19 JULI 2001. - Decreet tot wijziging van het decreet van 4 januari 1999 betreffende de bevorderingsambten en de selectieambten (1)

De Raad van de Franse Gemeenschap heeft aangenomen en Wij, Regering, bekrachtigen wat volgt : HOOFDSTUK I. - Wijzigingen aan het decreet van 4 januari 1999 betreffende de bevorderingsambten en de selectieambten

Artikel 1.In artikel 1, § 2, 1°, van het decreet van 4 januari 1999 betreffende de bevorderingsambten en de selectieambten worden de woorden « medisch » ingevoegd tussen de woorden « sociaal, » en « psychologisch, ».

In artikel 1, § 3, 2° en 3° van hetzelfde decreet worden de woorden « lid 2 » vervangen door de woorden « lid 3 ».

Art. 2.Het opschrift van hoofdstuk III van hetzelfde decreet wordt vervangen door de volgende bepaling : « HOOFDSTUK III. - De ambten die toegang geven tot de selectieambten en de bevorderingsambten die de leden van het bestuurs- en onderwijzend personeel, van het opvoedend bestuurs- en hulppersoneel en van het paramedisch personeel mogen uitoefenen in het gewoon en buitengewoon kleuter-, lager, basis-, secundair onderwijs van de Franse Gemeenschap alsook bepaalde voorwaarden die vereist zijn om erin benoemd te worden. »

Art. 3.In artikel 8 van hetzelfde decreet worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° in het eerste lid worden de woorden « Ieder lid van het onderwijzend personeel of van het opvoedend hulppersoneel » vervangen door de woorden : « Ieder lid van het bestuurs- en onderwijzend personeel of van het opvoedend bestuurs- en hulppersoneel en van het paramedisch personeel »;2° tussen het eerste en het tweede lid wordt een lid gevoegd, luidend als volgt : « De bepalingen bedoeld in het eerste lid zijn niet van toepassing wat betreft de toegang tot een selectieambt als hoofd van een werkplaats van een technisch en pedagogisch centrum, en tot de bevorderingsambten van directeur van een technisch en pedagogisch centrum of van directeur van een centrum voor zelfopleiding of voortgezette opleiding.»

Art. 4.In artikel 13 van hetzelfde decreet wordt een vierde lid ingevoegd, luidend als volgt : « De houders van het diploma geaggregeerde hoger secundair onderwijs die in vast verband zijn aangesteld in het lager secundair onderwijs en genieten van de maatregelen van artikelen 3 en 4 van het besluit van de Executieve van de Franse Gemeenschap van 1 augustus 1989 tot wijziging van de vereiste bekwaamheidsbewijzen en van de specificiteit van de bekwaamheidsbewijzen vereist van sommige personeelsleden van het onderwijs van de Franse Gemeenschap, worden geacht de in het eerste lid, 1° en 2°, bedoelde voorwaarden te vervullen. »

Art. 5.In artikel 19, eerste lid, van hetzelfde decreet worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° de woorden « van inspecteur klassieke talen in het secundair onderwijs en in het niet-universitair hoger onderwijs, van inspecteur zedenleer in het secundair onderwijs en in het niet-universitair hoger onderwijs » worden ingevoegd tussen de woorden « van inspecteur technische vakken en beroepspraktijk in het secundair onderwijs van de lagere graad » en de woorden « van inspecteur algemene vakken in het secundair onderwijs van de hogere graad en in het niet-universitair hoger onderwijs »;2° de woorden « van inspecteur van het opvoedend hulppersoneel en van inspecteur van het paramedisch personeel » worden ingevoegd tussen de woorden « kunstonderwijs, » en « worden uitgereikt ».

Art. 6.In artikel 22, § 3, van hetzelfde decreet wordt 4° vervangen door de volgende bepaling : « drie leden van het onderwijspersoneel van de Franse Gemeenschap, gekozen op voordracht van de organisaties die de leerkrachten van het net van de Franse Gemeenschap vertegenwoordigen en aangesloten zijn bij de vakbondsorganisaties die zetelen in de Nationale Arbeidsraad waarin iedere organisatie minstens één lid telt. »

Art. 7.In artikel 24, derde lid, van hetzelfde decreet wordt 3° vervangen door de volgende bepaling : « 3° drie personeelsleden van het onderwijs van de Franse Gemeenschap, titularis van het te begeven ambt of van een bevorderingsambt, aangesteld door de Regering op de voordracht van de organisaties die de leerkrachten van het net van de Franse Gemeenschap vertegenwoordigen en aangesloten zijn bij de vakbondsorganisaties die zetelen in de Nationale Arbeidsraad waarin iedere organisatie minstens één lid telt. »

Art. 8.In artikel 34 van hetzelfde decreet worden de woorden « hoofd van een werkplaats van een technisch en pedagogisch centrum » ingevoegd tussen de woorden « eigen zijn aan de ambten van » en « directeur van een technisch en pedagogisch centrum ».

