie werd geleverd of de verrichting werd gedaan maar ten laatste op de tiende werkdag te rekenen vanaf de datum waarop hij het bericht aan de schuldenaar heeft gezonden. § 2. De retributie, bedoeld in nummer 11 van bijlage 1 bij dit besluit, moet worden betaald gedurende de kalendermaand die volgt op die waarin de bijzondere prestatie werd geleverd maar ten laatste op de tiende werkdag te rekenen vanaf de datum waarop de ontvanger het bericht aan de schuldenaar heeft gezonden. § 3. De bepalingen van de §§ 1 en 2 zijn van toepassing op de in artikel 2, § 3, vermelde bedragen. § 4. Voor de toepassing van het bepaalde in §§ 1 en 2 wordt verstaan onder ontvanger der douane en/of accijnzen, de ambtenaar der douane en/of accijnzen die bevoegd is over het ontvangkantoor of over de plaats binnen het ambtsgebied van het ontvangkantoor waar de bijzonder prestatie werd verricht.
Art. 8.Het ministerieel besluit van 23 december 1980 tot vaststelling van de retributies voor bijzondere prestaties van de diensten der douane of der accijnzen (10), gewijzigd bij het ministerieel besluit van 12 maart 1987 (11), wordt opgeheven.
Art. 9.Dit besluit treedt in werking op 1 november 1997.
Brussel, 17 oktober 1997.
Ph. MAYSTADT (1) P.B.E.G. nr. L253 van 11 oktober 1993. (2) Belgisch Staatsblad van 21 september 1977.(3) Belgisch Staatsblad van 30 december 1993.(4) Belgisch Staatsblad van 29 december 1989.(5) Belgisch Staatsblad van 7 januari 1994.(6) Belgisch Staatsblad van 31 december 1993.(7) Belgisch Staatsblad van 29 december 1993.(8) Belgisch Staatsblad van 30 juni 1994.(9) Belgisch Staatsblad van 22 augustus 1994.(10) Belgisch Staatsblad van 30 december 1980.(11) Belgisch Staatsblad van 28 maart 1987. Bijlage 1 Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld Gezien om te worden gevoegd bij het ministerieel besluit van 17 oktober 1997.
De Minister van Financiën, Ph. MAYSTADT (*) P.B.E.G. nr. L302 van 19 oktober 1992.
Bijlagen Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld Voor de raadpleging van de voetnoot, zie beeld