gepubliceerd op 19 juli 2018
Besluit van de Regering betreffende de kiesverrichtingen voor de gemeenteraads- en provincieraadsverkiezingen van 14 oktober 2018 op het Duitse taalgebied
24 MEI 2018. - Besluit van de Regering betreffende de kiesverrichtingen voor de gemeenteraads- en provincieraadsverkiezingen van 14 oktober 2018 op het Duitse taalgebied
De Regering van de Duitstalige Gemeenschap, Gelet op het Wetboek van de plaatselijke democratie en decentralisatie, de artikelen L4112-9, L4112-17, L4123-1, L4124-1, L4125-5, L4132-1, L4133-2, L4135-1, L4135-3, L4135-4 en L4143-3;
Gelet op het Samenwerkingsakkoord van 13 juli 2017 tussen het Waals Gewest en de Duitstalige Gemeenschap over de lokale verkiezingen van 14 oktober 2018 op het Duitse taalgebied, artikel 3;
Gelet op het advies van de inspecteur van Financiën, gegeven op 20 februari 2018;
Gelet op de akkoordbevinding van de Minister-President, bevoegd voor Begroting d.d. 23 februari 2018;
Gelet op advies 63.149/4 van de Raad van State, gegeven op 17 april 2018, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;
Op de voordracht van de Minister bevoegd voor Lokale Besturen;
Na beraadslaging, Besluit : HOOFDSTUK 1. - De kiescolleges Afdeling 1. - Bijeenroeping van de kiescolleges met het oog op de
gemeenteraads- en provincieraadsverkiezingen
Artikel 1.De stemlokalen zijn geopend van 8 tot 15 uur.
De kiezers die nog in de wachtrij staan op het sluitingsuur van de lokalen, worden nog tot de stemming toegelaten. Afdeling 2. - Model van de oproepingsbrief voor de kiezers
Art. 2.De oproepingsbrieven voor Belgische kiezers worden voor de verschillende verkiezingen op wit papier gedrukt.
De buitenlandse kiezers - al dan niet onderdanen van een lidstaat van de Europese Unie - die ingeschreven staan in het register van de kiezers, ontvangen een blauwe oproepingsbrief.
Art. 3.De oproepingsbrieven voor de Belgische kiezers worden opgesteld overeenkomstig het bijgaande model 1.
Art. 4.§ 1. Voor de buitenlandse kiezers, al dan niet onderdanen van een andere lidstaat van de Europese Unie, worden de oproepingsbrieven voor de verkiezing van de gemeenteraden opgesteld overeenkomstig het bijgaande model 2. § 2. De oproepingsbrieven voor de kiezers die onderdanen van een andere lidstaat van de Europese Unie zijn, dragen de letter "C".
De oproepingsbrieven voor de kiezers die geen onderdanen van een lidstaat van de Europese Unie zijn, dragen de letter "E". Afdeling 3. - Stemming bij volmacht
Art. 5.§ 1. Het volmachtformulier dat moet worden gebruikt bij de gemeente- en provincieraadsverkiezingen stemt overeen met het bijgaande model 3. § 2. Het attest dat de burgemeester afgeeft aan de kiezers die overeenkomstig artikel L4132-1, § 1, 7°, van het Wetboek van de plaatselijke democratie en decentralisatie gemachtigd zijn om bij volmacht te stemmen wegens een tijdelijk verblijf in het buitenland dat niet gewettigd is door beroeps- of dienstredenen, stemt overeen met het bijgaande model 4.
Dat attest wordt afgeleverd indien er geen bewijs van de reisorganisatie voorhanden is. Afdeling 4. - Bijstand bij de stemming
Art. 6.De verklaring, bedoeld in artikel L4133-2, § 3, van het Wetboek van de plaatselijke democratie en decentralisatie, betreffende de bijstand bij de stemming wordt afgelegd aan de hand van een formulier overeenkomstig het bijgaande model 5. Dat formulier wordt kosteloos verstrekt door de gemeentesecretarie.
In de verklaring worden vermeld: de verkiezingen waarvoor die verklaring geldt, de naam, de voornamen, de geboortedatum en het adres van de kiezer en de begeleider, alsook het identificatienummer van de kiezer in het Rijksregister van de natuurlijke personen.
