8 FEBRUARI 2024. - Decreet tot vervanging van het Waals Toerismewetboek en houdende diverse bepalingen (1)

Het Waalse Parlement heeft aangenomen en Wij, Waalse Regering, bekrachtigen hetgeen volgt: TITEL I - Vervanging van het Waals Toerismewetboek Artikel 1

Artikel 1.De volgende bepalingen vormen het decreetgevend deel van het Waals Toerismewetboek: "Waals Toerismewetboek - Decreetgevende bepalingen Boek 1. Algemene bepalingen Art. D.I.1. Voor de toepassing van dit Wetboek wordt verstaan onder : 1° mobiel verblijf: de wooninfrastructuur die de toerist ter beschikking stelt binnen de toeristische logies;2° ontvangstbewijs: bevestiging door om het even welk communicatiemiddel, in één van de vormen bepaald door de Regering, die het mogelijk maakt om een bepaalde datum te geven aan de ontvangst van een aanvraag en om de bestemmeling te authenticeren;3° motorhomeruimte: een ruimte met extra diensten die geschikt zijn voor motorhomes en waarvan de kenmerken worden bepaald door de Regering; 4° toerismevereniging voor allen: de vereniging gecertificeerd op basis van Boek 3, Titel 3, hoofdstuk 4;; 5° toeristische bezienswaardigheid: de plaats van bestemming, bestaande uit een geheel van geïntegreerde en duidelijk identificeerbare activiteiten en diensten van een bestendige infrastructuur, die op regelmatige wijze uitgebaat wordt als natuurlijke, culturele of recreatieve waardevolle kern en die aangelegd is met het doel toeristen, dagtoeristen en plaatselijke bezoekers zonder verplichte reservering te ontvangen; Kermisattracties, plaatsen die eenvoudigweg materieel te huur aanbieden, landschappen, steden, vrij toegankelijke plaatsen en plaatsen bestemd voor loutere sportbeoefening, voor de organisatie van spektakels, cultuur-, sportevenementen of feestelijkheden vormen geen toeristische bezienswaardigheid; 6° markering: het op regelmatige afstand plaatsen van markeringstekens die het traject van een permanente route aangeven;7° markeringsteken: het bestanddeel van markering dat bestaat uit een gestandaardiseerd teken of een ander door de Regering bepaald element, dat op een specifieke achtergrond wordt aangebracht en waarvoor een plaatsbepalingssysteem is geregeld;8° gebouw : een gebouwde of ingerichte ruimte, overdekt, toegankelijk voor mensen, geheel of gedeeltelijk omgeven door muren;9° normenboek: alle technische normen met betrekking tot rondreizen;10° maximumcapaciteit: het aantal personen waarvoor een toeristische accommodatie ontworpen is en te huur wordt aangeboden, inclusief personen die met bijkomende bedden kunnen worden ondergebracht;11° toerismecentrum voor allen: toeristische logies, onafhankelijk of aangesloten bij een toerismevereniging voor iedereen, gecertificeerd op basis van Boek 3, Titel 3, hoofdstuk 4;12° Waalse Ambtenarencode : het besluit van de Waalse Regering van 18 december 2003Relevante gevonden documenten type besluit van de waalse regering prom. 18/12/2003 pub. 31/12/2003 numac 2003027783 bron ministerie van het waalse gewest Besluit van de Waalse Regering houdende de Waalse Ambtenarencode sluiten houdende de Waalse Ambtenarencode, in zijn huidige versie, evenals elke latere wijziging of vervanging van dit besluit;13° Directeur-generaal voor Toerisme: de leidend ambtenaar-generaal van "Tourisme Wallonie";14° Adjunct-directeur-generaal voor Toerisme: de leidend ambtenaar-generaal van "Tourisme Wallonie";15° toeristische voorzieningen: investeringen op initiatief van ondergeschikte besturen, bedoeld om de toeristische aantrekkingskracht van een gebied te vergroten;16° kampplaats: de logiesverstrekkende inrichting die uitsluitende verhuurd wordt aan of ter beschikking wordt gesteld van een kamp van een jeugdorganisatie erkend door de Franse Gemeenschap, de Vlaamse Gemeenschap of de Duitstalige Gemeenschap of nog door de bevoegde overheid van elke Lidstaat van de Europese Unie;17° juridische verbintenis: de juridische verbintenis zoals bedoeld in artikel 2, 12°, van het decreet van 15 december 2011Relevante gevonden documenten type decreet prom. 15/12/2011 pub. 29/12/2011 numac 2011027237 bron waalse overheidsdienst Decreet houdende organisatie van de begroting en van de boekhouding van de diensten van de Waalse Regering type decreet prom. 15/12/2011 pub. 29/12/2011 numac 2011027236 bron waalse overheidsdienst Decreet houdende de algemene ontvangstenbegroting van het Waalse Gewest voor het begrotingsjaar 2012 type decreet prom. 15/12/2011 pub. 06/02/2012 numac 2012200362 bron ministerie van de duitstalige gemeenschap Besluit van de Regering tot wijziging van het besluit van 22 april 2010 tot aanwijzing van de personen die met toepassing van artikel 13 van het decreet van 4 juni 2007 betreffende de woon-, begeleidings- en verzorgingsstructuren voor bejaarden en de psychiatrische verzorgingstehuizen ermee worden belast de zorgaanbiedingen en psychiatrische verzorgingstehuizen te verifiëren sluiten houdende organisatie van de begroting, de boekhouding en de verslaggeving van de Waalse openbare bestuurseenheid;18° gecertificeerde zending : een zending via om het even welk communicatiemiddel, in één van de vormen bepaald door de Regering, die het mogelijk maakt om aan de zending een vaste datum te verlenen, om de afzender, de integriteit van de boodschap en de toestemming van de auteur te authenticeren;19° gewone zending: de verzending kan gebeuren in de vorm van gewone post, elektronische post of een andere door de Regering bepaalde vorm;20° uitbater: de natuurlijke of rechtspersoon die de inkomsten uit de toeristische activiteit en eventuele aanverwante diensten ontvangt;21° exploitatie: alle activiteiten en handelingen die worden uitgevoerd om toeristische diensten en, indien van toepassing, aanverwante diensten te leveren;22° beheerder: de natuurlijke of rechtspersoon die verantwoordelijk is voor het dagelijks beheer van de exploitatie.Als de beheerder iemand anders is dan de uitbater, is hij of zij gebonden aan een contract met de uitbater; 23° Regering: de Waalse Regering;24° toeristische logies: een gebouw, een gedeelte van een gebouw of een terrein bestaande uit verblijfseenheden die voornamelijk ter beschikking worden gesteld van toeristen met het oog op een regelmatig of occasioneel verblijf van ten minste één nacht tegen betaling;25° toeristische engineering: alle advies- en technische bijstandsactiviteiten die helpen om de beste praktijken te definiëren voor de ontwikkeling van een erfgoed, een gebied, een stad, een plaats of een toeristische voorziening met als doel de aantrekkelijkheid ervan te vergroten;26° vaste wandelroute: een toeristisch traject van meer dan tien dagen, aangeduid met markeringstekens en uitsluitend bestemd voor niet-gemotoriseerd verkeer;27° bosmassief : de beboste grondgebieden waarvan de omtrek door de Regering is vastgesteld met het oog op de ontwikkeling van het toerisme op voorstel van "Tourisme Wallonie";28° personeelslid: het lid, de stagiair of de persoon die op basis van een arbeidsovereenkomst is aangeworven en in het organigram van Tourisme Wallonie is opgenomen;29° Minister: de Minister die voor toerisme bevoegd is;30° mobilhome : elke caravan die niet zonder bijzondere voorafgaandelijke vergunning op de openbare weg getrokken kan worden, makkelijk vervoerbaar en waarvan het weghalen geen demontage of afbraak behoeft;31° motorhome : het recreatieve motorvoertuig dat is uitgerust om tijdens het reizen als accommodatie te dienen;32° basisnormen : de federale bepalingen;voor de preventie van brand en ontploffing waaraan de nieuwe gebouwen moeten voldoen; 33° specifieke veiligheidsnormen : de veiligheidsnormen inzake brandbescherming die eigen zijn aan de toeristische logiesverstrekkende inrichtingen;34° operator : elke natuurlijke of rechtspersoon, van de openbare sector of privé-sector, die een opdracht of een beroepsactiviteit uitoefent die rechtstreeks of onrechtstreeks verband houdt met de sector toerisme.» ; 35° toeristische instelling: de provinciale toeristische federatie, het toeristenbureau of de toeristische dienst, gecertificeerd door "Tourisme Wallonie";36° gebouwgedeelte : wat de toeristische logies betreft, elk deel van een bouwwerk dat een overdekte ruimte vormt die toegankelijk is voor personen, met een eigen opening naar buiten, waarvan de muren één uur lang vuurbestendig zijn en waarvan de openingen binnenshuis gesloten worden aan de hand van bestanddelen die een half uur lang vuurbestendig zijn;De eis inzake de eigen opening naar buiten geldt niet voor de gebouwgedeelten waar gastenkamers of gastenkamers op de hoeve ingericht zijn indien hun maximumcapaciteit samengeteld minder dan tien personen bedraagt; 37° transactieplatform: een computertoepassing die haar gebruikers een reeks diensten of functies biedt waarmee zij transacties kunnen uitvoeren of, meer in het algemeen, kunnen interageren met de partij die het platform aanbiedt of, indien van toepassing, met elkaar;38° cultureel waardevolle kern: een centrum waarvan de activiteiten hoofdzakelijk op de kunsten, de geschiedenis, de wetenschap of de techniek gericht zijn;39° natuurvlak waardevolle kern: een centrum waarvan de activiteiten hoofdzakelijk op de natuur of het leefmilieu gericht zijn;40° recreatief waardevolle kern : een centrum waarvan de activiteiten hoofdzakelijk op ontspannings- of spelactiviteiten gericht zijn;41° vast reisproduct: het toeristisch product dat bestaat uit de vaste wandelroute en de toeristische voorzieningen die langs de route zijn ontwikkeld in functioneel verband met de route, inclusief markeringstekens;42° Gewest : het Waalse Gewest: 43° knooppunt-netwerk: het netwerk bestaat uit een netwerk van knooppunten waar elk knooppunt een nummer draagt waardoor toeristen hun route kunnen plannen volgens de gewenste lengte, in een lus of in een lijn;44° genormeerd teken: de geometrische vorm op een markeringsteken dat de gebruikerscategorie en de kenmerken van de vaste wandelroute aangeeft, zoals bepaald door de Regering;45° crisissituatie: een crisis zoals gedefinieerd in artikel 1, 2°, van het decreet van 13 juli 2023Relevante gevonden documenten type decreet prom. 13/07/2023 pub. 18/10/2023 numac 2023045374 bron waalse overheidsdienst Gezamenlijk decreet van de Franse Gemeenschap en het Waalse Gewest betreffende de gemeenschappelijke Ombudsdienst voor de Franse Gemeenschap en het Waalse Gewest sluiten betreffende het risico- en crisisbeheer door het Waals Gewest;46° toerisme voor allen: toeristische activiteiten, verblijven, producten en diensten die aan zoveel mogelijk mensen worden aangeboden met als doel toerisme voor allen te bevorderen, op basis van solidariteit, inclusiviteit en duurzaamheid, om de economische, culturele, educatieve, fysieke of sociale barrières die sommige mensen ervaren weg te nemen;47° toerist: een persoon die voor vrijetijdsbesteding, recreatie of zaken naar een toeristische bestemming gaat en daar een of meer nachten verblijft buiten zijn of haar gewone verblijfplaats, of een persoon die voor vrijetijdsbesteding, recreatie of zaken naar een toeristische bestemming gaat en op één dag de nodige reizen maakt tussen zijn of haar gewone verblijfplaats en de bestemming;48° verblijfseenheid: het voorwerp van het toeristische huurcontract binnen een toeristische logies, zoals een kamer in een hotel, in een gastenhuis, zoals een vakantie-eenheid in een vakantiedorp of zoals een staanplaats, naakt of met infrastructuur, op een toeristische camping;49° wet van 16 juli 1973Relevante gevonden documenten type wet prom. 16/07/1973 pub. 15/06/2011 numac 2011000326 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet waarbij de bescherming van de ideologische en filosofische strekkingen gewaarborgd wordt. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten : de wet van 16 juli 1973Relevante gevonden documenten type wet prom. 16/07/1973 pub. 15/06/2011 numac 2011000326 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet waarbij de bescherming van de ideologische en filosofische strekkingen gewaarborgd wordt. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten waarbij de bescherming van de ideologische en filosofische strekkingen gewaarborgd wordt ; Art. D.I.2. Voor de toepassing van dit Wetboek, wordt de dag van verzending of ontvangst die als begindatum van de termijn geldt, niet meegerekend;

D vervaldag van een termijn is in die termijn inbegrepen; indien die dag evenwel een zaterdag, een zondag of een wettelijke feestdag is, wordt de vervaldag uitgesteld tot de volgende werkdag.

De Regering kan specifieke regels vastleggen voor de berekening van tijdslimieten gekoppeld aan een digitale werkwijze.

Art. D.I.3. Behalve in de gevallen waarin dit Wetboek uitdrukkelijk een gecertificeerde verzending voorschrijft, behoudt de afzender de mogelijkheid gebruik te maken van de gewone verzending bedoeld in artikel D.I.1, 19° .

Boek 2 : Organisatie van het Toerisme TITEL 1. - "Tourisme Wallonie" HOOFDSTUK 1. - Algemene bepalingen Art. D.II.1. Er wordt een instelling van openbaar nut met rechtspersoonlijkheid opgericht, met name "Tourisme Wallonie".

Niemand anders mag gebruik maken van de benaming bedoeld in het eerste lid, noch van een ander woord, vertaling of schrijfwijze waardoor verwarring zou kunnen ontstaan.

De zetel van het "Tourisme Wallonie" is gevestigd in Namen. HOOFDSTUK 2. - Opdrachten.

Art. D.II.2. § 1. "Tourisme Wallonie" is verantwoordelijk voor de algemene uitvoering van het toerismebeleid van de Regering.

Te dien einde vervult de instelling de volgende opdrachten : 1° ze staat in voor het algemeen beheer van de subsidies voor toerisme in het kader van de beleidslijnen die de Regering heeft goedgekeurd;2° ze legt aan de Regering elk voorstel voor dat de ontwikkeling van een kwaliteitstoerisme mogelijk maakt dat sociaal, economisch en ecologisch verantwoord is;3° ze zorgt voor de uitvoering van de specifieke acties die de Regering haar toewijst in het kader van haar opdrachten;4° zij ontwikkelt om het even welk instrument, voert om het even welke activiteit uit en stelt om het even welke handeling die haar rechtstreeks of onrechtstreeks in staat stelt om al haar opdrachten te vervullen. § 2. Meer specifiek initieert, ondersteunt en organiseert "Tourisme Wallonie" de ontwikkeling van duurzame, geïntegreerde en collaboratieve toeristische strategieën en moedigt het toeristische engineering aan en promoot het.

Te dien einde vervult de instelling de volgende opdrachten : 1° ze verzamelt, analyseert en verspreidt gegevens met betrekking tot het toerismebeleid;2° ze is verantwoordelijk voor het opvolgen en analyseren van statistieken om de strategische keuzes die gemaakt moeten worden in het toerismebeleid te helpen objectiveren;3° ze organiseert bestuurlijke samenwerking met VISITWallonia en toeristische instellingen en moedigt hun betrokkenheid en bijdrage aan;4° ze houdt toezicht op en coördineert het werk van toeristische instellingen;5° ze ontwikkelt elke vorm van samenwerking met openbare of privé partners in verband met haar opdrachten.6° ze ontwikkelt en implementeert een digitale strategie met VISITWallonia, die alle toeristische operatoren samenbrengt rond één enkel transactieplatform. De instelling regelt ook het toeristische aanbod. Te dien einde vervult Tourisme Wallonie de volgende opdrachten: 1° beheert en onderzoekt de registratie-, certificatie- en classificatieaanvragen van de toeristische operatoren, evenals de interne administratieve beroepen volgens de procedures van dit Wetboek;2° beheert en onderzoekt de subsidieaanvragen van de operatoren en de oproepen tot het indienen van projecten in verband met subsidies en legt de bijbehorende zekerheden en waarborgen op;3° zorgt voor de terugvordering van de ten onrechte aan de operatoren betaalde bedragen;4° onderzoeken, registreren en vervolgen van overtredingen in verband met toerisme;5° legt administratieve sancties op of vraagt civielrechtelijke teruggavemaatregelen en alle andere maatregelen die verband houden met strafrechtelijke sancties voor de strafrechtbanken in toeristische aangelegenheden. De instelling adviseert, begeleidt en professionaliseert de toeristische sector. Te dien einde vervult Tourisme Wallonie de volgende opdrachten: 1° creëert, verspreidt en beheert digitale media voor toeristische operatoren;2° ondersteunt opleidingsoperatoren bij de ontwikkeling van het opleidingsbeleid en implementeert initiatieven voor voortdurende verbetering van de operatoren;3° coördineert de uitvoering van het labelingbeleid voor toerisme en, indien van toepassing, de naleving van de relevante specificaties, handvesten of reglementen. De instelling beheert ook de toeristische infrastructuur waarvan ze eigenaar is.

Art. D.II.3. Tourisme Wallonie bezorgt de Regering uiterlijk 30 april van het jaar na bedoeld boekjaar een verslag over zijn activiteiten van het afgelopen boekjaar.

De Regering zendt het in lid 1 bedoelde verslag binnen zestig dagen na ontvangst toe aan het Parlement. HOOFDSTUK 3. - Werking Afdeling 1. - Directeur-generaal Toerisme en

adjunct-directeur-generaal Toerisme Art. D.II.4. De directeur-generaal Toerisme wordt door de Regering voor een mandaat aangewezen onder de voorwaarden vastgesteld bij Boek II van het besluit van de Waalse Regering van 18 december 2003Relevante gevonden documenten type besluit van de waalse regering prom. 18/12/2003 pub. 31/12/2003 numac 2003027783 bron ministerie van het waalse gewest Besluit van de Waalse Regering houdende de Waalse Ambtenarencode sluiten houdende de Waalse Ambtenarencode.

Behoudens uitzondering bepaald door de Regering overeenkomstig artikel D.II.5 van dit Wetboek of van artikel 2 van het decreet van 22 januari 1998Relevante gevonden documenten type decreet prom. 22/01/1998 pub. 04/02/1998 numac 1998027050 bron ministerie van het waalse gewest Decreet betreffende het statuut van het personeel van sommige instellingen van openbaar nut die onder het Waalse Gewest ressorteren sluiten betreffende het statuut van het personeel van sommige instellingen van openbaar nut die onder het Waalse Gewest ressorteren, overeenkomstig de artikelen 10, § 3, lid 2, en 339, 2°, van het besluit van de Waalse Regering van 18 december 2003Relevante gevonden documenten type besluit van de waalse regering prom. 18/12/2003 pub. 31/12/2003 numac 2003027783 bron ministerie van het waalse gewest Besluit van de Waalse Regering houdende de Waalse Ambtenarencode sluiten houdende de Waalse Ambtenarencode, worden de Adjunct-directeur-generaal en, in voorkomend geval, de andere ambtenaren-generaal van rang A3 door de Regering aangewezen voor een mandaat onder de voorwaarden vastgesteld bij Titel II van Boek II van de Waalse Ambtenarencode. Afdeling 2. - Dagelijks beheer, delegaties en personeelsformatie

Art. D.II.5. § 1. Het dagelijks bestuur van "Tourisme Wallonie" wordt waargenomen door de directeur-generaal Toerisme of door de adjunct-directeur-generaal Toerisme bij uitdrukkelijke delegatie of in geval van afwezigheid of verhindering van de directeur-generaal Toerisme.

De Regering bepaalt de delegaties van bevoegdheden en handtekeningen die aan de Directeur-generaal voor toerisme en, uitdrukkelijk of bij afwezigheid of ongeschiktheid van laatstgenoemde, aan de Adjunct-directeur-generaal voor toerisme worden verleend.

Binnen de grenzen en onder de voorwaarden die zij bepaalt, kan de Regering de directeur-generaal voor Toerisme en de adjunct-directeur-generaal voor Toerisme machtigen om een deel van de ondertekeningsbevoegdheden en -vergunningen die aan hen zijn toegekend, te subdelegeren aan een directeur, aan het hoofd van de betrokken directie of aan een werknemer van niveau A, onder dezelfde voorwaarden.

Indien de adjunct-directeur-generaal voor toerisme dit uitdrukkelijk heeft gedelegeerd of in geval van afwezigheid of verhindering van deze laatste, worden de aan hem toevertrouwde delegaties, bij afwezigheid van andersluidende decretale bepalingen, onder dezelfde voorwaarden verleend aan een directeur, aan het hoofd van de betrokken directie of, in voorkomend geval, aan een personeelslid van niveau A. § 2. De Regering bepaalt de personeelsformatie van "Tourisme Wallonie". HOOFDSTUK 4. - Financieel beheer Art. D.II.6. De financiële middelen van "Tourisme Wallonie" zijn als volgt: 1° een jaarlijkse dotatie van het Gewest;2° de kredieten toegekend ter dekking van de kosten voor bijzondere opdrachten die hem door de Regering of andere instellingen van openbaar nut gevraagd zouden worden;3° kredieten toegekend in het kader van de met de Europese fondsen medegefinancierde tegemoetkomingen;4° de opbrengst van elke roerende of onroerende verrichting;5° allerlei giften;6° de opbrengsten uit peterschap, coproductie of cofinanciering;7° de ontvangsten in verband met zijn activiteiten;8° de niet opgebruikte saldi van de vorige boekjaren en de nettowinst binnen de door de Regering vastgelegde perken.9° opbrengsten van overtredingen en sancties; TITEL 2: - VISITWallonia HOOFDSTUK 1. - Algemene bepalingen Art. D.II.7. Er wordt een naamloze vennootschap opgericht onder de benaming "VISITWallonia", overeenkomstig het Wetboek van vennootschappen en verenigingen van 23 maart 2019, en onverminderd de afwijkende bepalingen van dit Wetboek, waaraan opdrachten omschreven in hoofdstuk 2 worden toevertrouwd.

VISITWallonia is verantwoordelijk voor de promotie en marketing van Wallonië als bestemming, zowel in België als internationaal.

Niemand anders mag gebruik maken van de benaming bedoeld in het eerste lid, noch van een ander woord, vertaling of schrijfwijze waardoor verwarring zou kunnen ontstaan.

Art. D.II.8. VISITWallonia kan giften ontvangen en kan deelnemen aan alle soorten transacties, overdrachten van activa en passiva of overdrachten van alle of een deel van haar activa en passiva, die het mogelijk maken om haar bedrijfsdoel te bereiken. HOOFDSTUK 2. - Opdrachten.

Art. D.II.9. § 1. VISITWallonia oefent de opdrachten die hem krachtens deze Titel worden toegewezen uit, onder de bijzondere voorwaarden vastgelegd bij de beheersovereenkomst bedoeld in hoofdstuk 4. § 2. De opdrachten van VISITWallonia bestaan uit: 1° het bepalen van de marketingstrategie voor de toeristische bestemming, met inbegrip van het toeristisch imago van de regio, op het grondgebied van de Franstalige regio;2° het positioneren en inzetten van het merk van de bestemming en de promotionele inhoud ervan;het inzetten van het merk van de toeristische bestemming VISITWallonia.be en de afgeleiden ervan, zowel op de binnenlandse als op de internationale markt; 3° het structureren van het toeristisch aanbod zowel voor vrijetijdsactiviteiten als voor zaken en beroepsredenen in het Franse taalgebied en zorgen voor de organisatie ervan door de creatie van toeristische producten, in voorkomend geval, in samenwerking met elke instelling betrokken bij het toerisme;4° een specifieke communicatiestrategie bepalen voor elke markt en elk doelpubliek;5° een regionaal, nationaal en internationaal actieplan opstellen en uitvoeren om Wallonië als bestemming te promoten, in samenwerking met Tourisme Wallonie en de toeristische organisaties;6° partnerschappen opzetten met operatoren, waaronder toeristische organisaties, om de communicatie en de middelen te versterken en een coherent toeristisch imago voor de bestemming te creëren;7° het ontwerpen en produceren van meertalige communicatiemiddelen op alle soorten media om het toeristische aanbod van Wallonië te promoten, zowel voor vrijetijdsbesteding als voor zaken;8° prioritaire en opportuniteitsmarkten prospecteren om het aantal toeristen naar Wallonië te verhogen;9° in en buiten het Franse taalgebied toeristische vertegenwoordigingen oprichten en beheren die instaan voor de promotie van de bestemming;10° de marketing van de bestemming ontwikkelen, voornamelijk via e-commerce;11° marketing- en communicatiemiddelen ontwikkelen en beheren die verband houden met haar opdrachten, in samenwerking met Tourisme Wallonie en andere operatoren. Met betrekking tot het eerste lid, 2°, wordt het gebruik van het merk VISITWallonia.be door elke operator uitgevoerd in overleg met VISITWallonia.

Met betrekking tot het eerste lid, 6°, kunnen promotieacties worden overwogen in samenwerking met elke andere operator die op dit gebied actief is.

De Regering kan de opdrachten bedoeld in het eerste lid bepalen.

VISITWallonia beschikt over de resultaten en analyses van Tourisme Wallonie bedoeld in artikel D.II.2, § 2, tweede lid, 1°, voor de uitvoering van zijn opdrachten.

VISITWallonia deelt informatie en de resultaten van marketing- of communicatieacties mee aan "Tourisme Wallonie" voor de uitvoering van zijn opdrachten.

De Regering stelt de procedures vast voor het meedelen van de in de leden 5 en 6 bedoelde analyses en gegevens. HOOFDSTUK 3. - Structuur en bestuur van VISITWallonia Afdeling 1. - Organen van VISITWallonia

Art. D.II.10. § 1. VISITWallonia richt de volgende organen op: 1° een algemene vergadering;2° een vertegenwoordiger van de administratie;3° een bureau;4° een directeur-generaal: § 2.Het bestuursorgaan kan bijkomende adviesorganen oprichten. § 3. De vereniging bestaat alleen uit gewone leden: Het minimumaantal gewone leden mag niet minder zijn dan eenentwintig.

De Regering benoemt te allen tijde tien leden op basis van een verdeling die is vastgesteld door toepassing van de berekeningsmethode in de artikelen 167 en 168 van de Kieswet. Het bestuursorgaan van het Agentschap voor Toerisme van de Oostkantons wijst een van hen aan.

Gemeenten, intercommunales, toeristische instellingen en provincies gelegen in het Franse taalgebied, evenals alle ondernemingen en verenigingen waarvan de activiteit uitsluitend of gedeeltelijk, rechtstreeks of onrechtstreeks toeristisch van aard is, kunnen bij besluit van het bestuursorgaan worden toegelaten als lid van de vereniging, op voorwaarde dat ze bijdragen tot de ontwikkeling van het toerisme in Wallonië.

De aanvraag voor toelating van een kandidaat-lid wordt doorgegeven aan de voorzitter van het bestuursorgaan.

Leden kunnen zich op elk moment terugtrekken uit de vereniging door de Voorzitter van het bestuursorgaan op de hoogte te stellen van hun ontslag. Afdeling 2. - Algemene vergadering

Art. D.II.11. § 1. De Algemene Vergadering heeft de bevoegdheden die haar worden toegekend door het Wetboek van Vennootschappen en Verenigingen.

Als onderdeel van het beheerscontract tussen de vereniging en het gewest bepaalt de algemene vergadering het algemene beleid van de vereniging. Zij heeft de bevoegdheden die haar uitdrukkelijk worden toegekend door de wet, door haar statuten of door of krachtens dit Wetboek. § 2. De algemene vergadering wordt bijeengeroepen door het bestuursorgaan. § 3. De algemene vergadering bestaat uit alle leden van de vereniging.

De vergadering wordt voorgezeten door de voorzitter van het bestuursorgaan Raad van bestuur. Afdeling 3. - Bestuursorgaan

Art. D.II.12. VISITWallonia wordt bestuurd door een orgaan dat bestaat uit maximaal achttien personen, waaronder : 1° negen bestuurders voorgedragen en aangewezen door de Regering;2° een bestuurder voorgedragen door het bestuursorgaan van het Agentschap voor Toerisme van de Oostkantons.3° twee bestuurders voorgedragen door toeristische instellingen;4° zes bestuurders, die hun voornaamste toeristische activiteit uitoefenen in Wallonië, voorgedragen door de particuliere toeristische operatoren die lid zijn van de vereniging. De volgende personen mogen niet als bestuurder worden aangewezen: 1° een lid van de Regering van de Federale Staat, van een Gewest of een Gemeenschap;2° een lid van het Europees Parlement, van de Federale wetgevende kamers of van een Gewest- of Gemeenschapsparlement;3° een provinciegouverneur, een provinciegedeputeerde of een provinciale directeur-generaal;4° een werknemer van VISITWallonia;5° een externe adviseur of regelmatige consultant van de instelling; De Regering kan andere onverenigbaarheden met de functie van bestuurder van VISITWallonia vaststellen.

Art. D.II.13. Bestuurders worden benoemd door de Algemene Vergadering voor een termijn van vijf jaar en kunnen te allen tijde worden ontslagen. In het geval van een vacature tijdens een ambtstermijn, voltooit de vervangende bestuurder die door de Algemene Vergadering wordt benoemd om in de vacature te voorzien, de ambtstermijn van de bestuurder die hij vervangt, in overeenstemming met de bepalingen van artikel D.II.12.

Zolang de Algemene Vergadering het bestuursorgaan aan het einde van het mandaat van de bestuurders niet heeft vernieuwd, blijven zij hun opdrachten uitvoeren in afwachting van de beslissing van de Algemene Vergadering.

Art. D.II.14. Op gezamenlijk voorstel van de bestuurders bedoeld in artikel D.II.12, eerste lid, 1°, wijst het bestuursorgaan onder de personen bedoeld in artikel D.II.12, eerste lid, 1°, zijn voorzitter aan.

De aanwijzing van de voorzitter door het bestuursorgaan moet worden goedgekeurd door de Regering.

Op gezamenlijk voorstel van de bestuurders bedoeld in artikel D.II.12, eerste lid, 4°, wijst het bestuursorgaan onder de personen bedoeld in artikel D.II.12, eerste lid, 4°, zijn voorzitter aan.

Als de voorzitter niet in staat is om te handelen, worden de taken van de voorzitter overgenomen door de vicevoorzitter en vervolgens door de hoogste bestuurder in de aanwezige structuur.

Bij staking van stemmen is de stem van de voorzitter of van zijn vervanger doorslaggevend.

De volgende personen wonen de vergaderingen van de Raad van Bestuur van rechtswege bij met raadgevende stem: 1° de directeur-generaal van VISITWallonia;2° de directeur-generaal voor Toerisme;3° de regeringscommissarissen. Afdeling 4. - Bureau

Art. D.II.15. Het bureau is samengesteld uit de voorzitter, de ondervoorzitter en een derde lid met stemrecht, aangewezen door het bestuursorgaan en opgenomen in artikel D.II.12, eerste lid, 1°.

