Etaamb.openjustice.be
Erratum van 16 november 2023
gepubliceerd op 11 april 2024

Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering tot wijziging van het besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 26 september 2013 betreffende de uitvoering van de stadsvernieuwingsopdrachten van de Gewestelijke Ontwikkelingsmaatschappij voor het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. - Erratum

bron
brussels hoofdstedelijk gewest
numac
2024003316
pub.
11/04/2024
prom.
16/11/2023
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

16 NOVEMBER 2023. - Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering tot wijziging van het besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 26 september 2013 betreffende de uitvoering van de stadsvernieuwingsopdrachten van de Gewestelijke Ontwikkelingsmaatschappij voor het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. - Erratum


In het Belgisch Staatsblad van 13/12/2023 bladzijde 117556 tem 117564 moet het besluit worden geannuleerd en vervangen door het volgende : 16 NOVEMBER 2023. - Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering tot wijziging van het besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 26 september 2013 betreffende de uitvoering van de stadsvernieuwingsopdrachten van de Gewestelijke Ontwikkelingsmaatschappij voor het Brussels Hoofdstedelijk Gewest De Brusselse Hoofdstedelijke Regering, Gelet op de Grondwet, artikel 108;

Gelet op de bijzondere wet van 8 augustus 1980Relevante gevonden documenten type wet prom. 08/08/1980 pub. 11/12/2007 numac 2007000980 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Bijzondere wet tot hervorming der instellingen. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten tot hervorming der instellingen, artikel 6, § 1, I. 4°, artikel 20 en artikel 69;

Gelet op de bijzondere wet van 12 januari 1989 met betrekking tot de Brusselse Instellingen, artikel 36, § 1, eerste lid;

Gelet op de ordonnantie van 20 mei 1999 betreffende de Gewestelijke Ontwikkelingsmaatschappij voor het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, artikel 5 en artikel 20, § 2, 1° en 2° ;

Gelet op de ordonnantie van 17 juli 2003 houdende de Brusselse Huisvestingscode, artikel 2, § 1, 4°, artikel 133 en artikel 145;

Gelet op de beheersovereenkomst voor 2021-2025 tussen de Brusselse Hoofdstedelijke Regering en citydev.brussels, in het bijzonder artikel 32, dat het volgende bepaalt: `In het besluit van 26 september 2013, dat het kader voor de stadsvernieuwingsopdrachten van de instelling bepaalt, werd onder meer de termijn waarin de kopers hun middelgrote woning als hoofdverblijfplaats moeten hebben, opgetrokken van 10 naar 20 jaar. Op 20 jaar tijd kan je persoonlijke situatie erg veranderen.

Daarom moet er over de omkadering van sommige situaties opnieuw worden nagedacht. Er moet dan ook een wijzigingsbesluit worden aangenomen, dat onder meer extra inzet op eigendomsverwerving door gezinnen die niet genoeg financiële middelen hebben om een woning op de privémarkt te kopen.' Gelet op de beslissing van de raad van bestuur van de Gewestelijke Ontwikkelingsmaatschappij voor het Brussels Hoofdstedelijk Gewest van 19 november 2021 tot goedkeuring van het voorstel om het besluit van 26 september 2013 te wijzigen door een wijzigingsbesluit aan te nemen;

Gelet op het gunstige advies van de Inspectie van Financiën van 18 oktober 2022;

Gelet op het akkoord van de minister van Begroting op 22 november 2022;

Gelet op het advies van de Adviesraad voor Huisvesting en Stadsvernieuwing van 27 januari 2023;

Gelet op het advies van Brupartners van 15 februari 2023;

Gelet op het advies van de afdeling Wetgeving van de Raad van State nr. 73.269/3 van 14 april 2023, overeenkomstig artikel 84, § 1, 1ste lid, 2°, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State;

Gelet op de beslissing van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 16 november 2023 ;

Op voorstel van de minister-president, belast met Stadsvernieuwing, Na beraadslaging, Besluit :