Het formulier wordt ondertekend door de kiezer en de begeleider. HOOFDSTUK 2. - Afgeven van het register van de kiezers
Art. 7.§ 1. Overeenkomstig artikel L4122-5, § 1, van hetzelfde Wetboek hebben de door een politieke partij gemachtigde personen het recht exemplaren of afschriften van het register van de kiezers te verkrijgen op papier en op elektronische gegevensdragers zodra dat register opgesteld is, voor zover ze zich schriftelijk en in een gemeenschappelijk document ertoe verbinden een kandidatenlijst voor te dragen voor de verkiezingen in de gemeente en de democratische beginselen na te leven, meer bepaald uitgevaardigd bij het Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden, bij de wet van 30 juli 1981Relevante gevonden documenten type wet prom. 30/07/1981 pub. 20/05/2009 numac 2009000343 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet tot bestraffing van bepaalde door racisme of xenofobie ingegeven daden. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten tot bestraffing van bepaalde door racisme of xenofobie ingegeven daden en bij de wet van 23 maart 1995 tot bestraffing van het ontkennen, minimaliseren, rechtvaardigen of goedkeuren van de genocide die tijdens de tweede wereldoorlog door het Duitse nationaal-socialistische regime is gepleegd of elke andere vorm van genocide, alsmede de bij de Grondwet gewaarborgde rechten en vrijheden na te leven.
Die aanvraag wordt verricht bij aangetekend schrijven gericht aan de burgemeester.
De aanvraag wordt opgesteld overeenkomstig het bijgaande model 6. § 2. Overeenkomstig artikel L4122-5, § 3, van hetzelfde Wetboek heeft elke kandidaat het recht tegen betaling van de kostprijs exemplaren of afschriften van het register van de kiezers te verkrijgen op papier en op elektronische gegevensdragers zodra hij zijn kandidatuur heeft ingediend en voor zover hij zich ertoe verbindt een kandidatenlijst voor te dragen voor de verkiezingen in de gemeente en de democratische beginselen na te leven, meer bepaald uitgevaardigd bij het Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden, bij de wet van 30 juli 1981Relevante gevonden documenten type wet prom. 30/07/1981 pub. 20/05/2009 numac 2009000343 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet tot bestraffing van bepaalde door racisme of xenofobie ingegeven daden. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten tot bestraffing van bepaalde door racisme of xenofobie ingegeven daden en bij de wet van 23 maart 1995 tot bestraffing van het ontkennen, minimaliseren, rechtvaardigen of goedkeuren van de genocide die tijdens de tweede wereldoorlog door het Duitse nationaal-socialistische regime is gepleegd of elke andere vorm van genocide, alsmede de bij de Grondwet gewaarborgde rechten en vrijheden na te leven.
Die aanvraag wordt ingediend bij aangetekend schrijven gericht aan de burgemeester.
De aanvraag wordt opgesteld overeenkomstig het bijgaande model 7.
Art. 8.Voor de afgifte van de exemplaren van het register van de kiezers bedoeld in artikel L4122-5, § 1, van hetzelfde Wetboek dient het gemeentecollege een bestandsformaat te gebruiken met een structuur die de mogelijkheid biedt om de gegevens ervan rechtstreeks te importeren in een applicatie waarmee ze meermaals verwerkt kunnen worden en die meer bepaald de mogelijkheid biedt om kiezerslijsten op te stellen die aan bepaalde selectiecriteria beantwoorden. HOOFDSTUK 3. - Te vermelden gegevens
Art. 9.§ 1. In zijn voordrachtsakte vermeldt de kandidaat, naast zijn volledige identiteit, de naam waaronder hij wenst vermeld te worden op het aanplakbiljet bedoeld in artikel L4142-37, § 2, van hetzelfde Wetboek en op de beeldschermen van de stemcomputers. Het kieskringbureau zal die gegevens gebruiken ter vaststelling van de gegevens op de beeldschermen van de stemcomputers. § 2. Er mag slechts een enkele voornaam worden vermeld, waarbij een samengestelde voornaam als één enkele voornaam wordt beschouwd.