Het bestuursorgaan bepaalt de bevoegdheden van het bureau.

De directeur van VISITWallonia, de directeur-generaal voor Toerisme en de regeringscommissaris hebben een raadgevende stem in het bureau. Afdeling 5. - Directeur generaal

Art. D.II.16. De directeur-generaal is belast met het dagelijks beheer en de uitvoering van de beslissingen van het bestuursorgaan van de vereniging. HOOFDSTUK 4. - Beheersovereenkomst: Art. D.II.17. § 1. De regering en VISITWallonia sluiten een beheersovereenkomst waarin de specifieke regels en voorwaarden voor de uitvoering van de opdrachten en prioriteiten van VISITWallonia zijn vastgelegd. § 2. Het beheerscontract bevat: 1° de taken die VISITWallonia uitoefent met het oog op de uitvoering van zijn openbare opdrachten;2° de gedragsregels ten aanzien van de begunstigden van de diensten;3° een herinnering aan de regels met betrekking tot de instellingen van het type 3 bedoeld in het decreet van 15 december 2011Relevante gevonden documenten type decreet prom. 15/12/2011 pub. 29/12/2011 numac 2011027237 bron waalse overheidsdienst Decreet houdende organisatie van de begroting en van de boekhouding van de diensten van de Waalse Regering type decreet prom. 15/12/2011 pub. 29/12/2011 numac 2011027236 bron waalse overheidsdienst Decreet houdende de algemene ontvangstenbegroting van het Waalse Gewest voor het begrotingsjaar 2012 type decreet prom. 15/12/2011 pub. 06/02/2012 numac 2012200362 bron ministerie van de duitstalige gemeenschap Besluit van de Regering tot wijziging van het besluit van 22 april 2010 tot aanwijzing van de personen die met toepassing van artikel 13 van het decreet van 4 juni 2007 betreffende de woon-, begeleidings- en verzorgingsstructuren voor bejaarden en de psychiatrische verzorgingstehuizen ermee worden belast de zorgaanbiedingen en psychiatrische verzorgingstehuizen te verifiëren sluiten houdende organisatie van de begroting, de boekhouding en de rapportage van de Waalse overheidsbestuurseenheden en hun uitvoering;4° het bedrag van de toegekende subsidies en hun bestemming;5° de procedures voor de uitbetaling van werkingssubsidies en subsidies voor specifieke promotieactiviteiten, met inbegrip van partnerschapsinitiatieven; 6° de wijze van financiering van de opdrachten bedoeld in artikel D.II.9; 7° de voorwaarden voor de controle, evaluatie en herziening van de overeenkomst;8° het organigram van VISITWallonia;9° de wijze waarop de financiële belangen van het Gewest worden gewaarborgd. § 3. Het beheerscontract wordt voor vijf jaar gesloten.

Het blijft echter van kracht totdat er een ander beheerscontract voor in de plaats komt.

Het wordt ter informatie naar het regionale parlement gestuurd zodra het is goedgekeurd door de regering en VISITWallonia. HOOFDSTUK 5. - Middelen van VISITWallonia Art. D.II.18. VISITWallonia beschikt over de volgende financiële middelen: 1° een subsidie van het Gewest die het werkingsbudget en het promotiebudget omvat;2° de bijzondere bijdrage van het Agentschap voor Toerisme van de Oostkantons zoals bepaald in artikel 8 van het samenwerkingsakkoord van 26 november 1998 tussen het Gewest en de Duitstalige Gemeenschap;3° de jaarlijkse bijdragen van de leden;4° de jaarlijkse bijdragen van de leden die voortvloeien uit publiek-private partnerschappen, evenals de vergoeding voor diensten die de vereniging levert in het kader van marketing of promotie ten gunste van de leden;5° commerciële producten;6° giften van welke aard ook en inkomsten uit publieke of private partnerschappen;7° subsidies en occasionele inkomsten;8° leningen die vooraf door de regering zijn goedgekeurd. HOOFDSTUK 6. - Controle van VISITWallonia Art. D.II.19. VISITWallonia valt onder het toezicht van de Regering, dat wordt uitgeoefend door een commissaris die door de Regering wordt benoemd op aanbeveling van de Minister die verantwoordelijk is voor toerisme. HOOFDSTUK 7. - Ontbinding en statuten Art. D.II.20. De ontbinding van de VISITWallonia kan slechts krachtens een decreet waarbij de vereffeningswijze en -voorwaarden zullen worden geregeld, uitgesproken worden.

Art. D.II.21. De bepalingen van de statuten van VISITWallonia verliezen hun werking voor zover zij in strijd zijn met de bepalingen van dit besluit.

TITEL 3: - Raad voor toerisme Art. D.II.22. § 1. De Raad voor Toerisme bestaat uit: 1° één lid uit elk van de technische comités;2° onder personen die bekend staan om hun vaardigheden verworven in de uitoefening van reguliere activiteiten, vroeger of nu, in transversale sectoren met implicaties voor de toeristische sector: a) een vertegenwoordiger van de beroepsopleiding in het toerisme;b) een vertegenwoordiger van de digitale sector;c) een vertegenwoordiger van een bepaald door de regering voorgesteld thema;3° een vertegenwoordiger van de toeristische gidsen;4° als vertegenwoordigers van de representatieve organisaties van de werkgevers en vertegenwoordigers van de representatieve organisaties van de zelfstandige werknemers: 5° een vertegenwoordiger van de milieuverenigingen.6° een vertegenwoordiger van VISITWallonia, met raadgevende stem;7° een vertegenwoordiger van "Tourisme Wallonie", met raadgevende stem;Met betrekking tot lid 1, 1°, worden deze vertegenwoordigers aangewezen door de Regering op voordracht van deze comités.

Met betrekking tot lid 1, 2°, worden deze vertegenwoordigers aangewezen door de Regering volgens de door hem bepaalde voorwaarden.

Met betrekking tot lid 1, 4° en 5°, worden deze vertegenwoordigers aangewezen door de Regering op voordracht van de "Conseil économique, social et environnemental de Wallonie" (Economische, Sociale en Milieuraad van Wallonië).

Met betrekking tot lid 1, 6°, worden deze vertegenwoordigers aangewezen door de Regering op voordracht van VISITWallonia.

Met betrekking tot lid 1, 7°, worden deze vertegenwoordigers aangewezen door de Regering op voordracht van "Tourisme Wallonie". § 2. De voorzitter en de ondervoorzitter worden benoemd door de Regering, op voordracht van de Raad voor Toerisme, onder de gewone leden bedoeld in paragraaf 1, 1°. De voorzitter en ondervoorzitter komen niet uit dezelfde sector. § 3. De zetel van de Raad voor toerisme is gevestigd bij de Waalse Economische, Sociale en Milieuraad, die het secretariaat waarneemt.

Art. D.II.23. De Regering verzoekt de Raad voor toerisme om advies over elk voorontwerp van decreet en ontwerp van reglementair besluit inzake toerisme.

De Raad voor toerisme geeft hetzij op eigen initiatief, hetzij op verzoek van de Regering advies over het toeristische beleid in het algemeen en over elk voorstel van decreet betreffende toerisme dat aan het Parlement overgelegd wordt.

TITEL 4: - Technische comités Art. D.II.24. § 1. De technische comités bestaan uit : 1° het technisch comité van de toeristische instellingen: De Regering wijst de leden van deze technische commissie aan uit de gecertificeerde toeristische instellingen.Het comité bestaat minstens uit één vertegenwoordiger van de "fédérations provinciales du tourisme", drie vertegenwoordigers van de "maisons du tourisme" en vier vertegenwoordigers van de "offices du tourisme", gekozen om een evenwichtige geografische vertegenwoordiging te waarborgen, met inachtneming van de artikelen 3, 8 en 9 van de wet van 16 juli 1973Relevante gevonden documenten type wet prom. 16/07/1973 pub. 15/06/2011 numac 2011000326 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet waarbij de bescherming van de ideologische en filosofische strekkingen gewaarborgd wordt. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten; 2° het technisch comité voor de toeristische bezienswaardigheden: De Regering wijst de leden van dit technisch comité aan, met het oog op het toerismebeleid en de toeristische dynamiek die door de Regering wordt nagestreefd, door middel van een openbare oproep aan representatieve verenigingen en gecertificeerde exploitanten van bezienswaardigheden;3° het technisch comité voor toeristische hotels. De Regering wijst de leden van dit technisch comité aan via een openbare oproep aan representatieve verenigingen en gecertificeerde hoteluitbaters; 4° het technisch comité voor toeristische campings en vakantiedorpen. De Regering wijst de leden van dit technisch comité aan via een openbare oproep aan representatieve verenigingen en exploitanten van gecertificeerde toeristische campings en vakantiedorpen; 5° het technisch comité voor van gemeubileerde vakantiewoningen en gastenhuizen. De Regering wijst de leden van dit technisch comité aan via een openbare oproep aan representatieve verenigingen en exploitanten van gecertificeerde gemeubileerde vakantiewoningen en gastenhuizen; 6° het technisch comité van toerisme voor allen. De Regering benoemt de leden van dit technisch comité door middel van een openbare oproep aan de verenigingen van toerisme voor allen en aan de vertegenwoordigers van elke operator die zich engageert voor de uitvoering van het handvest van toerisme voor iedereen zoals gedefinieerd in de artikelen 3, 8 en 9 van de wet van 16 juli 1973Relevante gevonden documenten type wet prom. 16/07/1973 pub. 15/06/2011 numac 2011000326 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet waarbij de bescherming van de ideologische en filosofische strekkingen gewaarborgd wordt. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten. § 2. De Regering kan andere technische comités oprichten en hun samenstelling en bevoegdheden bepalen.

Art. D.II.25. Inclusief de voorzitter en de ondervoorzitter telt elk Technisch Comité minimaal zes en maximaal twaalf leden. Elk gewoon lid heeft een plaatsvervanger.

De regering wijst de voorzitter en vicevoorzitter aan op voordracht van elk Technisch Comité. Daartoe stelt elk technisch comité op zijn eerste vergadering twee gewone kandidaten en twee plaatsvervangende kandidaten voor elke functie voor.

De hernieuwing van de leden wordt volgens dezelfde procedure doorgevoerd.

De voorzitters van de technische comités mogen derden als deskundigen laten deelnemen aan de vergaderingen die zij voorzitten alsook aan de tijdelijke werkgroepen.

De Regering bepaalt de voorwaarden voor de terugbetaling van de reiskosten van de leden van de technische comités.

De Regering bepaalt de voorwaarden en de procedure voor de aanwijzing van de leden van de technische comités.

Art. D.II.26. De opdracht van de technische comités bestaat erin om, op eigen initiatief of op uitdrukkelijk verzoek van de Voorzitter van de raad voor toerisme, "Tourisme Wallonie", de Waalse Regering of de Minister, advies te geven over specifieke kwesties met betrekking tot het uit te voeren toerismebeleid in het gebied dat strikt onder hun bevoegdheid valt;

Boek 3 : Registratie, certificering, vergunning, labeling en indeling TITEL 1. - Toeristische instellingen HOOFDSTUK 1. - Principe, inhoud en effecten van de certificering Art. D.III.1. Zonder erkenning mag geen gebruik gemaakt worden van de benamingen "fédération provinciale du tourisme", "maison du tourisme", "office du tourisme" of van een andere term, vertaling of schrijfwijze waardoor verwarring zou kunnen ontstaan, zonder als zodanig gecertificeerd te zijn overeenkomstig deze titel. "Tourisme Wallonie" kent een uniek certificeringsnummer toe aan de toeristische instelling. HOOFDSTUK 2. - Voorwaarden voor certificering en handhaving Afdeling 1. - "Fédération provinciale du tourisme" (provinciale

federatie voor toerisme) Art. D.III.2. § 1. De Regering certificeert als "fédération provinciale du tourisme elke vereniging zonder winstoogmerk elke vereniging zonder winstoogmerk of elke dienst van een provinciale administratie die de volgende voorwaarden vervult: 1° tot doel hebben het toerisme op het in 2° bedoelde grondgebied te ontwikkelen met het oog op de vervulling van de opdrachten bedoeld in artikel D.III.3; 2° als rechtsgebied het grondgebied van een provincie hebben, zonder afbreuk te doen aan enige samenwerking met andere provinciale federaties of met "maisons du tourisme" (huizen voor toerisme), die geheel of gedeeltelijk buiten het provinciale grondgebied zijn gevestigd;3° voldoen aan de voorwaarden, bedoeld in paragraaf 2, 3° en 4°.4° in voorkomend geval, de artikelen 3, 8 en 9 van de wet van 16 juli 1973Relevante gevonden documenten type wet prom. 16/07/1973 pub. 15/06/2011 numac 2011000326 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet waarbij de bescherming van de ideologische en filosofische strekkingen gewaarborgd wordt. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten naleven. "Tourisme Wallonie" kan verzoeken om overlegging van de statuten van de in lid 1 bedoelde vereniging. § 2. De certificering als "fédération provinciale du tourisme" (provinciale federatie voor toerisme) wordt behouden onder de volgende voorwaarden: 1° de voorwaarden bedoeld in het paragraaf 1, 1° tot en met 3°, handhaven;2° deel uitmaken van het algemene toerismebeleid van de Regering; 3° het uitvoeren van de opdrachten bedoeld in artikel D.III.3; 4° samenwerken met Tourisme Wallonie, VISITWallonia en de "maisons du tourisme" in zijn bevoegdheidsgebied of een deel ervan, met inbegrip van de toeristische diensten die gedeeltelijk behoren tot een andere provinciale toeristische federatie, met het oog op de uitvoering van de opdrachten bedoeld in 3° ;5° zich niet opdringen op het grondgebied van een andere provinciale toeristische federatie, onverminderd de eventuele samenwerking met andere provinciale federaties of met toeristische diensten die geheel of gedeeltelijk buiten het provinciale grondgebied zijn gelegen;6° de verplichtingen en voorschriften bedoeld bij of krachtens dit Wetboek naleven;7° "Tourisme Wallonie" binnen de drie maanden op de hoogte brengen van elke wijziging met betrekking tot de certificering, met inbegrip van elke wijziging in de organisatie, de structuur en het statuut van de vereniging. Art. D.III.3. § 1. De "fédérations provinciales du tourisme" voeren de volgende opdrachten uit: 1° inzake coördinatie: a) ze nemen deel aan het bestuur dat is opgezet door "Tourisme Wallonie" en VISITWallonia;b) ze zetten coördinatie op met de andere provinciale toeristische federaties;c) ze dragen bij aan de ontwikkeling van het regionale toeristische engineering in samenwerking met de betrokken exploitanten;2° in termen van bijstand en ondersteuning voor toeristische operatoren: a) in samenwerking met "Tourisme Wallonie", VISITWallonia en de betrokken toeristische diensten de professionalisering van de toeristische operatoren in het gebied ondersteunen;b) ze ondersteunen de "maisons du tourisme" op hun verzoek bij hun activiteiten;3° op het vlak van toeristische wandelroutes ontwikkelen, promoten, controleren en onderhouden ze de netwerken van knooppunten. De "fédérations provinciales du tourisme" kunnen ook de marketing van toeristische producten voor zakelijk toerisme en groepstoerisme op zich nemen.

De opdrachten van de "fédérations provinciales du tourisme" worden uitgevoerd onder toezicht van "Tourisme Wallonie". § 2. Bij gebrek aan een gecertificeerde provinciale federatie voor toerisme kunnen de in paragraaf 1 bedoelde opdrachten worden uitgevoerd door een of meer "maisons du tourisme" binnen het rechtsgebied van de desbetreffende provincie. De " maisons du tourisme" ondertekenen een partnerschapsovereenkomst. Hun opdrachten worden uitgevoerd binnen de grenzen van deze overeenkomst.

De Regering bepaalt de inhoud van de partnerschapsovereenkomsten en legt de procedures voor het sluiten ervan vast. Afdeling 2. - "Maisons du tourisme" (huis voor toerisme)

Art. D.III.4. § 1. De overheid zal elke vereniging die hierom vraagt en die aan de volgende voorwaarden voldoet, certificeren als "maison du tourisme: 1° ze is opgericht als vereniging zonder winstoogmerk waarvan, in afwijking van het Wetboek van de plaatselijke democratie en decentralisatie, de gemeenten en eventueel de toeristische diensten in het betrokken ambtsgebied of andere natuurlijke of rechtspersonen die actief zijn in de toeristische sector in het gebied, lid kunnen zijn; 2° ze heeft tot doel het toerisme op het in 3° bedoelde grondgebied te ontwikkelen met het oog op de vervulling van de opdrachten bedoeld in artikel D.III.6; 3° ze is verantwoordelijk voor een gebied dat toeristisch coherent is en dat overeenkomt met de territoriale grenzen van ten minste vier gemeenten die niet al onder het ambtsgebied van een andere toeristische dienst vallen, tenzij de Waalse Regering een afwijking toestaat met betrekking tot het aantal gemeenten; 4° zij sluit met het Gewest een programmacontract af voor een periode van drie jaar, waarin zij de opdrachten bedoeld in artikel D.III.6 uitvoert, en waarin het volgende wordt gespecifieerd : a) het ambtsgebied van het "Maison du Tourisme" (Huis voor Toerisme); b) de acties die zijn ondernomen om de in artikel D.III.6 bedoelde opdrachten te vervullen, met vermelding van de opdrachten die met voorrang zijn uitgevoerd, alsmede de jaarlijkse fasering van deze acties; c) de samenwerking en synergieën die bij de uitvoering van haar opdrachten tot stand worden gebracht met de toeristenbureaus en alle andere publieke of particuliere actoren die met name actief zijn in hetzelfde ambtsgebied als het "maison du tourisme, alsmede de samenwerking met "Tourisme Wallonie", VISITWallonia en andere "maisons du tourisme;5° in voorkomend geval, de artikelen 3, 8 en 9 van de wet van 16 juli 1973Relevante gevonden documenten type wet prom. 16/07/1973 pub. 15/06/2011 numac 2011000326 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet waarbij de bescherming van de ideologische en filosofische strekkingen gewaarborgd wordt. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten naleven. Met betrekking tot lid 1, 1°, kan "Tourisme Wallonie" de overlegging van de statuten van de vereniging vragen.

De Regering stelt de inhoud van de opleiding vast op voorstel van de "Tourisme Wallonie". Ze bepaalt de procedure en voorwaarden voor de aanneming, aanpassing en verlenging van programmacontracten. § 2. De erkenning als "maison du tourisme" wordt behouden onder de volgende voorwaarden: 1° deel uitmaken van het algemene toerismebeleid van de Regering; 2° samenwerken met "Tourisme Wallonie" en VISITWallonia, met het oog op de uitvoering van de opdrachten die hen overeenkomstig de artikelen D.II.2 en D.II.9 zijn toegewezen; 3° de opdrachten bedoeld in artikel D.III.6 uitvoeren en het programmacontract naleven; 4° het grondgebied van een ander "maison du tourisme niet betreden;5° "Tourisme Wallonie" binnen de drie maanden op de hoogte brengen van elke wijziging met betrekking tot de certificering;6° de administratieve verplichtingen en voorschriften bedoeld bij of krachtens dit Wetboek naleven; Met betrekking tot lid 1, 3°, bezorgt de houder van de certificering aan Tourisme Wallonie, uiterlijk op 31 januari van elk jaar, de gegevens met betrekking tot de tijdens het voorgaande kalenderjaar uitgevoerde acties die aantonen dat aan de in 3° bedoelde voorwaarde is voldaan. § 3. Voor de certificering waarin dit hoofdstuk voorziet, zijn de volgende herstructureringen toegestaan: 1° de fusie van twee of meer "maisons du tourisme";2° de splitsing van een "maison du tourisme, op voorwaarde dat haar ambtsgebied meer dan twintig gemeenten omvat. In geval van herstructurering als bedoeld in lid 1 wordt een nieuwe aanvraag voor certificering aangevraagd, in overeenstemming met de procedure als bedoeld in artikel D.III.10. De Regering kan voorzien in een vereenvoudigde procedure voor het verlenen van certificering.

Art. D.III.5. § 1. De "maisons du tourisme" hebben tussen de twintig en veertig procent van de leden van hun bestuursorganen die representatief zijn voor de particuliere touroperators in hun ambtsgebied, waarbij de voorkeur wordt gegeven aan vertegenwoordigers van beroepsverenigingen of leden van dergelijke verenigingen.

In de zin van het eerste lid wordt verstaan onder privé toeristische operator, elke natuurlijke of rechtspersoon, van de privé sector die een opdracht of een beroepsactiviteit vervult die een rechtstreeks of onrechtstreeks verband houdt met de toeristische sector en waarvan: a) hetzij de activiteit wordt gefinancierd tegen minstens 51% door privé investeerders;b) hetzij meer dan de helft van de leden van de beheersorganen afkomstig zijn van de privé sector. § 2. Een waarnemer kan worden aangewezen door de "fédération provinciale du tourisme" (provinciale federatie voor toerisme) binnen het ambtsgebied van het "maison du tourisme. Deze waarnemer zetelt van rechtswege in het besluitvormingsorgaan van het "maison du tourisme.

Hij kan met raadgevende stem deelnemen aan de vergaderingen van het beslissingsorgaan van het "maison du tourisme". Zijn afwezigheid heeft geen invloed op het aanwezigheidsquorum.

Art. D.III.6. Zonder afbreuk te doen aan hun prioritering in het programmacontract, voeren de "maisons du tourisme" de volgende opdrachten uit: 1° inzake coördinatie: a) ze nemen deel aan het bestuur dat is opgezet door "Tourisme Wallonie" en VISITWallonia;b) zij zorgen voor coördinatie met de "offices du tourisme" (diensten voor toerisme) en eventuele andere touroperators die in hetzelfde ambtsgebied actief zijn;c) zij stellen de oprichting, wijziging of afschaffing van een "office du tourisme" op hun grondgebied voor;d) in samenwerking met "Tourisme Wallonie", VISITWallonia en de betrokken "fédérations provinciales du tourisme" de professionalisering van de toeristische operatoren in het ambtsgebied ondersteunen;e) wat toeristische wandelroutes betreft, promoten, ontwikkelen, controleren en onderhouden ze het netwerk van knooppunten, naast de acties die worden uitgevoerd door de "fédérations provinciales du tourisme";2° inzake toeristische informatie: a) ze bieden toeristische informatie, bij voorkeur in een drukbezocht gebied;b) ze coördineren de toeristische diensten die worden aangeboden door de "offices du tourisme" van het ambtsgebied;3° inzake toeristische ontwikkeling: a) ze ontwikkelen toeristische producten in samenwerking met VISITWallonia en touroperators van het ambtsgebied;b) zij ontwikkelen toeristische aanbiedingen in samenwerking met Tourisme Wallonie en de betrokken operatoren; c) overeenkomstig artikel D.III.93, § 1, eerste lid, 5°, een advies uitbrengen over de voorgestelde vaste wandelroutes; d) zij zorgen voor de kwaliteit en het onderhoud van de toeristische producten en aanbiedingen die zij in hun ambtsgebied initiëren en uitvoeren en informeren "Tourisme Wallonie" en VISITWallonia, indien nodig, over het stopzetten van bestaande toeristische producten of aanbiedingen;e) zij ondersteunen en coördineren toeristische initiatieven en activiteiten binnen hun ambtsgebied;4° inzake animatie in het ambtsgebied : a) ze organiseren de dialoog tussen de operatoren in het ambtsgebied;b) ze animeren het ambtsgebied om synergieën te ontwikkelen en de relevantie en samenhang van het toeristische aanbod en de toeristische producten te vergroten;5° inzake promotie: a) ze promoten de regio in alle fysieke en elektronische media, in overeenstemming met het merk van de toeristische bestemming;b) zij voorzien de "offices du tourisme" van het ambtsgebied en aangrenzende "maisons du tourisme" van de fysieke en gedematerialiseerde media die nodig zijn voor toeristische promotie, waaronder media die door andere toeristische organisaties en operatoren worden geproduceerd;c) zij ontwikkelen promotieactiviteiten in lijn met de strategie van VISITWallonia;6° op digitaal gebied: a) zij voeden en gebruiken het transactionele platform en de gemeenschappelijke transversale IT-oplossingen die door "Tourisme Wallonie" en VISITWallonia worden geïmplementeerd en dragen bij aan de definitie en ontwikkeling ervan;b) zij zorgen voor de kwaliteit van de gegevens die door touroperators van het ambtsgebied op deze platforms worden ingevoerd of, indien dit niet mogelijk is, leveren deze platforms gegevens;c) ze hebben een digitale aanwezigheid, in coördinatie met "Tourisme Wallonie" en aangrenzende toeristenbureaus. De opdrachten bedoeld in het eerste lid worden uitgevoerd onder toezicht van "Tourisme Wallonie". Afdeling 3. - "Offices du tourisme"

Art. D.III.7. § 1. De Regering certificeert als "office du tourisme", elke dienst van een gemeentebestuur of elke vereniging zonder winstoogmerk die de volgende voorwaarden vervult: 1° ze heeft tot doel het toerisme op het in 2° bedoelde grondgebied te ontwikkelen en te promoten met het oog op de vervulling van de opdrachten bedoeld in artikel D.III.8; 2° als werkgebied het grondgebied van minstens één gemeente hebben en die in overeenstemming is met de toeristische richtlijnen van een "maison du tourisme";3° beschikken over een onthaal- en informatiebureau dat onafhankelijk is van een privé-woning; 4° een partnerschapsovereenkomst sluiten met het "maison du tourisme" van het ambtsgebied, gevalideerd door Tourisme Wallonie en die ten minste de looptijd van het programmacontract bedoeld in artikel D.III.4, § 1, 4°, dekt en het volgende specificeert: a) het ambtsgebied van de "office du tourisme"; b) de acties die worden uitgevoerd om de in artikel D.III.8 bedoelde opdrachten te vervullen en de fasering daarvan in de tijd op jaarbasis; c) de samenwerking en synergieën die tot stand zijn gebracht met het "maison du tourisme", de offices du tourisme" en alle andere operatoren die actief zijn in het gebied dat door het "maison du tourisme" wordt bestreken, evenals die welke tot stand zijn gebracht met "Tourisme Wallonie" en VISITWallonia;5° in voorkomend geval, de artikelen 3, 8 en 9 van de wet van 16 juli 1973Relevante gevonden documenten type wet prom. 16/07/1973 pub. 15/06/2011 numac 2011000326 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet waarbij de bescherming van de ideologische en filosofische strekkingen gewaarborgd wordt. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten naleven.Met betrekking tot lid 1, 4°, bepaalt de Regering de inhoud van de overeenkomst, op voorstel van "Tourisme Wallonie". Ze bepaalt de procedure en voorwaarden voor de aanneming, aanpassing, validering en verlenging van de overeenkomsten. "Tourisme Wallonie" kan verzoeken om overlegging van de statuten van de in lid 1 bedoelde vereniging. § 2. De certificering als "office du tourisme" wordt bovendien behouden onder de volgende voorwaarden: 1° deel uitmaken van het algemene toerismebeleid van de Regering; 2° samenwerken met "Tourisme Wallonie" en VISITWallonia en het "maison du tourisme" dat actief is op hetzelfde grondgebied, met het oog op de uitvoering van de opdrachten die hen overeenkomstig de artikelen D.II.2, D.II.9 et D.III.6 zijn toegewezen; 3° de opdrachten bedoeld in artikel D.III.8 uitvoeren en de partnerschapsovereenkomst naleven; 4° het grondgebied van een andere "office du tourisme" niet betreden;5° de verplichtingen en voorschriften bedoeld bij of krachtens dit Wetboek naleven;6° vóór het betrokken kalenderjaar aan het "maison du tourisme" dat in hetzelfde gebied actief is en aan "Tourisme Wallonie" een openingsrooster bezorgen dat afgestemd is op de behoeften van de toeristen, in het bijzonder tijdens het weekend, op feestdagen en op alle drukke momenten;7° lokale toeristische documentatie ter beschikking stellen van het publiek, met inbegrip van publicaties uitgegeven door andere toeristische instellingen en door VISITWallonia;8° de openingsuren van het onthaalbureau bedoeld in 6° in acht nemen;9° "Tourisme Wallonie" binnen de drie maanden op de hoogte brengen van elke wijziging met betrekking tot de certificering, met inbegrip van elke wijziging in de organisatie, de structuur en het statuut van de vereniging. § 3. De Regering kan afwijken van de voorwaarden bepaald in paragraaf 1, 2°, en 2, 4°.

Art. D.III.8. De "offices du tourisme" zijn belast met de volgende opdrachten: 1° inzake coördinatie: a) ze nemen deel aan het bestuur dat is opgezet door het "maison du tourisme" dat in hetzelfde gebied actief is;b) ze werken samen met andere "offices du tourisme";c) ze worden professioneler om de manier waarop ze toeristen ontvangen te harmoniseren en tegelijkertijd de specifieke lokale kenmerken te versterken;2° inzake toeristische informatie: a) ze hebben een receptie die voldoende open is als het druk is met toeristen;b) ze bieden documentatie over lokale toeristische producten;c) ze geven toeristen informatie over lokale toeristische producten, idealiter in meerdere talen;d) ze hanteren een aanpak van voortdurende verbetering van de kwaliteit van de geleverde diensten;3° op het vlak van promotie promoten ze lokale toeristische producten en evenementen, in samenwerking met het "maison du tourisme" van hun ambtsgebied, de toeristische operatoren die actief zijn in hetzelfde gebied en VISITWallonia;4° op digitaal gebied: a) zij voeden en gebruiken het transactionele platform en de gemeenschappelijke transversale IT-oplossingen die door "Tourisme Wallonie" en VISITWallonia worden geïmplementeerd en dragen bij aan de definitie en ontwikkeling ervan;b) ze dragen bij aan de kwaliteit van de gegevens die door lokale operatoren op deze platforms worden gecodeerd. Ze kunnen ook, inzake animatie, in overleg met het "maison du tourisme" waartoe ze behoren en, indien van toepassing, andere "office du tourisme", toeristische evenementen organiseren in het gebied dat onder het "maison du tourisme valt.

De opdrachten bedoeld in het eerste lid worden uitgevoerd onder toezicht van "Tourisme Wallonie".

Art. D.III.9. De overheid kan specifieke operationele procedures voor het publiek specificeren. HOOFDSTUK 3. - Certificeringsprocedure Art. D.III.10. De regering bepaalt de termijnen, voorwaarden en procedures voor het toekennen van de certificering als toeristische instelling. HOOFDSTUK 4. - Intrekking van de certificering Art. D.III.11. § 1. De certificering als toeristische instelling geldt voor onbepaalde duur, mits aan de in artikel D.III.2, § 2, D.III.4, § 2 en D.III.7, § 2 genoemde voorwaarden wordt voldaan.