Artikel 1.In artikel 1 van het besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 26 september 2013 betreffende de uitvoering van de stadsvernieuwingsopdrachten van de Gewestelijke Ontwikkelingsmaatschappij voor het Brussels Hoofdstedelijk Gewest worden deze wijzigingen aangebracht: 1° In punt 1 worden de woorden `of citydev.brussels' ingevoegd tussen de woorden `GOMB' en `: de Gewestelijke Ontwikkelingsmaatschappij voor het Brussels Hoofdstedelijk Gewest'. 2° In punt 7, tweede lid, worden de woorden `artikel 3bis' vervangen door de woorden `artikel 2, § 3'.3° In punt 8 worden de woorden `is de grondwaarde niet begrepen in de verkoopprijs' vervangen door de woorden `is de verkoopprijs noodzakelijkerwijs lager dan die die gevraagd zou zijn voor een eigendomsrecht'.4° In punt 10 worden de woorden `het aantal m2' vervangen door de woorden `het aantal vierkante meter'.5° In punt 15 worden de woorden `een persoon wiens handicap erkend is door een federale, gewestelijke of gemeenschapsoverheid' vervangen door ` § 1.Wordt beschouwd als een persoon met een handicap, een persoon die vóór de leeftijd van 65 jaar: 1° een score van minstens 4 punten heeft voor pijler P1, met toepassing: - van artikel 12 of 26 van de ordonnantie van 25 april 2019 tot regeling van de toekenning van gezinsbijslag; - of van het koninklijk besluit van 28 maart 2003Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 28/03/2003 pub. 23/04/2003 numac 2003022353 bron federale overheidsdienst sociale zekerheid Koninklijk besluit tot uitvoering van de artikelen 47, 56septies en 63 van de samengeordende wetten betreffende de kinderbijslag voor loonarbeiders en van artikel 88 van de programmawet van 24 december 2002 sluiten houdende uitvoering van artikels 47, 56septies en 63 van de samengeordende wetten betreffende de kinderbijslag voor loonarbeiders en van artikel 88 van de programmawet van 24 december 2002. 2° een vermindering van zelfredzaamheid van ten minste 9 punten heeft, met toepassing: - van artikels 2, 3 en 55 van het besluit van het Verenigd College van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie tot uitvoering van de ordonnantie van 10 december 2020 betreffende de tegemoetkoming voor hulp aan bejaarden; - of van het ministerieel besluit van 30 juli 1987 tot vaststelling van de categorieën en van de handleiding voor de evaluatie van de graad van zelfredzaamheid met het oog op het onderzoek naar het recht op de integratietegemoetkoming; 3° ofwel door zijn lichamelijke of geestelijke toestand het verdienvermogen heeft verminderd tot één derde of minder, zoals bedoeld in artikel 2, § 1 van de wet van 27 februari 1989 betreffende de tegemoetkomingen aan personen met een handicap;4° getroffen is door volledige blindheid, een volledige verlamming van de bovenste ledematen of amputatie van de bovenste ledematen en een blijvende invaliditeit die rechtstreeks toe te schrijven is aan de onderste ledematen en ten minste 50 % bedraagt, in toepassing van de criteria opgesomd in het koninklijk besluit van 8 februari 2006Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 08/02/2006 pub. 17/02/2006 numac 2005022918 bron federale overheidsdienst sociale zekerheid Koninklijk besluit houdende bepaling van de wijze waarop een volledige blindheid, een volledige verlamming van de bovenste ledematen of amputatie van de bovenste ledematen en een blijvende invaliditeit die rechtstreeks is toe te schrijven aan de onderste ledematen en ten minste 50 % bedraagt, wordt vastgesteld sluiten houdende bepaling van de wijze waarop een volledige blindheid, een volledige verlamming van de bovenste ledematen of amputatie van de bovenste ledematen en een blijvende invaliditeit die rechtstreeks is toe te schrijven aan de onderste ledematen en ten minste 50 % bedraagt, wordt vastgesteld. § 2. Het aantal punten, de vermindering van het verdienvermogen en de ongeschiktheidsgraad bedoeld in § 1 kunnen ook worden vastgesteld met toepassing van de geldende normen op federaal niveau of op dat van de gefedereerde entiteiten die bevoegd zijn voor de bijstand aan personen in toepassing van artikel 5, § 1, II. van de bijzondere wet van 8 augustus 1980Relevante gevonden documenten type wet prom. 08/08/1980 pub. 11/12/2007 numac 2007000980 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Bijzondere wet tot hervorming der instellingen. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten tot hervorming der instellingen.' ; 6° Na punt 15.worden punten 16. tot 22. ingevoegd. Die punten luiden als volgt: `16. Kind ten laste: kind waarvoor een van de leden van het gezin kinderbijslag ontvangt. 17. Gezin: personen met, volgens het rijksregister, dezelfde hoofdverblijfplaats.18. Openbaar vastgoedbeheerder: een gemeente, OCMW, autonome gemeentelijke regie, de Grondregie van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, de Brusselse Gewestelijke Huisvestingsmaatschappij, een openbare vastgoedmaatschappij, het Woningfonds van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest en de Gewestelijke Onntwikkelingsmaatschappij van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest.19. Innovatieve projecten: alternatieve vastgoedprojecten die steunen op technische, financiële of juridische innovaties, en met name community land trust, cohousing, kangoeroewonen, solidair wonen en intergenerationeel wonen.20. Boete: het bedrag dat wordt verkregen door de bewerking s*n/d*(1+t)n uit te voeren, waarbij: s de subsidie is, d de verbintenisduur van 20 jaar, t het projectmatig door de raad van bestuur bepaalde boetetarief, en n het resterende aantal jaar van d.21. Toeristische verblijfsvestiging: plaats die tegen betaling op de markt ter beschikking wordt gesteld voor een periode van ten hoogste negentig opeenvolgende dagen, zoals omschreven in de Brusselse normen voor toeristische verblijven.22. Inkomsten: de inkomsten in de zin van artikel 6 van het Wetboek van de Inkomstenbelastingen (WIB) 1992, de inkomsten verworven in het buitenland voor zover ze niet vallen onder de toepassing van deze bepaling en de inkomsten van de personen bedoeld in artikel 4 van het voornoemde wetboek, van de aanvrager en van alle andere personen die deel uitmaken van zijn gezin, behalve van bloedverwanten in opgaande of neergaande lijn of zijverwanten, en van de geadopteerden en adoptanten van de aanvrager.Afzonderlijk belastbare inkomsten, zoals bedoeld in artikel 171, 5° en 6° van het WIB zijn niet opgenomen in deze definitie.'.