De gekozen voornaam moet worden vermeld in de opsomming van de voornamen in de geboorteakte. § 3. Voor zover de vermelding van die verschillende voornaam niet leidt tot verwarring met een andere kandidaat of een persoon bekend in de kieskring, mag het kieskringbureau een kandidaat toelaten om een andere voornaam te gebruiken op het aanplakbiljet en op de beeldschermen van de stemcomputers, met naleving van de volgende regels : 1° de voornaam waaronder de kandidaat daadwerkelijk bekend is, is niet zijn eerste voornaam maar een andere, op zijn geboorteakte vermelde voornaam: in dat geval vermeldt hij de volledige voornaam op zijn voordrachtsakte en wijst hij erop dat hij de gekozen voornaam wenst gebruikt te zien op de beeldschermen van de stemcomputers;2° de kandidaat is bekend onder de afkorting van één van zijn voornamen zoals ze staan vermeld op de geboorteakte : bijvoorbeeld, Danny voor Daniël;hij handelt als in punt 1°; 3° de voornaam die hij wenst gebruikt te zien op de beeldschermen van de stemcomputers maakt geen deel uit van de opsomming van de voornamen op zijn geboorteakte: het kieskringbureau aanvaardt die voornaam tegen voorlegging van een akte van bekendheid afgegeven door een vrederechter, een notaris of een burgemeester;de geboortevoornaam van de kandidaat staat vermeld op de beeldschermen van de stemcomputers, gevolgd door zijn gebruikelijke voornaam. § 4. De identiteit van de gehuwde of weduwe/ weduwnaar geworden kandidaat kan worden voorafgegaan of gevolgd door de naam van de echtgenoot of overleden echtgenoot. HOOFDSTUK 4. - Verkiezingsuitgaven Afdeling 1. - Algemene bepalingen
Art. 10.§ 1. De provincie Luik sluit contracten af voor de betaling van de noodzakelijke verkiezingsuitgaven bedoeld in artikel 13 van het samenwerkingsakkoord van 13 juli 2017 tussen het Waals Gewest en de Duitstalige Gemeenschap over de lokale verkiezingen van 14 oktober 2018 op het Duitse taalgebied en zorgt voor de betaling van de schuldvorderingen. Daarna vordert ze bij de gemeenten van het Duitse taalgebied de gepaste bedragen terug naar rata van de ingeschreven kiezers.
De gemeenten van het Duitse taalgebied worden echter van de verdeling uitgesloten voor wat betreft de terugvordering van de kosten die voortvloeien uit de betaling van het presentiegeld aan de leden van de provinciale en gemeentelijke stemopnemingsbureaus, aangezien die bureaus alleen voorkomen bij een stemming met papieren stembiljetten. § 2. De presentiegelden worden uitbetaald op grond van de lijst van de aanwezige leden van het kiesbureau gericht aan de voorzitter van het betrokken kiesbureau. Die lijst wordt opgesteld overeenkomstig het bijgaande model 8. § 3. Voor de betaling van het presentiegeld aan de leden van de kiesbureaus van de provincie sluit de provincie Luik, volgens de aanwijzingen van de Waalse Regering en de Regering van de Duitstalige Gemeenschap, een contract tot uitvoering van de betaling van het presentiegeld door middel van overschrijvingen op de financiële rekeningen van de leden van de kiesbureaus. § 4. De leden van de kiesbureaus die recht hebben op een reisvergoeding, sturen hun aangifte van schuldvordering naar de provincie. Die aangifte van schuldvordering wordt opgesteld overeenkomstig het bijgaande model 9 en bevat het adres van de provincie. § 5. De kiezers bedoeld in artikel 11 die de terugbetaling van hun reiskosten aanvragen, stellen hun aangifte van schuldvordering op door middel van het bijgaande model 10 en vermelden het adres van de provincie.
Op grond van een overeenkomst tussen de provincie Luik en de Nationale Maatschappij der Belgische Spoorwegen factureert laatstgenoemde aan de provincie de kosten die voortvloeien uit de verplaatsingen van de betrokken kiezers die een gratis vervoersbewijs hebben gekregen. Op haar facturen vermeldt de NMBS de NMBS-provinciecode die op de oproepingsbrieven vermeld staat. § 6. De provincie Luik sluit bij een verzekeringsmaatschappij een polis af om de schade te dekken die voortvloeit uit ongevallen die de leden van de kiesbureaus zijn overkomen en betaalt de kosten ervan. § 7. De verkiezingsuitgaven die voortvloeien uit de werkzaamheden en dienstprestaties die noodzakelijk zijn voor de kiesverrichtingen, worden gedragen met inachtneming van de regels inzake overheidsopdrachten. Afdeling 2. - Terugbetaling van de reiskosten van sommige kiezers
Art. 11.§ 1. De in artikel L4135-4 van hetzelfde Wetboek bedoelde kiezers kunnen binnen drie maanden na de verkiezing een aanvraag indienen bij de directeur-generaal van de provincie Luik voor de terugbetaling van hun reiskosten.