Als een toeristische organisatie haar activiteiten staakt of niet langer voldoet aan de voorwaarden voor certificering, kan de Regering de certificering intrekken volgens de procedure die zij vaststelt. § 2. De certificering kan ook worden ingetrokken als "Tourisme Wallonie" ervan op de hoogte wordt gebracht dat de toeristische instelling de wettelijke of reglementaire bepalingen niet naleeft, volgens de procedure die de Regering bepaalt. § 3. De certificering wordt van rechtswege ingetrokken op de datum van de beslissing of het vonnis met betrekking tot de ontbinding, nietigheid, opening van faillissement of opening van vereffening van de toeristische instelling. Bij wijze van uitzondering, in het geval van een vrijwillige vereffening waarvan het doel of gevolg is om rechten en verplichtingen over te dragen aan een nieuwe entiteit, wordt de van rechtswege intrekking van kracht vanaf het einde van de vereffening.

TITEL 2: - Toeristische bezienswaardigheden HOOFDSTUK 1. - Principe, inhoud en effecten van de certificering Art. D.III.12. § 1. Elke exploitant van een toeristische bezienswaardigheid kan een aanvraag indienen voor de certificering van een toeristische bezienswaardigheid. § 2. De certificering wordt toegekend door "Tourisme Wallonie" als na een documenteninspectie of een bezoek ter plaatse blijkt dat aan de certificeringsvoorwaarden van artikel D.III.16 is voldaan.

Als er geen beslissing is genomen aan het einde van een door de Regering vastgestelde periode die begint op de datum waarop de aanvraag voor certificering werd ingediend, wordt de certificering geacht te zijn toegekend. § 3. "Tourisme Wallonie" kent een uniek certificeringsnummer toe aan de toeristische bezienswaardigheid. § 4. Alleen gecertificeerde toeristische bezienswaardigheden mogen de benaming "toeristische bezienswaardigheid" gebruiken. § 5. VISITWallonia en toeristische organisaties promoten gecertificeerde toeristische bezienswaardigheden.

Art. D.III.13. De certificering vermeldt : 1° het adres van de exploitant en van de eigenaar;2° de identificatie en de ligging van de toeristische bezienswaardigheid;3° de benaming van de toeristische bezienswaardigheid;4° de toeristische waardevolle bezienswaardigheid. 5° de datum waarop zij vervalt in toepassing van artikel D.III.14.

Art. D.III.14. De certificering is geldig gedurende ten hoogste vijf jaar na het verstrijken van de in het certificeringsbesluit vastgestelde termijn of, bij gebreke daarvan, de in artikel D.III.12, § 2, tweede lid, bedoelde termijn.

Art. D.III.15. Certificering is alleen geldig voor de toeristische bezienswaardigheid waarvoor het is afgegeven en voor de exploitant van de gecertificeerde attractie, behalve in gevallen waarin de Regering voorziet. HOOFDSTUK 2. - Voorwaarden voor certificering en handhaving Art. D.III.16. § 1. De toekenning van de certificering wordt verleend onder de volgende voorwaarden: 1° de exploitant heeft een ondernemingsnummer bij de Kruispuntbank van Ondernemingen en een NACE-code voor activiteiten die verband houden met de toeristische bezienswaardigheid;2° de exploitant vermeldt de rechtsbetrekking als eigenaar, houder van een afgesplitst zakelijk recht, concessie of enig ander recht op het goed met betrekking tot de toeristische bezienswaardigheid;3° de toeristische attractie voldoet aan de door de Regering gestelde voorwaarden met betrekking tot : 1° de kenmerken van de plaats en diens naaste omgeving zoals meer bepaald de ruimte-indeling, de uitrusting of de toegankelijkheid ervan;b) ontvangst, begeleiding en informatie voor toeristen;c) de veiligheid van de bezienswaardigheid en de staat van gezondheid en netheid;4° de mededeling door de exploitant van economische en statistische gegevens, die slechts geaggregeerde gegevens mogen zijn, over de frequentiegraad van zijn bezienswaardigheid, uitgesplitst volgens de door de Regering vastgelegde criteria en procedures;5° de moraliteit van de exploitant en beheerder van de toeristische bezienswaardigheid wordt bewezen. "Tourisme Wallonie" kan een gecoördineerde versie van de statuten van de exploitant van de toeristische bezienswaardigheid vragen om de voorwaarde bedoeld in 1° te verifiëren, evenals de overlegging van een uittreksel uit het strafregister model 2 om de voorwaarde bedoeld in 5° te verifiëren, overeenkomstig de procedures bepaald door de Waalse Regering. In afwijking van de voorwaarde, vermeld in het eerste lid, 1°, moet de exploitant die niet over een NACE-code beschikt, op een andere manier bewijzen dat zijn activiteiten overeenstemmen met een NACE-code die betrekking heeft op de toeristische bezienswaardigheid.

Aan de voorwaarde, vermeld in lid 1, 5°, wordt geacht te zijn voldaan als het uittreksel uit het strafregister geen veroordelingen vermeldt in de laatste tien jaar vanaf de datum van afgifte. § 2. Binnen de perken van zijn bevoegdheden kan de regering andere voorwaarden bepalen die betrekking hebben op het intrinsieke belang van de bezienswaardigheid, meer bepaald voor wat betreft de recreatieve aspecten en/of de aspecten in verband met zijn aard, patrimonium, cultuur. HOOFDSTUK 3. - Certificeringsprocedure Art. D.III.17. De Regering stelt de termijnen, voorwaarden en procedures vast voor het verlenen van de in artikel D.III.12 bedoelde certificering.

In geval van vernieuwing, verandering van exploitant of verandering van handelsnaam die geen invloed hebben op de certificeringsvoorwaarden bedoeld in artikel D.III.16, § 1, 3°, kan zij voorzien in een vereenvoudigde procedure.

Art. D.III.18. De exploitant van de gecertificeerde bezienswaardigheid brengt "Tourisme Wallonie" per gewone brief op de hoogte van elke wijziging die van invloed kan zijn op de voorwaarden voor het toekennen van de certificering, binnen zestig dagen na de wijziging. HOOFDSTUK 4. - Intrekking van de certificering Art. D.III.19. § 1. "Tourisme Wallonie" kan in de volgende gevallen de certificering van de exploitant intrekken: 1° indien niet voldaan is aan de voorwaarden voor het behoud van de certificering bedoeld in artikel D.III.16, § 1, bepalingen vastgesteld bij of krachtens deze titel; 2° als de toeristische bezienswaardigheid ophoudt actief te zijn als toeristische bezienswaardigheid;3° indien de exploitant of de beheerder van de toeristische bezienswaardigheid veroordeeld is bij een rechterlijke beslissing die in kracht van gewijsde is getreden en die in België voor een inbreuk omschreven in boek II, titel VII, hoofdstukken V, VI en VII, titel VIII, hoofdstukken I, IV en VI en titel IX, hoofdstukken I en II, van het Strafwetboek of in het buitenland wegens een feit dat gelijkaardig is aan een feit dat één van die overtredingen vormt, is uitgesproken, behalve indien de tenuitvoerlegging van de straf is opgeschort en de veroordeelde het voordeel van de opschorting niet verloren heeft;4° indien de exploitant of beheerder van de toeristische bezienswaardigheid bij een in kracht van gewijsde gegane rechterlijke uitspraak is veroordeeld voor een inbreuk op het bepaalde bij of krachtens deze titel en titel 3 van Boek 4. § 2. De certificering kan ook worden ingetrokken als "Tourisme Wallonie" ervan op de hoogte wordt gebracht dat de toeristische bezienswaardigheid de wettelijke of reglementaire bepalingen niet naleeft § 3. De certificering wordt van rechtswege ingetrokken op de datum van de beslissing of het vonnis met betrekking tot de ontbinding, nietigheid, opening van faillissement of opening van vereffening van de toeristische bezienswaardigheid.

Art. D.III.20. De Regering stelt de termijnen, voorwaarden en procedure vast voor de intrekking van de certificering bedoeld in artikel D.III.19.

TITEL 3: - Toeristische logiezen HOOFDSTUK 1. - Registratie Afdeling 1. - Beginsel

Art. D.III.21. Niemand mag een toeristische logies uitbaten zonder deze als zodanig te registreren bij "Tourisme Wallonie".

Art. D.III.22. Alleen een landbouwer of een familielid tot de derde graad die een toeristisch logies runt, mag de naam "à la ferme" gebruiken. Afdeling 2. - Registratievoorwaarden

Art. D.III.23. § 1. Voor registratiedoeleinden controleert "Tourisme Wallonie" de naleving van de volgende voorwaarden: 1° beschikken over een brandveiligheidsattest of, in voorkomend geval, over een vereenvoudigd controleattest, verleend in overeenstemming met de artikelen D.III.72 en D.III.77 betreffende de brandveiligheid of het vereenvoudig controleattest; 2° beschikken over een uittreksel uit het strafregister bestemd voor een overheidsinstantie dat, naargelang het geval, binnen de laatste zes maanden werd afgeleverd op naam van de natuurlijke persoon - exploitant, hetzij op naam van de natuurlijke persoon die de operator - rechtspersoon - geldig kan binden, en op naam van de beheerder. De informatie bedoeld in het eerste lid bevestigt de afwezigheid van veroordeling in België overeenkomstig een in kracht van gewijsde getreden gerechtelijke beslissing en in België uitgesproken wegens een overtreding omschreven in boek II, titel VII, hoofdstukken V, VI en VII, titel VIII, hoofdstukken I, IV en VI en titel IX, hoofdstukken I en II, van het Strafwetboek of die in het buitenland is uitgesproken wegens een feit dat één van die overtredingen uitmaakt, behalve indien de tenuitvoerlegging van de straf opgeschort is en de veroordeelde het voordeel van de opschorting niet verloren heeft. § 2. De Regering kan afwijken van de voorwaarden bepaald in paragraaf 1, 1°. Afdeling 3. - Registratieprocedure

Art. D.III.24. De registratie bedoeld in artikel D.III.21 gebeurt aan de hand van een formulier waarvan de inhoud en het model door de Regering worden vastgesteld. Het formulier wordt per post naar "Tourisme Wallonie" gestuurd. "Tourisme Wallonie" kent een uniek certificeringsnummer toe aan de toeristische logies.

De Regering bepaalt de modaliteiten en de procedure betreffende het vervullen van deze registratie.

Het bewijs van registratie wordt aangebracht op de manier die door de Regering is bepaald. Afdeling 4. - Opschorting van de registratie

Art. D.III.25. § 1. De registratie geldt voor onbepaalde duur, mits aan de registratievoorwaarden van artikel D.III.23 wordt voldaan.

De exploitant van de geregistreerde logies brengt "Tourisme Wallonie" op de hoogte van elke wijziging die van invloed kan zijn op de registratievoorwaarden, per gewone post, binnen zestig dagen na de wijziging. § 2. Tourisme Wallonie kan de inschrijving schorsen in de volgende situaties: 1° bij afwezigheid van het geldig brandveiligheidsattest of van het attest van vereenvoudigde controle;2° wanneer de activiteit van toeristische logies stopgezet wordt;3° als de exploitant of de beheerder veroordeeld is door een in kracht van gewijsde getreden gerechtelijke beslissing uitgesproken in België wegens een overtreding omschreven in Boek II, Titel VII, hoofdstukken V, VI en VII, Titel VIII, hoofdstukken I, IV en VI en titel IX, hoofdstukken I en II, van het Strafwetboek of in het buitenland wegens een feit dat één van die overtredingen uitmaakt, behalve indien de tenuitvoerlegging van de straf opgeschort is en de veroordeelde het voordeel van de opschorting niet verloren heeft. § 3. De registratie kan ook worden ingetrokken als "Tourisme Wallonie" ervan op de hoogte wordt gebracht dat de exploitant de wettelijke of reglementaire bepalingen niet naleeft De registratie wordt van rechtswege ingetrokken op de datum van de beslissing of het vonnis met betrekking tot de ontbinding, nietigheid, opening van faillissement of opening van vereffening van de exploitant. § 4. Opschorting van de registratie leidt tot intrekking van de certificering en, indien het een toeristisch hotel betreft, van de classificatie. De Regering bepaalt de modaliteiten en de procedure betreffende de opschorting van deze registratie. Afdeling 5. - Openbaarheid

Art. D.III.26. Tourisme Wallonie stelt een register van geregistreerde toeristische logiezen ter beschikking van het publiek voor informatie over de naleving van veiligheidsnormen en wettelijke bepalingen onder dit Wetboek. Het register moet minstens de volgende gegevens bevatten: 1° 1° de handelsnaam die de toeristische logies gebruikt op de toeristische markt;2° de registratiestatus en, indien van toepassing, de registratiedatum;3° de eventuele certificering van de toeristische logies en zo ja, de datum van certificering en de categorie;4° of het toeristisch hotel geclassificeerd is en zo ja, de datum van classificatie;5° het telefoonnummer, postadres, e-mailadres en de website van de toeristische logies, zoals opgegeven op het moment van registratie. De gegevens bedoeld in lid 1, 5°, worden alleen gepubliceerd indien de betrokken natuurlijke personen of rechtspersonen geen bezwaar hebben gemaakt. HOOFDSTUK 2. - Certificering van toeristische hotels, gemeubileerde vakantiewoningen, gastenhuizen, toeristische campings, vakantiedorpen, jeugdherbergen en andere soorten toeristische logies. Afdeling 1. - Principe, inhoud en effecten

Art. D.III.27. § 1. Zodra de registratie is voltooid in overeenstemming met artikel D.III.24, lid 1, kan elke exploitant de certificering van zijn toeristische logies aanvragen.

Als de toeristische logies voldoet aan de basisvoorwaarden zoals vastgesteld door de Regering, kan het een gecertificeerde toeristische logies zijn.

Als de gecertificeerde toeristische logies ook voldoet aan de specifieke certificeringsvoorwaarden die door de Regering zijn vastgesteld, kan het worden gecertificeerd onder een van de volgende specifieke categorieën: 1° toeristisch hotel;2° gemeubileerde vakantiewoning;3° gastenhuis;4° toeristische camping;5° vakantiedorp;6° jeugdherberg. § 2. De certificering wordt toegekend door "Tourisme Wallonie" als na een documenteninspectie of een bezoek ter plaatse blijkt dat aan de certificeringsvoorwaarden is voldaan.

Als er geen beslissing is genomen aan het einde van een door de Regering vastgestelde periode die begint op de datum waarop de aanvraag voor certificering werd ingediend, wordt de certificering geacht te zijn toegekend. § 3. "Tourisme Wallonie" kent een uniek certificeringsnummer toe aan de toeristische logies. § 4. Alleen gecertificeerde logies mogen de benamingen gebruiken die horen bij de specifieke categorieën waarnaar wordt verwezen in paragraaf 1.

De Regering bepaalt de benamingen die bij de certificeringscategorieën horen. § 5. VISITWallonia en toeristische instellingen promoten gecertificeerde toeristische logies.

Art. D.III.28. De certificering vermeldt : 1° de identiteit van de exploitant en de beheerder;3° de handelsbenaming en het adres van de toeristische logies; 3° de categorie bedoeld in artikel D.III.27, § 1, toegewezen aan het toeristische logies; 4° in voorkomend geval, de afwijkingen die toegestaan worden overeenkomstig artikel D.III.31, § 3; 5° de maximumcapaciteit van de toeristische logies 6° de datum waarop zij vervalt in toepassing van artikel D.III.29.

Art. D.III.29. De certificering is geldig voor een periode die niet langer mag zijn dan de geldigheidsduur van het brandveiligheidsattest of, indien van toepassing, het attest van vereenvoudigde controle.

Art. D.III.30. Certificering is alleen geldig voor de toeristische logies waarvoor het is afgegeven en voor de exploitant voor wie het is toegekend, behalve in gevallen waarin de Regering voorziet. Afdeling 2. - Voorwaarden voor certificering en handhaving

Art. D.III.31. § 1 De toekenning van certificering is afhankelijk van de naleving van de volgende basisvoorwaarden voor certificering: 1° de exploitant beschikt over : a) een registratienummer dat is toegekend overeenkomstig artikel D.III.21 en voldoet op permanente basis aan de voorwaarden voor registratie als bedoeld in artikel D.III.23; b) een ondernemingsnummer bij de Kruispuntbank van Ondernemingen.2° de toeristische logies voldoet aan de basisvoorwaarden vastgelegd door de Regering;3° de exploitant verstrekt aan "Tourisme Wallonie" economische en statistische informatie en gegevens, die slechts geaggregeerde gegevens mogen zijn, met betrekking tot het gebruik van de logies, opgesplitst volgens de criteria en de procedures die door de Regering zijn vastgelegd. De certificeringsvoorwaarden bedoeld in het eerste paragraaf kunnen aangevuld of nader bepaald worden door de Regering. § 2. Onverminderd de toepassing van paragraaf 1, is het verlenen van certificering onder een van de specifieke categorieën, bedoeld in artikel D.III.27, § 1, derde lid, 1° tot en met 5°, bovendien onderworpen aan de naleving van specifieke certificeringsvoorwaarden die door de Regering voor elk van deze categorieën zijn vastgesteld.

Wanneer de exploitant van de logies een landbouwer is, kan de Regering specifieke voorwaarden voor certificering vaststellen in de volgende gevallen: 1° voor de categorie, bedoeld in artikel D.III.27, derde lid, 2°, wanneer de logies is ondergebracht in een zelfstandig en onafhankelijk gebouw op een in werking zijnd landbouwbedrijf of in de onmiddellijke nabijheid ervan; 2° voor de categorie, bedoeld in artikel D.III.27, derde lid, 3°, wanneer de logies is ondergebracht op een in werking zijnd landbouwbedrijf; 3° voor de categorie, bedoeld in artikel D.III.27, derde lid, 4°, wanneer de logies is ondergebracht op de grond van een landbouwbedrijf. § 3. Bij wijze van uitzondering kan "Tourisme Wallonie" of, in beroep, de Regering de exploitant een afwijking toestaan van een of meer van de overeenkomstig paragraaf 2 opgelegde voorwaarden, teneinde rekening te houden met uitzonderlijke of specifieke situaties.

De Regering kan het aantal voorwaarden die voor een afwijkingsmaatregel in aanmerking komen, beperken. Zij bepaalt onder welke voorwaarden een vrijstelling kan worden verleend. Afdeling 3. - Certificeringsprocedure

Art. D.III.32. "De Regering bepaalt de documenten, de modaliteiten en de procedures betreffende de toekenning van de vergunning bedoeld in artikel D.III.27. Het kan speciale voorwaarden bevatten in het geval van een verandering van exploitant.

De certificeringsaanvraag kan een verzoek tot afwijking van de toekenningsvoorwaarden bedoeld in artikel D.III.31, § 3 bevatten.

Art. D.III.33. De exploitant van de logies meldt aan "Tourisme Wallonie" elke wijziging die van invloed zou kunnen zijn op de voorwaarden voor de toekenning van de certificering, per gewone post, binnen de zestig dagen te rekenen van de wijziging. Afdeling 4. - Intrekking van de certificering

Art. D.III.34. § 1. "Tourisme Wallonie" kan in de volgende gevallen de certificering van de exploitant intrekken: 1° het bepaalde bij of krachtens afdeling 2 van dit hoofdstuk, hoofdstuk 4 van deze Titel en Titel 5 van Boek 4 wordt niet nageleefd;2° als de exploitant de toeristische uitbating van de logies stopzet; 3° de exploitant of de beheerder van een toeristische logies bedoeld in artikel D.III.27, § 1, wordt veroordeeld door een in kracht van gewijsde getreden gerechtelijke beslissing uitgesproken in België wegens een overtreding omschreven in Boek II, Titel VII, hoofdstukken V, VI en VII, Titel VIII, hoofdstukken I, IV en VI en Titel IX, hoofdstukken I en II, van het Strafwetboek of in het buitenland wegens een feit dat één van die overtredingen uitmaakt, behalve indien de tenuitvoerlegging van de straf opgeschort is en de veroordeelde het voordeel van de opschorting niet verloren heeft. 4° indien de exploitant of beheerder van de toeristische bezienswaardigheid bedoeld in artikel D.III.27, § 1, bij een in kracht van gewijsde gegane rechterlijke uitspraak is veroordeeld voor een inbreuk op het bepaalde bij of krachtens afdeling 2 van dit hoofdstuk, van hoofdstuk 4 van deze Titel en van Titel 5 van Boek 4; § 2. De certificering kan ook worden ingetrokken als "Tourisme Wallonie" ervan op de hoogte wordt gebracht dat de toeristische instelling de wettelijke of reglementaire bepalingen niet naleeft De certificering wordt van rechtswege ingetrokken op de datum van de beslissing of het vonnis met betrekking tot de ontbinding, nietigheid, opening van faillissement of opening van vereffening van de toeristische logiesbezienswaardigheid.

Art. D.III.35. De Regering stelt de termijnen, de voorwaarden en de procedure vast voor het intrekken van de in artikel D.III.34 bedoelde certificering.

Art. D.III.36. De intrekking van de certificering betekent de van rechtswege intrekking van de indeling. HOOFDSTUK 3. - Indeling van toeristische hotels Afdeling 1. - Principe, inhoud en effecten van de indeling

Art. D.III.37. De exploitant van een als toeristenhotel gecertificeerde toeristische logies kan een indeling aanvragen.

De indeling wordt toegekend door "Tourisme Wallonie" als na een documenteninspectie of een bezoek ter plaatse blijkt dat aan de indelingsvoorwaarden van artikel D.III.39 is voldaan.

Art. D.III.38. Tourisme Wallonie levert aan de exploitant een schild af dat overeenstemt met het toegekende indelingsniveau, dat eigendom blijft van het Gewest.

De Regering stelt het model van het schild vast en bepaalt de regels voor de afgifte, het aanbrengen, de reproductie en de teruggave ervan.

Het aanbrengen van het schild is verplicht. Afdeling 2. - Indelingscriteria

Art. D.III.39. De toekenning van de indeling is afhankelijk van de naleving van de door de Regering bepaalde criteria. Die criteria kunnen betrekking hebben op de inrichting, de uitrusting en de concipiëring van het toeristisch hotel, diens naaste omgeving en toegangswegen, evenals op de netheid en het onderhoud van de inrichting en op de dienstverlening, de ontvangst, de voorgestelde activiteiten en vrijetijdsactiviteiten.

Art. D.III.40. "Tourisme Wallonie" kan een afwijking toestaan van één of meerdere indelingscriteria indien het van mening is dat het toeristisch hotel, rekening houdend met diens bijzondere kenmerken, in de onmogelijkheid verkeert om aan die criteria te voldoen.

De Regering kan het aantal criteria die voor een afwijkingsmaatregel in aanmerking komen, beperken. Zij bepaalt onder welke voorwaarden een vrijstelling kan worden verleend. Afdeling 3. - Indelingsprocedure

Art. D.III.41. De Regering stelt de termijnen, voorwaarden en procedure vast voor het toekennen van de in artikel D.III.37 bedoelde indeling.

Art. D.III.42. De exploitant meldt aan "Tourisme Wallonie" elke wijziging die van invloed zou kunnen zijn op de indeling, per gewone post binnen zestig dagen te rekenen van de wijziging. Afdeling 4. - Herziening van de indeling

Art. D.III.43. Tourisme Wallonie herziet, volgens de procedure bepaald door de Regering, de indeling van een toeristisch hotel indien het voldoet aan de voorwaarden die overeenstemmen met een hoger of lager indelingsniveau.

Art. D.III.44. Een verzoek tot herziening van de indeling, al dan niet vergezeld van een verzoek tot afwijking van een indelingscriterium, wordt door de exploitant per gewone post aangevraagd bij Tourisme Wallonie door middel van het daartoe bestemde formulier..

Daarbij worden alle inlichtingen gevoegd die de herziening van de categorie-indeling en, in voorkomend geval, het toestaan van de afwijking mogelijk zouden maken. Afdeling 5. - Intrekking van de indeling

Art. D.III.45. Tourisme Wallonie kan de indeling intrekken in de volgende situaties: 1° de bepalingen bij of krachtens afdeling 1, 2 en 3 van dit hoofdstuk, van hoofdstuk 4 van deze Titel en van Titel 4 van Boek 4 worden niet nageleefd;2° de exploitant of de beheerder van het toeristisch hotel is veroordeeld bij beslissing van de rechtbank die in kracht van gewijsde is getreden en in België is uitgesproken wegens een overtreding omschreven in Boek II, titel VII, hoofdstukken V, VI en VII, Titel VIII, hoofdstukken I, IV en VI en Titel IX, hoofdstukken I en II, van het Strafwetboek of die in het buitenland is uitgesproken wegens een feit dat één van die overtredingen uitmaakt, behalve indien de tenuitvoerlegging van de straf opgeschort is en de veroordeelde het voordeel van de opschorting niet verloren heeft;3° indien de exploitant of beheerder van het toeristisch hotel bij een in kracht van gewijsde gegane rechterlijke uitspraak is veroordeeld voor een inbreuk op de bepalingen bedoeld bij of krachtens hoofdstuk 4 van deze Titel en Titel 4 van Boek 4. Art. D.III.46. De Regering bepaalt de termijnen, de modaliteiten en de procedures betreffende de intrekking van de indeling bedoeld in artikel D.III.45. HOOFDSTUK 4. - Toerisme voor allen Afdeling 1. - Voorwaarden voor certificering en handhaving

Onderafdeling 1. - Toerismeverenigingen voor allen Art. D.III.47. § 1. Tourisme Wallonie certificeert, na een bezoek ter plaatse of een controle aan de hand van documenten, als toerismevereniging voor allen, elke vereniging zonder winstoogmerk die aan de volgende voorwaarden voldoet : 1° het legt een toerisme voor allen-beleid en de uitvoeringsmodaliteiten ervan vast in een vierjarig actieplan bedoeld in artikel D.III.50; 2° het sluit toeristische centra voor allen aan en voert het beleid bedoeld in 1° uit;3° het heeft in het Franse taalgebied minstens drie aangesloten toeristische centra voor allen of minstens duizend leden; 4° het leeft het handvest bedoeld in artikel D.III.49 na en ondertekent het; 5° het verstrekt aan "Tourisme Wallonie" economische en statistische informatie en gegevens, die slechts geaggregeerde gegevens mogen zijn, met betrekking tot het gebruik van de logies, opgesplitst volgens de criteria en de procedures die door de Regering zijn vastgelegd. § 2. De certificering is alleen geldig voor de toerismevereniging voor allen waarvoor het is afgegeven, behalve in gevallen die door de Regering zijn bepaald.

Onderafdeling 2. - Toeristische centra voor allen Art. D.III.48. § 1. Elke toeristische logies dat aan de volgende voorwaarden voldoet, is gecertificeerd als toeristisch centrum voor allen: 1° opgericht zijn als een vereniging zonder winstoogmerk; 2° geregistreerd zijn als toeristische accommodatie in toepassing van artikel D.III.27, § 1er.

In het geval van het verwerven of bouwen van een onroerend goed bestemd voor toeristische logies, wordt de registratie van dit toeristische logies van rechtswege opgeschort. De schorsing eindigt wanneer is voldaan aan de voorwaarde, vermeld in artikel D.III.23, § 1, eerste lid, 1°, uiterlijk op de datum van betaling van de laatste aangevraagde subsidietranche; 3° het legt een toerisme voor allen-beleid en de uitvoeringsmodaliteiten ervan vast in een vierjarig actieplan bedoeld in artikel D.III.50; 4° het beleid bedoeld in 3° uitvoeren; 5° het leeft het handvest bedoeld in artikel D.III.49 na en ondertekent het; 6° het hele jaar door een specifiek prijsbeleid toepassen, toegankelijk voor de doelgroepen bedoeld in het handvest "Toerisme voor Allen";7° voldoen aan de "Toerisme voor Allen"-certificeringscriteria zoals bepaald door de Regering. Wanneer de toeristische logies bedoeld in lid 1 aangesloten is bij een toerismevereniging voor allen op basis van artikel D.III.47, 3°, worden de voorwaarden, vermeld in het eerste lid, 3° en 4°, van dit artikel geacht te zijn vervuld wanneer zij zich ertoe verbindt het vierjarig actieplan van de betrokken toerismevereniging voor allen na te leven en binnen de vereniging het in dit plan bepaalde beleid inzake Toerisme voor allen uit te voeren. § 2. De aanvraag voor certificering wordt voor advies voorgelegd aan het technisch comité van toerisme voor allen, in overeenstemming met de door de Regering vastgestelde procedures.

Het technisch comité van toerisme voor allen brengt een met redenen omkleed advies uit en deelt dit mee aan "Tourisme Wallonie" en, per post, aan het aanvragende centrum, binnen een door de Regering vastgestelde termijn. Als het advies niet binnen de gestelde termijn wordt meegedeeld, wordt het geacht gunstig te zijn.

De certificering wordt toegekend door "Tourisme Wallonie" als na een documenteninspectie of een bezoek ter plaatse blijkt dat aan de certificeringsvoorwaarden van artikel D.III.16 is voldaan.

Als "Tourisme Wallonie" niet instemt met het advies van het technisch comité voor sociaal toerisme, geeft hij de motieven daarvan op.

Als er geen beslissing is genomen aan het einde van een door de Regering vastgestelde periode die begint op de datum waarop de aanvraag voor certificering werd ingediend, wordt de certificering geacht te zijn toegekend. § 3. De certificering is alleen geldig voor de toerismevereniging voor allen waarvoor het is afgegeven, behalve in gevallen die door de Regering zijn bepaald.

Onderafdeling 3. - Handvest "Toerisme voor allen Art. D.III.49. § 1. Op voorstel van "Tourisme Wallonie" neemt de Regering een handvest "Toerisme voor allen" aan. § 2. Het in paragraaf 1 bedoelde handvest bevat de verbintenissen die de in de artikelen D.III.47 en D.III.48 bedoelde verenigingen en centra zijn aangegaan met het oog op de ontwikkeling van toerisme voor allen.

De in lid 1 bedoelde verbintenissen zijn de volgende: 1° de sociale diversiteit bevorderen en alle vormen van discriminatie verbieden;2° lokale spelers promoten en een duurzame, lokale en solidaire economie verdedigen;3° de ontdekking van de streek, de lokale omgeving en de culturele en recreatieve activiteiten in de omgeving van het (de) betrokken centrum(s) bevorderen;4° informatie over de mate van toegankelijkheid van de infrastructuur voor personen met een handicap. De verbintenissen bedoeld in het tweede lid kunnen nader bepaald worden door de Regering. § 3. Het in lid 1 bedoelde handvest bevat ook de verplichtingen die rusten op de in de artikelen D.III.47 en D.III.48 bedoelde verenigingen en centra, namelijk : 1° onthaal met speciale aandacht voor doelgroepen;2° samenwerking met de sociale sector;3° de toepassing van een specifiek prijsbeleid;4° deelname aan sensibiliseringsvergaderingen, opleidingen en evaluaties georganiseerd door "Tourisme Wallonie" op het vlak van toerisme voor allen;5° het publiek via om het even welk communicatiemiddel informeren over zijn steun aan het toerisme voor allen-beleid. Onderafdeling 4. - Vierjarig actieplan Art. D.III.50. § 1. Elke vereniging en, onverminderd de toepassing van artikel D.III.48, § 1, lid 2, elk in de artikelen D.III.47 en D.III.48 bedoeld centrum stelt om de vier jaar een plan op waarin het toerisme voor allen het door haar gevoerde beleid, alsmede de procedures voor de uitvoering ervan, worden omschreven.