Art. 2.In het tweede lid van artikel 2 van het besluit worden de woorden `of waar er een tekort is aan betaalbare middelgrote woningen' ingevoegd na de woorden `in de gebieden die door de Regering als strategisch worden beschouwd'

Art. 3.§ 1. In § 1 van artikel 3 worden punten 1°, 2° en 3° als volgt vervangen: `1° per project mag de gemiddelde verkoopprijs per bewoonbare vierkante meter van de middelgrote woningen niet hoger liggen dan 1.500 euro, te indexeren op basis van de ABEX-index van januari 2013.

In afwijking van het voorafgaande kan de raad van bestuur voor complexe projecten een gemiddelde verkoopprijs per bewoonbare vierkante meter bepalen die niet hoger ligt dan 1.800 euro, te indexeren op basis van de ABEX-index van januari 2013. Deze gemiddelde prijs wordt verkregen door de som van de voorgestelde verkoopprijzen van alle middelgrote wooneenheden te delen door de som van de bewoonbare oppervlakten van alle geproduceerde middelgrote woningen.

Deze verkoopprijs mag nooit hoger liggen dan de gemiddelde kostprijs per bewoonbare vierkante meter; 2° de ligging van de woning in het gebouw en de ligging van het gebouw in het project; 3° de grootte van de woning om te verzekeren dat de prijs per bewoonbare vierkante meter lager ligt voor woningen met 3 of meer slaapkamers.' § 2. In § 2 van artikel 3: 1° wordt het woord "jaarlijks" geschrapt. 2° wordt er een nieuw tweede lid toegevoegd, dat als volgt luidt: `In afwijking van het eerste lid kan de raad van bestuur van de GOMB, als dat nodig is om de operatie te financieren, aan de minister belast met Stadsvernieuwing een gemiddelde verkoopprijs voorstellen waar de grondwaarde niet van wordt afgetrokken.'.

Art. 4.§ 1. In de eerste zin van artikel 4 van het besluit: 1° wordt in de Franse tekst het woord `et' ingevoegd tussen de woorden `caves' en `parkings';2° wordt in de Franse tekst het woord `boxes' vervangen door het woord `box'. § 2. In de tweede zin van dat artikel wordt het woord `jaarlijkse' geschrapt. § 3. Er wordt aan het artikel een tweede lid toegevoegd dat als volgt luidt: `Wat de parkeerplaatsen betreft, mag de GOMB alle juridische oplossingen toepassen waarmee ze, in plaats van een welbepaalde privatieve plaats te verkopen, gedeelde parkeerruimte kan voorzien. De prijs van een gedeelde parkeerplaats ligt noodzakelijkerwijs lager dan die van een privatieve parkeerplaats of een box.'.

