18 MEI 2018. - Decreet betreffende de optimalisatie van het beheer van de financiële activa van de Vlaamse overheidsentiteiten (1)

Het VLAAMS PARLEMENT heeft aangenomen en Wij, REGERING, bekrachtigen hetgeen volgt: DECREET betreffende de optimalisatie van het beheer van de financiële activa van de Vlaamse overheidsentiteiten HOOFDSTUK 1. - Algemene bepalingen

Artikel 1.Dit decreet regelt een gemeenschaps- en gewestaangelegenheid.

Art. 2.In dit decreet wordt verstaan onder: 1° beschikbare gelden: alle kasmatig vrij beschikbare middelen die de overheidsentiteit tijdelijk niet nodig heeft om haar maatschappelijk doel te vervullen;2° bevoegde overheid: de entiteit binnen de Vlaamse administratie die door de Vlaamse Regering wordt belast met de uitvoering van de taken, vermeld in dit decreet;3° financiële instrumenten: alle korte- en langetermijnbeleggingsproducten in gedematerialiseerde vorm;4° korte termijn: een termijn kleiner of gelijk aan één jaar;5° lange termijn: een termijn die langer is dan één jaar;6° overheidsentiteit: de entiteiten waarop dit decreet van toepassing is.

Art. 3.Dit decreet is van toepassing op de volgende entiteiten die in overeenstemming met het Europees systeem van nationale en regionale rekeningen, vermeld in verordening (EU) nr. 549/2013 van het Europees Parlement en de Raad van 21 mei 2013 betreffende het Europees systeem van nationale en regionale rekeningen in de Europese Unie, deel uitmaken van de Vlaamse deelstaatoverheid door te ressorteren onder sectorale code 13.12, vermeld in bijlage A bij de voormelde verordening: 1° de intern verzelfstandigde agentschappen met rechtspersoonlijkheid;2° de publiekrechtelijk vormgegeven extern verzelfstandigde agentschappen;3° de privaatrechtelijk vormgegeven extern verzelfstandigde agentschappen;4° de strategische adviesraden;5° de Vlaamse Radio- en Televisieomroeporganisatie en het Vlaams Fonds voor de Letteren;6° het Eigen Vermogen van het Instituut voor Landbouw- en Visserijonderzoek, het Eigen Vermogen van het Instituut voor Natuur- en Bosonderzoek en het Eigen Vermogen Flanders Hydraulics;7° de vzw's en stichtingen als het openbare instellingen betreft als vermeld in artikel 9 van de bijzondere wet van 8 augustus 1980Relevante gevonden documenten type wet prom. 08/08/1980 pub. 11/12/2007 numac 2007000980 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Bijzondere wet tot hervorming der instellingen. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten tot hervorming der instellingen;8° de handelsvennootschappen. In afwijking van het eerste lid is dit decreet niet van toepassing op: 1° de vzw's, stichtingen en de handelsvennootschappen, vermeld in het eerste lid, 7° en 8°, als de Vlaamse Gemeenschap of het Vlaamse Gewest niet rechtstreeks of onrechtstreeks de meerderheid van de stemrechten in de algemene vergadering bezit;2° de universiteiten, hogescholen en de inrichtende machten van het gemeenschapsonderwijs of het gesubsidieerd onderwijs;3° het Vlaams Parlement, het Vlaams Vredesinstituut, de Vlaamse Ombudsdienst, het Kinderrechtencommissariaat en de VREG. HOOFDSTUK 2. - Langetermijnbeleggingen

Art. 4.De overheidsentiteiten beleggen hun op lange termijn beschikbare gelden in financiële instrumenten van lange termijn uitgegeven door de Vlaamse Gemeenschap of een overheidsentiteit. De langetermijnrating van de overheidsentiteit en haar financiële instrumenten moet daarbij minimaal A- of A3 zijn.

De bevoegde overheid zorgt voor een gepast aanbod. Het rendement van die financiële instrumenten is daarbij marktconform.

In afwijking van het eerste lid, kan de Vlaamse Regering om aan de specifieke behoeften van een overheidsentiteit tegemoet te komen, een percentage aan te beleggen beschikbare gelden als vermeld in het eerste lid bepalen. Dit percentage kan niet lager zijn dan 50%.