De Regering bepaalt de procedure en de modaliteiten voor de aanneming en de vernieuwing van het vierjarig actieplan. § 2. Het vierjarig actieplan beschrijft minimaal de acties die door de vereniging of het centrum worden ondernomen om de in artikel D.III.49, § 2, lid 2, bedoelde verplichtingen na te komen.

Het kan ook andere acties vermelden die door de vereniging of het centrum worden uitgevoerd als onderdeel van het toerisme voor allen-beleid, waaronder acties om de ecologische voetafdruk van het centrum of de centra in kwestie te beperken. § 3. Als Tourisme Wallonie het nieuwe vierjarige actieplan niet heeft gevalideerd, zal het huidige vierjarige actieplan zijn effecten blijven sorteren tot deze validatie. Afdeling 2. - Certificeringsprocedure

Art. D.III.51. De Regering bepaalt de documenten, de modaliteiten en de procedures betreffende de toekenning van de certificering bedoeld in de artikelen D.III.47 et D.III.48.

Art. D.III.52. De vereniging of het toerismecentrum voor allen meldt aan "Tourisme Wallonie elke wijziging die van invloed zouden kunnen zijn op de voorwaarden voor de toekenning van de certificering, per gewone post, binnen de dertig dagen te rekenen van de wijziging. Afdeling 3. - Intrekking van de certificering

Art. D.III.53. § 1. "Tourisme Wallonie" kan in de volgende gevallen de certificering van de vereniging of het centrum intrekken: 1° wanneer de bepalingen die bij of krachtens dit hoofdstuk zijn vastgesteld, niet worden nagekomen;2° als de uitbating ophoudt actief te zijn als tourisme voor allen;3° de exploitant of beheerder van de vereniging of het centrum is veroordeeld door een in kracht van gewijsde getreden gerechtelijke beslissing uitgesproken in België wegens een overtreding omschreven in Boek II, Titel VII, hoofdstukken V, VI en VII, Titel VIII, hoofdstukken I, IV en VI en Titel IX, hoofdstukken I en II, van het Strafwetboek of in het buitenland wegens een feit dat één van die overtredingen uitmaakt, behalve indien de tenuitvoerlegging van de straf opgeschort is en de veroordeelde het voordeel van de opschorting niet verloren heeft.4° de exploitant of beheerder van de vereniging of het centrum is veroordeeld bij beslissing van de rechtbank die in kracht van gewijsde is getreden wegens een overtreding van de bepalingen van dit hoofdstuk. § 2. De certificering kan ook worden ingetrokken als "Tourisme Wallonie" ervan op de hoogte wordt gebracht dat de vereniging of het centrum de wettelijke of reglementaire bepalingen niet naleeft § 3. De certificering wordt van rechtswege ingetrokken op de datum van de beslissing of het vonnis met betrekking tot de ontbinding, nietigheid, opening van faillissement of opening van vereffening van de vereniging of het centrum. Bij wijze van uitzondering, in het geval van een vrijwillige vereffening waarvan het doel of gevolg is om rechten en verplichtingen over te dragen aan een nieuwe entiteit, wordt de van rechtswege intrekking van kracht vanaf het einde van de vereffening. HOOFDSTUK 5. - Kampplaatsen Afdeling 1. - Etiquette

Art. D.III.54. De exploitant of de beheerder van een kampplaats kan bij Tourisme Wallonie of een erkende instelling een aanvraag indienen om het label aan zijn gebouw of grond toe te kennen. De te labelen kampplaatsen moeten vooraf worden geregistreerd.

Art. D.III.55. Het gebouwlabel wordt toegekend voor maximaal tien jaar.. Het grondlabel wordt voor maximum 5 jaar verleend.

Art. D.III.56. Het label is niet overdraagbaar". Afdeling 2. - Voorwaarden voor de toekenning van het label, de

handhaving ervan en het schild Art. D.III.57. De toekenning van het label voor een kampplaats van het type "gebouw" is afhankelijk van de naleving van de door de Regering bepaalde voorwaarden.

De toekenning van het label voor een kampplaats van het type "grond" is afhankelijk van de naleving van de door de Regering bepaalde voorwaarden.

Art. D.III.58. Het label voor een kampplaats van het type "gebouw" is onverenigbaar met de certificering bedoeld in artikel D.III.27.

Art. D.III.59. Tourisme Wallonie geeft de labelhouder, via de erkende instelling, een schild dat eigendom blijft van het Gewest. De Regering stelt het model van het schild vast en bepaalt de regels voor aanbrengen en teruggave ervan.

Art. D.III.60. Niemand kan van het schild of elke andere tekening of elk ander teken dat naar een label verwijst, gebruik maken indien hij niet beschikt over de daarop betrekking hebbende label.

Art. D.III.61. Indien ze van mening is dat het verzoek alle bestanddelen bevat om met perfecte kennis van zaken over het verzoek te beslissen, maakt de erkende instelling per gewone post binnen vijftien dagen na ontvangst van het verzoek een bericht van ontvangst over waarbij gemeld wordt dat het dossier volledig is.

Indien dat niet het geval is, richt het binnen dezelfde termijn per gewone brief aan de verzoeker waarbij laatstgenoemde verzocht wordt om de ontbrekende inlichtingen mede te delen en geeft het aan dat de procedure te rekenen van de ontvangst ervan opnieuw begint te lopen.

Binnen vijftien dagen na ontvangst ervan richt de erkende instelling per gewone post een bericht van ontvangst aan de verzoeker waarbij gemeld wordt dat het dossier volledig is..

Art. D.III.62. De erkende instelling geeft kennis van haar beslissing binnen een termijn van vier maanden te rekenen van het versturen van het bericht van ontvangst waarbij gemeld wordt dat het dossier volledig is.

De beslissing van de erkende instelling wordt per aangetekende zending aan de verzoeker betekend. Het uitblijven van de kennisgeving aan de aanvrager binnen de termijn bepaald in het eerste lid staat met een beslissing tot weigering gelijk. Afdeling 3. - Procedure.

Art. D.III.63. De Regering stelt de termijnen en voorwaarden vast, met inbegrip van de betaling van een vaste vergoeding waarvan zij de hoogte bepaalt, en de procedure voor het aanvragen van het in artikel D.III.54 bedoelde label.

In geval van vernieuwing of verandering van exploitant of van beheerder die geen invloed hebben op de labelingsvoorwaarden die zij vastlegt, kan zij voorzien in een vereenvoudigde procedure.

Art. D.III.64. Het label vermeldt : 1° de identiteit van de exploitant of van de beheerder;2° de identificatie en de ligging van de kampplaats;3° de maximale capaciteit van de kampplaats;4° de duur waarvoor het wordt verleend. Het label wordt aangeplakt op door de Regering bepaalde wijze.. Afdeling 4. - Intrekking van het label

Art. D.III.65. § 1. Tourisme Wallonie of de erkende instelling bedoeld in artikel D.III.66 kan het label van de houder intrekken in de volgende situaties: 1° als de bepalingen bepaald bij of krachtens dit Wetboek of van de uitvoeringsbesluiten ervan niet in acht genomen worden;2° als de exploitant de toeristische uitbating van de kampplaats stopzet;3° als de labelhouder veroordeeld is door een in kracht van gewijsde getreden gerechtelijke beslissing uitgesproken in België wegens een overtreding omschreven in Boek II, Titel VII, hoofdstukken V, VI en VII, Titel VIII, hoofdstukken I, IV en VI en Titel IX, hoofdstukken I en II, van het Strafwetboek of in het buitenland wegens een feit dat één van die overtredingen uitmaakt, behalve indien de tenuitvoerlegging van de straf opgeschort is en de veroordeelde het voordeel van de opschorting niet verloren heeft. § 2. Het label kan ook worden ingetrokken als "Tourisme Wallonie" ervan op de hoogte wordt gebracht dat de houder de wettelijke of reglementaire bepalingen niet naleeft Afdeling 5. - Erkende instelling :

Art. D.III.66. Onverminderd artikel 140/13 moet de erkende instelling de label-aanvragen behandelen, het label toekennen of weigeren, zorgen voor een regelmatige controle op de conformiteit van de kampplaatsen met de labelnormen, waarvan de frequentie door de Regering wordt vastgesteld. Zij herziet het label of trekt het in op eigen initiatief of op verzoek van de betrokken partij. De labelnormen kunnen verschillen voor een gebouw of een grond.

Art. D.III.67. De erkende instelling wordt na een oproep tot de kandidaten bekendgemaakt in het Belgisch Staatsblad aangewezen door de Regering voor een periode van vijf jaar die éénmaal verlengd kan worden.

Als uitzondering op lid 1 kan de aanwijzing meerdere malen verlengd worden als een enkele VZW die een geldige aanvraag heeft ingediend voldoet aan de voorwaarden van artikel D.III.69.

Art. D.III.68. De Regering bepaalt de voorwaarden voor de ontvankelijkheid van de kandidaten en de aanwijzingsprocedure. De oproep tot kandidaatstelling wordt opgesteld door de regering, die er de ontvankelijkheidsvoorwaarden en de selectiecriteria van artikel D.III.69 in vermeldt, evenals de procedure voor de aanwijzing van de erkende instelling..

Art. D.III.69. De Regering wijst de erkende instelling aan onder de ontvankelijke kandidaturen en op basis van de volgende criteria : 1° de representativiteit van de leden van de vzw ten opzichte van het aantal leden van jeugdorganisaties erkend door de Franse Gemeenschap en die kampen in het Franse taalgebied organiseren;2° de kwaliteit van het voorgestelde organisatieprogramma waarin de wijze wordt omschreven waarop de opdrachten inzake de behandeling van de label-aanvragen optimaal zullen worden uitgeoefend;3° de kwalificatie van de door de vzw aangeworven personen;4° elk ander criterium dat als gepast wordt beschouwd en geformuleerd door de Regering bij de oproep tot de kandidaten. Art. D.III.70. De erkende instelling : 1° maakt het geheel van de gegevens betreffende de label-aanvragen toegankelijk voor "Tourisme Wallonie" en op de van een label voorziene kampplaatsen;2° maakt aan "Tourisme Wallonie" haar jaarlijkse rekeningen alsmede een jaarlijks opdrachtverslag over;3° verstrekt zo spoedig mogelijke elke informatie aangevraagd door "Tourisme Wallonie" betreffende haar opdracht;4° maakt het geheel van het gelabelliseerde aanbod, zijn eigenschappen en zijn omschrijving op een website bekend. De regering bepaalt de inhoud van het jaarlijkse opdrachtverslag en de procedures voor het verzenden van het verslag en de jaarrekening.

Art. D.III.71. Indien de erkende instelling niet langer voldoet aan de voorwaarden, bedoeld in de artikelen D.III.69 en D.III.70, kan de Regering de erkenning intrekken volgens de door haar vastgestelde procedures.

De erkenning kan ook worden ingetrokken als "Tourisme Wallonie" ervan op de hoogte wordt gebracht dat de erkende instelling de wettelijke of reglementaire bepalingen niet naleeft De erkenning wordt van rechtswege ingetrokken op de datum van de beslissing of het vonnis met betrekking tot de ontbinding, nietigheid, opening van faillissement of opening van vereffening van de erkende instelling.

Gedurende de voor de aanwijzing van een nieuwe erkende instelling nodige termijn, worden de opdrachten van laatstgenoemde uitgeoefend door "Tourisme Wallonie". HOOFDSTUK 6. - Brandbescherming Afdeling 1. - Brandveiligheidsattest

Onderafdeling 1. - Beginselen Art. D.III.72. Het brandveiligheidsattest wordt bekomen, volgens de modaliteiten en de procedure bepaald door de Regering, voor elk gebouw of gebouwgedeelte.".

Art. D.III.73. Het brandveiligheidsattest wordt afgeleverd door de burgemeester indien de toeristische logies voldoet aan de specifieke veiligheidsnormen voor het betrokken gebouw of gebouwgedeelte.

Die normen worden door de Regering bepaald waarbij rekening gehouden wordt met de maximumcapaciteit inzake logies, en de anciënniteit van het gebouw.

Het brandveiligheidsattest of het attest van vereenvoudigde controle vermeldt de maximale capaciteit zoals bepaald door de betreffende brandweer.

Indien de maximumcapaciteit niet rechtstreeks in aantal personen wordt uitgedrukt, maar in aantal verblijfseenheden, kan de Regering, in voorkomend geval, met name een forfaitaire bezettingscoëfficiënt toepassen die varieert naar gelang van het type verblijfseenheid of logies.

Het brandveiligheidsattest kan gecombineerd worden met de verplichting om binnen een hernieuwbare termijn werken uit te voeren om het toeristische logies in overeenstemming te brengen met de specifieke veiligheidsnormen.

De oorspronkelijke termijn en de hernieuwingen ervan mogen in totaal de dertig maanden niet overschrijden. De burgemeester beslist over de hernieuwingsaanvraag na advies van de territoriaal bevoegde brandweerdienst.

Het niet-naleven van de opgelegde vervaldagen resulteert van rechtswege in het vervallen van het brandveiligheidsattest. De burgemeester belast de territoriaal bevoegde brandweerdienst ermee de naleving van die termijnen te controleren. Indien vastgesteld wordt dat die termijnen niet worden nageleefd, stelt de burgemeester een vaststelling van verval op waarvan hij kennis geeft aan "Tourisme Wallonie" en, per aangetekende zending, aan de brandveiligheidsattesthouder.

Art. D.III.74. § 1. Het brandveiligheidsattest heeft een geldigheidsduur van vijf jaar. Deze termijn begint op de datum van ondertekening van het brandveiligheidsattest door de bevoegde overheid. § 2. § 2. In afwijking van paragraaf 1 vervalt het bestaande brandveiligheidsattest en een nieuw brandveiligheidsattest dient bekomen te worden indien het gebouw, het gebouwgedeelte of de uitrusting ervan zodanig verbouwd worden dat de brandveiligheid ervan op het spel gezet zou kunnen worden en in ieder geval bij: 1° de oprichting van nieuwe lokalen bestemd voor de gasten zoals kamer, vergaderzaal, keuken, salon die kunnen leiden tot een verhoging van de maximale capaciteit;2° wijziging van een evacuatieweg of van het traject dat ze gebruiken;3° uitvoering van omvangrijke werkzaamheden voor de installatie van een personen- of een goederenlift;4° de installatie, de wijziging of de uitbreiding van een gas- of elektriciteitsnet;5° elke verbouwing waarvoor een stedenbouwkundige vergunning nodig is. De geldigheidsduur van het vorige brandveiligheidsattest wordt evenwel verlengd tot aan het einde van de behandeling van de aanvraag voor een nieuw brandveiligheidsattest voor zover die aanvraag uiterlijk binnen dertig dagen na beëindiging van de werkzaamheden wordt ingediend.

Indien de werken onderbroken worden, dient de aanvraag, om voor verlenging in aanmerking te komen, ingediend te worden binnen dertig dagen te rekenen van die onderbreking.

Onderafdeling 2. - Afwijkingen Art. D.III.75. Een afwijking van de specifieke veiligheidsnormen kan worden toegestaan door de Regering, op advies van de commissie brandveiligheid, aan elke toeristische logies voorzover het brandveiligheidsniveau voldoening blijft schenken. Daartoe kan de Regering compenserende maatregelen opleggen.

De beslissing beoogt de bepalingen waarvan afgeweken mag worden.

De Regering bepaalt de duur van de afwijking, de modaliteiten en de procedure betreffende de afwijkingstoekenning.

Art. D.III.76. Het beroep bedoeld in artikel D.III.79 kan een dergelijke afwijkingsaanvraag inhouden op voorwaarde dat ze uitdrukkelijk wordt vermeld. In dat geval worden de afwijkings- en beroepsprocedure samengevoegd. Afdeling 2. - Vereenvoudigd controle-attest

Art. D.III.77. In afwijking van artikel D.III.73, wordt een attest van vereenvoudigde controle verleend door de burgemeester tegen de cumulatieve voorwaarden vastgelegd door de Regering, en die betrekking hebben op minimale eisen die nageleefd moeten worden t.o.v. uitrustingen en installaties om brand te voorkomen en de veiligheid van personen te garanderen.

De burgemeester kan, mits beslissing van het college, zijn bevoegdheid voor de toekenning van een vereenvoudigd controle-attest overdragen aan een instelling aangewezen door de Regering.

Het vereenvoudigd controleattest heeft een geldigheidsduur van vijf jaar. Deze termijn begint op de datum van ondertekening van het vereenvoudigd controle-attest door de bevoegde overheid.. Afdeling 3. - Dwangmaatregelen

Art. D.III.78. Wanneer het toeristische logies niet over een brandveiligheidsattest of een vereenvoudigde controle beschikt om de veiligheid van zijn bewoners te garanderen, kan de burgemeester: 1° bevel geven tot de volledige of gedeeltelijke opheffing van de exploitatie van het toeristische logies;2° de toeristische logies verzegelen en, desnoods, overgaan tot de onmiddellijke tijdelijke sluiting;3° elke nuttige maatregel treffen om de brandveiligheid van de toeristische logies te garanderen. Afdeling 4. - Beroep

Art. D.III.79. De aanvrager kan een met redenen omkleed beroep instellen bij de commissie brandveiligheid bedoeld in artikel 5 : 1° tegen de weigering om het brandveiligheidsattest af te leveren of tegen de verplichtingen opgelegd krachtens artikel D.III.73; 2° indien hij de beslissing van de burgemeester niet gekregen heeft binnen vijfennegentig dagen te rekenen van de ontvangst van zijn beroep door de burgemeester. Een beroep heeft geen opschortende werking, behalve wanneer het beroep betrekking heeft op een weigering om een brandveiligheidsattest te verlengen en op voorwaarde dat de weigering niet gebaseerd was op een ernstige inbreuk op de veiligheid. De Regering kan het beroep schorsende werking verlenen in de andere gevallen die zij bepaalt.

Het wordt gericht aan de commissie brandveiligheid per gecertificeerde zending en daarbij wordt een afschrift van de aanvraag gevoegd, van het brandweerverslag en van de omstreden beslissing, indien bestaand.

Het beroep wordt binnen dertig dagen na ontvangst van de omstreden beslissing ingediend of, in de veronderstelling bedoeld in lid 1, 2°, na de datum vanaf wanneer de aanvrager zijn beroep kan indienen.

Art. D.III.80. Binnen tien dagen na ontvangst van het beroep richt de commissie brandveiligheid een bericht van ontvangst aan de aanvrager.

Binnen dezelfde termijn zendt hij een afschrift van het beroepschrift en de bijlagen ervan aan de betrokken burgemeester.

Art. D.III.81. De aanvrager kan, ofwel in diens beroep, ofwel per gewone zending gericht aan de voorzitter van die commissie binnen vijftien dagen te rekenen van ontvangst door de aanvrager van het bericht van ontvangst van diens beroep, verzoeken om gehoord te worden door de commissie brandveiligheid.

De hoorzitting kan ofwel voor de commissie ofwel voor één of meerdere gemachtigden plaatsvinden, eventueel tijdens het bezoek ter plaatse dat door hen wordt verricht. Er wordt een proces-verbaal opgesteld. Er wordt een proces-verbaal opgemaakt.

De aanvrager wordt minstens acht dagen vóór de vastgelegde datum verwittigd dat hij gehoord zal worden. Hij kan zich laten vertegenwoordigen of bijstaan door de personen van zijn keuze.

Art. D.III.82. De commissie brandveiligheid spreekt zich uit over het beroep en stuurt haar beslissing naar de aanvrager binnen een termijn van zeven maanden, met ingang van de datum van de verzending van het bericht van ontvangst bedoeld in artikel D.III.80.

Indien het beroep betrekking heeft op de verplichtingen opgelegd door de burgemeester overeenkomstig de artikelen D.III.73 en D.III.77, is de bevoegdheid van de commissie brandveiligheid niet beperkt tot het onderzoek van deze verplichtingen, zodat zij ook het brandveiligheidsattest kan weigeren.

De beslissing van de commissie brandveiligheid wordt per aangetekende zending aan de verzoeker betekend. De betrokken burgemeester en de bevoegde brandweerdienst worden ook op de hoogte gebracht van de beslissing.

Art. D.III.83. Indien de aanvrager binnen tien dagen na het verstrijken van de in artikel D.III.82, lid 1, bedoelde termijn geen beslissing van de commissie brandveiligheid heeft ontvangen, kan hij de commissie brandveiligheid per gewone post een herinnering sturen.

De inhoud ervan vermeldt de term 'Herinnering' en verzoekt duidelijk om uitspraak over het beroep waarvan een afschrift bij de brief gaat.

Indien de kennisgeving van de beslissing van de commissie brandveiligheid binnen dertig dagen te rekenen van de ontvangst van de gewone zending dat de herinnering inhoudt, uitblijft, wordt het stilzwijgen van de commissie als een gunstige beslissing beschouwd. Afdeling 5. - Commissie brandveiligheid

Art. D.III.84. Er wordt een commissie brandveiligheid opgericht die uitspraak doet over de beroepen als bedoeld in artikel D.III.79 en advies uitbrengt aan de Regering over verzoeken om vrijstelling als bedoeld in artikel D.III.75.

De commissie heeft eveneens een algemene adviserende bevoegdheid terzake van brandveiligheid in de toeristische sector.

Art. D.III.85. § 1. De commissie brandveiligheid bestaat uit: 1° een voorzitter die deskundig is in brandveiligheidsdiensten;2° vier gewone leden en vier plaatsvervangende leden, deskundigen van de brandweerdiensten;3° een lid dat Tourisme Wallonie vertegenwoordigt en dat kennis heeft van de sector van de toeristische logiezen. Bij verhindering van de voorzitter wordt deze vervangen door het oudste gewone lid.

De commissie kan een beroep doen op externe deskundigen met specifieke kennis van bepaalde sectoren van de toeristische logies.

Het secretariaat van de commissie wordt door "Tourisme Wallonie" waargenomen. § 2. § 2. De Regering benoemt de voorzitter en de leden van de commissie brandveiligheid, volgens de procedure die zij bepaalt.

Art. D.III.86. De ambten van voorzitter, commissieleden en hun plaatsvervangers hebben een duur van vijf jaar ingaand te rekenen van de datum van hun benoemingsbesluit. Elk mandaat is hernieuwbaar.

Art. D.III.87. De beslissingen worden bij meerderheid van stemmen genomen. Bij staking van stemmen weegt de stem van de voorzitter door.

De commissie beraadslaagt slechts indien de voorzitter of zijn plaatsvervanger en twee leden bedoeld in artikel D.III.85, § 1, 2°, aanwezig zijn.

De brandveiligheidsdeskundigen zijn stemgerechtigd.

Het lid dat Tourisme Wallonie vertegenwoordigt, heeft een raadgevende stem.

Art. D.III.88. De werkingswijze van de commissie brandveiligheid wordt door de Regering bepaald.

De Regering bepaalt de zitpenningen die kunnen worden toegekend aan de leden van de commissie brandveiligheid, met uitzondering van het lid dat Tourisme Wallonie vertegenwoordigt en de secretaris, evenals het niveau van de eventuele vergoedingen die aan deze leden worden toegekend.

TITEL 4: - Toeristische wandelroutes en vaste reisproducten HOOFDSTUK 1. - Beginsel, inhoud en gevolgen van de vergunning Art. D.III.89. Voor alle vaste wandelroutes en vaste reisproducten is uitdrukkelijke voorafgaande toestemming vereist.

De machtiging die wordt afgegeven voor een vast reisproduct heeft betrekking op de route en de infrastructuur die langs de route is ontwikkeld en voorgesteld op het moment dat de vergunningsaanvraag wordt ingediend.

Lid 1er is niet van toepassing op vaste wandelroutes en vaste reisproducten die zijn opgezet als onderdeel van het autonoom net voor traag verkeer (Ravel).

De vergunning wordt voor tien jaar verleend.

De vergunning wordt met dezelfde periode verlengd als wordt aangetoond dat nog steeds aan de oorspronkelijke vergunningsvoorwaarden wordt voldaan.

Art. D.III.90. Tourisme Wallonie, VISITWallonia van het Waalse Gewest en de toeristische instellingen kunnen binnen de perken van hun ambtsgebied de wandelroute en de desbetreffende dragers gebruiken zonder de uitdrukkelijke en schriftelijke toestemming van de vergunninghouder en zonder financiële compensatie.

De vergunninghouder draagt automatisch zijn of haar intellectuele rechten over aan VISITWallonia en de toeristische instellingen die het kunnen promoten.

Art. D.III.91. De vergunning houdt geen onteigening in, maar verbiedt elke handeling die de vaste wandelroute of de werking ervan kan schaden.

Art. D.III.92. § 1. De overheid definieert de modellen en technische kenmerken van genormeerde tekens en markeringstekens. De overheid kan soorten markeringstekens definiëren.

De houder van de vergunning is gemachtigd om de markeringstekens te bevestigen aan elke drager in de omgeving, zoals muren, gevels, palen grenzend aan de openbare weg, evenals aan elke drager geïnstalleerd in het openbaar domein en behorend tot de overheid en elke drager behorend tot een wegconcessiehouder of wegvergunninghouder, onder de volgende voorwaarden: 1° de plaatsing van de markeringstekens mag niet in strijd met andere wettelijke of reglementaire bepalingen;2° de plaatsing van de markeringstekens mag de functie van de gebruikte ondersteuning niet belemmeren en het recht van de terreinbeheerder niet verhinderen om op elk moment op te leggen wat de behoeften en belangen van de gemeenschap vereisen. § 2. De Regering kan specifieke gebruiksvoorwaarden voor gedematerialiseerde markeringstekens toestaan en bepalen.

Het gedematerialiseerde markeringsteken voldoet op zijn minst aan de volgende fysieke voorwaarden: 1° een startteken dat ten minste de door de Regering bepaalde gegevens vermeldt;2° het genormeerde teken, dat voldoet aan de door de Regering vastgelegde normen, is overal identiek;3° de vaste wandelroute of het vaste reisproduct moet fysieke markeringstekens op strategische punten bevatten, overeenkomstig de door de Regering vastgestelde procedures. § 3. De regering kan de voorwaarden specificeren waaraan moet worden voldaan om een vaste wandelroute te markeren. HOOFDSTUK 2. - Voorwaarden voor de vergunning en handhaving Afdeling 1. - Vaste wandelroute

Onderafdeling 1. - Voorwaarden voor de vergunning Art. D.III.93. § 1. Om vergund te worden dient een vaste wandelroute aan de volgende voorwaarden te voldoen: 1° het kan bijdragen tot de ontwikkeling van het toerisme in het gebied;2° een met redenen omkleed advies inwinnen bij de door de Regering aangeduide dienst wanneer het geplande traject geheel of gedeeltelijk gelegen is in bossen en wouden die onderworpen zijn aan de bosbouwregeling;3° beschikken over de doorgangsvergunningen waardoor de betrokken eigenaars de doorgang van de gebruikers op hun grond toelaten, behalve als er een openbare erfdienstbaarheid van overgang op weegt;4° ze beschikt over de nodige vergunningen om, in voorkomend geval, markeringstekens te plaatsen;5° ze krijgt advies over toeristische mogelijkheden van de "maisons du tourisme".De Regering kan speciale vergunningsvoorwaarden vaststellen. § 2. De regering stelt de procedures en bewijsmiddelen vast om het bestaan van een vergunning voor een recht van overpad door de betrokken eigenaars aan te tonen, alsook de geldigheidsduur ervan. § 3. Indien de vaste wandelroute deel uitmaakt van een internationaal netwerk van langeafstandsroutes, een "sentier de Grande Randonnée" (langeafstandswandelroute) of een integraal onderdeel is van routes die verschillende landen bestrijken, hoeft niet te worden voldaan aan de voorwaarde, vermeld in paragraaf 1, eerste lid, 5°.

Onderafdeling 2. - Vergunningsaanvraag Art. D.III.94. Elke aanvraag voor vergunning voor een vaste wandelroute of een vast reisproduct moet per gewone post worden ingediend bij "Tourisme Wallonie".

De regering stelt de termijnen, procedures en inhoud vast voor de afgifte van de vergunning voor een vaste wandelroute alsook de inhoud ervan.

Art. D.III.95. Wanneer de geplande route geheel of gedeeltelijk in een bos ligt, stuurt "Tourisme Wallonie" de vergunningsaanvraag naar de door de Regering aangewezen dienst voor advies binnen de termijn en volgens de procedures die door de Regering zijn vastgelegd.

Art. D.III.96. "Tourisme Wallonie" geeft een uniek vergunningsnummer uit voor de vaste wandelroute of het vaste reisproduct.

Onderafdeling 3. - Behoud van de vergunning Art. D.III.97. De vergunninghouder is verantwoordelijk voor het onderhouden en in goede staat houden van de route, inclusief het tracé en markering, en het reisproduct.

Art. D.III.98. De houder van de vergunning moet voldoen aan de modellen en technische kenmerken van de genormeerde tekens en markeringstekens die door de Regering krachtens artikel D.III.92 zijn vastgesteld. Afdeling 2. - Vaste reisproducten

Art. D.III.99. Om te worden vergund, moet een vast reisproduct voldoen aan de voorwaarden bedoeld in artikel D.III.93.

Art. D.III.100. De uitrusting van het vaste reisproduct bevat bewegwijzering om het gebied, de stopplaatsen en de landschappelijke inrichtingen te interpreteren.

De Regering kan voorschriften inzake uitrusting specificeren voor vaste reisproducten. HOOFDSTUK 3. - Intrekking van de vergunning Art. D.III.101. De vergunningshouder meldt aan "Tourisme Wallonie" elke wijziging die van invloed zou kunnen zijn op de voorwaarden voor de toekenning van de vergunning, bij gewone zending binnen zestig dagen te rekenen van de wijziging.

Art. D.III.102. De in artikel D.III.93 bedoelde vergunningen kunnen door "Tourisme Wallonie" van de houder worden ingetrokken indien de bij of krachtens deze Titel vastgestelde bepalingen niet worden nageleefd.

De door de Regering aangeduide dienst informeert "Tourisme Wallonie" over elk feit dat in het bos wordt waargenomen en dat kan worden beschouwd als een niet-naleving van de bij of krachtens deze Titel vastgestelde voorwaarden.

