Etaamb.openjustice.be
Erratum van 13 maart 2024
gepubliceerd op 02 juli 2024

Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 25 maart 2016 betreffende het op de markt aanbieden van radioapparatuur. - Erratum

bron
federale overheidsdienst economie, k.m.o., middenstand en energie
numac
2024006299
pub.
02/07/2024
prom.
13/03/2024
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

13 MAART 2024. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 25 maart 2016 betreffende het op de markt aanbieden van radioapparatuur. - Erratum


In het Belgisch Staatsblad nr. 71 van 2 april 2024 bladzijde 39298, moet de volgende correctie worden aangebracht: voeg voorafgaand aan de tekst van het koninklijk besluit van 13 maart 2024 tot wijziging van het koninklijk besluit van 25 maart 2016 betreffende het op de markt aanbieden van radioapparatuur het volgende verslag aan de Koning in: FEDERALE OVERHEIDSDIENST ECONOMIE, K.M.O., MIDDENSTAND EN ENERGIE 13 MAART 2024. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 25 maart 2016 betreffende het op de markt aanbieden van radioapparatuur VERSLAG AAN DE KONING Sire, Algemeen Het besluit dat U ter ondertekening wordt voorgelegd, heeft tot doel Richtlijn (EU) 2022/2380 van het Europees Parlement en de Raad van 23 november 2022 tot wijziging van Richtlijn 2014/53/EU betreffende de harmonisatie van de wetgevingen van de lidstaten inzake het op de markt aanbieden van radioapparatuur (hierna "richtlijn 2022/2380"), gedeeltelijk om te zetten. In Richtlijn 2014/53/EU betreffende de harmonisatie van de wetgevingen van de lidstaten inzake het op de markt aanbieden van radioapparatuur, wordt een regelgevingskader vastgesteld voor het op de markt aanbieden en de ingebruikneming in de Unie van radioapparatuur.

De wijziging ervan door richtlijn 2022/2380/EU moet het mogelijk maken om radioapparatuur die via kabel wordt opgeladen op geharmoniseerde wijze op te laden door middel van universele opladers. Er worden eisen ingevoerd om te voorkomen dat consumenten en andere eindgebruikers bij elke aanschaf van een nieuwe mobiele telefoon of soortgelijke radioapparatuur telkens ook weer een nieuwe oplader moeten kopen.

Richtlijn 2022/2380 beoogt zo het gebruiksgemak voor de consument te waarborgen, elektronisch afval te verminderen en marktversnippering voor opladers tegen te gaan.

Deze richtlijn werd al gedeeltelijk omgezet bij de wet van 6 februari 2024Relevante gevonden documenten type wet prom. 06/02/2024 pub. 13/02/2024 numac 2024001222 bron federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg, federale overheidsdienst sociale zekerheid Wet houdende wijziging van de wet van 13 juni 2005 betreffende de elektronische communicatie ter gedeeltelijke omzetting van Richtlijn 2022/2380 van het Europees Parlement en de Raad van 23 november 2022 tot wijziging van Richtlijn 2014/53/EU betreffende de harmonisatie van de wetgevingen van de lidstaten inzake het op de markt aanbieden van radioapparatuur(1) sluiten houdende wijziging van de wet van 13 juni 2005 betreffende de elektronische communicatie (hierna "WEC"). Deze wet voegt onder meer een nieuwe paragraaf 2/1 in artikel 32 van de WEC. Het voorliggende ontwerp vormt daar de uitvoering van. Het wijzigt het koninklijk besluit van 25 maart 2016 betreffende het op de markt aanbieden van radioapparatuur (hierna "KB van 25 maart 2016").

Artikelsgewijze bespreking

Artikel 1 Dit artikel wijzigt artikel 1 van het KB van 25 maart 2016 om aan te geven dat ook richtlijn 2022/2380 er gedeeltelijk mee omgezet wordt.

Artikel 2 Dit artikel vult de definitie van "essentiële eisen" aan in het KB van 25 maart 2016 naar aanleiding van de invoeging van een nieuwe paragraaf 2/1 in artikel 32 van de WEC bij de wet van 6 februari 2024Relevante gevonden documenten type wet prom. 06/02/2024 pub. 13/02/2024 numac 2024001222 bron federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg, federale overheidsdienst sociale zekerheid Wet houdende wijziging van de wet van 13 juni 2005 betreffende de elektronische communicatie ter gedeeltelijke omzetting van Richtlijn 2022/2380 van het Europees Parlement en de Raad van 23 november 2022 tot wijziging van Richtlijn 2014/53/EU betreffende de harmonisatie van de wetgevingen van de lidstaten inzake het op de markt aanbieden van radioapparatuur(1) sluiten.

Artikel 3 Dit artikel zet artikel 1, 2) om van richtlijn 2022/2380. Wanneer eindgebruikers de mogelijkheid krijgen radioapparatuur met een oplader aan te schaffen, moeten ze ook de mogelijkheid krijgen die radioapparatuur zonder oplader aan te schaffen. Of de oplader al dan niet bij de radioapparatuur is inbegrepen, dient door middel van een pictogram duidelijk op de verpakking te worden weergegeven.

Artikel 4 Dit artikel zet artikel 1, 3) om van richtlijn 2022/2380. Hierin wordt bepaald dat informatie inzake oplaadmogelijkheden en compatibele opladers niet alleen in de instructies bij de radioapparatuur vermeld moeten worden maar ook op een etiket.

