Etaamb.openjustice.be
Document van 24 april 2009
gepubliceerd op 04 mei 2009

Bepalingen met betrekking tot de organisatie van de gecertificeerde opleidingen

bron
federale overheidsdienst personeel en organisatie
numac
2009002025
pub.
04/05/2009
prom.
24/04/2009
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

FEDERALE OVERHEIDSDIENST PERSONEEL EN ORGANISATIE


24 APRIL 2009. - Bepalingen met betrekking tot de organisatie van de gecertificeerde opleidingen


De directeur-generaal van het Opleidingsinstituut van de federale Overheid, Gelet op artikel 70bis, § 2, van het koninklijk besluit van 2 oktober 1937 houdende het statuut van het Rijkspersoneel;

Gelet op het protocol nr. 625 van 1 april 2009 van het Comité voor de federale, de gemeenschaps- en de gewestelijke overheidsdiensten; 1. Aanbod 1.1. Het aanbod geeft duidelijke informatie over het beoogde doelpubliek, de vereiste voorkennis, de meerwaarde voor de organisatie, de leerdoelstellingen, de leervorm (klassikaal, e-Learning, ...) en de duur van de opleiding. 1.2. Het aanbod wordt gecommuniceerd via Fedweb. 1.3. Het aanbod van gecertificeerde opleidingen wordt minstens één keer per jaar (mei/juni) herbekeken en herschikt in functie van opleidingsnoden en deelnemersaantallen. Het herzien van de catalogus betekent dat opleidingen uit het aanbod kunnen verdwijnen en nieuwe opleidingen kunnen toegevoegd worden. 1.4. Nieuwe opleidingen worden gedefinieerd in samenwerking met experten van het terrein en afgetoetst met de opleidingsverantwoordelijken binnen de federale overheid. Een herziening van de catalogus gebeurt in overleg met de directeurs P&O en in samenwerking met de Raadgevende Commissie. 1.5. Bij een herziening van de catalogus, brengt het OFO de deelnemers op de hoogte van de geschrapte opleidingen en andere wijzigingen.

Wanneer een opleiding uit de catalogus wordt geschrapt, wordt de deelnemer gevraagd om een andere opleiding te kiezen. 2. Ontwikkeling van de gecertificeerde opleiding en de test 2.1.Twee principes worden voor ogen gehouden bij de ontwikkeling van opleidingen en testen : haalbaarheid en transparantie. 2.2.Elke gecertificeerde opleiding wordt getoetst aan de volgende kwaliteitscriteria : - validiteit; - betrouwbaarheid; - relevantie. 2.3. Het bewaken van deze criteria is een gedeelde verantwoordelijkheid van de opleider(s), de projectleider en de dienst docimologie. 2.4. De test kan verschillende vormen aannemen (schriftelijk met meerkeuzevragen en/of open vragen, mondelinge presentatie, ...). De vorm van de test wordt gekozen in functie van de leerdoelstellingen, van de praktische haalbaarheid en rekening houdend met de hoger vermelde kwaliteitscriteria. 2.5. Een test kan verschillende vormen combineren. 2.6. Bij meerkeuzevragentest wordt gewerkt met maximum 60 vragen met telkens maximum 4 antwoordmogelijkheden waarvan één en slechts één correct is. De wijze van puntentoekenning wordt voor elke test vooraf vastgelegd. Een gokcorrectie wordt toegepast op basis van volgende formule : aantal punten dat in mindering wordt gebracht X = - P/K-1.

Verklaring : P in de teller staat voor het aantal punten dat toegekend wordt voor een correct antwoord; K staat voor het aantal antwoordmogelijkheden (bij het OFO maximum 4). Dit geeft ons dan het volgende resultaat : Voor een MC met 4 antwoordmogelijkheden worden 0,33 punten in mindering gebracht (X = - 1/3) als we één punt toekennen per goed antwoord.

Voor een MC met 3 antwoordmogelijkheden worden 0,5 punten in mindering gebracht (X = -1/2) als we één punt toekennen per goed antwoord.