De vergunning kan ook worden ingetrokken als "Tourisme Wallonie" ervan op de hoogte wordt gebracht dat de houder van de vergunning de wettelijke of reglementaire bepalingen niet naleeft De vergunning wordt van rechtswege ingetrokken op de datum van de beslissing of het vonnis met betrekking tot de ontbinding, nietigheid, opening van faillissement of opening van vereffening van de vergunning.

Art. D.III.103. Tourisme Wallonie brengt de houder op de hoogte van zijn beslissing per aangetekende brief, binnen de gestelde termijnen en volgens de door de Regering voorgeschreven procedure.

Art. D.III.104. Tourisme Wallonie stelt VISITWallonia, de toeristische instellingen en, in voorkomend geval, de door de Regering aangewezen dienst op de hoogte van beslissingen om de vergunning voor een vaste wandelroute in te trekken.

TITEL 5: - Beroep Art. D.III.105. De aanvrager of de houder van een registratie, vergunning, certificering, indeling of label kan een gemotiveerd beroep bij de Regering indienen tegen de beslissing: 1° tot schorsing van de registratie;2° tot weigering of tot intrekking van de vergunning;3° tot weigering of intrekking van de certificering; 4° tot weigering om een afwijking van de voorwaarden voor het toekennen van de certificering overeenkomstig artikel D.III.31, § 3, of van de criteria inzake de categorie-indeling overeenkomstig artikel D.III.40 toe te kennen; 5° tot herziening van de indeling;6° tot weigering om een categorie-indeling toe te kennen.7° tot intrekking van de indeling;8° tot weigering of intrekking van het label; 9° tot betwisting over de garanties bedoeld in artikel D.IV.135, met betrekking tot de subsidiëring.

Het beroep heeft geen schorsende kracht.

De Regering bepaalt de procedure die van toepassing is in het geval van een beroep tegen een beslissing bedoeld in het eerste lid.

Er wordt een Kamer van Beroep ingesteld, waarvan de Regering de werking en de samenstelling vaststelt.

TITEL 6: - Overdracht van toeristische informatie Art. D.III.106. Op aanvraag van "Tourisme Wallonie" verstrekken de operatoren langs elektronische weg en binnen dertig dagen na ontvangst van de aanvraag de informatie die nodig is voor publicaties ter promotie van het toeristische aanbod. De aard van die gegevens wordt door de regering bepaald.

Bij gebrek aan antwoord binnen de termijn vermeld in lid 1, zal Tourisme Wallonie de aanvraag hernieuwen per aangetekende brief.

De certificering, erkenning, vergunning of labeling kan worden ingetrokken als de operator gedurende twee opeenvolgende jaren niet reageert op het verzoek om informatie. Beslissingen worden genomen volgens de intrekkingsprocedures, bedoeld in de artikelen D.III.11, D.III.19, D.III.34, D.III.53, D.III.65, D.III.71 en D.III.102.

Boek 4. Subsidies en oproepen voor projecten TITEL 1. - Overkoepelende bepalingen Art. D.IV.1. De Regering mag geen subsidie verlenen voor de financiering van investeringen en uitgaven die krachtens andere wettelijke of reglementaire bepalingen kunnen worden gesubsidieerd, tenzij wordt aangetoond dat de investeringen en uitgaven zonder de aanvullende financiële tussenkomst van "Tourisme Wallonie" niet zouden kunnen worden uitgevoerd en de aantrekkelijkheid van het toerisme niet zouden verbeteren.

Voor de subsidies bedoeld in de artikelen D.IV.19, D.IV.26, D.IV.55, D.IV.74 en D.IV.102 mag de subsidie niet hoger zijn dan het bedrag van de ten tijde van de juridische verbintenis gevalideerde raming.

De Regering stelt de modaliteiten vast voor de indexering van de maximumbedragen, de minimumbedragen en de bedragen van de in dit boek bedoelde subsidies.

Art. D.IV.2. Voor elke projectoproep die ze organiseert, bepaalt de Regering : 1° het totale maximumbedrag dat wordt toegekend in het kader van de oproep tot het indienen van projecten;2° de prioritaire investering(en) en acties die zij zal dekken;3° het percentage en het maximumbedrag van de toegekende subsidie na afloop van de projectoproep;4° de voorwaarden om in aanmerking te komen voor de projectoproep;5° de subsidiabiliteitsvoorwaarden van de projectoproep;6° de selectiecriteria van de projecten. Art. D.IV.3. De Regering bepaalt de modaliteiten voor het aanvragen, organiseren, toekennen en betalen van projectoproepen.

Art. D.IV.4. Binnen de perken van de begrotingskredieten kan de Regering een subsidie toekennen voor toeristische doeleinden voor iedereen zoals bepaald in artikel D.I.1, 46°, aan gecertificeerde toeristische attracties en gecertificeerde toeristische logiezen.

De in lid 1 bedoelde subsidie wordt volgens de door de Regering bepaalde voorwaarden en modaliteiten toegekend.

De Regering kan de in lid 1 bedoelde subsidie ook toekennen na een overeenkomstig artikel D.IV.3 uitgeschreven projectoproep.

Art. D.IV.5. Voor begunstigden die geen btw hoeven te betalen of voor begunstigden die btw moeten betalen zonder recht op aftrek, is het bedrag van de btw inbegrepen in het bedrag van de subsidiabele uitgaven.

Voor begunstigden die gemengd of gedeeltelijk btw-plichtig zijn, wordt een deel van het btw-bedrag opgenomen in het bedrag van de subsidiabele uitgaven, afhankelijk van het percentage niet-aftrekbaarheid van de begunstigde.

Voor begunstigden die geen btw hoeven te betalen of voor begunstigden die btw moeten betalen zonder recht op aftrek, is het bedrag van de btw inbegrepen in het bedrag van de subsidiabele uitgaven.

Art. D.IV.6. De Regering kan ter plaatse of op basis van documenten alle controles uitvoeren die ze nuttig acht met betrekking tot de toekennings- en gebruiksvoorwaarden van de subsidie.

Weigering of belemmering van deze controles leidt tot een weerlegbaar vermoeden dat niet is voldaan aan de voorwaarden voor toekenning en gebruik van de subsidie.

Art. D.IV.7. § 1. Onverminderd de specifieke subsidieregels vermeld in hoofdstuk 3 van Titel 5 van dit Boek, wordt de subsidie betaald aan de persoon die de uitgaven met betrekking tot de aankopen, werken en diensten financiert, op voorwaarde dat hij op de dag van betaling nog steeds de eigenaar, de houder van een gesplitst zakelijk of een concessie, of de houder van de certificering of vergunning is. § 2. De voorwaarden voor toekenning en gebruik van de subsidie worden gehandhaafd gedurende een periode van vijf jaar voor uitgaven met betrekking tot roerende en onroerende goederen naar bestemming en uitgaven met betrekking tot een vaste wandelroute of een erkend vast reisproduct, ongeacht of het roerende of onroerende goederen betreft; en tien jaar voor alle overige uitgaven met betrekking tot onroerende goederen, te rekenen vanaf 1 januari van het jaar waarin de laatste subsidie is betaald.

Als de voorwaarden voor de toekenning en het gebruik van de subsidie voor uitgaven met betrekking tot roerende en onroerende goederen met een bestemming niet worden nageleefd gedurende de eerste drie jaar vanaf 1 januari van het jaar waarin de laatste subsidie is betaald, wordt de subsidie volledig terugbetaald. Als de voorwaarden waaronder de subsidie is toegekend en gebruikt niet worden gehandhaafd voor deze uitgaven met betrekking tot roerende en onroerende goederen door bestemming in de daaropvolgende jaren, zal de laatste subsidie worden terugbetaald naar rato van het aantal resterende jaren.

Als de voorwaarden voor de toekenning en het gebruik van de subsidie voor uitgaven met betrekking tot roerende en onroerende goederen met een bestemming niet worden nageleefd gedurende de eerste vijf jaar vanaf 1 januari van het jaar waarin de laatste subsidie is betaald, wordt de subsidie volledig terugbetaald. Als de voorwaarden voor toekenning en gebruik van de subsidie voor deze uitgaven in de daaropvolgende jaren niet worden gehandhaafd, wordt de subsidie terugbetaald naar rato van het aantal resterende jaren. § 3. De begunstigde van de subsidie, de eigenaar, de houder van een gesplitst zakelijk recht, de concessiehouder en de houder van de certificering of vergunning zijn hoofdelijk aansprakelijk voor de terugbetaling van de in paragraaf 2 bedoelde of ten onrechte ontvangen subsidie, wanneer deze financiële steun voor hen direct of indirect voordeel oplevert.

Als de begunstigde van de subsidie niet de eigenaar, de houder van het gesplitst zakelijk recht, de concessiehouder of de houder van de certificering of vergunning is, wordt de lijst van hoofdelijke schuldenaars per aangetekende post naar "Tourisme Wallonie" gestuurd.

De begunstigde van de subsidie, de eigenaar, de houder van een gesplitst zakelijk recht, de concessiehouder en de houder van de certificering of vergunning zijn hoofdelijk aansprakelijk voor de terugbetaling van de in paragraaf 2 bedoelde of ten onrechte ontvangen subsidie, wanneer deze financiële steun voor hen direct of indirect voordeel oplevert. § 4. De subsidiërende instantie ziet toe op de naleving van de voorwaarden voor het toekennen en behouden van subsidies.

Art. D.IV.8. In crisissituaties die bij regeringsbesluit zijn erkend, kan zij uitzonderingen toestaan: 1° van de voorwaarden voor certificering en het behoud ervan zoals beschreven in dit Wetboek;2° van de voorwaarden voor het behoud en de toekenning van de subsidie bedoeld in dit Wetboek;3° van de voorwaarden voor het behoud van de vergunning bedoeld in dit Wetboek.Binnen de perken van de beschikbare kredieten kan de Regering tijdens de in lid 1 bedoelde crisissituaties specifieke steun verlenen aan gecertificeerde toeristische instellingen, exploitanten van gecertificeerde toeristische attracties, exploitanten van gecertificeerde toeristische logiezen, verenigingen voor toerisme voor allen, toerismecentra voor iedereen en begunstigden van toeristische voorzieningen.

De in lid 2 bedoelde subsidie wordt volgens de door de Regering bepaalde voorwaarden en modaliteiten toegekend.

TITEL 2. - Toeristische instellingen HOOFDSTUK 1. - Subsidie voor de werking van de provinciale federaties voor toerisme Afdeling 1. - Doel van de subsidie

Art. D.IV.9. § 1. Binnen de perken van de begrotingskredieten verleent de Regering aan de provinciale federaties voor toerisme om de werkings- en animatiekosten te dekken die verbonden zijn aan de uitvoering van hun taken. § 2. Bij ontstentenis van een gecertificeerde provinciale federatie op het grondgebied van een provincie wordt de in paragraaf 1 bedoelde subsidie : - volledig toegekend aan het huis voor toerisme, dat alle taken bedoeld in artikel D.III.3, § 1 uitvoert op het grondgebied van de provincie; - toegekend aan de huizen voor toerisme die de in artikel D.III.3, § 1, bedoelde taken uitvoeren, overeenkomstig de verdeelmodaliteiten die zijn vastgesteld in de in artikel D.III.3, § 2, bedoelde partnerschapsovereenkomsten. Afdeling 2. - Toekenningsvoorwaarden voor de subsidie

Art. D.IV.10. De Regering stelt de modaliteiten vast voor de toekenning van de in artikel D.IV.9. bedoelde subsidies Afdeling 3. - Subsidiepercentage en -bedrag

Art. D.IV.11. De Regering bepaalt het percentage, het bedrag en de modaliteiten voor de toekenning van de in artikel D.IV.9 bedoelde subsidies. Afdeling 4. - Procedures voor het uitbetalen van subsidies en de

controle op het gebruik ervan Art. D.IV.12. De Regering bepaalt de modaliteiten en de procedure betreffende de uitbetaling van de subsidie. HOOFDSTUK 2. - Subsidies en oproepen tot het indienen van projecten voor de werking en de animatie van de "maisons du tourisme" Afdeling 1. - Doel van de subsidie

Art. D.IV.13. Binnen de perken van de begrotingskredieten verleent de Regering een subsidie aan de gecertificeerde "maisons du tourisme" om de werkings- en animatiekosten te dekken die verbonden zijn aan de uitvoering van hun taken. De Regering kan een aanvullende subsidie verlenen voor specifieke opdrachten die zij aan een "maison du tourisme" toevertrouwt.

Zij kan ook een subsidie toekennen na een projectoproep uitgeschreven overeenkomstig afdeling 4 van dit hoofdstuk.

Art. D.IV.14. De Regering specificeert de uitgaven die kunnen worden gesubsidieerd in het kader van artikel D.IV.13. Afdeling 2. - Toekenningsvoorwaarden voor de subsidie

Art. D.IV.15. De Regering bepaalt de voorwaarden voor de toekenning van de in artikel D.IV.13 bedoelde subsidies. Afdeling 3. - Subsidiepercentage en -bedrag

Art. D.IV.16. De Regering bepaalt het percentage, het bedrag en de modaliteiten voor de toekenning van de in artikel D.IV.13 bedoelde subsidies. Afdeling 4. - Bijzondere modaliteiten voor de subsidiëring per

projectoproep Art. D.IV.17. De Regering stelt de voorwaarden voor de in artikel D.IV.13, lid 2, bedoelde projectoproepen overeenkomstig artikel D.IV.2. vast Afdeling 5. - Procedures voor de uitbetaling van de subsidies en voor

de controle op het gebruik ervan Art. D.IV.18. De Regering bepaalt de modaliteiten en de procedure betreffende de uitbetaling van de subsidie. HOOFDSTUK 3. - Subsidies en oproepen tot het indienen van projecten voor de werking en de animatie van de "maisons du tourisme" Afdeling 1. - Doel van de subsidie

Art. D.IV.19. Binnen de perken van de begrotingskredieten kan de Regering gecertificeerde "maisons du tourisme" een subsidie toekennen voor aankopen en werken, alsmede voor meubilair, met het oog op de verbetering van de kwaliteit van de infrastructuur van de "maisons du tourisme.

Zij kan ook een subsidie toekennen na een projectoproep uitgeschreven overeenkomstig afdeling 4 van dit hoofdstuk.

Art. D.IV.20. De Regering specificeert de uitgaven die kunnen worden gesubsidieerd in het kader van artikel D.IV.19. Afdeling 2. - Toekenningsvoorwaarden voor de subsidie

Art. D.IV.21. § 1. De toekenning van de in artikel D.IV.19 bedoelde subsidies wordt ondergeschikt gemaakt aan volgende voorwaarden: 1° het "maison du tourisme" is houder van een certificering;2° de projecten voor werken en de aankoop van benodigdheden worden door de Regering goedgekeurd;3° het betrokken meubilair bestemd is voor het administratief of promotioneel beheer van toeristische activiteiten waarvan de categorie door de Regering wordt bepaald;4° de werken zijn uitgevoerd en de leveringen zijn aangekocht binnen de termijnen die zijn vastgelegd in het besluit tot toekenning van de subsidie;5° de dienstverleners en leveranciers die door de begunstigde worden gekozen om de gesubsidieerde investeringen uit te voeren, worden geselecteerd na een transparante, niet-discriminerende en onvoorwaardelijke openbare aanbestedingsprocedure. § 2. Gesubsidieerde infrastructuren zijn gratis toegankelijk voor het publiek en mogen niet commercieel worden geëxploiteerd zolang de voorwaarden voor het toekennen en behouden van de subsidie van kracht blijven.

De Regering kan de uitrustingen en accessoires specificeren die door hun aard niet gesubsidieerd kunnen worden. Afdeling 3. - Toekenningsmodaliteiten voor de subsidie

Art. D.IV.22. De Regering bepaalt de modaliteiten voor de berekening van de artikel D.IV. 19, eerste lid, bedoelde subsidie.

Zij kan ook de in artikel D.IV.19, tweede lid, bedoelde subsidie toekennen na een projectoproep uitgeschreven overeenkomstig afdeling 5 van dit hoofdstuk. Afdeling 4. - Subsidiepercentage en -bedrag

Art. D.IV.23. De Regering bepaalt het percentage, het bedrag en de wijze van berekening van de subsidie bedoeld in artikel D.IV.19. Afdeling 5. - Bijzondere modaliteiten voor de subsidiëring per

projectoproep Art. D.IV.24. De Regering stelt de modaliteiten voor de in artikel D.IV.22, lid 2, bedoelde projectoproepen overeenkomstig de artikelen D.IV.2. en D.IV.3 vast. Afdeling 6. - Procedures voor de uitbetaling van de subsidies en voor

de controle op het gebruik ervan Art. D.IV.25. De Regering stelt de modaliteiten en de procedure betreffende de uitbetaling van de in artikel D.IV.19 bedoelde subsidie vast HOOFDSTUK 4. - Subsidies en projectoproepen voor infrastructuur en uitrusting van de "offices du tourisme" Afdeling 1. - Doel van de subsidie

Art. D.IV.26. Binnen de perken van de begrotingskredieten kan de Regering gecertificeerde "offices du tourisme" een subsidie toekennen ter dekking van de kosten van infrastructuur en uitrusting die verband houden met de uitvoering van hun taken, teneinde de kwaliteit van de onthaal- en informatiebalies te verbeteren.

Zij kan ook een subsidie toekennen na een projectoproep uitgeschreven overeenkomstig afdeling 5 van dit hoofdstuk.

Art. D.IV.27. De Regering specificeert de uitgaven die kunnen worden gesubsidieerd in het kader van artikel D.IV.26. Afdeling 2. - Toekenningsvoorwaarden voor de subsidie

Art. D.IV.28. § 1. De toekenning van de in artikel D.IV.26 bedoelde subsidies wordt ondergeschikt gemaakt aan volgende voorwaarden: 1° de "office du tourisme" is houder van een certificering;2° de projecten voor werken en de aankoop van benodigdheden worden door de Regering goedgekeurd;3° het betrokken meubilair bestemd is voor het administratief of promotioneel beheer van toeristische activiteiten die zijn opgenomen in de door de Regering opgestelde lijst;4° de werken zijn uitgevoerd en de leveringen zijn aangekocht binnen de termijnen die zijn vastgelegd in het besluit tot toekenning van de subsidie;5° de dienstverleners en leveranciers die door de begunstigde worden gekozen om de gesubsidieerde investeringen uit te voeren, worden geselecteerd na een transparante, niet-discriminerende en onvoorwaardelijke openbare aanbestedingsprocedure. § 2. Gesubsidieerde infrastructuren zijn gratis toegankelijk voor het publiek en mogen niet commercieel worden geëxploiteerd zolang de voorwaarden voor het toekennen en behouden van de subsidie van kracht blijven.

De Regering kan de uitrustingen en accessoires specificeren die door hun aard niet gesubsidieerd kunnen worden. Afdeling 3. - Toekenningsmodaliteiten voor de subsidie

Art. D.IV.29. De Regering bepaalt de modaliteiten voor de toekenning van de in artikel D.IV.26. bedoelde subsidies. Afdeling 4. - Subsidiepercentage en -bedrag

Art. D.IV.30. De Regering bepaalt het percentage, het bedrag en de modaliteiten voor de toekenning van de in artikel D.IV.26 bedoelde subsidies. Afdeling 5. - Bijzondere modaliteiten voor de subsidiëring per

projectoproep Art. D.IV.31. De Regering stelt de modaliteiten voor de in artikel D.IV.26, lid 2, bedoelde projectoproepen overeenkomstig de artikelen D.IV.2. en D.IV.3 vast. Afdeling 6. - Procedures voor de uitbetaling van de subsidies en voor

de controle op het gebruik ervan Art. D.IV.32. De Regering bepaalt de modaliteiten en de procedure betreffende de uitbetaling van de subsidie. HOOFDSTUK 5. - Subsidies en projectoproepen voor de promotie van het toerisme en voor de "maisons du tourisme" en "offices du tourisme" Afdeling 1. - Doel van de subsidie

Art. D.IV.33. Binnen de perken van de begrotingskredieten kan de Regering gecertificeerde "maisons du tourisme" en "offices du tourisme" een subsidie toekennen voor het uitvoeren van acties of campagnes voor de promotie van het toerisme binnen hun respectievelijk ambtsgebied.

De subsidie slaat op : 1° het uitdenken, de verwezenlijking en het afdrukken van dragers voor toeristische promotiecampagnes;2° het gebruik van de nieuwe informatie- en communicatietechnologieën volgens de modaliteiten bepaald door de Regering. Art. D.IV.34. De Regering specificeert de uitgaven die het voorwerp kunnen uitmaken van een subsidie als bedoeld in artikel D.IV.33. Afdeling 2. - Toekenningsvoorwaarden voor de subsidie

Art. D.IV.35. De Regering kan een subsidie bedoeld in artikel D.IV.33 toekennen als: 1° de aanvrager een gecertificeerd "maison du tourisme" of "office du tourisme" is;2° de acties voor de promotie van het toerisme in het algemeen beleid kaderen dat door het Waalse Gewest inzake toerisme gevoerd wordt;3° de acties voor de promotie van het toerisme in overeenstemming zijn met die van "Tourisme Wallonie" en "VISITWallonia";4° de acties voor de promotie van het toerisme grotendeels gevoerd worden in een geografisch ambtsgebied dat het gebied van de aanvrager overschrijdt; Afdeling 3. - Toekenningsmodaliteiten voor de subsidie

Art. D.IV.36. De Regering bepaalt de modaliteiten voor de toekenning van de in artikel D.IV.33. bedoelde subsidie.

Zij kan ook de subsidie toekennen na een projectoproep uitgeschreven overeenkomstig afdeling 5 van dit hoofdstuk. Afdeling 4. - Subsidiepercentage en -bedrag

Art. D.IV.37. De Regering bepaalt het percentage, het bedrag en de wijze van berekening van de subsidie bedoeld in artikel D.IV.33. Afdeling 5. - Inhoud van de projectoproepen

Art. D.IV.38. De Regering stelt de modaliteiten voor de in artikel D.IV.36, lid 2, bedoelde projectoproepen overeenkomstig de artikelen D.IV.2. en D.IV.3 vast. Afdeling 6. - Procedures voor de uitbetaling van de subsidies en voor

de controle op het gebruik ervan Art. D.IV.39. De Regering bepaalt de modaliteiten en de procedure betreffende de uitbetaling van de subsidies. HOOFDSTUK 6. - Subsidies voor "maisons du tourisme" en "offices du tourisme" voor de promotie van vaste wandelroutes en vaste reisproducten Art. D.IV.40. Binnen de perken van de begrotingskredieten kan de Regering een subsidie verlenen aan gecertificeerde "maisons du tourisme" en "offices du tourisme" voor: 1° het ontwerpen, vervaardigen en drukken van kaarten en beschrijvingen van wandelingen met betrekking tot vaste wandelroutes en toegelaten baste reisproducten volgens de door de Regering bepaalde modaliteiten;2° de auteursrechten en vertaalkosten die nodig zijn voor de uitvoering van de acties bedoeld onder 1°. De aanvrager mag geen kaarten en beschrijvingen van wandelingen verkopen tegen een prijs die hoger is dan de prijs die door de Regering is vastgesteld en in overeenstemming met de voorwaarden die zij bepaalt.

Art. D.IV.41. De Regering bepaalt de modaliteiten voor de toekenning en de vereffening van de in artikel D.IV.40 bedoelde subsidie.

Art. D.IV.42. De Regering bepaalt het percentage, het bedrag en modaliteiten voor de berekening van de in artikel D.IV.40 bedoelde subsidie. HOOFDSTUK 7. - Subsidies voor toeristische instellingen per projectoproepen om de professionalisering van de sector te bevorderen Afdeling 1. - Doel van de subsidie

Art. D.IV.43. Binnen de perken van de begrotingskredieten kan de Regering tussenkomen in de uitgaven voor diensten in verband met de uitvoering van professionaliseringsacties.

De in lid 1 bedoelde professionaliseringacties omvatten met name : 1° sensibiliserings- en promotie-acties, opleidingen, uitwisselingen van praktijken, studies en specifieke certificeringen in het kader van professionalisering;2° studies of analyses. Art. D.IV.44. § 1. De Regering specificeert de uitgaven die het voorwerp kunnen uitmaken van een subsidie als bedoeld in artikel D.IV.43. Afdeling 2. - Toekenningsvoorwaarden voor de subsidie

Art. D.IV.45. De Regering kan een subsidie bedoeld in artikel D.IV.43 toekennen als: 1° de professionaliseringacties in het algemeen beleid kaderen dat door het Waalse Gewest inzake toerisme gevoerd wordt;2° de professionaliseringsacties in het kader van opdrachten van de toeristische instellingen passen. Afdeling 3. - Toekenningsmodaliteiten voor de subsidie

Art. D.IV.46. De Regering kan ook de in artikel D.IV.43, bedoelde subsidie toekennen na een projectoproep uitgeschreven overeenkomstig afdeling 4 van dit hoofdstuk. Afdeling 4. - Inhoud van de projectoproepen

Art. D.IV.47. De Regering stelt de modaliteiten voor de in artikel D.IV.43, bedoelde projectoproepen overeenkomstig de artikelen D.IV.2. en D.IV.3 vast. Afdeling 5. - Procedures voor de uitbetaling van de subsidies en voor

de controle op het gebruik ervan Art. D.IV.48. De Regering stelt de modaliteiten en de procedure vast voor de uitbetaling van de in artikel D.IV.43. bedoelde subsidies. HOOFDSTUK 8. - Subsidies per projectoproepen aan de toeristische instellingen om de territoriale omgeving te dynamiseren en te stimuleren Afdeling 1. - Doel van de subsidie

Art. D.IV.49. Binnen de perken van de begrotingskredieten kan de Regering tussenbeide komen in de uitgaven betreffende de verwezenlijking van acties ter dynamisering en stimulering van de omgeving van gecertificeerde toeristische instellingen.

Dit omvat exclusieve of gezamenlijke initiatieven en partnerschappen om de ontwikkeling van de troeven van het gebied te ondersteunen en de marketing van producten aan te moedigen, waaronder : 1° de coördinatie van evenementen voor de lokale dynamisering;2° het ontwikkelen van netwerken tussen toeristische instellingen en lokale actoren. Art. D.IV.50. De Regering specificeert de uitgaven die het voorwerp kunnen uitmaken van een subsidie als bedoeld in artikel D.IV.49. Afdeling 2. - Toekenningsvoorwaarden voor de subsidie

Art. D.IV.51. De Regering kan een subsidie bedoeld in artikel D.IV.49 toekennen als: 1° de aanvrager een gecertificeerde toeristische instelling is;2° de initiatieven en partnerschappen in het algemeen beleid kaderen, dat door het Waalse Gewest inzake toerisme gevoerd wordt;3° de initiatieven en partnerschappen deel uitmaken van de taken die door of krachtens dit Wetboek aan toeristische instellingen worden toegewezen. Afdeling 3. - Toekenningsmodaliteiten voor de subsidie

Art. D.IV.52. De Regering kan ook de in artikel D.IV.49 bedoelde subsidie toekennen na een projectoproep uitgeschreven overeenkomstig afdeling 4 van dit hoofdstuk. Afdeling 4. - Inhoud van de projectoproepen

Art. D.IV.53. De Regering stelt de modaliteiten voor de in artikel D.IV.49, bedoelde projectoproepen overeenkomstig de artikelen D.IV.2. en D.IV.3 vast. Afdeling 5. - Procedures voor de uitbetaling van de subsidies en voor

de controle op het gebruik ervan Art. D.IV.54. De Regering stelt de modaliteiten en de procedure betreffende de uitbetaling van de in artikel D.IV.49 bedoelde subsidie vast TITEL 3. - Toeristische bezienswaardigheden HOOFDSTUK 1. - Toelagen voor de ontwikkeling van een toeristische bezienswaardigheid Afdeling 1. - Doel van de subsidie

Art. D.IV.55. Binnen de perken van de begrotingskredieten kan de Regering een subsidie toekennen voor de uitrusting, de aanleg of de verbetering van een gecertificeerde toeristische bezienswaardigheid, evenals voor het ereloon in verband met die werken en voor de delen van de toeristische bezienswaardigheid die voor het publiek toegankelijk zijn.

Art. D.IV.56. De Regering specificeert de uitgaven voor werken, leveringen en diensten die gesubsidieerd kunnen worden in het kader van artikel D.IV.55. Afdeling 2. - Toekenningsvoorwaarden voor de subsidie

Art. D.IV.57. De Regering bepaalt de voorwaarden voor de toekenning van de in artikel D.IV.55. bedoelde subsidie. Afdeling 3. - Toekenningsmodaliteiten voor de subsidie

Art. D.IV.58. De Regering bepaalt de modaliteiten voor de toekenning van de in artikel D.IV.55. bedoelde subsidie.

Zij kan ook de in artikel D.IV.55bedoelde subsidie toekennen na een projectoproep uitgeschreven overeenkomstig afdeling 5 van dit hoofdstuk. Afdeling 4. - Subsidiepercentage en -bedrag

Art. D.IV.59. De Regering bepaalt het percentage, het bedrag en de wijze van berekening van de subsidie bedoeld in artikel D.IV.7, § 2. Afdeling 5. - Bijzondere modaliteiten voor de subsidiëring per

projectoproep Art. D.IV.60. De Regering stelt de modaliteiten voor de in artikel D.IV.58, lid 2, bedoelde projectoproepen overeenkomstig de artikelen D.IV.2. en D.IV.3 vast. Afdeling 6. - Procedures voor de uitbetaling van de subsidies en voor

de controle op het gebruik ervan Art. D.IV.61. De Regering stelt de modaliteiten en de procedure betreffende de uitbetaling van de in artikel D.IV.55 bedoelde subsidie vast HOOFDSTUK 2. - Subsidies per projectoproep voor de professionalisering van de sector Afdeling 1. - Doel van de subsidie

Art. D.IV.62. Binnen de perken van de begrotingskredieten kan de Regering tussenkomen in de uitgaven voor diensten in verband met de uitvoering van professionaliseringsacties voor gecertificeerde toeristische bezienswaardigheden.

De professionaliseringsacties bedoeld in het eerste lid omvatten: 1° sensibiliserings- en promotie-acties, opleidingen, uitwisselingen van praktijken, studies en specifieke certificeringen in het kader van professionalisering;2° studies of analyses. Art. D.IV.63. De Regering specificeert de uitgaven die het voorwerp kunnen uitmaken van een subsidie als bedoeld in artikel D.IV.62. Afdeling 2. - Toekenningsvoorwaarden voor de subsidie

Art. D.IV.64. De Regering kan een subsidie bedoeld in artikel D.IV.62 toekennen als: 1° de toeristische bezienswaardigheid gecertificeerd is op het moment dat de subsidie wettelijk wordt vastgelegd;2° de professionaliseringsacties in het algemeen beleid kaderen dat door het Waalse Gewest inzake toerisme gevoerd wordt Afdeling 3.- Toekenningsmodaliteiten voor de subsidie

Art. D.IV.65. De Regering kan ook de in artikel D.IV.62, bedoelde subsidie toekennen na een projectoproep uitgeschreven overeenkomstig afdeling 4 van dit hoofdstuk. Afdeling 4. - Inhoud van de projectoproepen

Art. D.IV.66. De Regering stelt de modaliteiten voor de in artikel D.IV.62, bedoelde projectoproepen overeenkomstig de artikelen D.IV.2. en D.IV.3 vast. Afdeling 5. - Procedures voor de uitbetaling van de subsidies en voor

de controle op het gebruik ervan Art. D.IV.67. De Regering stelt de modaliteiten en de procedure betreffende de uitbetaling van de in artikel D.IV.62 bedoelde subsidie vast HOOFDSTUK 3. - Subsidies per projectoproep voor de professionalisering van de sector Afdeling 1. - Doel van de subsidie

Art. D.IV.68. Binnen de perken van de begrotingskredieten kan de Regering tussenkomen in de uitgaven betreffende de verwezenlijking van acties voor de promotie van gecertificeerde toeristische bezienswaardigheden of toeristische trekpleisters.

