Etaamb.openjustice.be
Document
gepubliceerd op 20 september 2019

45/2019 van 14 maart 2019

bron
grondwettelijk hof
numac
2019203930
pub.
20/09/2019
prom.
--
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

GRONDWETTELIJK HOF


Uittreksel uit arrest nr. 45/2019 van 14 maart 2019


Rolnummer 6830 In zake : de prejudiciële vragen betreffende artikel 2 van de wet van 25 juli 2008Relevante gevonden documenten type wet prom. 25/07/2008 pub. 22/08/2008 numac 2008009714 bron federale overheidsdienst justitie Wet tot wijziging van het Burgerlijk Wetboek en de gecoördineerde wetten van 17 juli 1991 op de Rijkscomptabiliteit met het oog op het stuiten van de verjaring van de vordering tot schadevergoeding ten gevolge van een beroep tot vernietiging bij de Raad van State type wet prom. 25/07/2008 pub. 22/08/2008 numac 2008009699 bron federale overheidsdienst justitie Wet tot wijziging van de wet van 8 juni 2006 houdende regeling van economische en individuele activiteiten met wapens sluiten « tot wijziging van het Burgerlijk Wetboek en de gecoördineerde wetten van 17 juli 1991 op de Rijkscomptabiliteit met het oog op het stuiten van de verjaring van de vordering tot schadevergoeding ten gevolge van een beroep tot vernietiging bij de Raad van State », gesteld door de Rechtbank van eerste aanleg Namen, afdeling Namen.

Het Grondwettelijk Hof, samengesteld uit de voorzitters F. Daoût en A. Alen, en de rechters L. Lavrysen, J.-P. Snappe, E. Derycke, P. Nihoul en T. Giet, bijgestaan door de griffier P.-Y. Dutilleux, onder voorzitterschap van voorzitter F. Daoût, wijst na beraad het volgende arrest : I. Onderwerp van de prejudiciële vragen en rechtspleging Bij vonnis van 18 januari 2018 in zake Philippe Cohnen tegen het Waalse Gewest en de stad Luik, waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 23 januari 2018, heeft de Rechtbank van eerste aanleg Namen, afdeling Namen, de volgende prejudiciële vragen gesteld : « 1. Is artikel 2 van de wet van 25 juli 2008Relevante gevonden documenten type wet prom. 25/07/2008 pub. 22/08/2008 numac 2008009714 bron federale overheidsdienst justitie Wet tot wijziging van het Burgerlijk Wetboek en de gecoördineerde wetten van 17 juli 1991 op de Rijkscomptabiliteit met het oog op het stuiten van de verjaring van de vordering tot schadevergoeding ten gevolge van een beroep tot vernietiging bij de Raad van State type wet prom. 25/07/2008 pub. 22/08/2008 numac 2008009699 bron federale overheidsdienst justitie Wet tot wijziging van de wet van 8 juni 2006 houdende regeling van economische en individuele activiteiten met wapens sluiten strijdig met de artikelen 10 en 11 van de Grondwet daar het de stuitende werking van de verjaring van een burgerlijke rechtsvordering beperkt tot de beroepen tot nietigverklaring van een bestuurshandeling waarin de Raad van State een vernietigingsarrest uitspreekt, waardoor de verwerpingsarresten van dat voordeel worden uitgesloten zelfs wanneer die verwerpingsarresten zijn gemotiveerd door een verlies van belang van de verzoeker ? 2. Is artikel 2 van de wet van 25 juli 2008Relevante gevonden documenten type wet prom. 25/07/2008 pub. 22/08/2008 numac 2008009714 bron federale overheidsdienst justitie Wet tot wijziging van het Burgerlijk Wetboek en de gecoördineerde wetten van 17 juli 1991 op de Rijkscomptabiliteit met het oog op het stuiten van de verjaring van de vordering tot schadevergoeding ten gevolge van een beroep tot vernietiging bij de Raad van State type wet prom. 25/07/2008 pub. 22/08/2008 numac 2008009699 bron federale overheidsdienst justitie Wet tot wijziging van de wet van 8 juni 2006 houdende regeling van economische en individuele activiteiten met wapens sluiten strijdig met de artikelen 10 en 11 van de Grondwet en met artikel 6 van het Europees Verdrag voor de rechten van de mens in zoverre het de verzoekers die worden geconfronteerd met een arrest van de Raad van State dat hun beroep tot nietigverklaring verwerpt en dat is uitgesproken binnen vijf jaar na de bestreden bestuurshandeling, en diegenen die worden geconfronteerd met een verwerpingsarrest dat na die termijn van vijf jaar is uitgesproken, aan een verschillende behandeling onderwerpt, vermits de spoed die de Raad van State aan de dag legt om te beslissen gevolgen heeft voor het verkrijgen van een eventuele schadevergoeding ? ». (...) III. In rechte (...) Ten aanzien van het verzoek tot tussenkomst B.1. Volgens de Ministerraad beschikken Annick Meurant, Jan Stevens, Guido Van Loon, Denis Malcorps, Jan Creve en Frank Bels niet over het vereiste belang om tussen te komen omdat zij, hoewel zij verzoekende partijen zijn in beroepen tot nietigverklaring die thans hangende zijn voor de Raad van State, de feitenrechter nog geen prejudiciële vragen hebben voorgesteld die vergelijkbaar zijn met die waarover het Hof uitspraak dient te doen.