Art. 9.In artikel 40 van hetzelfde decreet worden de woorden « behoudens de ambten van directeur van een technisch en pedagogisch centrum en van directeur van een centrum voor zelfopleiding en voortgezette opleiding » gevoegd na de woorden « gewoon en buitengewoon onderwijs ».

Art. 10.In artikel 47 van hetzelfde decreet wordt een tweede lid ingevoegd, luidend als volgt : « De geslaagden van bekwaamheidsproeven voor het ambt van inspecteur algemene vakken (klassieke talen) in de lagere graad van het secundair onderwijs alsmede de geslaagden van bekwaamheidsproeven voor het ambt van inspecteur algemene vakken (latijn-grieks of groep klassieke filologie) in de hogere graad van het secundair onderwijs en in het niet-universitair hoger onderwijs worden geacht titularis te zijn van het brevet klassieke talen in het secundair onderwijs en in het hoger niet-universitair onderwijs ». HOOFDSTUK II. - Overgangsbepaling

Art. 11.De personeelsleden die benoemd zijn in het ambt van leraar klassieke talen en die, ingevolge de oproep tot kandidaten die is verschenen in het Belgisch Staatsblad van 20 mei 1999, hun deelnemingsaanvraag hebben ingediend voor de opleidingen en proeven om te kunnen toetreden tot de ambten van inspecteur algemene vakken in het lager secundair onderwijs of van inspecteur algemene vakken in het hoger secundair onderwijs en in het hoger niet-universitair onderwijs, worden geacht hun aanvraag voor het ambt van inspecteur klassieke talen in het secundair onderwijs en in het hoger niet-universitair onderwijs te hebben ingediend. HOOFDSTUK III. - Uitleggingsbepaling

Art. 12.Voor de toepassing van artikelen 10, 11, 12 en 14 van het decreet van 4 januari 1999 betreffende de bevorderingsambten en de selectieambten dient men onder « bekwaamheidsbewijs hoger niveau » te verstaan als het vereiste diploma, wanneer dit diploma het enige bekwaamheidsbewijs is dat vereist is voor de uitoefening van het recruteringsambt dat toegang verleent tot een van de selectieambten of bevorderingsambten zoals bedoeld in een van deze artikelen, of het basisdiploma wanneer dit bekwaamheidsbewijs bestaat uit een basisdiploma aangevuld met een bekwaamheidsdiploma of met een relevante ervaring en een pedagogisch getuigschrift. HOOFDSTUK IV. - Slotbepaling

Art. 13.Dit decreet treedt in werking de dag dat het in het Belgisch Staatsblad verschijnt, met uitzondering van artikelen 2, 3, 5, 8, 9 en 10 die in voege treden op 25 februari 1999.

Verkondigen dit decreet, bevelen dat het in het Belgisch Staatsblad moet verschijnen.

Brussel, 19 juli 2001.

De Minister-President, belast met Internationale Betrekkingen, H. HASQUIN De Minister van Cultuur, Begroting, Openbaar Ambt, Jeugdzaken en Sport, R. DEMOTTE De Minister van Kinderwelzijn, belast met het Basisonderwijs, de opvang en de opdrachten toegewezen aan de « O.N.E. », J.-M. NOLLET De Minister van Secundair en Buitengewoon Onderwijs, P. HAZETTE De Minister van Hoger Onderwijs, Onderwijs voor sociale promotie en Wetenschappelijk Onderzoek, Mevr. F. DUPUIS De Minister van Kunsten en Letteren en van de Audiovisuele Sector, R. MILLER De Minister van Jeugdbijstand en Gezondheidszorg, Mevr. N. MARECHAL _______ Nota (1) Zitting 2000-2001. Documenten van de Raad. - Ontwerpdecreet, nr. 187-1. - Amendementen van de commissie, nr. 187-2. - Verslag, nr. 187-3.

Integrale verslagen. - Bespreking. Zitting van 16 juli 2001. - Stemming. Zitting van 17 juli 2001.