Art. 5.In artikel 5 van het besluit worden de woorden `en de bijhorende parkeerplaatsen' ingevoegd tussen de woorden `woningen' en `zijn met voorrang'.

Er wordt aan het artikel een tweede lid toegevoegd dat als volgt luidt: `Zolang de laatste middelgrote woning op een site niet verkocht is, mogen de bijhorende parkeerplaatsen enkel aan kopers-bewoners worden verkocht.'

Art. 6.Artikel 7 van het besluit wordt vervangen door deze tekst: `

Art. 7.§ 1. De overdracht van bij de middelgrote woningen horende parkeerplaatsen is gebonden aan deze voorwaarden: 1° Wanneer de koper van de parkeerplaats koper-bewoner van een woning op dezelfde site is, dan is de overdracht van de parkeerplaats gebonden aan dezelfde voorwaarden als de overdracht van die woning, ook wat betreft het voorkooprecht van de GOMB en de bepaling van de wederverkoopprijs, maar de voorwaarde uit artikel 8, § 1, 2°, geldt dan niet.2° Wanneer de koper van de parkeerplaats geen koper-bewoner van een woning op dezelfde site is maar wel voldoet aan de voorwaarden uit artikel 8, § 1, 1°, 3° en 4°, dan kan hij de overeenkomstig artikel 4 bepaalde verkoopprijs genieten als hij er zich in de aankoopakte toe verbindt: - de parkeerplaats niet door te verkopen voor een prijs die hoger ligt dan de oorspronkelijke aankoopprijs inclusief aktekosten, btw en registratierechten, plus de intresten die worden berekend tegen het rentetarief van de depositofaciliteit van de Europese Centrale Bank vanaf de datum van de akte waarmee de verkoper het goed gekocht heeft; - het voorkooprecht van de GOMB waarvan sprake in artikel 13, te eerbiedigen. 3° In de overige gevallen wordt de verkoopprijs van de parkeerplaats vrij bepaald. § 2. Indien de koper zijn parkeerplaats verhuurt aan een derde, mag de maandelijkse huurprijs niet hoger liggen dan een twaalfde van een jaarlijkse brutohuuropbrengst die overeenstemt met 4 % van de oorspronkelijke verkoopprijs van de parkeerplaats inclusief aktekosten, btw en registratierechten. Dit bedrag is gekoppeld aan de gezondheidsindex van de maand vóór de maand waarin de koper het genot van het goed heeft gekregen.

Het vorige lid is niet van toepassing op parkeerplaatsen die worden aangekocht overeenkomstig artikel 7, § 1, 3°. '.

Art. 7.§ 1. In § 1 van artikel 8 van het besluit worden deze wijzigingen aangebracht: 1° 4°, 5° en 6° worden als volgt vervangen: `4° tijdens het referentiejaar geen inkomsten hebben genoten die hoger liggen dan deze bedragen: a) 61.049 euro wanneer de kandidaat-koper verklaart alleenstaand te zijn of deel uit te maken van een eenoudergezin; b) 77.699 euro wanneer de kandidaat-koper verklaart deel uit te maken van elk ander soort gezin.

Die bedragen zijn gekoppeld aan het indexcijfer van de consumptieprijzen van december 2022. Ze worden jaarlijks op 1 januari aangepast op basis van het indexcijfer van de maand december vóór de aanpassing, en afgerond naar de hogere eenheid in euro.