De aanvraag wordt opgesteld op een formulier dat overeenstemt met het bijgaande model 10; daarbij worden de volgende documenten gevoegd: 1° de door het stembureau afgestempelde oproepingsbrief;2° een attest van inschrijving in de bevolkingsregisters als het kiezers betreft die niet meer in de gemeente verblijven waar ze moeten stemmen;3° één van de volgende documenten: a) een attest van de werkgever, waaruit blijkt dat zij door hem bezoldigd worden, als het bezoldigde kiezers betreft die op zending naar het buitenland zijn of hun beroep uitoefenen in een andere gemeente dan die waar ze moeten stemmen;b) een attest van de directie van de onderwijsinstelling, waaruit blijkt dat ze er regelmatig zijn ingeschreven, als het kiezers betreft die op grond van hun studies in een andere gemeente verblijven dan die waar ze moeten stemmen;c) een attest van de directie van het opvangcentrum, de verplegingsinrichting of de gezondheidsinstelling, waaruit blijkt dat ze daar opgenomen zijn of zich daar in behandeling bevinden, als het kiezers betreft die, om medische of gezondheidsredenen, in een andere gemeente verblijven dan die waar ze moeten stemmen;4° in voorkomend geval, het gebruikte vervoerbewijs van het openbaar vervoer. § 2. De kosten worden terugbetaald op grond van het tarief van het reizigersvervoer in tweede klasse, zoals het toegepast wordt door de Nationale Maatschappij der Belgische Spoorwegen op de verkiezingsdag. § 3. De kiezers die voor hun verplaatsing de lijnen van de Nationale Maatschappij der Belgische Spoorwegen gebruiken, kunnen, in plaats van de terugbetaling van hun kosten te vragen, een vrijbiljet tweede klasse krijgen door in het station van vertrek hun oproepingsbrief voor de verkiezing, hun identiteitskaart alsook één van de in § 1 bedoelde documenten voor te leggen.
Het afgegeven vervoerbewijs is geldig van de vrijdag vóór de dag van de verkiezing tot de zondag daarop. Het kan enkel voor de terugreis dienen op overlegging van de door het stembureau behoorlijk afgestempelde oproepingsbrief. Afdeling 3. - Presentiegeld en vergoedingen ten behoeve van de leden
van de bureaus
Art. 12.§ 1. Het basisbedrag van het presentiegeld dat de leden van de kiesbureaus krijgen voor elke zitting waarin bij hetzelfde Wetboek wordt voorzien, wordt vastgesteld op 12,50 euro. § 2. Rekening houdend met de werklast en de verantwoordelijkheden van de voorzitters en de leden van de kieskring- en kantonbureaus, wordt het bedrag van het presentiegeld aangepast als volgt: - voor de voorzitters van de kieskring- en kantonbureaus wordt het basisbedrag van het presentiegeld vermenigvuldigd met zes; - voor de leden van de kieskring- en kantonbureaus wordt het basisbedrag van het presentiegeld vermenigvuldigd met vier. § 3. Het basisbedrag van het presentiegeld voor de voorzitters, leden, secretarissen en adjunct-secretarissen wordt vermenigvuldigd met 1,5.
Art. 13.§ 1. De door de leden van de kiesbureaus ontvangen presentiegelden zijn bestemd voor de vervulling van hun burgerplicht en dekken het geheel van de vergaderingen die deze kiesbureaus overeenkomstig hetzelfde Wetboek moeten houden. § 2. Wat betreft de stembureaus gaat het om de zitting bestemd om de kiezers te ontvangen die komen stemmen. § 3. Wat betreft de kieskringbureaus gaat het om zittingen betreffende het in ontvangst nemen van de voordrachten van kandidaten, de toetsing van de ontvankelijkheid van die voordrachten, het voorlopig afsluiten van de kandidatenlijsten, de ontvangst van bezwaren tegen kandidaatstellingen en beroepen tegen de weigering van bepaalde kandidatenlijsten, de indiening van de verbeteringsakten, het definitief vaststellen van de kandidatenlijsten, de provincie- en gemeenteloting, de formulering en het toezicht op de aanmaak van de beeldschermen van de stemcomputers, de verklaringen van lijstenverbinding, de verdeling van de zetels onder de lijsten op de verkiezingsdag, de aanwijzing van de verkozenen en de plaatsvervangers en de apparentering. § 4. Voor de kantonbureaus gaat het om de zittingen voor de opleiding van de voorzitters van de kiesbureaus en om de zitting voor de telling van de stemmen.