B.2. Artikel 87, § 1, van de bijzondere wet van 6 januari 1989Relevante gevonden documenten type wet prom. 06/01/1989 pub. 18/02/2008 numac 2008000108 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Bijzondere wet op het Arbitragehof sluiten op het Grondwettelijk Hof bepaalt dat, wanneer het Hof, bij wijze van prejudiciële beslissing, uitspraak doet op vragen als bedoeld in artikel 26, ieder die van een belang doet blijken, een memorie aan het Hof kan richten binnen 30 dagen na de bekendmaking voorgeschreven in artikel 74. Hij wordt daardoor geacht partij in het geding te zijn.

B.3. De tussenkomende partijen maken aannemelijk dat het antwoord dat het Hof op de prejudiciële vragen in deze zaak dient te geven een rechtstreeks gevolg kan hebben voor hun persoonlijke situatie en doen bijgevolg blijken van het vereiste belang om voor het Hof tussen te komen.

Ten aanzien van de eerste prejudiciële vraag B.4. Met een eerste prejudiciële vraag wordt het Hof verzocht zich uit te spreken over de bestaanbaarheid, met de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, van artikel 2 van de wet van 25 juli 2008Relevante gevonden documenten type wet prom. 25/07/2008 pub. 22/08/2008 numac 2008009714 bron federale overheidsdienst justitie Wet tot wijziging van het Burgerlijk Wetboek en de gecoördineerde wetten van 17 juli 1991 op de Rijkscomptabiliteit met het oog op het stuiten van de verjaring van de vordering tot schadevergoeding ten gevolge van een beroep tot vernietiging bij de Raad van State type wet prom. 25/07/2008 pub. 22/08/2008 numac 2008009699 bron federale overheidsdienst justitie Wet tot wijziging van de wet van 8 juni 2006 houdende regeling van economische en individuele activiteiten met wapens sluiten « tot wijziging van het Burgerlijk Wetboek en de gecoördineerde wetten van 17 juli 1991 op de Rijkscomptabiliteit met het oog op het stuiten van de verjaring van de vordering tot schadevergoeding ten gevolge van een beroep tot vernietiging bij de Raad van State » (hierna : de wet van 25 juli 2008Relevante gevonden documenten type wet prom. 25/07/2008 pub. 22/08/2008 numac 2008009714 bron federale overheidsdienst justitie Wet tot wijziging van het Burgerlijk Wetboek en de gecoördineerde wetten van 17 juli 1991 op de Rijkscomptabiliteit met het oog op het stuiten van de verjaring van de vordering tot schadevergoeding ten gevolge van een beroep tot vernietiging bij de Raad van State type wet prom. 25/07/2008 pub. 22/08/2008 numac 2008009699 bron federale overheidsdienst justitie Wet tot wijziging van de wet van 8 juni 2006 houdende regeling van economische en individuele activiteiten met wapens sluiten), in zoverre het enkel aan de bij de Raad van State ingestelde beroepen die tot een arrest van nietigverklaring leiden een verjaringsstuitende werking ten aanzien van de burgerlijke vordering verleent en niet aan de bij de Raad van State ingestelde beroepen die niet tot een arrest van nietigverklaring leiden maar tot een arrest waarbij het beroep wordt verworpen wegens gebrek aan belang.

B.5.1. Artikel 2244, § 1, van het Burgerlijk Wetboek, zoals het werd gewijzigd bij artikel 2 van de wet van 25 juli 2008Relevante gevonden documenten type wet prom. 25/07/2008 pub. 22/08/2008 numac 2008009714 bron federale overheidsdienst justitie Wet tot wijziging van het Burgerlijk Wetboek en de gecoördineerde wetten van 17 juli 1991 op de Rijkscomptabiliteit met het oog op het stuiten van de verjaring van de vordering tot schadevergoeding ten gevolge van een beroep tot vernietiging bij de Raad van State type wet prom. 25/07/2008 pub. 22/08/2008 numac 2008009699 bron federale overheidsdienst justitie Wet tot wijziging van de wet van 8 juni 2006 houdende regeling van economische en individuele activiteiten met wapens sluiten, bepaalt : « Een dagvaarding voor het gerecht, een bevel tot betaling, een aanmaning tot betaling als bedoeld in artikel 1394/21 van het Gerechtelijk Wetboek of een beslag, betekend aan hem die men wil beletten de verjaring te verkrijgen, vormen burgerlijke stuiting.

Een dagvaarding voor het gerecht stuit de verjaring tot het tijdstip waarop een definitieve beslissing wordt uitgesproken.

