gepubliceerd op 17 november 2005
Besluit van de Regering betreffende het Fonds voor afbetaling van schulden
4 AUGUSTUS 2005. - Besluit van de Regering betreffende het Fonds voor afbetaling van schulden
De Regering van de Duitstalige Gemeenschap, Gelet op het decreet van 29 april 1996 betreffende de schuldbemiddeling en de afbetaling van schulden, inzonderheid op de artikelen 12 en 14;
Gelet op het decreet van 14 december 1992 houdende inrichting van een Fonds voor afbetaling van schulden in de Duitstalige Gemeenschap, inzonderheid op artikel 2, gewijzigd bij het decreet van 29 april 1996;
Gelet op het besluit van de Executieve van 30 maart 1993 tot inrichting van een verdelingscommissie;
Gelet op het gunstig advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 4 maart 2005;
Gelet op het akkoord van de Minister-President, bevoegd inzake Begroting, gegeven op 10 maart 2005;
Gelet op het advies van de Raad van State nr. 38.407/3, gegeven op 24 mei 2005 met toepassing van artikel 84, § 1, lid 1, 1°, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State;
Op de voordracht van de Minister bevoegd inzake Sociale Aangelegenheden;
Na beraadslaging, Besluit : Aanwezigheidsquorum binnen de verdelingscommissie
Artikel 1.De commissie kan rechtsgeldig beraadslagen, als ten minste twee van de drie leden aanwezig zijn.
Indiening van de aanvragen
Art. 2.§ 1. De aanvraag om tussenkomst van het Fonds voor afbetaling van schulden wordt de verdelingscommissie, op een door haar opgesteld formulier, door bemiddeling van een erkende instelling voor schuldbemiddeling schriftelijk toegezonden.
De aanvraag bevat ten minste de volgende gegevens : 1° alle noodzakelijke gegevens over het gezins-, gezondheids- en psycho-sociale milieu van de betrokkene(n);2° een precieze financiële analyse met aanduiding van de oorzaken van de schuldenlast en van het oorspronkelijk en actueel schuldbedrag;3° een lijst met de tot nog toe ondernomen stappen om de financiële toestand te verbeteren;4° een afbetalingsvoorstel ter attentie van de verdelingscommissie. Dit voorstel bevat een programma voor de terugbetaling van de schulden met een realistische schatting van de omzetting alsmede het bedrag van de aangevraagde tegemoetkoming, de terugbetalingsmodaliteiten en, desgevallend, de waarborgen; 5° een attest dat de betrokkene zich bereid verklaart door een erkende instelling voor schuldbemiddeling begeleid te worden en een bekrachtiging dat de erkende instelling voor schuldbemiddeling de opdracht aanvaardt. § 2. De aanvraag wordt de verdelingscommissie in een gesloten omslag met de melding « vertrouwelijk » toegezonden. § 3. Zodra de aanvraag volledig is, verkrijgt de aanvrager een dienovereenkomstige bekrachtiging. Binnen 30 arbeidsdagen na de datum van deze bekrachtiging brengt de verdelingscommissie haar advies uit.
Kan binnen deze termijn geen advies worden uitgebracht, dan wordt de aanvrager een nieuwe termijn medegedeeld. § 4. Voordat de verdelingscommissie een advies uitbrengt, kan ze de betrokken schuldbemiddelaar horen. § 5. Het advies van de verdelingscommissie omvat een met redenen omkleed voorstel tot afwijzing of tot toekenning van de tussenkomst, gericht aan de bevoegde minister. Wordt de toekenning van een tussenkomst voorgesteld, dan vermeldt het voorstel het terugbetalingstarief en de terugbetalingstermijn alsmede, desgevallend, de aard van de waarborgen en het ontwerp voor een contract van renteloze lening.
Huishoudelijk reglement van de verdelingscommissie
Art. 3.De verdelingscommissie stelt een huishoudelijk reglement op dat de bevoegde minister ter goedkeuring wordt voorgelegd. In dit reglement worden o.a. richtlijnen vastgelegd met het oog op het uitbrengen van een advies over de aanvragen.
Activiteitenverslag van het Fonds voor afbetaling van schulden
Art. 4.Het activiteitenverslag waarin artikel 14, lid 2, van het decreet van 29 april 1996 betreffende de schuldbemiddeling en de afbetaling van schulden, gewijzigd bij het programmadecreet van 1 maart 2004, bevat ten minste de volgende gegevens : 1° aantal aanvragen met vermelding van de aanvragers;2° aantal goedgekeurde en afgewezen aanvragen;3° anonieme lijst met de toegekende tegemoetkomingen, met vermelding van de huidige situatie qua terugbetaling;4° anonieme gegevens over de schuldenaars;5° algemene waarnemingen en ontwikkelingen. Opheffingsbepaling
Art. 5.Het besluit van de Executieve van 30 maart 1993 tot inrichting van een verdelingscommissie wordt opgeheven.
Uitvoeringsbepaling
Art. 6.De Minister bevoegd inzake Sociale Aangelegenheden is belast met de uitvoering van dit besluit.
Eupen, 4 augustus 2005.
Voor de Regering van de Duitstalige Gemeenschap : De Minister-President, Minister van Lokale Besturen, K.-H. LAMBERTZ De Vice-Minister-President, Minister van Vorming en Werkgelegenheid, Sociale Aangelegenheden en Toerisme, B. GENTGES