24 FEBRUARI 2005. - Besluit van de Regering houdende uitvoering van bezuinigingsmaatregelen in de dagcentra en tehuizen van de Duitstalige Gemeenschap

De Regering van de Duitstalige gemeenschap, Gelet op het decreet van 19 juni 1990 houdende oprichting van een "Dienststelle der Deutschsprachige Gemeinschaft für Personen mit einer Behinderung" (Dienst van de Duitstalige Gemeenschap voor de personen met een handicap), gewijzigd bij de decreten van 29 juni 1998, 23 oktober 2000, 7 januari 2002, 18 maart 2002, 3 februari 2003, 16 december 2003 en 17 mei 2004;

Gelet op het besluit van de Regering van 22 juni 2001 tot vaststelling van de berekeningsgrondslagen voor de subsidiëring van de personeelskosten in de sectoren « sociale aangelegenheden » en « gezondheid », gewijzigd bij het besluit van 10 januari 2002;

Gelet op het koninklijk besluit van 30 maart 1973 tot bepaling van de te volgen gemeenschappelijke regels voor de vaststelling van de toelagen per dag toegekend voor onderhoud, opvoeding en behandeling van minderjarigen en van gehandicapten geplaatst ten laste van de openbare besturen, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 17 december 1973, 10 april 1974, 21 november 1974, 7 juli 1975, 20 juli 1976, 17 augustus 1976, 26 oktober 1976, 6 december 1976, 18 april 1977, 10 maart 1978, 12 juni 1978, 27 februari 1980 en bij de besluiten van de Regering van 20 juli 1993 en 5 mei 1995;

Gelet op het ministerieel besluit van 24 april 1973 tot bepaling, wat betreft het Ministerie van Volksgezondheid en van het Gezin, van de te volgen bijzondere regels voor de vaststelling van de toelagen per dag, toegekend voor het onderhoud en de behandeling van de gehandicapten, geplaatst ten laste van de openbare besturen, gewijzigd bij de ministeriële besluiten van 11 april 1974, 22 november 1974, 30 april 1975, 13 december 1975, 31 maart1976, 3 mei 1976, 9 september 1976, 20 april 1977, 9 mei 1977, 11 maart 1978 en 14 juni 1976 en bij de besluiten van de Regering van 20 juli 1993, 26 mei 1994 en 5 mei 1995;

Gelet op het besluit van de Regering van 12 december 1997 betreffende de organisatie en de subsidiëring van de dagcentra voor minder-validen;

Gelet op het advies van de raad van bestuur van de Dienst voor de personen met een handicap, gegeven op 28 januari 2005;

Gelet op het gunstig advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 15 februari 2005;

Gelet op het akkoord van de Minister-President, bevoegd inzake Begroting, gegeven op 18 februari 2005;

Gelet op de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, inzonderheid op artikel 3, § 1, vervangen bij de wet van 4 juli 1989 en gewijzigd bij de wet van 4 augustus 1996;

Gelet op de dringende noodzakelijkheid;

Overwegende dat de noodzakelijkheid daardoor gerechtvaardigd is dat de in dit besluit vastgelegde bezuinigingsmaatregelen al vanaf aanvang 2005 uitwerking zullen hebben op de subsidiëring en dat het derhalve dringend noodzakelijk wordt de rechtelijke basis te scheppen voor de omzetting van deze maatregelen. De in dit besluit vast te leggen bezuinigingsmaatregelen werden in samenwerking met de betrokken inrichtingen overwogen en uitgewerkt om de dubbelbegroting 2005-2006 te kunnen uitwerken. De inrichtingen werden vooraf geïnformeerd;

Op de voordracht van de Minister bevoegd inzake Sociale Aangelegenheden;

Na beraadslaging, Besluit :

Artikel 1.In artikel 12, § 1, van het besluit van de Regering van 12 december 1997 betreffende de organisatie en de subsidiëring van de dagcentra voor minder-validen wordt de passus « de weddeschalen bepaald in het besluit van 20 juli 1993 » vervangen door « de weddeschalen bepaald in het besluit van de Regering van 22 juni 2001 tot vaststelling van de berekeningsgrondslagen voor de subsidiëring van de personeelskosten in de sectoren "sociale aangelegenheden" en "gezondheid" ».

Art. 2.Artikel 12, § 1, van hetzelfde besluit wordt met volgend lid aangevuld : « Voor de jaren 2005 en 2006 worden de personeelsformatie goedgekeurd in 2004 door de Dienst voor de personen met een handicap alsmede de prestaties uitgevoerd door private firma's in aanmerking genomen om de subsidiëring van de personeelskosten met toepassing van artikel 7 te bepalen. De op deze basis berekende subsidie voor personeelskosten wordt bovendien met één procent verminderd voor de jaren 2005 en 2006. »

Art. 3.Artikel 16 van hetzelfde besluit wordt met volgend lid aangevuld : « De in het eerste lid van dit artikel bepaalde indexering van de bedragen vermeld in dit besluit wordt niet toegepast in 2005 en 2006.

Voor deze periode wordt er, bij de aanpassing van de in dit besluit vermelde bedragen, met de laatste indexsprong, t.w. die van 1 november 2004, rekening gehouden. »

Art. 4.Artikel 23 van het koninklijk besluit van 30 maart 1973 tot bepaling van de te volgen gemeenschappelijke regels voor de vaststelling van de toelagen per dag toegekend voor onderhoud, opvoeding en behandeling van minderjarigen en van gehandicapten geplaatst ten laste van de openbare besturen, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 17 december 1973, 10 april 1974, 21 november 1974, 7 juli 1975, 20 juli 1976, 17 augustus 1976, 26 oktober 1976, 6 december 1976, 18 april 1977, 10 maart 1978, 12 juni 1978, 27 februari 1980, en bij de besluiten van de Regering van 20 juli 1993 en 5 mei 1995, wordt met volgend lid aangevuld : « Voor de jaren 2005 en 2006 worden de personeelsformatie goedgekeurd in 2004 door de Dienst voor de personen met een handicap goedgekeurd is alsmede de prestaties uitgevoerd door private firma's in aanmerking genomen om de subsidiëring van de personeelskosten met toepassing van artikel 7 te bepalen. »

Art. 5.Artikel 27 van hetzelfde koninklijk besluit wordt met het volgend lid aangevuld : « De indexering bepaald in het eerste lid van dit artikel wordt niet toegepast in 2005 en 2006. Voor deze periode wordt er, bij de aanpassing van de in dit besluit vermelde bedragen, met de laatste indexsprong, t.w. die van 1 november 2004, rekening gehouden. »

Art. 6.Dit besluit heeft uitwerking op 1 januari 2005.

Art. 7.De Minister bevoegd inzake Sociale Aangelegenheden is belast met de uitvoering van dit besluit.

Eupen, 24 februari 2005.

Voor de Regering van de Duitstalige Gemeenschap : De Minister-President, Minister van Lokale Besturen, K.-H. LAMBERTZ De Vice-Minister-President, Minister van Vorming en Werkgelegenheid, Sociale Aangelegenheden en Toerisme, B. GENTGES