De bedragen in a) en b) worden vermeerderd met 5.000 euro per persoon ten laste; 5° zich ertoe verbinden de woning niet te verkopen en geen juridische verbintenis aan te gaan om de woning te verkopen gedurende een periode van 20 jaar vanaf de datum van ingenottreding, tenzij voldaan is aan de in artikels 12 en 13 beschreven gevallen en voorwaarden;6° zich ertoe verbinden de woning gedurende een periode van 20 jaar ononderbroken zelf en uitsluitend als hoofdverblijfplaats te bewonen, en er hun wettelijke woonplaats te vestigen; 7° kopen in volle eigendom, erfpacht of opstal.'. 2° Artikel 8, § 1 wordt aangevuld met een tweede lid dat als volgt luidt: `In naar behoren gemotiveerde uitzonderlijke omstandigheden kan de raad van bestuur afwijken van de voorwaarde in het eerste lid, 2°. ' § 2. § 2 van artikel 8 wordt vervangen door de woorden: `Voor de bepaling van het inkomen waarvan sprake in § 1, 4°, wordt er geen rekening gehouden met het inkomen van de echtgenoot/echtgenote of samenwonende indien redelijkerwijs een grondige wijziging van de gezinssituatie te verwachten is of zich al heeft voorgedaan overeenkomstig § 4 hieronder.' . § 3. In § 3 van artikel 8 worden deze wijzigingen aangebracht: 1° Het derde lid wordt vervangen door deze tekst: `Tijdens de eerste twaalf maanden van de commercialisering zijn woningen met drie of meer slaapkamers echter voorbehouden voor: - personen met minstens een kind ten laste, in volgorde van hun inschrijving in het register; - personen die kunnen bewijzen dat zij bijzondere behoeften hebben zoals die die voortvloeien uit een handicap, wat ter beoordeling wordt voorgelegd aan de raad van bestuur. 2° In het vierde lid worden de woorden `met minder dan twee kinderen' vervangen door de woorden `zonder kinderen ten laste'.3° Het vijfde lid wordt geschrapt.4° In het zesde lid, dat het nieuwe vijfde lid wordt, worden de woorden `en de raadpleging' geschrapt. § 4. Het eerste lid van § 6 van artikel 8 wordt vervangen door deze tekst: `In afwijking van § 3, tweede lid, is vijf procent van de woningen in een project op de eerste dag van de commercialisering voorbehouden voor: - personen met een handicap die voldoen aan de voorwaarden in § 1; - personen die voldoen aan de voorwaarden in § 1 en die in de woning duurzaam huisvesting zullen bieden aan een persoon met een handicap; - personen die voldoen aan de voorwaarden in § 1 en die een of meer kinderen met een handicap ten laste hebben.

Art. 8.In artikel 9 van het besluit: 1° wordt de vermelding ` § 1' geschrapt;2° wordt § 2 geschrapt.

Art. 9.In de Franse tekst wordt in de tussentitel "condition de mise en location par les acquéreurs occupants" het woord "condition" vervangen door "conditions".

Art. 10.Artikel 11 van het besluit wordt vervangen door deze tekst: `

Art. 11.§ 1. In afwijking van artikel 8, § 1, 6°, kan de raad van bestuur een koper-bewoner toestemming geven om zijn woning, voor een welbepaalde duur of tot het einde van de termijn van 20 jaar, gedeeltelijk of volledig te verhuren.