Art. 14.§ 1. Buiten de in artikel 13 opgesomde zittingen waarvoor enkel presentiegeld kan worden vereist, kan het zijn dat de leden van de kieskring- en kantonbureaus taken moeten uitvoeren teneinde een vlot verloop van de verkiezingen te verzekeren maar die verder reiken dan één vergadering. Die taken betreffen meer bepaald de verzending van de bij hetzelfde Wetboek vereiste brieven, overzichten en tabellen, met inbegrip van de verzending van de processen-verbaal, de aanwijzingsprocedure van de bureauleden, de onderzoeken naar de verkiesbaarheid van de kandidaten, de digitale invoering van de lijsten en het overmaken daarvan, de verbeteringen die volgen op de verificatie van dubbele kandidaatstellingen door de Waalse Regering en door de Regering van de Duitstalige Gemeenschap, het updaten van de stemschermen, de mededeling van de officiële kandidatenlijst aan de kieskringbureaus en aan de indieners die het aanvragen, alsook de mededeling van de uittreksels van het proces-verbaal van de telling aan de verkozenen.
Om die taken uit te voeren, stelt het gemeentecollege op aanvraag van de voorzitter van het kieskringbureau, met toepassing van artikel L4145-5, § 4, van hetzelfde Wetboek, het personeel en het materieel noodzakelijk voor de vervulling van de opdracht van de voorzitter van het kieskringbureau ter beschikking van die voorzitter en bepaalt het bedrag van de vergoedingen. § 2. Overeenkomstig het koninklijk besluit van 28 augustus 1963 betreffende het behoud van het normaal loon van de werklieden, de dienstboden, de bedienden en de werknemers aangeworven voor de dienst op binnenschepen, voor afwezigheidsdagen ter gelegenheid van familiegebeurtenissen of voor de vervulling van staatsburgerlijke verplichtingen of van burgerlijke opdrachten, hebben de arbeidscontractanten het recht afwezig te blijven van het werk met behoud van hun gewone bezoldiging voor de vervulling van de burgerplichten voor maximum vijf dagen. De statutaire ambtenaren van de federale, gewestelijke, gemeenschaps-, provinciale en gemeentelijke openbare diensten genieten gelijkaardige bepalingen krachtens hun respectieve statuten.
Alleen de in § 1 bedoelde taken komen dus in aanmerking voor een vergoeding, voor zover ze worden uitgevoerd buiten de normale werkuren van de betrokken bureauleden in de uitoefening van hun beroep. § 3. De aangifte van schuldvordering betreffende de overeenkomstig § 1 uitgevoerde taken wordt overgemaakt aan het bestuur van de provincie Luik. Daarbij worden de staat van de gepresteerde uren en de eventuele bewijsstukken gevoegd. Die aangifte van schuldvordering wordt opgesteld overeenkomstig het bijgaande model 11. § 4. Vergoedingsaanvragen overeenkomstig § 2, voor een taak die niet uitdrukkelijk staat vermeld in de lijst opgenomen in § 1 van dit artikel, moeten het voorwerp uitmaken van een attest op grond van het bijgaande model 12, waaruit blijkt dat die taak noodzakelijk is in de kiesprocedure en dat zij niet kan worden uitgevoerd binnen de normale werkuren.
Die taken worden vergoed op grond van die aangifte van schuldvordering.