Voor de toepassing van deze afdeling heeft een beroep tot vernietiging van een administratieve handeling bij de Raad van State dezelfde gevolgen ten opzichte van de vordering tot herstel van de schade veroorzaakt door de vernietigde administratieve handeling als een dagvaarding voor het gerecht ».

B.5.2. Uit de feiten van het geschil voor het verwijzende rechtscollege blijkt dat een termijn van meer dan vijf jaar is verstreken tussen de datum van het indienen, bij de Raad van State, van het beroep tot nietigverklaring (1) van de beslissing van het college van burgemeester en schepenen van de stad Luik van 7 juni 2001 waarbij de gevraagde stedenbouwkundige vergunning aan de eiser wordt geweigerd, (2) van de impliciete beslissing van de Waalse Regering tot verwerping van het beroep dat door de eiser werd ingesteld tegen de beslissing van 7 juni 2001 en (3) van de beslissing van 19 oktober 2001 van de bevoegde minister van het Waalse Gewest om het beroep van de eiser tegen de beslissing van 7 juni 2001 waarbij hem een stedenbouwkundige vergunning wordt geweigerd te verwerpen, en de datum waarop het arrest van de Raad van State is gewezen, waarbij ten aanzien van de eiser het verlies van belang bij het beroep wordt vastgesteld (arrest nr. 202.200 van 22 maart 2010).

Voor het verwijzende rechtscollege rijst de vraag of de vordering van de eiser verjaard is op grond van artikel 2262bis, § 1, tweede lid, van het Burgerlijk Wetboek.

B.6. Bij zijn arrest nr. 40/2019 van 28 februari 2019 heeft het Hof de term « vernietigde » in artikel 2244, § 1, derde lid, van het Burgerlijk Wetboek, ingevoegd bij artikel 2 van de wet van 25 juli 2008Relevante gevonden documenten type wet prom. 25/07/2008 pub. 22/08/2008 numac 2008009714 bron federale overheidsdienst justitie Wet tot wijziging van het Burgerlijk Wetboek en de gecoördineerde wetten van 17 juli 1991 op de Rijkscomptabiliteit met het oog op het stuiten van de verjaring van de vordering tot schadevergoeding ten gevolge van een beroep tot vernietiging bij de Raad van State type wet prom. 25/07/2008 pub. 22/08/2008 numac 2008009699 bron federale overheidsdienst justitie Wet tot wijziging van de wet van 8 juni 2006 houdende regeling van economische en individuele activiteiten met wapens sluiten, vernietigd.

B.7. De prejudiciële vraag is bijgevolg zonder voorwerp geworden.

Ten aanzien van de tweede prejudiciële vraag B.8. Met een tweede prejudiciële vraag wordt het Hof verzocht zich uit te spreken over de bestaanbaarheid, met de artikelen 10 en 11 van de Grondwet en artikel 6 van het Europees Verdrag voor de rechten van de mens, van artikel 2 van de wet van 25 juli 2008Relevante gevonden documenten type wet prom. 25/07/2008 pub. 22/08/2008 numac 2008009714 bron federale overheidsdienst justitie Wet tot wijziging van het Burgerlijk Wetboek en de gecoördineerde wetten van 17 juli 1991 op de Rijkscomptabiliteit met het oog op het stuiten van de verjaring van de vordering tot schadevergoeding ten gevolge van een beroep tot vernietiging bij de Raad van State type wet prom. 25/07/2008 pub. 22/08/2008 numac 2008009699 bron federale overheidsdienst justitie Wet tot wijziging van de wet van 8 juni 2006 houdende regeling van economische en individuele activiteiten met wapens sluiten, in zoverre het een verschil in behandeling doorvoert tussen verzoekende partijen voor de Raad van State naargelang hun beroepen tot nietigverklaring worden verworpen binnen of na de termijn van vijf jaar na de bestreden administratieve handeling.

B.9. Zoals in B.6 is vermeld, heeft het Hof, bij zijn arrest nr. 40/2019 van 28 februari 2019, de term « vernietigde » in artikel 2244, § 1, derde lid, van het Burgerlijk Wetboek, vernietigd.

Daaruit volgt dat de twee categorieën van personen die in de tweede prejudiciële vraag worden geïdentificeerd, niet verschillend worden behandeld.

B.10. Om die reden behoeft de prejudiciële vraag geen antwoord.

Om die redenen, het Hof zegt voor recht : - De eerste prejudiciële vraag is zonder voorwerp. - De tweede prejudiciële vraag behoeft geen antwoord.

Aldus gewezen in het Frans en het Nederlands, overeenkomstig artikel 65 van de bijzondere wet van 6 januari 1989Relevante gevonden documenten type wet prom. 06/01/1989 pub. 18/02/2008 numac 2008000108 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Bijzondere wet op het Arbitragehof sluiten op het Grondwettelijk Hof, op 14 maart 2019.

De griffier, De voorzitter, P.-Y. Dutilleux F. Daoût

^