De Vlaamse Regering bepaalt een generieke minimumdrempel aan beschikbare gelden in toepassing van het eerste lid, die per overheidsentiteit van kracht is.

Art. 5.De overheidsentiteiten die op de datum van de inwerkingtreding van dit decreet hun beschikbare gelden hebben belegd in langetermijnbeleggingen uitgegeven door een entiteit die geen overheidsentiteit is, kunnen die behouden tot aan hun vervaldag of moment van verkoop. HOOFDSTUK 3. - Kortetermijnbeleggingen

Art. 6.De overheidsentiteiten beleggen hun op korte termijn beschikbare gelden in financiële instrumenten van korte termijn uitgegeven door de Vlaamse Gemeenschap of een overheidsentiteit. De kortetermijnrating van de overheidsentiteit en haar financiële instrumenten moet daarbij minimaal A-2, F2 of P-2 zijn.

De bevoegde overheid zorgt voor een gepast aanbod. Als de overheidsentiteit kan aantonen dat ze op de financiële markt een hoger rendement kan krijgen voor een financieel instrument van korte termijn dat is uitgegeven door een emittent met een kortetermijnrating die minimaal A-2, F2 of P-2 is en met gelijkaardige kenmerken, mag ze in die eerste beleggen, na de bevoegde overheid daarvan vooraf op de hoogte te hebben gebracht.

De gelijkaardige kenmerken, vermeld in het tweede lid, hebben betrekking op: 1° de aard van de rentevoet;2° de looptijd van het financiële instrument. In afwijking van het eerste lid kan de Vlaamse Regering om aan de specifieke behoeften van een overheidsentiteit tegemoet te komen, een percentage aan te beleggen beschikbare gelden als vermeld in het eerste lid bepalen. Dit percentage kan niet lager zijn dan 50%.

De Vlaamse Regering bepaalt een generieke minimumdrempel aan beschikbare gelden in toepassing van het eerste lid, die per overheidsentiteit van kracht is.

Art. 7.De overheidsentiteiten die op de datum van de inwerkingtreding van dit decreet hun beschikbare gelden hebben belegd in kortetermijnbeleggingen uitgegeven door een entiteit die geen overheidsentiteit is, kunnen die behouden tot aan hun vervaldag of moment van verkoop. HOOFDSTUK 4. - Rapportering

Art. 8.De overheidsentiteiten bezorgen jaarlijks aan de bevoegde overheid volledige inlichtingen over hun financiële instrumenten en beschikbare gelden, alsook over hun vooruitzichten met betrekking tot het gebruik ervan. De Vlaamse Regering regelt de wijze waarop die rapportering gebeurt.

Art. 9.De bevoegde overheid stelt jaarlijks een rapport op voor de Vlaamse Regering over de toepassing van dit decreet. Dit rapport wordt door de Vlaamse Regering overgemaakt aan het Vlaams Parlement, samen met het rapport, vermeld in artikel 21 van het decreet van 7 mei 2004Relevante gevonden documenten type decreet prom. 07/05/2004 pub. 16/07/2004 numac 2004036102 bron ministerie van de vlaamse gemeenschap Decreet houdende bepalingen inzake kas-, schuld- en waarborgbeheer van de Vlaamse Gemeenschap en het Vlaamse Gewest sluiten houdende bepalingen inzake kas-, schuld- en waarborgbeheer van de Vlaamse Gemeenschap en het Vlaamse Gewest.

Kondigen dit decreet af, bevelen dat het in het Belgisch Staatsblad zal worden bekendgemaakt.

Brussel, 18 mei 2018.

De minister-president van de Vlaamse Regering, G. BOURGEOIS De Vlaamse minister van Begroting, Financiën en Energie, B. TOMMELEIN _______ Nota (1) Zitting 2017-2018 Stukken: - Ontwerp van decreet : 1538 - Nr.1.

Verslag : 1538 - Nr. 2.

Tekst aangenomen door de plenaire vergadering : 1538 - Nr. 3.

Handelingen - Bespreking en aanneming: Vergadering van 9 mei 2018.