Art. 15.§ 1. De werkelijke kosten van de kieskring- en kantonbureaus in de uitoefening van hun opdracht maken het voorwerp uit van een terugbetaling op grond van een aangifte van schuldvordering overeenkomstig het bijgaande model 13 met de bewijsstukken als bijlage (zie Duitse versie). De aangifte van schuldvordering wordt aan het bestuur van de provincie Luik gericht. Die kosten omvatten de reproductie van documenten, de faxberichten, de telefoongesprekken, het bureau- en schrijfmateriaal, het vervoer van toebehoren en andere gelijkaardige kosten. Afdeling 4. - Terugbetaling van de reiskosten van de leden van de
kiesbureaus
Art. 16.§ 1. De vergoeding aan de leden van de kiesbureaus voor de terugbetaling van hun reiskosten is vastgesteld op 0,15 euro per afgelegde kilometer. § 2. De schuldvordering opgesteld overeenkomstig het bijgaande model 9 wordt gericht aan het bestuur van de provincie Luik binnen drie maanden na de verkiezing. Afdeling 5. - Dekking van de risico's die voortvloeien uit ongevallen
die de leden van de kiesbureaus kunnen overkomen
Art. 17.§ 1. De provincie Luik neemt bij een verzekeringsmaatschappij een polis om de lichamelijke schade te dekken die voortvloeit uit ongevallen die de leden van de kiesbureaus bij de verkiezingen kunnen overkomen zowel in de uitoefening van hun functies als op de heen- of terugweg van hun woonplaats naar de vergaderplaats van hun bureau. § 2. Die verzekeringspolis dekt de lichamelijke schade die voortvloeit uit ongevallen die de leden van de kiesbureaus overkomen tijdens de uitoefening van hun opdracht of op de heen- en terugweg van hun woonplaats naar de vergaderplaats van hun bureau. § 3. Ze dekt ook de burgerlijke aansprakelijkheid die voortvloeit uit de schade die door hun toedoen of schuld werd toegebracht aan derden in de uitoefening van hun opdracht of op de heen- en terugweg van hun woonplaats naar de vergaderplaats van hun bureau.
Ten opzichte van elkaar worden de verzekerden als derden beschouwd. § 4. Het begrip 'heen- en terugweg van de woonplaats van de verzekerde naar de vergaderplaats van zijn bureau' wordt bepaald overeenkomstig artikel 8 van de Arbeidsongevallen wet van 10 april 1971Relevante gevonden documenten type wet prom. 10/04/1971 pub. 17/10/2014 numac 2014000710 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Arbeidsongevallenwet type wet prom. 10/04/1971 pub. 23/03/2018 numac 2018030615 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Arbeidsongevallenwet sluiten.
Art. 18.§ 1. Onder 'verzekerden' moet worden verstaan: 1° de leden van de centrale arrondissementsbureaus, de provinciale hoofdbureaus, de districtbureaus, de kantonbureaus en gemeentelijke bureaus, alsook de stembureaus, met uitsluiting van de getuigen maar met inbegrip van de plaatsvervangende bijzitters die speciaal zijn opgeroepen door de voorzitter van het bureau waarvoor ze zijn aangewezen;2° voor de dekking van het risico beschreven in artikel 17, § 2, de personen bedoeld in 1° hierboven, alsook de personeelsleden van het Waals Gewest en van de Duitstalige Gemeenschap die door de Waalse Regering of door de Regering van de Duitstalige Gemeenschap aangewezen zijn om de verkiezingen mee te organiseren. § 2. De leden van de kiesbureaus die onderworpen zijn aan het stelsel ingesteld bij de wet van 3 juli 1967Relevante gevonden documenten type wet prom. 03/07/1967 pub. 24/10/2001 numac 2001000905 bron ministerie van binnenlandse zaken Wet betreffende de preventie van of de schadevergoeding voor arbeidsongevallen, voor ongevallen op de weg naar en van het werk en voor beroepsziekten in de overheidssector. - Duitse vertaling type wet prom. 03/07/1967 pub. 23/03/2018 numac 2018030614 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de preventie van of de schadevergoeding voor arbeidsongevallen, voor ongevallen op de weg naar en van het werk en voor beroepsziekten in de overheidssector. - Duitse vertaling van wijzigingsbepalingen sluiten betreffende de schadevergoeding voor arbeidsongevallen, voor ongevallen op de weg naar en van het werk en voor beroepsziekten in de overheidssector, worden uitgesloten van de dekking bedoeld in § 1.
In geval van het bestaan van één of meerdere verzekeringen die geheel of gedeeltelijk dezelfde risico's dekken als die welke bij dit artikel gedekt worden, vormt de in § 2 bedoelde verzekeringspolis slechts een aanvulling, na uitputting van deze verzekeringen.