In het geval van een binaire keuze (bijvoorbeeld « waar » of « fout ») wordt de gokcorrectie niet toegepast. 2.7. Bij andere testvormen wordt gewerkt hetzij met typeantwoorden, hetzij met een correctierooster. De puntentoekenning wordt vooraf vastgelegd maar kan aangepast worden tijdens het corrigeren in overleg met de dienst docimologie als er problemen worden vastgesteld. 2.8. Om te slagen moet elke deelnemer minstens 60 % behalen. Er wordt rekening gehouden met het resultaat na docimologische analyse en eventueel schrappen van vragen. Er wordt afgerond tot 2 cijfers na de komma. 3. Organisatie van de opleiding 3.1. Behalve in geval van overmacht ontvangt elke deelnemer vier weken voor de start van de opleiding een uitnodiging. 3.2. Elke deelnemer kan een andere opleiding kiezen zolang hij geen uitnodiging heeft ontvangen om deel te nemen(mits akkoord van zijn hiërarchische chef en in overleg met zijn stafdienst P&O). 3.3. Bij het starten van de opleiding krijgt elke deelnemer het programma alsook een eerste schriftelijke informatie over de vorm van de test (open boek/gesloten boek, meerkeuzevragen, open vragen...). 3.4. Elk gedrag dat het leerproces verstoort kan aanleiding zijn om een deelnemer uit de zaal te verwijderen. De deelnemer, eventueel vergezeld van een persoon naar zijn keuze, wordt gehoord door de directeur-generaal van het OFO die al dan niet de beslissing bevestigt. 3.5. Om toegelaten te worden tot de test mogen deelnemers niet meer dan één dag gewettigd afwezig zijn. 3.6. Deelnemers die langer gewettigd afwezig zijn dan de periode die hoger vermeld werd, worden automatisch opnieuw in de wachtlijst voor de opleiding opgenomen en behouden hun referentiedatum voor uitbetaling van de premie. Indien hun afwezigheid niet gewettigd is, worden zij gelijk gesteld met niet geslaagden. 3.7. De deelnemer verschaft zijn contactpersoon voor de gecertificeerde opleidingen binnen zijn eigen organisatie (SPOC) de nodige bewijsstukken voor het wettigen van zijn afwezigheid. 4. Organisatie van de test 4.1. Behalve in geval van overmacht vindt de test plaats in een tijdspanne van minimum drie weken na en maximum drie maanden na het afsluiten van de opleiding. 4.2. Behalve in geval van overmacht ontvangt elke deelnemer vier weken voor de start van de test een uitnodiging. 4.3. De verdeling van de punten en de voorziene testvormen worden tijdens de opleiding aan de deelnemers meegedeeld. Zo kunnen ze zich op voorhand en op een adequate wijze voorbereiden. 4.4. Elk gedrag dat het testproces verstoort, kan aanleiding zijn om een deelnemer uit de zaal te verwijderen. De deelnemer, eventueel vergezeld van een persoon naar zijn keuze, wordt gehoord door de directeur-generaal van het OFO die al dan niet de beslissing bevestigt. 4.5. Bij fraude of poging tot fraude tijdens een test wordt een deelnemer onmiddellijk uitgesloten van verdere deelname en beschouwd als niet geslaagd. 4.6. Deelnemers die gewettigd afwezig zijn op het moment van de test, worden door het OFO op een volgende test uitgenodigd voor dezelfde opleiding indien dit binnen een redelijk tijdsbestek mogelijk is. Het OFO bepaalt of de opleiding dezelfde is. Indien dit niet mogelijk is, dienen zij zich opnieuw in te schrijven hetzij voor dezelfde gecertificeerde opleiding, hetzij voor een andere opleiding en dit met behoud van hun referentiedatum voor uitbetaling van de premie. 4.7. Deelnemers die ongewettigd afwezig zijn bij de test worden gelijkgesteld met niet geslaagd. 4.8. De deelnemer verschaft zijn contactpersoon voor de gecertificeerde opleidingen (SPOC) de nodige bewijsstukken voor het wettigen van zijn afwezigheid. 