In de zin van deze bepaling wordt een toeristische trekpleister gedefinieerd als een plaats van toeristisch belang die een vergroting van haar aantrekkelijkheid rechtvaardigt, maar die geen toeristische bezienswaardigheid vormt.

De subsidie slaat op : 1° het uitdenken, de verwezenlijking en het afdrukken van dragers ter verspreiding van de campagne;2° het uitdenken, de verwezenlijking of de reorganisatie van een internetsite volgens de modaliteiten omschreven door de Regering. Art. D.IV.69. De Regering specificeert de uitgaven die het voorwerp kunnen uitmaken van een subsidie als bedoeld in artikel D.IV.68. Afdeling 2. - Toekenningsvoorwaarden voor de subsidie

Art. D.IV.70. De Regering kan een subsidie bedoeld in artikel D.IV.68 toekennen als: 1° de aanvrager de uitbater is van één of meerdere gecertificeerde toeristische bezienswaardigheid of een toeristische trekpleister;2° de actie voor toeristische promotie in het algemeen beleid kadert dat door het Waalse Gewest inzake toerisme gevoerd wordt;3° de actie voor toeristische promotie aansluit bij de acties van "Tourisme Wallonie", "VISITWallonia" en het "maison du tourisme" in wiens ambtsgebied de bezienswaardigheid of de trekpleister zich bevindt;4° de actie voor toeristische promotie grotendeels gevoerd wordt in een geografisch àmbtsgebied dat het gebied overschrijdt van het "maison du tourisme" in het ambtsgebied waarvan de bezienswaardigheid of de trekpleister gevestigd is. Afdeling 3. - Toekenningsmodaliteiten voor de subsidie

Art. D.IV.71. De Regering kan ook de in artikel D.IV.68, bedoelde subsidie toekennen na een projectoproep uitgeschreven overeenkomstig afdeling 4 van dit hoofdstuk. Afdeling 4. - Inhoud van de projectoproepen

Art. D.IV.72. De Regering stelt de modaliteiten voor de in artikel D.IV.68, bedoelde projectoproepen overeenkomstig de artikelen D.IV.2. en D.IV.3 vast. Afdeling 5. - Procedures voor de uitbetaling van de subsidies en voor

de controle op het gebruik ervan Art. D.IV.73. De Regering bepaalt de modaliteiten en de procedure betreffende de uitbetaling van de subsidie bedoeld in artikel D.IV.68.

TITEL 4. - Toeristische uitrustingen HOOFDSTUK 1. - Doel van de subsidie Art. D.IV.74. Binnen de perken van de begrotingskredieten kan de Regering subsidie verlenen voor aankopen en bouwwerken, verbeteringen, uitbreidingen en uitrustingen die bedoeld zijn om de toeristische aantrekkingskracht van een gebied te vergroten en die geen betrekking hebben op een toeristische bezienswaardigheid.

Art. D.IV.75. De Regering specificeert de uitgaven die kunnen worden gesubsidieerd op grond van artikel D.IV.74. HOOFDSTUK 2. - Toekenningsvoorwaarden voor de subsidie Art. D.IV.76. De toekenning van de in artikel D.IV.74 bedoelde subsidie wordt ondergeschikt gemaakt aan volgende voorwaarden : 1° de aanvrager is een ondergeschikte instantie of een vereniging zonder winstoogmerk die voldoet aan de voorwaarden bedoeld in artikel D.IV.77; 2° de projecten voor werken, leveringen en diensten worden door de Regering goedgekeurd binnen de termijn en op de wijze die zij bepaalt. De werken en leveringen worden uitgevoerd binnen de door de Regering gestelde termijnen.

Gesubsidieerde infrastructuren zijn gratis toegankelijk voor het publiek en mogen op geen enkele wijze commercieel worden gebruikt zolang de voorwaarden voor toekenning en gebruik van de subsidie van kracht zijn, tenzij door de Regeringeen vrijstelling wordt verleend in overeenstemming met de Europese regelgeving inzake staatssteun.

De dienstverleners en leveranciers die door de begunstigde worden gekozen om de gesubsidieerde investeringen uit te voeren, worden geselecteerd na een transparante, niet-discriminerende en onvoorwaardelijke openbare aanbestedingsprocedure.

Art. D.IV.77. De vereniging zonder winstoogmerk bedoeld in artikel D.IV.76 : 1° levert het bewijs van ten minste twee jaar toeristische activiteiten waarvan het merendeel wordt uitgevoerd in een geografisch ambtsgebied dat verder reikt dan de gemeente waarin de aanvrager is gevestigd;2° beschikt over voldoende financiële of menselijke capaciteit om de gesubsidieerde projecten tot een goed einde te brengen. De voorwaarden bedoeld in het eerste lid kunnen nader bepaald worden door de Regering. HOOFDSTUK 3. - Toekenningsmodaliteiten voor de subsidie Art. D.IV.78. De Regering bepaalt de modaliteiten voor de toekenning van de in artikel D.IV.74. bedoelde subsidies.

Zij kan ook de in artikel D.IV.74 bedoelde subsidie toekennen na een projectoproep uitgeschreven overeenkomstig afdeling 5 van deze Titel. HOOFDSTUK 4. - Subsidiepercentage en -bedrag Art. D.IV.79. De Regering bepaalt het percentage, het bedrag en de modaliteiten voor de toekenning van de in artikel D.IV.74 bedoelde subsidies. HOOFDSTUK 5. - Bijzondere modaliteiten voor de subsidiëring per projectoproep Art. D.IV.80. De Regering stelt de modaliteiten voor de in artikel D.IV.78 bedoelde projectoproepen overeenkomstig de artikelen D.IV.2. en D.IV.3 vast. HOOFDSTUK 6. - Procedures voor de uitbetaling van de subsidies en voor de controle op het gebruik ervan Art. D.IV.81. De Regering stelt de modaliteiten en de procedure betreffende de uitbetaling van de in artikel D.IV.74 bedoelde subsidie vast TITEL 5. - Toeristische logiezen HOOFDSTUK 1. - Algemene subsidies Afdeling 1. - Doel van de subsidie

Art. D.IV.82. Binnen de perken van de begrotingskredieten kan de Regering een subsidie verlenen voor: 1° de aankoop van materiaal, werken en honoraria voor deze werken, bestemd voor de bouw, de inrichting en de uitrusting van toeristische hotels, voor de ruimte die uitsluitend bestemd is voor toeristische klanten of bestemd voor de inrichting en de uitrusting van gemeubileerde vakantiewoningen in gebouwen die ten minste tien jaar bestaan;2° de aankoop van roerende goederen, renovatie- of inrichtingswerken en de honoraria voor deze werken, voor de ruimte die uitsluitend aan toeristische klanten wordt toegewezen.Deze investeringen zijn bedoeld voor de uitbating of moderniseren van gastenhuizen in gebouwen die al minstens tien jaar bestaan, met het oog op de inrichting en uitrusting ervan; 3° de werken voor de inrichting en uitrusting van toeristische kampeerterreinen, evenals voor het ereloon in verband ermee voor de aankoop van materiaal dat nodig is voor de uitvoering van werken voor de inrichting, uitbreiding en modernisering van toeristische kampeerterreinen;4° de werken voor de aanleg en de uitrusting van vakantiedorpen, evenals voor het ereloon in verband ermee, en voor de aankoop van de materialen die nodig zijn voor de uitvoering van de werken bestemd voor de oprichting of de modernisering van de vakantiedorpen;5° Binnen de perken van de begrotingskredieten kan de Regering een subsidie toekennen voor de aankoop van materiaal, de werken en het ereloon dat daarop betrekking heeft, bestemd voor de bouw, de inrichting, de vergroting en de uitrusting van jeugdherbergen. Art. D.IV.83. De Regering specificeert de uitgaven die kunnen worden gesubsidieerd in het kader van artikel D.IV.82. Afdeling 2. - Toekenningsvoorwaarden voor de subsidie

Art. D.IV.84. Voor de subsidies bedoeld in artikel D.IV.82 moet de exploitant houder zijn van de certificering bedoeld in artikel D.III.27. Bovendien beschikt hij over een bedrijfsnummer bij de Kruispuntbank der Ondernemingen Afdeling 3. - Toekenningsmodaliteiten voor de subsidie

Art. D.IV.85. De Regering bepaalt de modaliteiten voor de toekenning van de in artikel D.IV.84. bedoelde subsidies.

Zij kan ook de in artikel D.IV.84 bedoelde subsidies toekennen na een projectoproep uitgeschreven overeenkomstig afdeling 5 van dit hoofdstuk. Afdeling 4. - Percentage, bedrag en frequentie van de subsidie

Art. D.IV.86. De Regering bepaalt het percentage, het bedrag en de modaliteiten voor de toekenning van de in artikel D.IV.82 bedoelde subsidies. Afdeling 5. - Bijzondere modaliteiten voor de subsidiëring per

projectoproep Art. D.IV.87. De Regering stelt de modaliteiten voor de in artikel D.IV.85, lid 2, bedoelde projectoproepen overeenkomstig de artikelen D.IV.2. en D.IV.3 vast. Afdeling 6. - Uitbetalingsprocedures

Art. D.IV.88. De Regering stelt de modaliteiten en de procedure vast voor de uitbetaling van de in artikel D.IV.82. bedoelde subsidies HOOFDSTUK 2. - Kampplaatsen Afdeling 1. - Doel van de subsidie

Art. D.IV.89. § 1. Binnen de perken van de begrotingskredieten kan de Regering een subsidie toekennen voor de aankoop van uitrustingen of van materialen en voor de werken om de gebouwen of gebouwgedeelten in overeenstemming te brengen met de basisnormen of specifieke normen inzake brandveiligheid en hygiëne voor de kampplaatsen. § 2. Binnen de perken van de begrotingskredieten verleent de Regering een subsidie aan de in artikel D.III.66 bedoelde erkende instelling.

Art. D.IV.90. De Regering specificeert de uitgaven die kunnen worden gesubsidieerd in het kader van artikel D.IV.89. Afdeling 2. - Toekenningsvoorwaarden voor de subsidie

Art. D.IV.91. De toekenning van de subsidie bedoeld in artikel D.IV.89, § 1, is onderworpen aan de voorwaarde dat de aanvrager houder is van het label "kampplaats" en aan de eventueel door de Regering vastgestelde voorwaarden.

Voor de subsidies bedoeld in artikel D.IV.89, § 2, moet de instelling beschikken over de in artikel D.III.69. bedoelde erkenning. Afdeling 3. - Toekenningsmodaliteiten voor de subsidie

Art. D.IV.92. De Regering bepaalt de modaliteiten voor de toekenning van de in artikel D.IV.89. bedoelde subsidies.

Zij kan ook de in artikel D.IV.89, § 1, bedoelde subsidies toekennen na een projectoproep uitgeschreven overeenkomstig afdeling 5 van dit hoofdstuk. Afdeling 4. - Percentage, bedrag en frequentie van de subsidie

Art. D.IV.93. De Regering bepaalt het percentage, het bedrag en de modaliteiten voor de toekenning van de in artikel D.IV.89 bedoelde subsidies. Afdeling 5. - Bijzondere modaliteiten voor de subsidiëring per

projectoproep Art. D.IV.94. De Regering stelt de modaliteiten voor de in artikel D.IV.92, lid 2, bedoelde projectoproepen overeenkomstig de artikelen D.IV.2. en D.IV.3 vast. Afdeling 6. - Uitbetalingsprocedures

Art. D.IV.95. De Regering stelt de modaliteiten en de procedure vast voor de uitbetaling van de in artikel D.IV.89. bedoelde subsidies HOOFDSTUK 3. - Subsidies per projectoproep voor de professionalisering van de sector Afdeling 1. - Doel van de subsidie

Art. D.IV.96. Binnen de perken van de begrotingskredieten kan de Regering tussenkomen in de uitgaven voor diensten in verband met de uitvoering van professionaliseringsacties voor gecertificeerde toeristische logiezen.

De in lid 1 bedoelde professionaliseringacties omvatten met name : 1° sensibiliserings- en promotie-acties, opleidingen, uitwisselingen van praktijken, studies en specifieke certificeringen in het kader van professionalisering;2° studies of analyses. Art. D.IV.97. De Regering specificeert de uitgaven die het voorwerp kunnen uitmaken van een subsidie als bedoeld in artikel D.IV.96. Afdeling 2. - Toekenningsvoorwaarden voor de subsidie

Art. D.IV.98. De Regering kan een subsidie bedoeld in artikel D.IV.96 toekennen als: 1° het toeristische logies gecertificeerd is of, voor gelabelde kampplaatsen;2° de professionaliseringsacties in het algemeen beleid kaderen dat door het Waalse Gewest inzake toerisme gevoerd wordt Afdeling 3.- Toekenningsmodaliteiten voor de subsidie

Art. D.IV.99. De Regering kan ook de in artikel D.IV.96, bedoelde subsidie toekennen na een projectoproep uitgeschreven overeenkomstig afdeling 4 van dit hoofdstuk. Afdeling 4. - Inhoud van de projectoproepen

Art. D.IV.100. De Regering stelt de modaliteiten voor de in artikel D.IV.96, bedoelde projectoproepen overeenkomstig de artikelen D.IV.2. en D.IV.3 vast. Afdeling 5. - Procedures voor de uitbetaling van de subsidies en voor

de controle op het gebruik ervan Art. D.IV.101. De Regering stelt de modaliteiten en de procedure betreffende de uitbetaling van de in artikel D.IV.96 bedoelde subsidie vast TITEL 6. - Subsidies inzake toerisme voor allen HOOFDSTUK 1. - Algemene subsidies Afdeling 1. - Doel van de subsidie

Art. D.IV.102. Om het toerisme voor allen te bevorderen en te ontwikkelen, kan de Regering, binnen de perken van de begrotingskredieten, tussenkomen in de uitgaven gedaan door de overeenkomstig artikel D.III.47 gecertificeerde toerismeverenigingen voor allen of door de overeenkomstig artikel D.III.48. gecertificeerde toerismecentra voor allen.

De subsidie kan betrekking hebben op uitgaven aangaande: 1° de aankopen en bouwwerken, ontwikkeling, renovatie, modernisering of uitbreiding van onroerende goederen bestemd en toegewezen voor de ontwikkeling van toerismecentra voor allen;2° de bewegwijzering voor het toerismecentrum voor allen;3° het meubilair voor het toerismecentrum voor allen bestemd voor toeristen. Het ereloon met betrekking tot de werken bedoeld in het tweede lid kan gesubsidieerd worden.

Art. D.IV.103. De Regering specificeert de categorieën uitgaven die op grond van artikel D.IV.102. gesubsidieerd kunnen worden. Afdeling 2. - Voorwaarden voor de toekenning van de subsidies

Art. D.IV.104. De Regering kan de in artikel D.IV.102 bedoelde subsidies toekennen aan de toerismeverenigingen voor allen die volgende voorwaarden vervullen: 1° het toeristische logies waarvoor de subsidie wordt aangevraagd, voldoet aan de door de Regering vastgestelde normen;2° de vereniging verdedigt een project dat kadert in het algemeen beleid dat door het Waalse Gewest inzake toerisme gevoerd wordt;3° de gesubsidieerde acties zijn in overeenstemming met de doelstellingen en acties ontwikkeld in het kader van het vierjarenplan;4° per kalenderjaar besteedt de verhouding in verhouding tot het aantal overnachtingen minstens 51 % van de werkelijke bezetting van het betrokken toeristische logies aan het onderbrengen van aangesloten leden; 5° de vergoeding voor de aan haar leden verleende diensten bedraagt niet meer dan enerzijds driekwart van de gemiddelde prijs die voor een vergelijkbare dienst in een toeristenhotel in rekening wordt gebracht en anderzijds driekwart van de prijs die in het desbetreffende toeristische logies aan niet-leden in rekening wordt gebracht.;

Art. D.IV.105. De Regering kan de in artikel D.IV.102 bedoelde subsidies toekennen aan de toerismecentra voor allen die niet aangesloten zijn bij een toerismevereniging en die de volgende voorwaarden vervullen: 1° het centrum voldoet aan de door de Regering bepaalde normen;2° het centrum verdedigt een project dat kadert in het algemeen beleid dat door het Waalse Gewest inzake toerisme gevoerd wordt;3° de gesubsidieerde acties zijn in overeenstemming met de doelstellingen en acties ontwikkeld in het kader van het vierjarenplan;4° het centrum besteedt per kalenderjaar ten minste eenenvijftig procent van zijn effectieve bezetting, gemeten naar het aantal overnachtingen, aan dienstverleningen waarvoor de vergoeding niet meer bedraagt dan drie vierde van de gemiddelde prijs die voor een vergelijkbare dienst wordt aangerekend. Een toerismecentrum voor allen komt niet in aanmerking voor subsidie als toeristisch logies. Afdeling 3. - Subsidiepercentage en -bedrag

Art. D.IV.106. De Regering bepaalt het percentage, het bedrag en de wijze van berekening van de subsidie bedoeld in artikel D.IV.102. Afdeling 4. - Procedures voor toekenning en uitbetaling van de

subsidies Art. D.IV.107. De Regering bepaalt de modaliteiten voor de toekenning en de uitbetaling van de in artikel D.IV. 102. bedoelde subsidie.

Art. D.IV.108. Naast de algemene boekhouding moet de vereniging die de subsidie ontvangt een aparte boekhouding bijhouden, inclusief een winst- en verliesrekening en een jaarbalans voor elk van de toerisme centra voor allen. HOOFDSTUK 2. - Subsidies per projectoproep voor de professionalisering van de sector Afdeling 1. - Doel van de subsidie

Art. D.IV.109. Binnen de perken van de begrotingskredieten kan de Regering tussenkomen in de uitgaven voor diensten in verband met de uitvoering van professionaliseringsacties voor overeenkomstig artikel D.III.47 gecertificeerde toerismeverenigingen voor allen of overeenkomstig artikel D.III.48 gecertificeerde toerismecentra voor allen.

De professionaliseringsacties bedoeld in het eerste lid omvatten: 1° sensibilisering, opleiding, uitwisseling van praktijken, studies, promotie en certificering;2° studies of analyses. Art. D.IV.110. De Regering specificeert de uitgaven die het voorwerp kunnen uitmaken van een subsidie als bedoeld in artikel D.IV.109. Afdeling 2. - Toekenningsvoorwaarden voor de subsidie

Art. D.IV.111. De Regering kan een subsidie als bedoeld in artikel D.IV.109 verlenen onder de voorwaarden van de artikelen D.IV.104 en D.IV.105. Afdeling 3. - Toekenningsmodaliteiten voor de subsidie

Art. D.IV.112. De Regering kan ook de in artikel D.IV.62, bedoelde subsidie toekennen na een projectoproep uitgeschreven overeenkomstig afdeling 4 van dit hoofdstuk. Afdeling 4. - Inhoud van de projectoproepen

Art. D.IV.113. De Regering stelt de modaliteiten voor de in artikel D.IV.109, bedoelde projectoproepen overeenkomstig de artikelen D.IV.2. en D.IV.3 vast. Afdeling 5. - Procedures voor de uitbetaling van de subsidies en voor

de controle op het gebruik ervan Art. D.IV.114. De Regering stelt de modaliteiten en de procedure betreffende de uitbetaling van de in artikel D.IV.109 bedoelde subsidie vast HOOFDSTUK 3. - Subsidies per projectoproep voor de professionalisering van de sector Afdeling 1. - Doel van de subsidie

Art. D.IV.115. Binnen de perken van de begrotingskredieten kan de Regering tussenkomen in de uitgaven voor diensten in verband met de uitvoering van professionaliseringsacties voor overeenkomstig artikel D.III.47 gecertificeerde toerismeverenigingen voor allen of overeenkomstig artikel D.III.48 gecertificeerde toerismecentra voor allen.

De in lid 1 bedoelde professionaliseringacties omvatten met name: 1° het uitdenken, de verwezenlijking en het afdrukken van dragers ter verspreiding van de campagne;2° het uitdenken, de verwezenlijking of de reorganisatie van een internetsite volgens de modaliteiten omschreven door de Regering. Art. D.IV.116. De Regering specificeert de uitgaven die het voorwerp kunnen uitmaken van een subsidie als bedoeld in artikel D.IV.115. Afdeling 2. - Toekenningsvoorwaarden voor de subsidie

Art. D.IV.117. De Regering kan een subsidie als bedoeld in artikel D.IV.115 verlenen onder de voorwaarden van de artikelen D.IV.104 en D.IV.105. Afdeling 3. - Toekenningsmodaliteiten voor de subsidie

Art. D.IV.118. De Regering kan ook de in artikel D.IV.115, bedoelde subsidie toekennen na een projectoproep uitgeschreven overeenkomstig afdeling 4 van dit hoofdstuk. Afdeling 4. - Inhoud van de projectoproepen

Art. D.IV.119. De Regering stelt de modaliteiten voor de in artikel D.IV.115, bedoelde projectoproepen overeenkomstig de artikelen D.IV.2. en D.IV.3 vast. Afdeling 5. - Procedures voor de uitbetaling van de subsidies en voor

de controle op het gebruik ervan Art. D.IV.120. De Regering stelt de modaliteiten en de procedure betreffende de uitbetaling van de in artikel D.IV.115 bedoelde subsidie vast TITEL 7. - Ontwikkeling van vaste wandelroutes en vaste reisproducten HOOFDSTUK 1. - Doel van de subsidie Art. D.IV.121. Binnen de perken van de begrotingskredieten kan de Regering een subsidie verlenen voor: 1° het ontwerp, leveren en plaatsen van markeringen die voldoen aan de door de Regering vastgelegde normen voor toegelaten vaste wandelroutes en toegelaten vaste reisproducten;2° de leveringen, werken en diensten met betrekking tot de apparatuur van het toegelaten vaste reisproduct. Art. D.IV.122. De Regering specificeert de uitgaven die kunnen worden gesubsidieerd op grond van artikel D.IV.121. HOOFDSTUK 2. - Toekenningsvoorwaarden voor de subsidie Art. D.IV.123. De toekenning van de in artikel D.IV. 121 bedoelde subsidie wordt ondergeschikt gemaakt aan volgende voorwaarden: 1° de vaste wandelroutes en de vaste reisproducten zijn toegestaan op het moment van de wettelijke vastlegging van de subsidie;2° de gesubsidieerde inrichtingen zijn gratis toegankelijk voor het publiek, tenzij een afwijking wordt toegestaan door de Regering in overeenstemming met de Europese regelgeving inzake staatssteun, en mogen niet commercieel worden geëxploiteerd, zelfs niet op een later tijdstip;3° de dienstverleners en leveranciers die door de begunstigde worden gekozen om de gesubsidieerde investeringen uit te voeren, worden geselecteerd na een transparante, niet-discriminerende en onvoorwaardelijke openbare aanbestedingsprocedure. HOOFDSTUK 3. - Toekenningsmodaliteiten voor de subsidie Art. D.IV.124. De Regering bepaalt de modaliteiten voor de toekenning van de in artikel D.IV.121. bedoelde subsidies. HOOFDSTUK 4. - Subsidiepercentage en -bedrag Art. D.IV.125. De Regering bepaalt het percentage, het bedrag en de modaliteiten voor de toekenning van de in artikel D.IV.121 bedoelde subsidies. HOOFDSTUK 5. - Procedures voor de uitbetaling van de subsidies en voor de controle op het gebruik ervan Art. D.IV.126. De Regering stelt de modaliteiten en de procedure betreffende de uitbetaling van de in artikel D.IV.121 bedoelde subsidie vast TITEL 8. - Subsidies en projectoproepen voor verenigingen zonder winstoogmerk voor toeristische evenementen HOOFDSTUK 1. - Doel van subsidies voor de promotie van toeristische evenementen en subsidies door middel van een projectoproep voor de organisatie van toeristische evenementen Afdeling 1. - Doel van de subsidie voor de promotie van toeristische

evenementen Art. D.IV.127. § 1. Binnen de perken van de begrotingskredieten kan de Regering verenigingen zonder winstoogmerk, met uitzondering van gecertificeerde toeristische instellingen, subsidie verlenen voor het uitvoeren van acties of campagnes voor de promotie van toeristische evenementen.

De Regering bepaalt de modaliteiten voor de toekenning van de in het eerste lid bedoelde subsidie. § 2. De in paragraaf 1 bedoelde subsidie slaat op: 1° het uitdenken, de verwezenlijking en het afdrukken van drager van de acties en campagnes voor de promotie van toeristische evenementen;2° het gebruik van de nieuwe informatie- en communicatietechnologieën volgens de modaliteiten bepaald door de Regering. Art. D.IV.128. De Regering specificeert de uitgaven die kunnen worden gesubsidieerd in het kader van artikel D.IV.127. Afdeling 2. - Doel van de subsidie per projectoproep voor de

organisatie van evenementen Art. D.IV.129. § 1. De Regering kan oproepen tot het indienen van projecten uitschrijven om subsidies te verlenen aan verenigingen zonder winstoogmerk, met uitzondering van gecertificeerde toeristische instellingen, voor de organisatie van evenementen waarvan ze de impact op de aantrekkelijkheid van de regio als toeristische bestemming bepaalt. § 2. De Regering specificeert de uitgaven die het voorwerp kunnen uitmaken van een subsidie als bedoeld in paragraaf 1.

Onder voorbehoud van de bijzondere voorwaarden in deze afdeling zijn de bepalingen van dit hoofdstuk van toepassing op subsidies die na een projectoproep worden toegekend. HOOFDSTUK 2. - Toekenningsvoorwaarden voor de subsidie Afdeling 1. - Subsidies voor de bevordering van het toerisme

Art. D.IV.130. De Regering kan een subsidie bedoeld in artikel D.IV.127 toekennen als: 1° de aanvrager een vereniging zonder winstoogmerk is die één of meerdere toeristische evenementen organiseert die openstaan voor het publiek;2° de acties voor de promotie van toeristische evenementen in het algemeen beleid kaderen dat door het Waalse Gewest inzake toerisme gevoerd wordt;3° de acties voor de promotie van het toerisme in overeenstemming zijn met die van "Tourisme Wallonie" en "VISITWallonia";4° de acties voor de promotie van toeristische evenementen grotendeels gevoerd worden in een geografisch ambtsgebied dat het ambtsgebied van het evenement overschrijdt;5° de acties voor de promotie van toeristische evenementen geen betrekking op sportevenementen of evenementen met een louter lokaal karakter. Afdeling 2. - Subsidies per projectoproep voor de organisatie van

evenementen Art. D.IV.131. De Regering kan een subsidie bedoeld in artikel D.IV.129 toekennen als: 1° de aanvrager een vereniging zonder winstoogmerk is die één of meerdere toeristische evenementen organiseert die openstaan voor het publiek;2° het evenement in het algemeen beleid kadert dat door het Waalse Gewest inzake toerisme gevoerd wordt;3° de invloed van het evenement in een geografisch ambtsgebied worden ingezet, dat het ambtsgebied van het evenement overschrijdt;4° de acties voor de promotie van toeristische evenementen grotendeels gevoerd worden in een geografisch ambtsgebied dat het ambtsgebied van het evenement overschrijdt;5° de evenementen niet uitsluitend van lokale aard zijn en geen sportevenement vormen. HOOFDSTUK 3. - Toekenningsmodaliteiten voor de subsidie Art. D.IV.132. De Regering bepaalt de modaliteiten voor de toekenning van de in artikel D.IV.127. bedoelde subsidies.

De Regering kent de subsidie bedoeld in artikel D.IV.129 toe op basis van een projectoproep, volgens de modaliteiten die zij bepaalt. HOOFDSTUK 4. - Subsidiepercentage en -bedrag Art. D.IV.133. De Regering bepaalt het percentage, het bedrag en modaliteiten voor de berekening van de in artikel D.IV.127 bedoelde subsidie.

De Regering stelt de modaliteiten voor de in artikel D.IV.131, bedoelde projectoproepen overeenkomstig de artikelen D.IV.2. en D.IV.3 vast. HOOFDSTUK 5. - Procedures voor het uitbetalen van subsidies en de controle op het gebruik ervan Art. D.IV.134. De Regering bepaalt de modaliteiten en de procedure betreffende de uitbetaling van de subsidies.

TITEL 9. - Garanties Art. D.IV.135. § 1. Voor subsidies waarvan het bedrag door de Regering wordt vastgesteld, wordt de zekerheid, afzonderlijk of gezamenlijk, gevormd door: 1° een onafhankelijke bankgarantie op eerste verzoek, die moet worden gesteld door een kredietinstelling die erkend is door de Autoriteit voor Financiële Diensten en Markten of door een autoriteit van een lidstaat van de Europese Unie die bevoegd is om toezicht te houden op kredietinstellingen;2° een wettelijke hypotheek op de in België gelegen goederen die toebehoren aan de begunstigde van de schenking en waarop een hypotheek kan worden gevestigd met, behoudens vrijstelling van de Regering, een inschrijving in eerste rang;3° elke andere vorm van zekerheid bepaald door de Regering. De in lid 1 bedoelde zekerheden worden gesteld ten gunste van het Gewest.

De wettelijke hypotheek wordt op verzoek van de Regering geregistreerd op het goed dat door de begunstigde van de subsidie is aangegeven. De inschrijving vindt plaats ondanks bezwaar, betwisting of beroep.

De inschrijvingskosten van de wettelijke hypotheek dienen door de subsidiegerechtigde te worden overgenomen.

Er kan geen zekerheid worden geëist om een subsidie te garanderen die is toegekend aan een ondergeschikte autoriteit. § 2. In de beslissing tot toekenning van de subsidie: 1° vermeldt de Regering of haar afgevaardigde de gekozen zekerheid(eden);2° bepaalt de Regering of haar afgevaardigde het gegarandeerde bedrag. § 3. De in paragraaf1 bedoelde zekerheid of zekerheden wordt, respectievelijk worden, gesteld of, in het geval van een hypotheek, geregistreerd voordat de subsidie in gedeelten of in haar geheel wordt betaald. § 4. De Regering kan de voorwaarden en modaliteiten vaststellen waaraan de zekerheden moeten voldoen en, indien van toepassing, standaardzekerheidsvoorwaarden.