De raad van bestuur kan de bevoegdheid om toestemming te verlenen bedoeld in het eerste lid delegeren aan een of meer personen van de administratieve diensten bij de GOMB. § 2. Als de verhuur via een sociaal verhuurkantoor (hierna: SVK) verloopt, wordt de in § 1 bedoelde toestemming automatisch verleend als er is voldaan aan deze voorwaarden: 1° De koper-bewoner heeft zijn woning minstens 60 maanden zelf effectief bewoond;2° Er is een schriftelijk verzoek tot toestemming ingediend, met daarbij het ontwerp van huurovereenkomst of beheersmandaat tussen de koper-bewoner en het SVK;3° De door de koper-bewoner en het SVK ondertekende huurovereenkomst of het door hen ondertekende beheersmandaat wordt aan de GOMB bezorgd binnen de 10 werkdagen te rekenen vanaf de dag nadat de koper-bewoner de toestemming van de raad van bestuur heeft gekregen.4° Gedurende de termijn van 20 jaar mag de opeisbare huur (exclusief lasten) niet hoger liggen dan de maximumbedragen die zijn bepaald in de regelgeving betreffende de SVK's. § 3. Als de verhuur niet via een SVK verloopt, wordt de in § 1 bedoelde toestemming enkel verleend in uitzonderlijke omstandigheden, die schriftelijk moeten worden gemotiveerd, en op deze voorwaarden: 1° De koper-bewoner heeft zijn woning minstens 60 maanden zelf effectief bewoond;2° Voor de verhuur biedt de koper-bewoner de GOMB de mogelijkheid om gedurende een termijn van 30 werkdagen, die ingaat op de dag na de beslissing van de raad van bestuur, op haar website exclusief aan te kondigen dat de woning beschikbaar is;3° De koper-bewoner kan het goed enkel verhuren met een huurovereenkomst voor een hoofdverblijfplaats en enkel aan huurders die met de nodige stukken kunnen bewijzen dat ze voldoen aan deze voorwaarden: a) minstens 18 jaar oud zijn;b) geen eigenaar of vruchtgebruiker zijn, alleen of samen met hun echtgenoot/echtgenote of samenwonenden, van onroerende goederen in België die hoofdzakelijk bestemd zijn voor bewoning;c) in België onderworpen zijn aan de personenbelasting;d) in het referentiejaar geen inkomsten hebben genoten die hoger liggen dan de bedragen in artikel 8, § 1, 4° ;e) zich ertoe verbinden om binnen de maand na de inwerkingtreding van de overeenkomst hun wettelijke woonplaats te vestigen in de woning en ze geheel en uitsluitend als hoofdverblijfplaats te bewonen gedurende de volledige duur van de overeenkomst.4° Gedurende de termijn van 20 jaar mag de opeisbare huur (exclusief lasten) niet hoger liggen dan de maximumbedragen die zijn bepaald in de regelgeving betreffende de SVK's. Indien de gezinssituatie van een bewoner weldra grondig zal wijzigen, onder meer door het vertrek van een meerderjarig kind uit de woonst, een feitelijke scheiding of echtscheiding, kan de raad van bestuur toestaan dat er geen rekening wordt gehouden met de inkomsten of de onroerende goederen van de echtgenoot/echtgenote of samenwonende op wie deze verandering betrekking heeft, ook al wordt deze persoon nog vermeld op de gezinssamenstelling. § 4. Voordat de termijn van 20 jaar is verstreken, is het verboden om een door of op initiatief van de GOMB gebouwde woning gedeeltelijk of volledig te verhuren als toeristische verblijfsvestiging.'.

Art. 11.In de Franse tekst wordt in de tussentitel "condition de revente pour les acquéreurs occupants" het woord "condition" vervangen door "conditions".

Art. 12.§ 1. In de eerste zin van artikel 12, § 1 van het besluit worden de woorden `artikel 8, § 1, 1° tot 6° en § 3' vervangen door `artikel 8, § 1, 1° tot 7° en § 3'. § 2. In § 2 van artikel 12 wordt het derde lid als volgt vervangen: `Kopers die hun gesubsidieerde woning willen verkopen voordat de 20-jarige termijn afloopt, moeten de GOMB daarvan op de hoogte brengen, zodat die gedurende 60 dagen te rekenen vanaf de dag nadat ze die kennisgeving heeft ontvangen, de verkoop exclusief kan bekendmaken op haar website en bij haar kandidaat-kopers. Ook moet de koper zijn notaris erom verzoeken de GOMB in kennis te stellen van het ontwerp van verkoopakte.'. § 3. In § 4 van artikel 12: 1° worden de woorden `in de verkoopovereenkomst of de authentieke verkoopakte' vervangen door de woorden `in de verkoopovereenkomst en de authentieke verkoopakte'; 2° wordt punt a) als volgt vervangen: `a) de GOMB op de hoogte te brengen wanneer ze hun gesubsidieerde woning willen verkopen, zodat de GOMB gedurende 60 dagen te rekenen vanaf de dag nadat ze die kennisgeving heeft ontvangen, de verkoop exclusief kan bekendmaken op haar website en bij haar kandidaat-kopers.'

Art. 13.In artikel 13 van het besluit: 1° wordt de eerste zin van het eerste lid vervangen door: `Bij vervreemding binnen de 30 jaar na de eerste ingenottreding van het goed beschikken de GOMB, de gewestelijke openbare vastgoedbeheerders, de sociale verhuurkantoren en de openbare vastgoedbeheerders die actief zijn op het grondgebied van de gemeente waar het goed gelegen is, over een voorkooprecht.'; 2° de vierde zin van het eerste lid wordt als volgt vervangen: `Deze operatoren en kantoren hebben 60 werkdagen om dit aanbod te aanvaarden: - voor de overeenkomstig artikel 12, § 2 bepaalde prijs uit de verkoopovereenkomst, als de wederverkoop plaatsvindt in de periode van 20 jaar; - voor de vrij bepaalde prijs uit de verkoopovereenkomst, als de wederverkoop plaatsvindt na de periode van 20 jaar.'