Art. 19.§ 1. De verzekeringspolis begint te lopen, naar gelang van de categorieën van kiesbureaus die samengesteld moeten worden, op de datum die hetzelfde Wetboek vastlegt voor hun eerste vergadering.
De verzekeringspolis eindigt wanneer de bureaus het geheel van hun verrichtingen hebben uitgevoerd. § 2. De premie die aan de verzekeraar wordt gestort met toepassing van de verzekeringsovereenkomst maakt het voorwerp uit van een terugbetaling die de helft bedraagt van het verschil tussen 85 % van het bedrag van de premie en het bedrag van de uitgaven.
Onder uitgaven moeten de bedragen worden verstaan die betaald worden ingeval van schade en de reserves voor schade die eventueel nog vergoed moet worden.
Hoofdstuk 5. - De prijs van de afschriften van de lijst met vermelding van de samenstelling van de stembureaus
Art. 20.§ 1. Overeenkomstig artikel L4125-5, § 7, van hetzelfde Wetboek maakt de voorzitter van het gemeentelijk bureau de tabel met de samenstelling van het gemeentelijk bureau en van de stembureaus over aan de voorzitters van de stembureaus, aan de voorzitter van het district- en kantonbureau, alsook aan het gemeentecollege. Die tabel wordt opgemaakt overeenkomstig de bijgaande modellen 14 en 15.
Het gemeentecollege zorgt ervoor dat de tabel die het ontvangen heeft, door aanplakking door iedereen kan worden ingezien. § 2. De afgifte van die afschriften gebeurt tegen betaling van: 1° het bedrag van 1,50 euro per exemplaar, in de gemeenten of kieskantons met minder dan 25.000 ingeschreven kiezers; 2° het bedrag van 2 euro per exemplaar, in de gemeenten of kieskantons met 25.000 of meer ingeschreven kiezers.
Als het aantal kiezers die in de gemeente of in het kanton ingeschreven zijn bij de indiening van de aanvraag niet gekend is, wordt het aantal kiezers die bij de vorige verkiezingen ingeschreven waren, als basis genomen.
Hoofdstuk 6. - Stemhokje en stemmaterieel
Art. 21.§ 1. In elk stemlokaal worden de stemhokjes zodanig ingericht en geplaatst dat elke kiezer aan het oog onttrokken is en zonder inmenging noch onderbreking kan stemmen. § 2. De stemhokjes voldoen aan de volgende principes: 1° het stemhokje moet voldoende hoog zijn, zodat de kiezers die zich in aangrenzende stemhokjes bevinden, niet kunnen zien voor wie de persoon naast hen stemt;2° de tafel moet voldoende breed en diep zijn voor de stemcomputer; § 3. De inrichting van de stemhokjes voldoet aan de volgende vereisten: 1° een ongeveer 210 cm hoge scheidingswand;2° aan de zijkanten twee gelijk hoge scheidingswanden;3° een verstelbaar tafelblad dat als schrijftafel dient;4° een metalen gordijnenstang;5° een gordijn.
Art. 22.§ 1. Het aangepaste stemhokje voldoet aan de volgende eisen: 1° de bovenkant van het tafelblad mag hoogstens 80 cm hoog, 100 cm breed en 60 cm diep zijn;2° de ruimte onder het tafelblad moet vrij blijven, zodat rolstoelgebruikers hun rolstoel goed kunnen positioneren. § 2. Het aangepaste stemhokje wordt op het gelijkvloers geplaatst, in of in de onmiddellijke nabijheid van een stemlokaal, zodat het goed bereikbaar is voor hulpbehoevende kiezers die het stemhokje wensen te gebruiken. Alle niveauverschillen op het gelijkvloers zijn voorzien van een al dan niet voorlopig hellend vlak waarbij het gemakkelijke verkeer en de veiligheid van voorbijgangers gewaarborgd is. § 3. De gemeentecolleges zorgen ervoor dat de hulpbehoevende kiezers worden opgeroepen in de gebouwen van hun gemeente die het best aangepast zijn aan hun behoeften.
Hoofdstuk 7. - Slotbepalingen
Art. 23.§ 1. De minister die bevoegd is voor Lokale Besturen is belast met de uitvoering van dit besluit.
Eupen, 24 mei 2018.
Voor de Duitstalige Gemeenschap : De Minister-President, O. PAASCH De Viceminister-President, Minister van Cultuur, Werkgelegenheid en Toerisme, I. WEYKMANS