5. Analyse en communicatie van de testresultaten 5.1. De testresultaten worden geanalyseerd door de dienst docimologie van OFO in overleg met de projectleider en de opleiders. Klachten en opmerkingen op het PV van de testsessie worden eveneens onderzocht. 5.2. Het ontdekken van anomalieën kan aanleiding zijn tot het schrappen van vragen, tot het wijzigen van het correctierooster of tot een nieuwe correctie. 5.3. Het schrappen van vragen kan in één taal gebeuren of in alle talen (N, F en D), naargelang het probleem dat zich stelt. Het schrappen van vragen heeft als gevolg dat het eindresultaat van de test op een kleiner aantal vragen berekend wordt. Indien het om een gemengde testvorm gaat, blijft de initiële verdeling van de punten over de onderdelen bewaard. 5.4. Meerkeuzevragen die, na analyse van de resultaten, meer dan één correct antwoord blijken te hebben, worden systematisch geschrapt. 5.5. Indien de test niet meer beantwoordt aan de kwaliteitseisen van validiteit, betrouwbaarheid en relevantie, wordt de test door OFO vernietigd. De deelnemers worden beschouwd alsof ze nog niet hebben deelgenomen aan een opleiding. Ze behouden in dat geval dus hun referentiedatum voor uitbetaling van de premie. 5.6. Behalve in geval van overmacht, worden de resultaten meegedeeld binnen maximum drie maanden nadat de test plaats had bij een meerkeuzevragentest en binnen maximum vier maanden nadat de test plaats had bij een ander type test. Indien de communicatie van de resultaten meer tijd vraagt dan drie of vier maand, worden de deelnemers hiervan op de hoogte gebracht en wordt een nieuwe afsluitingsdatum meegedeeld. 5.7. Op de brief die het resultaat meedeelt wordt steeds de beroepsprocedure vermeld. 6. Consultatie van de dossiers en contestatie van resultaten 6.1. Alle deelnemers hebben het recht een kopie van hun individueel dossier op te vragen en dit tot 60 kalenderdagen na de communicatie van het resultaat. 6.2. Een kopie van het individueel dossier kan ter plaatse worden afgehaald binnen de 10 werkdagen na ontvangst van de schriftelijke aanvraag. Dit kan persoonlijk of door een gevolmachtigde. Het adres waarop een aanvraag kan ingediend worden (per brief, fax of mail) wordt vermeld op de brief die het resultaat meedeelt. 6.3. Het dossier bevat : - de richtlijnen in verband met de test zoals die verspreid werden de dag van de test zelf, inclusief de puntenweging; - de vragenlijst; - de punten die de deelnemer behaalde; - door hem of haar verschafte antwoorden; - de correcte antwoorden voor meerkeuzevragen, correctierooster of typeantwoorden voor andere testvormen; - indien relevant, de motivatie betreffende het ingrijpen in de test. 7. Klachtenbeheer 7.1. Het klachtenbeheer is gericht op het verbeteren van het proces.

Het is geen beroepsprocedure. 7.2. Elke klacht kan aanleiding geven hetzij tot direct ingrijpen en bijsturen van het proces, hetzij tot het aanbrengen van verbeteringen tijdens een volgende sessie. 7.3. Elke deelnemer kan in de loop van zijn opleiding/en of test schriftelijk een klacht indienen op het adres Klachtendienst OFO, Bischoffsheimlaan 15, 1000 Brussel, of op faxnummer 02 217 53 48 of op het mailadres klachten@ofoifa.fgov.be. Voor elke klacht wordt een ontvangstbewijs gestuurd. 8. Evaluatie van het proces 8.1. Het comité B krijgt jaarlijks een volledig verslag over alle aspecten van de organisatie van de gecertificeerde opleidingen en het testbeleid. 9. Overgangs- en eindbepalingen 9.1. De testen afgelegd voor de inwerkingtreding van deze bepalingen worden verbeterd krachtens de bepalingen die voorheen van kracht waren. 9.2. Deze bepalingen treden in werking de dag van bekendmaking in het Belgisch Staatsblad.

Brussel, 24 april 2009.

De directeur-generaal van het Opleidingsinstituut van de federale Overheid, S. SCHILLEMANS

^