Zij bepaalt de voorwaarden en modaliteiten voor het vrijgeven van zekerheden wanneer de begunstigde van de subsidie heeft voldaan aan de verplichtingen die krachtens dit decreet op hem rusten door het verlenen van de subsidie, alsmede de procedure in geval van niet-nakoming van deze verplichtingen.

Boek 5. Overtredingen en straffen Art. D.V.1. Het doel van dit boek is het regelen van de opsporing, registratie, vervolging en bestraffing van de overtredingen waarnaar wordt verwezen in artikel D.V.7.

De bepalingen van Boek I van het Strafwetboek, met uitzondering hoofdstuk VII van Boek I, op de overtredingen waarnaar in of krachtens dit boek wordt verwezen.

TITEL 1. - Actoren in het kader van de beteugeling inzake toerisme HOOFDSTUK 1. - Vaststellende beambten Art. D.V.2. § 1. Onverminderd de taken van de politieambtenaren wijst de Regering de vaststellende beambten aan die belast zijn met het toezicht op de naleving van de bij of krachtens dit Boek gestelde regels en met het opsporen en vaststellen van overtredingen van die regels. § 2. De vaststellende beambten zijn statutaire of contractuele personeelsleden van "Tourisme Wallonie" van niveau A of B, met de hoedanigheid van officier van gerechtelijke politie of officier van de gerechtelijke politie. § 3. De vaststellende beambten genieten burgerlijke en politieke rechten en mogen niet veroordeeld zijn tot een strafrechtelijke of correctionele straf. "Tourisme Wallonie" kan om overlegging van een uittreksel uit het strafregister van model 1 verzoeken met het oog op de verificatie van de in lid 1 bedoelde voorwaarde. § 4. De bevoegdheden van gerechtelijke politie kunnen slechts uitgeoefend worden door de vaststellende beambte die de eed heeft afgelegd. De vaststellende beambte legt de eed af voor de rechtbank van eerste aanleg van zijn administratieve standplaats.

De hoofdgriffier van de rechtbank van eerste aanleg voor wie de vaststellende beambte de eed heeft afgelegd, stuurt een kopie van het aanwijzingsdocument en de eed naar alle griffiers van de rechtbanken van eerste aanleg van het Gewest. § 5. De vaststellende beambten oefenen hun bevoegdheden uit onder voorwaarden die hun onafhankelijkheid en onpartijdigheid waarborgen. § 6. De Regering organiseert de opleiding van de vaststellende beambten. HOOFDSTUK 2. - Sanctionerende ambtenaren Art. D.V.3. § 1. De Regering wijst een of meerdere sanctionerende ambtenaren aan onder de personeelsleden van niveau A van "Tourisme Wallonie", die bevoegd zijn om de in artikel D.V.7 bedoelde overtredingen te vervolgen en te bestraffen. § 2. De Regering bepaalt aan welke kwalificatie-eisen de sanctionerend ambtenaar moet voldoen en welke salarisschaal van toepassing is. § 3. De functie van sanctionerend ambtenaar is onverenigbaar met die van vaststellende beambte. § 4. De sanctionerend ambtenaar geniet burgerlijke en politieke rechten en mag niet veroordeeld zijn tot een strafrechtelijke of correctionele straf. "Tourisme Wallonie" kan om overlegging van een uittreksel uit het strafregister van model 1 verzoeken met het oog op de verificatie van de in lid 1 bedoelde voorwaarde. § 5. De sanctionerend ambtenaar leed de eed af voor de rechtbank van eerste aanleg van zijn administratieve standplaats. § 6. De sanctionerend ambtenaar voert zijn taken uit onder voorwaarden die zijn onafhankelijkheid en onpartijdigheid garanderen. § 7. De Regering organiseert de opleiding van de sanctionerende ambtenaren.

TITEL 2. - Opsporing en vaststelling van de overtredingen HOOFDSTUK 1. - Onderzoeksmiddelen Art. D.V.4. § 1. Bij de uitvoering van zijn taken als bedoeld in artikel D.V.2, § 1, kan de vaststellende beambte: 1° de hulp van de federale politie, lokale politie of andere gewestelijke diensten vragen.2° vrijelijk, op elk moment van de dag of nacht, elke plaats betreden, zelfs afgesloten en overdekt, met inbegrip van niet-bezette kamers, als toeristische logiezen, wanneer hij ernstige redenen heeft om aan te nemen dat er een inbreuk is op dit Boek, zonder voorafgaande waarschuwing;wanneer de onderzoeksmaatregel het karakter van een huisbezoek heeft, mogen de vaststellende beambten de ruimten betreden met voorafgaande toestemming van de onderzoeksrechter of op voorwaarde dat zij de uitdrukkelijke voorafgaande toestemming hebben van de exploitant of beheerder en van de persoon die de ruimten in kwestie daadwerkelijk gebruikt op het moment van het bezoek; 3° alle onderzoeken, controles en onderzoeken uitvoeren en alle informatie verzamelen die nodig wordt geacht om ervoor te zorgen dat de bepalingen van dit Boek worden nageleefd, en: a) elke persoon horen over elke aangelegenheid waarvan de kennis nuttig is voor de uitoefening van het toezicht;b) alle documenten, bewijsstukken of akten die nuttig zijn voor de uitoefening van zijn taken, zonder dat hij zijn kantoor hoeft te verlaten, laten overleggen of opzoeken, er een kopie van laten maken in welke vorm dan ook, of het tegen ontvangstbewijs gratis meenemen;c) de identiteit van elke persoon controleren;4° waarnemingen doen met fotografische, digitale of audiovisuele middelen, of dergelijke middelen gebruiken die van derden afkomstig zijn, op voorwaarde dat deze personen ze op rechtmatige wijze hebben verkregen;5° de nodige administratieve gegevens, zoals wettelijk voorgeschreven documenten in het bezit van de houder van de certificering, de vergunning of het label, raadplegen en er kosteloos een kopie van nemen;6° alle voorzorgsmaatregelen nemen die nodig zijn om bewijsmateriaal te bewaren, zoals het verbieden van de verplaatsing van voorwerpen of het verzegelen van goederen die gebruikt kunnen zijn om een misdrijf te plegen;7° administratieve politiemaatregelen nemen om voorwerpen die een overtreding in de zin van dit Boek kunnen vormen, uit het verkeer te kunnen halen, en dit, ook via een administratieve inbeslagneming; Overeenkomstig het eerste lid, 6° en 7°, bepaalt de Regering de modaliteiten van verzegeling of administratieve inbeslagneming.

Voor de toepassing van dit artikel kan de vaststellende beambte worden bijgestaan door technische deskundigen. De waarnemingen en informatie vastgesteld door de deskundige in het kader van zijn opdrachten kunnen worden gebruikt door de in vaststellende beambte. De deskundige handelt op een loyale en correcte wijze, overeenkomstig de wettelijke en reglementaire bepalingen alsook de bijhorende omzendbrieven en instructies.

De vaststellende beambte kan de bevindingen en verzamelde informatie meedelen aan andere vaststellende beambten van "Tourisme Wallonie" en aan elke beambte of ambtenaar die verantwoordelijk is voor het toezicht op de naleving van andere wetgeving, als deze informatie betrekking heeft op de wetgeving die deze beambte of ambtenaar moet controleren. § 2. Voor de uitoefening van de in paragraaf 1 bedoelde taken is de vaststellende beambte in het bezit van een legitimatiebewijs De Regering bepaalt welke informatie wordt opgenomen en wat de gebruiksmodaliteiten van dit legitimatiebewijs zijn. HOOFDSTUK 2. - Vaststelling van de overtredingen Art. D.V.5. § 1. In geval van overtreding bedoeld in artikel D.V.7 stelt de vaststellende beambte een proces-verbaal op dat geldt tot bewijs van het tegendeel. Het proces-verbaal vermeldt de identiteit van de beambte en zijn hoedanigheid van vaststellende beambte, de bepaling(en) van dit Wetboek waarop de overtreding gebaseerd is en het feit van de overtreding.

De Regering bepaalt de vorm en het model van het proces-verbaal bepalen. § 2. De vaststellende beambte stuurt een gewaarmerkt afschrift van het proces-verbaal binnen tien dagen na de sluiting ervan naar de overtreder. Als dit niet het geval is, wordt het proces-verbaal als louter informatief beschouwd. § 3. In het geval van een overtreding van de derde categorie zoals bedoeld in artikel D.V.7, § 3, wordt het origineel van dit proces-verbaal en het bewijs dat het naar de overtreder is gestuurd, naar de sanctionerend ambtenaar gestuurd. § 4. In het geval van een overtreding van de derde categorie zoals bedoeld in artikel D.V.7, §§ 1 en 2, wordt het origineel van dit proces-verbaal en het bewijs dat het naar de overtreder is gestuurd, naar de territoriaal bevoegde Procureur des Konings gestuurd. De procureur des Konings wordt verondersteld het proces-verbaal te hebben ontvangen op de derde werkdag na de in het proces-verbaal vermelde datum van verzending.

De beambte stuurt binnen dezelfde termijn ook een kopie van dit proces-verbaal naar de bevoegde sanctionerend ambtenaar. § 5. Er wordt een kopie gestuurd naar de burgemeester van de gemeente waar de overtreding is begaan en, indien van toepassing, ook naar de eigenaar van het goed, indien bekend.

Art. D.V.6. In het geval van een overtreding van de eerste of tweede categorie als bedoeld in artikel D.V.7, §§ 1 en 2, heeft de Procureur des Konings een termijn van drie maanden vanaf de vermoedelijke ontvangst van het proces-verbaal om de sanctionerend ambtenaar te informeren dat er een onderzoek is ingesteld of dat hij van mening is dat de zaak moet worden gesloten.

Vóór de vervaldatum van de in het eerste lid bedoelde termijn mag geen administratieve sanctie opgelegd worden, tenzij de Procureur des Konings vooraf heeft laten weten dat hij geen gevolg zou geven aan de vastgestelde feiten. Na afloop van die termijn kunnen de in het proces-verbaal vermelde feiten slechts administratief gestraft worden.

TITEL 3. - Vervolging van de overtredingen HOOFDSTUK 1. - Overtredingen Art. D.V.7. § 1. Pleegt een overtreding van de eerste categorie: 1° eenieder die gebruik maakt van de naam "Tourisme Wallonie" als bedoeld in artikel D.II.1 of "VISITWallonia" als bedoeld in artikel D.II.7, of, zonder gecertificeerd te zijn, van de naam "fédération provinciale du tourisme", "maison du tourisme", "office du tourisme", als bedoeld in artikel D.III.1, of van een andere term, vertaling of spelling die verwarring kan veroorzaken; 2° eenieder die een toeristisch logies als bedoeld in artikel D.III.21 uitbaat zonder registratie of die een bewijs van registratie toont dat hij niet heeft; 3° eenieder die een toeristisch logies of een kampplaats of exploiteert zonder geldig brandveiligheidscertificaat of vereenvoudigd keuringscertificaat;4° eenieder die gebruik maakt van het schild van een indeling of etikettering voorzien in dit Wetboek, die hem niet werd uitgereikt door "Tourisme Wallonie", of van een ander schild of teken dat verwarring kan stichten; 5° eenieder die zonder toestemming een vaste wandelroute markeert of gebruik maakt van tekens die niet in overeenstemming zijn met de in artikel D.III.92 bedoelde markeringen, of die zonder toestemming een vaste wandelroute of een reisproduct onderhoudt of gebruik maakt van tekens die niet in overeenstemming zijn met de in artikel D.III.93 bedoelde markeringen; 6° eenieder die een baken van een vaste wandelroute of een infrastructuur van een vast reisproduct vernietigt, beschadigt of verwijdert, of die nalaat de wandelroute, met inbegrip van de erfdienstbaarheid bedoeld in artikel D.III.93, of het reisproduct te onderhouden; 7° eenieder die het werk van de vaststellende belemmert of die zich niet voegt naar een bevel of een dwangmaatregel opgelegd krachtens artikel D.V.4; 8° eenieder die het werk van de sanctionerende ambtenaren belemmert; 9° eenieder die zich verzet tegen de sancties of bijkomende maatregelen die door de rechter zijn bevolen op grond van de artikelen D.V.9 en D.V.10, deze tegenwerkt, belemmert, niet naleeft of niet uitvoert; 10° eenieder die zich verzet, belemmert, hindert, verzuimt de sancties of bijkomende maatregelen opgelegd door de sanctionerend ambtenaar krachtens de artikelen D.V.14 en D.V.15 na te leven of uit te voeren, behalve in het geval van een beroep krachtens artikel D.V.18; 11° eenieder die een controle ter plaatse of een documentencontrole belemmert. § 2. Pleegt een overtreding van de tweede categorie: 1° eenieder die weigert of nalaat zich te conformeren, na schriftelijk te zijn aangemaand door de gemachtigden van "Tourisme Wallonie", naar aanleiding van een wijziging die van invloed kan zijn op de voorwaarden voor toekenning van de certificering die hem werd uitgereikt;2° eenieder die een wijziging verbergt die een invloed kan hebben op de voorwaarden van certificering, vergunning, labeling of indeling; 3° eenieder die de aanduiding "toeristische bezienswaardigheid" bedoeld in artikel D.III.12 gebruikt zonder een gecertificeerde toeristische bezienswaardigheid te zijn; 4° eenieder die de naam "op de hoeve" gebruikt als bedoeld in artikel D.III.22 zonder landbouwer te zijn of een verwant tot de derde graad die een toeristisch logies uitbaat; 5° eenieder die een beschermde naam zoals bedoeld in artikel D.III.27 gebruikt zonder een gecertificeerd toeristisch logies te zijn; § 3. Pleegt een overtreding van de derde categorie: 1° eenieder die, na een schriftelijke waarschuwing van de door "Tourisme Wallonie" gemachtigde beambten, nalaat het in dit Wetboek voorziene indelingsschild aan te brengen; 2° eenieder die de door "Tourisme wallonie" gevraagde inlichtingen niet verstrekt, zoals bepaald bij of krachtens artikel D.III.16., § 1, 5°, en artikel D.III.106.

Art. D.V.8. De overtredingen waarnaar wordt verwezen in artikel D.V.7 worden verondersteld te zijn begaan door de exploitant, als natuurlijke of rechtspersoon, van de toeristische bezienswaardigheid of het toeristische logies, door de houder van de certificering van de toeristische instelling, door de beheerder van de toeristische voorziening en door de houder van de vergunning voor de toeristische route of het reisproduct. Deze kan dit vermoeden weerleggen door met elk wettig middel te bewijzen dat hij niet de dader van de overtreding was; in dit geval is hij verplicht de identiteit van de verantwoordelijke persoon mee te delen, tenzij hij overmacht kan bewijzen.

Wanneer de persoon die verantwoordelijk is voor het beheer van de toeristische bezienswaardigheid of het toeristische logies een rechtspersoon is die het voorwerp is van liquidatie, gerechtelijke reorganisatie of faillissement en die wordt gecontroleerd door een rechtspersoon in de zin van artikel 1:14 van het Wetboek van vennootschappen en verenigingen of die een consortium vormt in de zin van artikel 1:19 van het Wetboek van vennootschappen en verenigingen, zijn de moedermaatschappij of de vennootschappen die het consortium vormen in plaats van de in gebreke blijvende exploitant aansprakelijk voor strafrechtelijke boetes, restitutiemaatregelen, administratieve boetes en bijkomende maatregelen. HOOFDSTUK 2. - Strafrechtelijke vervolging van overtredingen Afdeling 1. - Overtredingen en straffen

Art. D.V.9. Degene die een overtreding van de eerste categorie begaat als bedoeld in artikel D.V.7, § 1, kan worden gestraft met een gevangenisstraf van acht dagen tot een maand of met een geldboete van 75 euro tot 7.500 euro.

Degene die een overtreding van de tweede categorie begaat als bedoeld in artikel D.V.7, § 2, kan worden gestraft met een gevangenisstraf van één dag tot zeven dagen of met een geldboete van 37,5 euro tot 3.750 euro. Afdeling 2. - Door de rechter uitgesproken bijkomende maatregelen

Art. D.V.10. Naast de straffen genoemd in artikel D.V.9 kan de rechter van ambtswege of op verzoek van het openbaar ministerie of de Directeur-generaal voor Toerisme de volgende bijkomende maatregelen bevelen op kosten van de overtreder: 1° het herstel in de oorspronkelijke staat;2° de beëindiging van de onwettige handeling;3° de uitvoering van maatregelen die erop gericht zijn de veroorzaakte hinder en de gevolgen daarvan te beperken;4° de uitvoering van de maatregelen die erop gericht zijn de situatie op een voorlopige manier op te lossen vóór het herstel;5° de gehele of gedeeltelijke stopzetting van de activiteit voor een bepaalde duur van maximaal vijf jaar;6° de schorsing of de intrekking van de certificering, indeling, vergunning of labeling voor een bepaalde periode die niet langer mag zijn dan vijf jaar, of het verbod om een dergelijke vergunning aan te vragen voor een bepaalde periode die niet langer mag zijn dan vijf jaar;7° de sluiting van het logies of de voorziening voor een bepaalde periode van maximaal vijf jaar Om de aard en de omvang van de teruggavemaatregel die hij voornemens is uit te spreken, te bepalen, kan de rechter eerst de door hem daartoe aangewezen derden horen.In zijn beslissing stelt de rechter de termijn vast waarbinnen de teruggavemaatregelen door de overtreder moeten zijn voltooid.

De rechter kan bevelen dat het veroordelingsvonnis op de kosten van de veroordeelde bekendgemaakt wordt volgens de modaliteiten die hij bepaalt.

De griffier van de rechtbank stelt "Tourisme Wallonie" in kennis van afschriften van verzoeken of dagvaardingen voor de feitenrechter, zowel in eerste aanleg als in beroep, betreffende overtredingen bedoeld in dit Hoofdstuk. De griffier van de betrokken rechtbank brengt "Tourisme Wallonie" op de hoogte van de vonnissen en arresten op hetzelfde moment dat ze worden meegedeeld aan de veroordeelde persoon. HOOFDSTUK 3. - Administratieve vervolging van de overtredingen Afdeling 1. - Bevoegdheden van de sanctionerend ambtenaar

Art. D.V.11. In het geval bedoeld in artikel D.V.6, lid 1of in het geval van overtredingen van de derde categorie bedoeld in artikel D.V.7 die niet strafrechtelijk kunnen worden vervolgd, beslist de sanctionerend ambtenaar, nadat hij de overtreder in de gelegenheid heeft gesteld zijn verweermiddelen te presenteren, of hij een administratieve procedure moet starten.

Art. D.V.12. De sanctionerend ambtenaar kan: 1° iedere persoon vragen stellen over alle informatie waarvan de kennis nuttig kan zijn;2° zich ter plaatse alle nuttige inlichtingen, documenten, stukken of bewijsstuk laten overleggen er een fotokopie of een ander afschrift van maken, of tegen ontvangbewijs meenemen;3° de vaststellende beambten om aanvullende werken verzoeken;4° een beroep doen op een technisch deskundige;5° zich ter plaatse begeven;6° de feiten opnieuw kwalificeren. Art. D.V.13. Voordat een beslissing wordt genomen, stuurt de sanctionerend ambtenaar de overtreder een gewaarmerkt afschrift van : 1° de feiten waarop de procedure is gebaseerd;2° een uittreksel van de overtreden bepalingen;3° de administratieve sancties en de eventuele teruggavemaatregelen die voor de vastgestelde feiten worden opgelegd;4° het feit dat de overtreder binnen dertig dagen na de datum van ontvangst van de aangetekende brief zijn verweer per gewone brief kan voeren en dat hij het recht heeft aan de sanctionerend ambtenaar te vragen dat zijn verweer mondeling door de overtreder of de daartoe gemachtigde persoon wordt gevoerd, tenzij het bedrag van de administratieve geldboete 125 euro niet overschrijdt; 5° een afschrift van het proces-verbaal van vaststelling bedoeld in artikel D.V.5.

De Regering bepaalt de procedurele modaliteiten voor de mondelinge verdediging van de veroordeelde voor de sanctionerend ambtenaar, met inbegrip van de kopieerkosten die ten laste van de overtreder vallen. Afdeling 2. - Administratieve sancties en bijkomende maatregelen

Art. D.V.14. Bij het verstrijken van de in artikel D.V.13, 4°, bedoelde termijn, of vóór het verstrijken daarvan, kan de sanctionerend ambtenaar, indien de overtreder de feiten niet betwist of zijn verdediging niet wenst te voeren, of, in voorkomend geval, na het mondeling verweer van de overtreder of de daartoe gemachtigde persoon, een administratieve sanctie opleggen die evenredig is met de ernst van de feiten waarop zij is gebaseerd: 1° ofwel een boete van 400 euro tot 40.000 euro voor de overtredingen van de eerste categorie, bedoeld in artikel D.V.7, § 1; 2° ofwel een boete van 200 euro tot 20.000 euro voor de overtredingen van de tweede categorie, bedoeld in artikel D.V.7, § 2; 3° ofwel een boete van 100 euro tot 10.000 euro voor de overtredingen van de derde categorie, bedoeld in artikel D.V.7, § 3.

De Regering kan de bedragen van de geldboeten, vermeld in het eerste lid, aanpassen zonder een vierde van de vermelde bedragen te overschrijden.

Art. D.V.15. § 1. Bij het opleggen van een administratieve sanctie kan de sanctionerend ambtenaar: 1° de overtreder maatregelen tot uitstel van de uitvoering van het geheel of een deel van de in artikel D.V.14 bedoelde sancties toestaan; 2° in geval van verzachtende omstandigheden het bedrag van de administratieve geldboete verlagen tot onder het in artikel D.V.14 voorziene minimum. 3° bij gelijktijdige vaststelling van meerdere overtredingen, de bedragen van de administratieve geldboetes bij elkaar optellen, zonder het dubbele van de hoogste administratieve boete te overschrijden;4° wanneer hetzelfde feit verscheidene inbreuken vormt of wanneer verschillende inbreuken die tegelijkertijd aan de sanctionerend ambtenaar worden voorgelegd, de opeenvolgende en voortdurende manifestatie van hetzelfde criminele oogmerk vormen, de hoogste administratieve boete opleggen;5° bij recidive het maximumbedrag van de administratieve boete verdubbelen. Met betrekking tot lid 1, 5°, betekent recidive de situatie waarin een persoon, eerder veroordeeld voor een strafbaar feit of onderworpen aan een administratieve sanctie voor een overtreding van dit Boek, een nieuwe overtreding begaat van het Wetboek binnen vijf jaar na de strafrechtelijke of administratieve veroordeling. § 2. Het in paragraaf 1, lid 1, 1°, bedoelde uitstel is ofwel voorwaardelijk indien er bijzondere voorwaarden aan verbonden zijn, ofwel eenvoudig indien er geen bijzondere voorwaarden aan verbonden zijn.

In alle gevallen is het uitstel van de uitvoering onderworpen aan de voorwaarde dat geen overtreding bedoeld in artikel D.V.7 wordt begaan tijdens de door de sanctionerend ambtenaar bepaalde periode.

Deze bijzondere voorwaarden houden rekening met de vastgestelde feiten en de aan de overtreder eigen situatie en zijn gericht op het voorkomen van recidive en op de begeleiding van de omkadering. De uitvoering van de bijzondere voorwaarden wordt gecontroleerd door de sanctionerend ambtenaar.

Het uitstel wordt door de sanctionerend ambtenaar van rechtswege herroepen in geval van nieuwe overtreding begaan gedurende de proeftijd en die de toepassing meebrengt van een in kracht van gewijsde gegane strafrechtelijke of administratieve geldgeldboete.

Het uitstel kan door de sanctionerend ambtenaar worden herroepen als de persoon tegen wie de maatregel is genomen, niet aan de bijzondere voorwaarden voldoet. In dat geval wordt de procedure ingeleid binnen drie maanden na de datum waarop is vastgesteld dat niet aan deze voorwaarden is voldaan.

Voordat een beslissing tot herroeping wordt genomen, stelt de sanctionerend ambtenaar de overtreder per aangetekende post op de hoogte van: 1° de feiten op grond waarvan de herroepingsprocedure is ingeleid en de mogelijkheid om het uitstel te herroepen;2° het feit dat hij zijn verdediging per gewone brief kan indienen binnen een termijn van dertig dagen te rekenen vanaf de datum van kennisgeving van de aangetekende zending, en dat hij het recht heeft aan de sanctionerend ambtenaar te vragen zijn verdediging mondeling toe te lichten;3° het feit dat de overtreder zich kan laten bijstaan of vertegenwoordigen door de persoon van zijn keuze;4° het feit dat de overtreder het recht heeft om zijn dossier in te kijken. De sanctionerend ambtenaar bepaalt, in voorkomend geval, de dag en het uur waarop de overtreder erom verzocht wordt zijn verweermiddelen mondeling voor te dragen. Bij het verstrijken van de termijn van dertig dagen, of, in voorkomend geval, na het mondeling verweer van de overtreder of de daartoe gemachtigde persoon, beslist de sanctionerend ambtenaar over de herroeping van het herstel. Wanneer hij het uitstel niet herroept, kan de sanctionerend ambtenaar nieuwe voorwaarden verbinden met het probatie-uitstel.

De sanctionerend ambtenaar stelt de overtreder binnen drie maanden na het begin van de procedure tot herroeping van het uitstel per aangetekende post op de hoogte van de procedure tot herroeping van het uitstel.

Tegen de beslissing tot herroeping en de beslissing tot vaststelling van nieuwe voorwaarden voor het probatie-uitstel kan door de overtreder binnen dertig dagen, op straffe van verval, beroep worden aangetekend, te rekenen vanaf de ontvangst van de beslissing.

Dit beroep schorst de uitvoering van de beslissing.

Het beroep wordt d.m.v. een verzoekschrift bij de politierechtbank ingediend. Een afschrift van het verzoek wordt door de aanvrager op de dag van de indiening ervan toegezonden aan de sanctionerend ambtenaar die de procedure voor de herroeping van het uitstel heeft ingeleid.

Op straffe van niet-ontvankelijkheid bevat het verzoekschrift de identiteit en het adres van de overtreder, de omstreden beslissing, de redenen voor het aanvechten van deze beslissing.

De beslissingen van de politierechtbank zijn niet vatbaar voor beroep.

Art. D.V.16. § 1. De sanctionerend ambtenaar kan ook een van de bijkomende maatregelen opleggen die in artikel D.V.10 worden genoemd. § 2. De sanctionerend ambtenaar kan een dwangsom opleggen voor elke dag dat de opgelegde sancties niet worden nageleefd.

De sanctionerend ambtenaar kan de dwangsom vaststellen op een totaalbedrag of op een bedrag per tijdseenheid of per overtreding.

De dwangsom kan niet worden opgelegd voordat de beslissing van de sanctionerend ambtenaar definitief wordt.

De boete wordt onverwijld gestort op de rekening van "Tourisme Wallonie" waarnaar wordt verwezen in de beslissing van de sanctionerend ambtenaar.

De sanctionerend ambtenaar die de dwangsom heeft opgelegd, kan op verzoek van de schuldenaar de dwangsom intrekken, voor een door de sanctionerend ambtenaar te bepalen periode opschorten of de dwangsom verlagen als het voor de overtreder blijvend, tijdelijk of gedeeltelijk onmogelijk is om aan de opgelegde maatregelen te voldoen.

De op een vast bedrag per tijdseenheid vastgestelde dwangsom vervalt vanaf het overlijden van de overtreder, maar de dwangsommen die vóór het overlijden zijn opgelegd, blijven verschuldigd. § 3. De sanctionerend ambtenaar kan bij wijze van bijkomende sanctie de bekendmaking van zijn beslissing op kosten van de overtreder en volgens de door hem vastgestelde modaliteiten bevelen. § 4. Om de aard en de omvang van de bijkomende maatregel die hij voornemens is uit te spreken, te bepalen, kan de sanctionerend ambtenaar eerst de door hem daartoe aangewezen derden horen.

In zijn beslissing stelt de sanctionerend ambtenaar de termijn vast waarbinnen de bijkomende maatregelen door de overtreder moeten zijn voltooid. Afdeling 3. - Beslissing van de sanctionerend ambtenaar

Art. D.V.17. § 1. De sanctionerend ambtenaar brengt de overtreder per aangetekende brief op de hoogte van zijn beslissing die een bevel inhoudt om de boete te betalen en eventuele bijkomende maatregelen uit te voeren.

De kennisgeving van de beslissing door de sanctionerend ambtenaar maakt een einde aan de strafvordering. Met de betaling van de boete vervalt de rechtsvordering van de administratie.

De sanctionerend ambtenaar brengt deze beslissing onder de aandacht van de burgemeester van de betrokken gemeente als dit gerechtvaardigd is in het kader van de bevoegdheid van de gemeente. § 2. De beslissing van de sanctionerend ambtenaar is uitvoerbaar na het verstrijken van een periode van dertig dagen vanaf de datum van ontvangst, behalve in het geval van beroep onder artikel D.V.18. Afdeling 4. - Beroep

Art. D.V.18. De overtreder die de beslissing van de sanctionerend ambtenaar betwist, kan op straffe van uitsluiting binnen dertig dagen na ontvangst van de beslissing beroep aantekenen bij de politierechtbank.

Op straffe van niet-ontvankelijkheid bevat het verzoekschrift de identiteit en het adres van de overtreder, de omstreden beslissing en de redenen waarom de beslissing wordt aangevochten.

Een afschrift van het verzoekschrift wordt door de aanvrager op de dag van de indiening ervan toegezonden aan de sanctionerend ambtenaar die de administratieve sanctie heeft uitgesproken.

Er is geen beroep mogelijk tegen de beslissing van de politierechtbank. Afdeling 5. - Uitvoering van de beslissing

Art. D.V.19. De administratieve geldboete die door de sanctionerend ambtenaar wordt opgelegd, wordt onmiddellijk gestort op de bankrekening van "Tourisme Wallonie".

TITEL 4. - Invordering Art. D.V.20. "Tourisme Wallonie" heeft een algemeen voorrecht op alle goederen van de betrokken persoon en kan met een wettelijke hypotheek alle goederen van de betrokken persoon bezwaren die onderworpen kunnen zijn aan het voorrecht en die zich bevinden op het grondgebied van het Franse taalgebied.

Dat voorrecht neemt rang in onmiddellijk na de voorrechten die vermeld zijn in de artikelen 19 en 20 van de hypotheekwet van 16 december 1851 en in artikel 23 van Wetboek van bepaalde voorrechten op zeeschepen en diverse bepalingen.

De rangorde van de wettelijke hypotheek wordt bepaald door de datum van inschrijving die is toegekend na de betekening van het betalingsbevel. De hypotheek wordt ingeschreven op verzoek van de sanctionerend ambtenaar of van de bevoegde autoriteit die de door het vonnis opgelegde maatregelen uitvoert.