Art. 14.In artikel 14 van het besluit wordt na `vastgoedbeheerders' `en aan sociale verhuurkantoren' toegevoegd.

Art. 15.In artikel 15 van het besluit: 1° wordt het woord `mag' vervangen door `en de sociale verhuurkantoren mogen';2° worden de woorden `zijn zakelijk recht' vervangen door `hun zakelijke rechten'.

Art. 16.In artikel 16, § 3 van datzelfde besluit: 1° worden de woorden `in de verkoopovereenkomst of de authentieke verkoopakte' vervangen door de woorden `in de verkoopovereenkomst en de authentieke verkoopakte';2° worden de woorden `gedurende een termijn van 30 werkdagen' vervangen door `gedurende een termijn van 60 werkdagen'.

Art. 17.§ 1. De tussentitel `Voorwaarden voor bewoners die geen eigenaar zijn' wordt vervangen door de tussentitel `Innovatieve projecten'. § 2. Artikel 18 wordt vervangen door deze tekst: `De raad van bestuur kan afwijken van de toegangs- en bewoningsvoorwaarden in dit hoofdstuk en er nieuwe creëren om innovatieve projecten te ontwikkelen die kaderen in het sociale huisvestingsbeleid waarvan sprake in artikel 1, 7°. De kopers moeten op het moment van de aankoop wel nog altijd onderworpen zijn aan de personenbelasting in België.

De in het eerste lid bedoelde afwijkingen of nieuwe voorwaarden moeten door de Regering worden goedgekeurd wanneer die het subsidiebesluit voor het innovatieve project aanneemt.'

Art. 18.Artikel 19 van het besluit wordt als volgt vervangen: ` § 1. Onverminderd artikel 9 is de koper-bewoner verplicht om aan de GOMB een attest van woonplaats en hoofdverblijfplaats voor te leggen binnen de 6 maanden na de datum van ingenottreding. Deze verplichting kan jaarlijks worden hernieuwd op verzoek van de GOMB. § 2. De koper-bewoner die van de raad van bestuur de toestemming heeft gekregen om zijn goed te verhuren, overeenkomstig artikel 11, moet de GOMB binnen de drie maanden na de ingenottreding van de woning een kopie bezorgen van de huurovereenkomst voor een hoofdverblijfplaats.

Die regel geldt ook bij een huurderswissel. § 3. De openbare vastgoedbeheerder die een woning heeft gekocht volgens de modaliteiten in artikels 13 en 14 moet de GOMB binnen de drie maanden na de ingenottreding van de woning een kopie van de huurovereenkomst voor een hoofdverblijfplaats bezorgen.'.

Art. 19.Artikel 22 van het besluit wordt als volgt vervangen: ` § 1. Wie een door of op initiatief van de GOMB geproduceerde woning kocht en de wederverkoopvoorwaarden uit artikels 12 en 13 niet naleeft, is de GOMB een bedrag verschuldigd dat gelijk is aan de subsidie voor de betrokken woning plus de boete. § 2. Wie een door of op initiatief van de GOMB geproduceerde parkeerplaats kocht en de wederverkoopvoorwaarden uit artikel 7 niet naleeft, is de GOMB een bedrag verschuldigd dat gelijk is aan de subsidie voor de betrokken parkeerplaats plus de boete. § 3. Wie een door of op initiatief van de GOMB geproduceerde woning kocht en de verhuurvoorwaarden uit artikel 11 niet naleeft, is de GOMB een bedrag verschuldigd dat gelijk is aan de huur die hij in de beschouwde huurperiode daadwerkelijk heeft ontvangen.

Als de werkelijke maandelijkse huurprijs niet bekend is, wordt er rekening gehouden met de maandelijkse referentiehuurprijs die wordt vastgesteld op basis van het besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 19 oktober 2017 tot invoering van een rooster van indicatieve huurprijzen, verhoogd met 50 %.

Als de werkelijke huurperiode niet bekend is, wordt ervan uitgegaan dat een goed dat een maand van een welbepaald jaar verhuurd was, gedurende de 12 maanden van datzelfde jaar verhuurd werd. § 4. Wie een door of op initiatief van de GOMB geproduceerde woning kocht en artikel 11, § 4, schendt door zijn woning te verhuren als toeristische verblijfsvestiging is de GOMB deze bedragen verschuldigd: - als de koper zijn hele woning als toeristische verblijfsvestiging verhuurt: een bedrag dat gelijk is aan het dubbele van de huur die hij in de beschouwde huurperiode daadwerkelijk heeft ontvangen; - als de koper een deel van zijn woning als toeristische verblijfsvestiging verhuurt, hij er zijn woonplaats heeft en een deel ervan zelf bewoont: een bedrag dat gelijk is aan de huur die hij in de beschouwde huurperiode daadwerkelijk heeft ontvangen, plus 50 %.