Artikelen 5 en 6 Deze artikelen zetten respectievelijk artikel 1, 4) en 1, 5) om van richtlijn 2022/2380. Ook de invoerders en distributeurs van radioapparatuur dienen de richtlijnen te volgen in verband met informatieverstrekking op een etiket waarvan hierboven sprake.

Artikel 7 Dit artikel zet artikel 1, 6) om van richtlijn 2022/2380. Het past de verwijzing aan in artikel 12, tweede lid van het KB van 25 maart 2016 naar aanleiding van de invoeging van een nieuwe paragraaf 2/1 in artikel 32 van de WEC bij de wet van 6 februari 2024Relevante gevonden documenten type wet prom. 06/02/2024 pub. 13/02/2024 numac 2024001222 bron federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg, federale overheidsdienst sociale zekerheid Wet houdende wijziging van de wet van 13 juni 2005 betreffende de elektronische communicatie ter gedeeltelijke omzetting van Richtlijn 2022/2380 van het Europees Parlement en de Raad van 23 november 2022 tot wijziging van Richtlijn 2014/53/EU betreffende de harmonisatie van de wetgevingen van de lidstaten inzake het op de markt aanbieden van radioapparatuur(1) sluiten.

Artikel 8 Dit artikel wijzigt het opschrift van Hoofdstuk 6, Afdeling 1 van het KB van 25 maart 2016 ter omzetting van artikel 1, 7), a) van richtlijn 2022/2380.

Artikel 9 Dit artikel vormt de omzetting van artikel 1, 7), b) van richtlijn 2022/2380.

Artikel 10 Dit artikel vult artikel 28, eerste lid van het KB van 25 maart 2016 aan met de nieuw ingevoerde verplichtingen inzake pictogram, etiket, toe te voegen informatie en mogelijkheid om de radioapparatuur zonder oplader aan te schaffen. Hiermee wordt artikel 1, 8) van richtlijn 2022/2380 omgezet.

Artikel 11 Dit artikel voegt een nieuwe bijlage toe aan het KB van 25 maart 2016 die de omzetting vormt van bijlage I bis bij richtlijn 2022/2380. Deze handelt over specificaties inzake oplaadmogelijkheden en te verstrekken informatie daarover om het gebruik van een universele lader mogelijk te maken.

Wat betreft de vereisten van onder meer oplaadpoorten en kabels wordt in richtlijn 2022/2380 verwezen naar Europese normen. In het KB wordt het aan het BIPT overgelaten om deze vereisten te bepalen conform de Europese normen terzake.

De Raad van State heeft wat betreft dergelijke bevoegdheid van het BIPT het volgende geadviseerd (onder meer in advies 73.271/4 van 17 april 2023) : "Er dient in herinnering te worden gebracht dat aan het Instituut, dat een onafhankelijke administratieve overheid is, in principe geen verordeningsbevoegdheid kan worden verleend tenzij voor technische nevenaspecten waarvoor ervan uitgegaan kan worden dat het Instituut, dat de regelgeving in kwestie moet toepassen, eveneens de meest aangewezen instantie is om ze uit te oefenen. Daarenboven moet de verantwoordelijkheid voor die verordeningen opgenomen kunnen worden door een politiek verantwoordelijke overheid, ofwel doordat die overheid - in casu de Koning - optreedt "op eigen initiatief, op advies van het Instituut of op voorstel van het Instituut", ofwel doordat diezelfde overheid de verordeningsmaatregelen moet goedkeuren.

Die laatste voorwaarde hoeft in voorkomend geval niet vervuld te worden voor uiterst technische maatregelen die slechts genomen worden in gevallen waarbij de verordeningsbevoegdheid niet impliceert dat een echte beoordelingsbevoegdheid uitgeoefend moet worden waarbij opportuniteitskeuzes gemaakt moeten worden, bijvoorbeeld wanneer de betrokken regelgeving al volledig of bijna volledig vastgelegd is in het Europees recht." De bevoegdheidsverlening aan het BIPT voldoet in dit geval aan de gestelde voorwaarden en is dus gerechtvaardigd.

Bijkomend voordeel hiervan is dat op die manier flexibeler gevolg kan worden gegeven aan wijzigingen op Europees vlak (door een besluit van het BIPT zonder dat een wijziging van het KB van 25 maart 2016 noodzakelijk is). Sinds het aannemen van richtlijn 2022/2380 (in november 2022) werd immers reeds een wijziging doorgevoerd wat betreft de voormelde Europese normen waarnaar verwezen wordt in bijlage I bis van de richtlijn. Dit gebeurde via gedelegeerde verordening (EU) 2023/1717 van de Commissie van 27 juni 2023 tot wijziging van Richtlijn 2014/53/EU van het Europees Parlement en de Raad wat betreft de technische specificaties inzake de oplaadpoorten en oplaadcommunicatieprotocollen voor alle categorieën of klassen radioapparatuur die via kabel kunnen worden opgeladen.

In de nieuw ingevoegde bijlage 7 van het KB van 25 maart 2023 wordt ook meer in detail ingegaan op hoe het hierboven vermelde pictogram en etiket er kunnen uitzien.

Artikel 12 Dit artikel stelt de inwerkingtreding van de nieuwe regeling vast op 28 december 2024 behalve voor wat betreft laptops (28 april 2026).

Artikel 13 Dit artikel behoeft geen commentaar.

Dit zijn, Sire, de voornaamste bepalingen van het besluit dat aan Uwe Majesteit ter goedkeuring wordt voorgelegd.

Ik heb de eer te zijn, Sire, Van Uwe Majesteit, de zeer eerbiedige en zeer getrouwe dienaar, De Minister van Telecommunicatie, P. DE SUTTER


^