Etaamb.openjustice.be
Document van 28 oktober 2021
gepubliceerd op 27 april 2022

Besluit van de Regering betreffende een thuiswerkvergoeding in het kader van de coronacrisis

bron
ministerie van de duitstalige gemeenschap
numac
2022201252
pub.
27/04/2022
prom.
28/10/2021
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

28 OKTOBER 2021. - Besluit van de Regering betreffende een thuiswerkvergoeding in het kader van de coronacrisis


De Regering van de Duitstalige Gemeenschap, Gelet op de bijzondere wet van 8 augustus 1980Relevante gevonden documenten type wet prom. 08/08/1980 pub. 11/12/2007 numac 2007000980 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Bijzondere wet tot hervorming der instellingen. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten tot hervorming der instellingen, artikel 68, gewijzigd bij de bijzondere wet van 16 juli 1993 en artikel 87, § 3, vervangen bij de bijzondere wet van 8 augustus 1988;

Gelet op de wet van 31 december 1983Relevante gevonden documenten type wet prom. 31/12/1983 pub. 11/12/2007 numac 2007000934 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet tot hervorming der instellingen voor de Duitstalige Gemeenschap. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten tot hervorming der instellingen voor de Duitstalige Gemeenschap, artikel 51, gewijzigd bij de wetten van 16 juli 1993 en 6 januari 2014, en artikel 54, eerste lid, vervangen bij de wet van 18 juli 1990;

Gelet op het decreet van 25 mei 2009Relevante gevonden documenten type decreet prom. 25/05/2009 pub. 14/07/2009 numac 2009203077 bron ministerie van de duitstalige gemeenschap Decreet houdende het financieel reglement van de Duitstalige Gemeenschap sluiten houdende het financieel reglement van de Duitstalige Gemeenschap, artikel 102, § 1, eerste lid;

Gelet op het met redenen omklede advies van de directieraad van het Ministerie van de Duitstalige Gemeenschap, gegeven op 18 mei 2021;

Gelet op het protocol nr. S3/2021 van 30 juni en 2 juli 2021 van het sectorcomité XIX van de Duitstalige Gemeenschap;

Gelet op het advies van de inspecteur van Financiën, gegeven op 9 juli 2021;

Gelet op advies 70.105 van de Raad van State, gegeven op 27 september 2021, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;

Op de voordracht van de Minister-President, bevoegd voor Personeel;

Na beraadslaging, Besluit :

Artikel 1.- Dit besluit is van toepassing op de personeelsleden van de volgende instellingen die van 1 januari 2021 tot en met 31 december 2021 minstens gedeeltelijk van thuis uit werken: 1. de kabinetten van de leden van de Regering van de Duitstalige Gemeenschap;2. het Ministerie van de Duitstalige Gemeenschap, met inbegrip van de diensten met afzonderlijk beheer "gemeenschapscentra" en "mediacentrum";3. het Belgisch Radio- en Televisiecentrum van de Duitstalige Gemeenschap;4. de Dienst van de Duitstalige Gemeenschap voor zelfbeschikkend leven;5. het Instituut voor de opleiding en de voortgezette opleiding in de Middenstand en de KMO's;6. de Dienst voor arbeidsbemiddeling van de Duitstalige Gemeenschap. Dit besluit is ook van toepassing op de personeelsleden van het onderwijs die belast zijn met een opdracht voor het Ministerie van de Duitstalige Gemeenschap.

Dit besluit is niet van toepassing op het poets- en baliepersoneel.

Onder thuiswerk wordt verstaan: het verrichten van overeengekomen taken in het kader van de arbeidsverhouding in de privéwonng van het personeelslid.

Art. 2.- De personeelsleden hebben recht op een bijdrage in de kosten van een internetaansluiting van 20 euro per maand, voor zover ze in de loop van die maand ten minste één dag van thuis uit werkelijke diensten hebben verricht.

Het bedrag vermeld in het eerste lid wordt uitbetaald in twee schijven van telkens maximaal 120 euro in oktober en december 2021.

Art. 3.- De personeelsleden hebben recht op een bijdrage in de kosten van elektriciteit, water, verwarming en kantoorbenodigdheden ten belope van 100 euro per halfjaar bij een voltijdse betrekking, voor zover ze elke maand ten minste één dag van thuis uit werkelijke diensten hebben verricht.

Bij personeelsleden die deeltijds werken, wordt het bedrag verlaagd in verhouding tot het respectieve tewerkstellingspercentage dat bestond op de eerste werkdag van het halfjaar.

De bedragen vermeld in het eerste lid worden uitbetaald in oktober en december 2021.

Art. 4.- Voor de vergoeding van andere dan de in de artikelen 2 en 3 opgesomde kosten is het besluit van de Regering van 23 april 2015 tot regeling van de terugbetaling van onkosten in sommige instellingen van de Duitstalige Gemeenschap van toepassing.

Art. 5.- Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 januari 2021.

Het treedt uit werking op 31 december 2021.

Art. 6.- De minister bevoegd voor Personeel is belast met de uitvoering van dit besluit.

Eupen, 28 oktober 2021.

Voor de Regering van de Duitstalige Gemeenschap, De Minister-President, Minister van Lokale Besturen en Financiën O. PAASCH

^