Als het bedrag van de werkelijk ontvangen huur niet bekend is, wordt ervan uitgegaan dat het goed werd verhuurd tegen een prijs per vierkante meter die de raad van bestuur vastlegt, rekening houdend met de gebruikelijke tarieven voor soortgelijke verhuringen.

Deze paragraaf heeft geen betrekking op tijdelijke woningwissels zonder financiële compensatie en gedurende maximaal negentig kalenderdagen per jaar. § 5. Wie een door of op initiatief van de GOMB geproduceerde woning kocht en zijn woning niet verhuurt maar toch de domiciliërings- en bewoningsvoorwaarden uit artikel 8, § 1, 6°, niet naleeft, is de GOMB een bedrag verschuldigd dat gelijk is aan de maandelijkse referentiehuurprijs op basis van het besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 19 oktober 2017 tot invoering van een rooster van indicatieve huurprijzen, maal het aantal maanden waarin de woning niet zijn woonplaats is. § 6. Wie een door of op initiatief van de GOMB geproduceerde parkeerplaats kocht en de verhuurvoorwaarden uit artikel 7, § 2, niet naleeft, is de GOMB een bedrag verschuldigd dat gelijk is aan de huur die hij in de beschouwde huurperiode daadwerkelijk heeft ontvangen.

Als de werkelijke maandelijkse huurprijs niet bekend is, wordt er rekening gehouden met het dubbele van de maandelijkse huurprijs zoals die volgt uit de toepassing van artikel 7, § 2.

Als de werkelijke huurperiode niet bekend is, wordt ervan uitgegaan dat een parkeerplaats die een maand van een welbepaald jaar verhuurd was, gedurende de 12 maanden van datzelfde jaar verhuurd werd. § 7. Bij onvoorzienbare omstandigheden kan de raad van bestuur de regels uit de bovenstaande paragrafen in het voordeel van de kopers aanpassen. § 8. De GOMB of de derden met wie ze overeenkomsten sluit, moeten in de verkoopovereenkomsten een clausule met de regels uit § 1 tot § 7 opnemen. § 9. De GOMB kan de nodige juridische en administratieve procedures instellen om de in dit artikel bedoelde terugbetalingen te verkrijgen.'.

Art. 20.Artikel 25 wordt als volgt vervangen: `De GOMB stelt een ontwerp van meerjareninvesteringsplan op overeenkomstig artikel 20, § 3, van de ordonnantie.

Dat ontwerp van meerjarenplan wordt opgesteld door de raad van bestuur en wordt jaarlijks ter informatie aan de Regering bezorgd.

De in het plan beoogde projecten zijn bestemd om te worden goedgekeurd door de Regering, die naar aanleiding daarvan bevestigt dat het project kadert in het sociale huisvestingsbeleid van de Regering.

Het ontwerp van meerjarenplan omvat met name: - de inschrijving van nieuwe projecten en de planning voor de realisatie ervan; - de wijziging van begrotingsinschrijvingen, zowel wat de vastlegging als de vereffening van de subsidies betreft; - de aanpassing van het vereffeningsplan van de subsidies naargelang van de vordering van de projecten; - de bepaling en de wijzigingen van de interventieperimeter.

Het meerjarenplan houdt rekening met de subsidies die jaarlijks worden toegekend door de Regering in uitvoering van de beheersovereenkomst en de vereffeningsmodaliteiten van deze subsidies.'.

Art. 21.Er wordt een artikel 26/1 ingevoegd na artikel 26. Dat luidt als volgt: `Het voorkooprecht van 30 jaar waarvan sprake in artikel 13 geldt voor woningen die worden verkocht vanaf de inwerkingtreding van dit besluit'.

Brussel, 16 november 2023.

Voor de Regering: De Minister-President van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Territoriale Ontwikkeling en Stadsvernieuwing, Toerisme, de Promotie van het Imago van Brussel en Biculturele Zaken van gewestelijk Belang, R. VERVOORT .

^