Boek 6. Invordering TITEL 1. - Minnelijke invordering Art. D.VI.1. De bepalingen vastgesteld bij of krachtens het decreet van 15 december 2011Relevante gevonden documenten type decreet prom. 15/12/2011 pub. 29/12/2011 numac 2011027237 bron waalse overheidsdienst Decreet houdende organisatie van de begroting en van de boekhouding van de diensten van de Waalse Regering type decreet prom. 15/12/2011 pub. 29/12/2011 numac 2011027236 bron waalse overheidsdienst Decreet houdende de algemene ontvangstenbegroting van het Waalse Gewest voor het begrotingsjaar 2012 type decreet prom. 15/12/2011 pub. 06/02/2012 numac 2012200362 bron ministerie van de duitstalige gemeenschap Besluit van de Regering tot wijziging van het besluit van 22 april 2010 tot aanwijzing van de personen die met toepassing van artikel 13 van het decreet van 4 juni 2007 betreffende de woon-, begeleidings- en verzorgingsstructuren voor bejaarden en de psychiatrische verzorgingstehuizen ermee worden belast de zorgaanbiedingen en psychiatrische verzorgingstehuizen te verifiëren sluiten houdende de organisatie van de begroting, de boekhouding en de verslaggeving van de Waalse openbare bestuurseenheid, hierna het "WBFin- decreet van 15 december 2011Relevante gevonden documenten type decreet prom. 15/12/2011 pub. 29/12/2011 numac 2011027237 bron waalse overheidsdienst Decreet houdende organisatie van de begroting en van de boekhouding van de diensten van de Waalse Regering type decreet prom. 15/12/2011 pub. 29/12/2011 numac 2011027236 bron waalse overheidsdienst Decreet houdende de algemene ontvangstenbegroting van het Waalse Gewest voor het begrotingsjaar 2012 type decreet prom. 15/12/2011 pub. 06/02/2012 numac 2012200362 bron ministerie van de duitstalige gemeenschap Besluit van de Regering tot wijziging van het besluit van 22 april 2010 tot aanwijzing van de personen die met toepassing van artikel 13 van het decreet van 4 juni 2007 betreffende de woon-, begeleidings- en verzorgingsstructuren voor bejaarden en de psychiatrische verzorgingstehuizen ermee worden belast de zorgaanbiedingen en psychiatrische verzorgingstehuizen te verifiëren sluiten" genoemd, zijn van toepassing op de invordering van verschuldigde bedragen in hoofdsom of als accessoire bij de invordering van niet-fiscale schulden, zoals nalatigheidsinteresten, tenzij dit Wetboek anders bepaalt.

Art. D.VI.2. § 1. Onverminderd Titel VI van Boek II van het WBFin- decreet van 15 december 2011Relevante gevonden documenten type decreet prom. 15/12/2011 pub. 29/12/2011 numac 2011027237 bron waalse overheidsdienst Decreet houdende organisatie van de begroting en van de boekhouding van de diensten van de Waalse Regering type decreet prom. 15/12/2011 pub. 29/12/2011 numac 2011027236 bron waalse overheidsdienst Decreet houdende de algemene ontvangstenbegroting van het Waalse Gewest voor het begrotingsjaar 2012 type decreet prom. 15/12/2011 pub. 06/02/2012 numac 2012200362 bron ministerie van de duitstalige gemeenschap Besluit van de Regering tot wijziging van het besluit van 22 april 2010 tot aanwijzing van de personen die met toepassing van artikel 13 van het decreet van 4 juni 2007 betreffende de woon-, begeleidings- en verzorgingsstructuren voor bejaarden en de psychiatrische verzorgingstehuizen ermee worden belast de zorgaanbiedingen en psychiatrische verzorgingstehuizen te verifiëren sluiten kan de Regering specifieke modaliteiten bepalen voor de aanmanings- en ingebrekestellingsprocedure die aan de schuldenaar wordt gezonden. § 2. Onverminderd de artikelen 53 en 55, tweede lid, van het WBfin-decreet en als de vastgestelde rechten van niet-fiscale aard, medegedeeld aan de ontvanger en waarvan kennis gegeven wordt aan de schuldenaars, door laatstgenoemden betwist worden, schort de ontvanger de inning ervan op en licht de betrokken ordonnateurs over in die, na onderzoek, ze geheel of gedeeltelijk kunnen opheffen of ze kunnen bevestigen in de volgende gevallen: 1° bij overmacht of in geval van een toevallige gebeurtenis;2° in geval van correctie van een vastgesteld recht of een te corrigeren administratieve fout;3° wanneer alle kosten van invordering, met inbegrip van de kosten van administratieve procedures, niet voldoende zouden worden gecompenseerd door de invordering van rechten;4° wanneer, op basis van bewijsstukken, de oorspronkelijke schuldenaar of de oorspronkelijke begunstigde, in het geval van een derde, ernstige financiële moeilijkheden of moeilijkheden aantoont, die bijdragen tot de gehele of gedeeltelijke oninbaarheid van de schuld;5° wanneer, op basis van bewijsstukken, het statuut van de feitelijke vereniging of de rechtsvorm van de juridische entiteit is gewijzigd, zonder dat dit leidt tot een wijziging van het doel van de subsidie of van de voorwaarden waaronder ze wordt toegekend. § 3. Onverminderd de artikelen 54 en 55 van het WBFin-decreet kan de Regering specifieke voorzien in specifieke modaliteiten met betrekking tot de procedure voor het toekennen van faciliteiten en betalingstermijnen die door de ontvanger van vorderingen worden toegekend.

De Regering kan ook een minimumbedrag vaststellen dat maandelijks moet worden betaald. Zijn kan ook voorzien in een maximale betalingstermijn.

Art. D.VI.3. In geval van vrijwillige overdracht van het onroerend goed waarvoor een subsidie is toegekend, blijft de oorspronkelijke aanvrager of de oorspronkelijke begunstigde van de subsidie, indien het een derde betreft, aansprakelijk, in geval van niet-naleving van de verplichting om de voorwaarden waaronder de subsidie is toegekend en gebruikt in stand te houden, voor de terug te betalen subsidiebedragen, vermeerderd met rente, indien van toepassing, overeenkomstig de bepalingen en voorwaarden van het Wetboek.

TITEL 2. - Gedwongen invordering Art. D.VI.4. Onverminderd artikel 55, lid 2, van het WBFin-decreet kunnen geen middelen tot tenuitvoerlegging tegen de schuldenaar of een medeschuldenaar worden genomen vóór het verstrijken van een termijn van één maand vanaf de effectieve datum van de ingebrekestelling van de schuldenaar of de medeschuldenaar die wordt vervolgd.

Onder middelen tot tenuitvoerlegging wordt verstaan de middelen tot tenuitvoerlegging bedoeld in het Deel V, titel III van het Gerechtelijk Wetboek en het vereenvoudigd derdenbeslag bedoeld in artikel 21 van het Wetboek van de minnelijke en gedwongen invordering van fiscale en niet-fiscale schuldvorderingen.

Een dwangbevel is niet nodig om bewarende of waarborgmaatregelen uit te voeren, zoals de inschrijving van een wettelijke hypotheek of administratief beslag.

Om het Gerechtelijk Wetboek te handhaven, ontvangt de deurwaarder een kopie van het gerechtelijk bevel.

Onverminderd Titel 3, hoofdstuk 3, afdeling 2, van het Wetboek van de minnelijke en gedwongen invordering van fiscale en niet-fiscale schuldvorderingen heeft "Tourisme Wallonie" een algemeen voorrecht op alle goederen van de betrokken persoon en kan ze een wettelijke hypotheek vestigen op alle goederen van de betrokken persoon die aan het voorrecht kunnen worden onderworpen en die zich op het grondgebied van het Franse taalgebied bevinden.

Dat voorrecht neemt rang in onmiddellijk na de voorrechten die vermeld zijn in de artikelen 19 en 20 van de hypotheekwet van 16 december 1851 en in artikel 23 van Wetboek van bepaalde voorrechten op zeeschepen en diverse bepalingen. De rangorde van de wettelijke hypotheek wordt bepaald door de datum van inschrijving die is toegekend na de betekening van het betalingsbevel.

Art. D.VI.5. De schuldenaar is verantwoordelijk voor alle gerechtelijke en executiekosten.

TITEL 3. - Betaling van teruggevorderde bedragen Art. D.VI.6. Alle teruggevorderde bedragen, met inbegrip van de achterstandsrente, worden gestort op de bankrekening van "Tourisme Wallonie" en geboekt als inkomsten in de boekhouding van "Tourisme Wallonie". ".

Art. 2.De Regering kan in het Waals Toerismewetboek reglementaire bepalingen opnemen die bestemd zijn om de decretale bepalingen van het Waals Toerismewetboek bedoeld in artikel 1 van dit decreet uit te voeren.

Daartoe wordt onderscheid gemaakt tussen respectievelijk decretale bepalingen en reglementaire bepalingen: 1° in de rubrieken "Decretale bepalingen" en "Reglementaire bepalingen";2° door de letter "D" en de letter "R" aan het begin van elk artikelnummer. TITEL 2 - Opheffings-, overgangs-, wijzigings- en slotbepalingen HOOFDSTUK 1. - Opheffingsbepalingen

Art. 3.Het Waals Toerismewetboek, gecodificeerd bij besluit van de Waalse Regering van 1 april 2010 tot codificatie van de wetgevingen betreffende het toerisme met het oog op de invoering van een Waals Toerismewetboek en laatstelijk gewijzigd bij het decreet van 28 juni 2023, wordt opgeheven

Art. 4.Het decreet van de Raad van de Franse Gemeenschap van 4 maart 1991 betreffende de voorwaarden voor het exploiteren van kampeer-caravanterreinen wordt opgeheven.

Art. 5.Het besluit van de Waalse Regering van 16 februari 1995 tot vaststelling van de voorwaarden en de modaliteiten voor de toekenning van premies inzake caravaning wordt opgeheven.

Art. 6.Het besluit van de Executieve van de Franse Gemeenschap van 4 september 1991 betreffende de camping-caravaning wordt opgeheven.

Art. 7.Het koninklijk besluit van 14 februari 1967 tot vaststelling van de toekenningsvoorwaarden van de subsidies, door de Staat verleend voor de ontwikkeling van de toeristische uitrusting wordt opgeheven.

Art. 8.Het ministerieel besluit van 6 maart 1967 waarbij regelen worden gesteld voor het indien van de aanvragen om subsidies door de Staat verleend voor de ontwikkeling van de toeristische uitrusting wordt opgeheven. HOOFDSTUK 2 - Overgangsbepalingen Afdeling 1 - Begripsomschrijving

Art. 9.In de zin van dit hoofdstuk wordt onder "vorig Wetboek", het Waals Toerismewetboek van 1 april 2010 verstaan. Afdeling 2 - Overgangsbepalingen betreffende "Tourisme Wallonie"

Art. 10.De commissaris-generaal voor Toerisme en de adjunct-commissaris-generaal voor Toerisme die benoemd zijn op de datum van inwerkingtreding van dit decreet, worden respectievelijk de directeur-generaal voor Toerisme en de adjunct-directeur-generaal voor Toerisme.

De adjunct-directeur-generaal in functie op de datum van inwerkingtreding van dit decreet blijft geldig aangesteld in de functie tot zijn pensionering, zijn aanwijzing als mandataris overeenkomstig artikel 341/8 van het besluit van de Waalse Regering van 18 december 2003Relevante gevonden documenten type besluit van de waalse regering prom. 18/12/2003 pub. 31/12/2003 numac 2003027783 bron ministerie van het waalse gewest Besluit van de Waalse Regering houdende de Waalse Ambtenarencode sluiten houdende Waalse ambtenarencode, of enige andere omstandigheid waardoor de functie definitief vrijkomt.

Art. 11.§ 1. De Regering bepaalt de roerende en onroerende goederen van het Gewest die zonder vergoeding en van rechtswege aan het "Tourisme Wallonie" overgedragen worden. "Tourisme Wallonie" erft de rechten en plichten betreffende de goederen die haar worden overgedragen krachtens het eerste lid.

Alleen het Gewest is gebonden door de verbintenissen waarvan de betaling voor de overdracht van eigendom opeisbaar was wat betreft de goederen bedoeld in het eerste lid.

Voor elk overgedragen goed bezorgt de Regering "Tourisme Wallonie" de akten en stukken, met inbegrip van de uittreksels uit de kadastrale leggers en het kadastraal plan, waarin de rechten, lasten en plichten betreffende het goed vermeld staan.

In geval van geschil over het overgedragen goed kan "Tourisme Wallonie" het Gewest in het geding roepen en kan het Gewest in het geding tussenkomen. § 2. "Tourisme Wallonie" erft de rechten en plichten van het Waalse Gewest in verband met de opdrachten die hem in hoofdstuk 2 toegewezen worden.

Het Gewest blijft gehouden aan de verplichtingen die voortvloeien uit de overeenkomsten die het voor de inwerkingtreding van dit Boek gesloten heeft.

De Regering bezorgt "Tourisme Wallonie" de akten en stukken die melding maken van de rechten en plichten die ze krachtens deze paragraaf erft.

In geval van geschil kan "Tourisme Wallonie" het Waalse Gewest in het geding roepen en kan het Gewest in het geding tussenkomen. Afdeling 3 - Overgangsbepalingen met betrekking tot toeristische

bezienswaardigheden en voorzieningen

Art. 12.Toeristische bezienswaardigheden die op de datum van inwerkingtreding van dit decreet een vergunning hebben gekregen in de zin het vorige wetboek, worden geacht gecertificeerd te zijn voor de resterende duur van hun vergunning.

Art. 13.De verenigingen zonder winstoogmerk die op de datum van inwerkingtreding van dit decreet een erkenning genieten in de zin van artikel 4 van het koninklijk besluit van 14 februari 1967, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 24 september 1969, tot vaststelling van de toekenningsvoorwaarden van de subsidies, door de Staat verleend voor de ontwikkeling van de toeristische voorziening, worden geacht erkend te zijn in de zin van dit decreet tot de datum van indiening van een aanvraag voor een subsidie voor toeristische voorzieningen bij of krachtens dit decreet.

Art. 14.Subsidieaanvragen waarvoor op de datum van inwerkingtreding van dit decreet een juridische verbintenis is aangegaan, worden behandeld volgens de regels die gelden op de datum van de juridische verbintenis.

Subsidieaanvragen die onvolledig zijn of waarvoor geen juridische verbintenis bestaat op de dag dat dit decreet van kracht wordt, zijn nietig. Een nieuwe aanvraag wordt ingediend volgens de procedure bedoeld in Boek 4 van dit decreet.

De periode waarvoor het onroerend goed dat vóór de inwerkingtreding van dit decreet werd gesubsidieerd, in gebruik blijft, blijft van toepassing volgens de voorwaarden van het vorige Wetboek.

Voor subsidieaanvragen die vóór 1 januari 2017 zijn ingediend en betrekking hebben op toeristische bezienswaardigheden of voorzieningen, wordt een termijn van twee jaar vanaf de datum van inwerkingtreding van dit decreet vastgesteld voor de voltooiing van de investeringen waarvoor de subsidieaanvraag wordt ingediend. Na afloop van die termijn wordt de subsidieaanvraag gesloten en wordt de begrotingsvastlegging beëindigd.

Art. 15.In geval van terugvordering van de subsidies bedoeld in het Koninklijk Besluit van 14 februari 1967 tot vaststelling van de toekenningsvoorwaarden van de subsidies, door de Staat verleend voor de ontwikkeling van de toeristische voorziening, beslist na de inwerkingtreding van dit Wetboek, wordt de subsidie terugbetaald naar rato van de resterende te lopen jaren. Afdeling 4 - Overgangsbepalingen betreffende de toeristische

instellingen

Art. 16.Lopende programmacontracten blijven geldig tot hun vervaldatum.

Art. 17.De "fédérations provinciales du tourisme" en de "maisons du tourisme" die op de datum van inwerkingtreding van dit decreet een erkenning genieten in de zin van het vorige Wetboek, worden op de datum van inwerkingtreding van dit decreet automatisch beschouwd als gecertificeerd in de zin van dit decreet.

De "maisons du tourisme" die zijn afgeweken van het minimumaantal gemeenten bepaald in artikel 34.D, § 1, 3°, van het vorige wetboek, kunnen na de inwerkingtreding van het Wetboek blijven genieten van het afwijkingssysteem.

Art. 18.§ 1. De "syndicats d'initiative" en "offices du tourisme" hebben vanaf de inwerkingtreding van dit decreet een jaar de tijd om hun aanvraag voor certificering als "office du tourisme" in de zin van dit decreet in te dienen.

Door deze aanvraag binnen de termijn in te dienen, worden de rechten die verbonden zijn aan het nieuwe certificeringsschema als "office du tourisme" toegekend voor de duur van de certificeringsprocedure.

In afwijking van het eerste lid en, in het geval dat er meerdere "offices du tourisme" of "syndicats d'initiative" bestaan op het grondgebied van dezelfde gemeente, beschikken deze laatste over een termijn van twee jaar vanaf de datum van inwerkingtreding van dit decreet om, onder de auspiciën van de "maisons du tourisme" op het grondgebied van de gemeente, hun activiteiten te coördineren met het oog op de verwezenlijking van de doelstelling van één enkele "office du tourisme" op het grondgebied van deze gemeente, onder voorbehoud van de afwijking bedoeld in artikel D.III.7., § 3. § 2. De "offices du tourisme" of "syndicats d'initiative" die niet gecertificeerd zijn overeenkomstig paragraaf 1, behouden het voordeel van de subsidies die hen werden toegekend in toepassing van het vorige Wetboek en het koninklijk besluit van 14 februari 1967 tot vaststelling van de toekenningsvoorwaarden van de subsidies, door de Staat verleend voor de ontwikkeling van de toeristische voorziening.

Art. 19.De bepalingen met betrekking tot de subsidie voor de "maisons du tourisme" in de artikelen D.IV.13 en volgende treden in werking op 1 januari van het jaar volgend op de inwerkingtreding van dit decreet.

Art. 20.De "syndicats d'initiative" en "offices du tourisme" die een certificering als "office du tourisme" hebben aangevraagd in het jaar waarin dit decreet van kracht wordt, kunnen een subsidie aanvragen in het kader van Titel 2 van Boek 4 van dit decreet.

Art. 21.§ 1. Toeristische informatiecentra en toeristenbureaus die de subsidie voor de aankoop van meubilair en uitrusting ter bevordering van de in artikel 605 BWR van het vorige Wetboek bedoelde toeristische activiteiten willen behouden, en die ook onder het huidige decreet voor toeristische doeleinden worden gebruikt, moeten als "office du tourisme" worden gecertificeerd.

De periode waarin het gesubsidieerde voorwerp in gebruik moet blijven, zoals voorgeschreven door het vorige Wetboek, loopt door onder de voorwaarden van het vorige Wetboek. § 2. Voor subsidieaanvragen die vóór 1 januari 2017 door toeristische instellingen zijn ingediend, wordt een termijn van twee jaar vanaf de datum van inwerkingtreding van dit decreet vastgesteld voor de voltooiing van de investeringen waarvoor de subsidieaanvraag wordt ingediend. Na afloop van die termijn wordt de subsidieaanvraag gesloten en wordt de begrotingsvastlegging beëindigd. Afdeling 5 - Overgangsbepalingen betreffende de toeristische logiezen

Art. 22.§ 1. Alle logiezen die op de eerste dag van inwerkingtreding van dit decreet zijn aangegeven, worden geacht te zijn geregistreerd voor de resterende geldigheidsduur van het brandveiligheidscertificaat of het vereenvoudigde keuringscertificaat, mits het brandveiligheidscertificaat of het vereenvoudigde keuringscertificaat nog geldig is. § 2. De in het vorige lid bedoelde logiezen moeten zich binnen zes maanden na de datum van inwerkingtreding van dit decreet registreren volgens de procedure bedoeld in artikel D.III.24.

Het in het vorige lid bedoelde toeristische logies is niet langer geregistreerd als het voor het verstrijken van deze periode geen registratie aanvraagt.

Art. 23.Alle logiezen die onder het vorige Wetboek zijn toegelaten, worden geacht gecertificeerd te zijn tot de vervaldatum van hun vergunning, op voorwaarde dat ze geldig geregistreerd zijn.

De namen die overeenkomen met de vroegere benamingen zijn als volgt: 1° de voormalige benamingen hotels worden geacht gecertificeerd te zijn als "toeristische hotels";2° de voormalige benamingen campings worden geacht gecertificeerd te zijn als "toeristische campings";3° de voormalige benamingen gastenkamer en gastenkamer op de hoeve worden geacht gecertificeerd te zijn als "maisons d'hôtes (gastenhuizen)";4° de vroegere benamingen landelijke vakantiewoningen, vakantiewoningen op de hoeve en gemeubileerde vakantiewoningen worden geacht te zijn gecertificeerd als "meublés de tourisme";5° de voormalige benamingen vakantiedorpen worden geacht gecertificeerd te zijn als "vakantiedorpen"; Een periode van zes maanden vanaf de eerste dag van inwerkingtreding van dit decreet is toegestaan voor de certificering van de logiezen bedoeld in lid 2.

Bij gebrek aan een aanvraag voor certificering binnen de bovengenoemde periode van zes maanden, verliest het toeristische logies zijn certificering.

Art. 24.Vergunningsaanvragen in de zin van het vorige Wetboek die vóór de inwerkingtreding van dit decreetzijn ingediend maar niet zijn afgerond, worden als nietig beschouwd. Een nieuwe aanvraag wordt ingediend volgens de procedure bedoeld in Boek 3 van dit decreet.

Art. 25.Hotels behouden hun indeling totdat deze vervalt in overeenstemming met het vorige Wetboek. Logiezen met een andere naam verliezen hun indeling wanneer dit decreet van kracht wordt.

Art. 26.§ 1. Subsidieaanvragen waarvoor op de datum van inwerkingtreding van dit decreet een juridische verbintenis is aangegaan, worden behandeld volgens de regels die gelden op de datum van de juridische verbintenis. § 2. Subsidieaanvragen die onvolledig zijn of waarvoor geen juridische verbintenis bestaat op de dag dat dit decreet van kracht wordt, zijn nietig. Een nieuwe aanvraag wordt ingediend volgens de procedure bedoeld in Boek 4 van dit decreet.

De periode waarvoor het onroerend goed dat vóór de inwerkingtreding van dit decreet werd gesubsidieerd, in gebruik blijft, blijft van toepassing volgens de voorwaarden van het vorige Wetboek.

Art. 27.De basisvoorwaarde voor certificering bedoeld in artikel D.III.31, § 1, 1°, b, treedt in werking vijf jaar na de inwerkingtreding van dit decreet. Afdeling 6 - Overgangsbepalingen betreffende de vaste wandelroutes

Art. 28.Toeristische wandelroutes die op de datum van inwerkingtreding van dit decreet een vergunning hebben gekregen in de zin het vorige wetboek, worden geacht gecertificeerd te zijn voor de resterende duur van hun vergunning.

Art. 29.§ 1. Subsidieaanvragen waarvoor op de datum van inwerkingtreding van dit decreet een juridische verbintenis is aangegaan, worden behandeld volgens de regels die gelden op de datum van de juridische verbintenis. § 2. Subsidieaanvragen die onvolledig zijn of waarvoor geen juridische verbintenis bestaat op de dag dat dit decreet van kracht wordt, zijn nietig. De aanvrager dient een nieuwe aanvraag in volgens de procedure bedoeld in Boek 4 van dit decreet.

De periode waarvoor het onroerend goed dat vóór de inwerkingtreding van dit decreet werd gesubsidieerd, in gebruik blijft, blijft van toepassing volgens de voorwaarden van het vorige Wetboek.

Art. 30.Bestaande "sentiers de grandes randonnées (langeafstandswandelroutes)" die niet erkend zijn door de Regering op de datum van inwerkingtreding van dit decreet, moeten de vergunning bedoeld in artikel D.III.89 aanvragen binnen vijf jaar na de inwerkingtreding van dit decreet.

Art. 31.Vóór de inwerkingtreding van dit decreet toegestane tracés worden beschouwd als wettelijke erfdienstbaarheden van openbaar nut voor de rest van de erkenningsperiode. Afdeling 7 - Overgangsbepalingen betreffende het toerisme voor allen

Art. 32.De verenigingen voor sociaal toerisme die op de datum van inwerkingtreding van dit decreet een erkenning genieten in de zin van het vorige Wetboek, worden automatisch beschouwd als verenigingen voor toerisme voor allen en worden op de datum van inwerkingtreding van dit decreet gecertificeerd in de zin van dit decreet.

De in het vorige lid bedoelde verenigingen voor toerisme voor allen hebben drie jaar de tijd vanaf de inwerkingtreding van dit decreet om certificering aan te vragen en een vierjarig actieplan in te dienen in overeenstemming met de artikelen D.III.47 en D.III.50 van het Wetboek.

De centra die aangesloten zijn bij de verenigingen voor sociaal toerisme bedoeld in het eerste lid worden op de datum van inwerkingtreding van dit decreet beschouwd als gecertificeerde toeristische centra voor allen in de zin van artikel D.III.48 van dit decreet.

Art. 33.§ 1. Subsidieaanvragen waarvoor op de datum van inwerkingtreding van dit decreet een juridische verbintenis is aangegaan, worden behandeld volgens de regels die gelden op de datum van de juridische verbintenis. § 2. Subsidieaanvragen die onvolledig zijn of waarvoor geen juridische verbintenis bestaat op de dag dat dit decreet van kracht wordt, zijn nietig. Een nieuwe aanvraag wordt ingediend volgens de procedure bedoeld in Boek 4 van dit decreet.

De periode waarvoor het onroerend goed dat vóór de inwerkingtreding van dit decreet werd gesubsidieerd, in gebruik blijft, blijft van toepassing volgens de voorwaarden van het vorige Wetboek. § 3. Voor subsidieaanvragen die vóór 1 januari 2017 zijn ingediend, wordt een termijn van twee jaar vanaf de datum van inwerkingtreding van dit decreet vastgesteld voor de voltooiing van de investeringen waarvoor de subsidieaanvraag wordt ingediend. Na afloop van die termijn wordt de subsidieaanvraag gesloten en wordt de begrotingsvastlegging beëindigd. Afdeling 8 - Overgangsbepalingen betreffende de kampplaatsen

Art. 34.Het label "Kampplaats" zoals toegekend onder het vorige Wetboek, blijft geldig voor de resterende periode. Na het verstrijken van de geldigheidsduur die in het vorige Wetboek is vastgesteld, moet een nieuwe labelingsaanvraag worden ingediend volgens de procedure van Boek 3 van dit decreet.

Art. 35.§ 1. Subsidieaanvragen waarvoor op de datum van inwerkingtreding van dit decreet een juridische verbintenis is aangegaan, worden behandeld volgens de regels die gelden op de datum van de juridische verbintenis. § 2. Subsidieaanvragen die onvolledig zijn of waarvoor geen juridische verbintenis bestaat op de dag dat dit decreet van kracht wordt, zijn nietig. De aanvrager dient een nieuwe aanvraag in volgens de procedure bedoeld in Boek 4 van dit decreet.

De periode waarvoor het onroerend goed dat vóór de inwerkingtreding van dit decreet werd gesubsidieerd, in gebruik blijft, blijft van toepassing volgens de voorwaarden van het vorige Wetboek.

Art. 36.De door de Regering verleende erkenning aan de instantie die verantwoordelijk is voor de toekenning van het label "kampplaats" blijft geldig voor de resterende duur van de erkenning en ten minste tot één jaar na de inwerkingtreding van dit decreet. Afdeling 9 - Overgangsbepalingen betreffende de lopende aanvragen voor

intrekkingen, weigeringen, afwijkingen en beroepen

Art. 37.Elk dossier dat op de eerste dag van de inwerkingtreding van dit decreet is ontvangen en volledig is, wordt behandeld volgens de voorwaarden die van kracht waren op het moment dat de aanvraag werd ingediend.

De operator geniet een periode van zes maanden vanaf de datum van inwerkingtreding van dit decreet om zich te conformeren voor dossiers die onvolledig zijn op de eerste dag van inwerkingtreding van Wetboek.

Bij het verstrijken van die termijn van zes maanden wordt er geen gevolg gegeven aan het dossier.

Art. 38.Niettegenstaande de procedures bedoeld in de afdelingen 2 tot 7, blijven procedures die lopen op het ogenblik van de inwerkingtreding van dit decreet onderworpen aan de wettelijke en reglementaire bepalingen die van kracht waren op het ogenblik dat de procedure werd opgestart.

Art. 39.Dit decreet is alleen van toepassing op overtredingen die zijn begaan na de inwerkingtreding ervan. Afdeling 10 - Wijzigingsbepalingen

Art. 40.§ 1. In de bijlage bij het decreet van 15 december 2011Relevante gevonden documenten type decreet prom. 15/12/2011 pub. 29/12/2011 numac 2011027237 bron waalse overheidsdienst Decreet houdende organisatie van de begroting en van de boekhouding van de diensten van de Waalse Regering type decreet prom. 15/12/2011 pub. 29/12/2011 numac 2011027236 bron waalse overheidsdienst Decreet houdende de algemene ontvangstenbegroting van het Waalse Gewest voor het begrotingsjaar 2012 type decreet prom. 15/12/2011 pub. 06/02/2012 numac 2012200362 bron ministerie van de duitstalige gemeenschap Besluit van de Regering tot wijziging van het besluit van 22 april 2010 tot aanwijzing van de personen die met toepassing van artikel 13 van het decreet van 4 juni 2007 betreffende de woon-, begeleidings- en verzorgingsstructuren voor bejaarden en de psychiatrische verzorgingstehuizen ermee worden belast de zorgaanbiedingen en psychiatrische verzorgingstehuizen te verifiëren sluiten houdende organisatie van de begroting, de boekhouding en de verslaggeving van de Waalse openbare bestuurseenheid worden de volgende wijzigingen aangebracht 1° de woorden "COMMISSARIAAT-GENERAAL VOOR TOERISME" worden telkens vervangen door de woorden ""Tourisme Wallonie"".2° de woorden ""WALLONIE Belgique TOURISME"" worden telkens vervangen door de woorden "VISITWallonia". § 2. Artikel 3, § 1, 6°, van het decreet van 12 februari 2004Relevante gevonden documenten type decreet prom. 12/02/2004 pub. 23/03/2004 numac 2004200759 bron ministerie van het waalse gewest Decreet betreffende de regeringscommissaris voor de aangelegenheden geregeld krachtens artikel 138 van de Grondwet type decreet prom. 12/02/2004 pub. 23/03/2004 numac 2004200762 bron ministerie van het waalse gewest Decreet betreffende de overheidsbestuurder voor de aangelegenheden geregeld krachtens artikel 138 van de Grondwet type decreet prom. 12/02/2004 pub. 22/03/2004 numac 2004200756 bron ministerie van het waalse gewest Decreet betreffende de Regeringscommissarissen sluiten betreffende de Regeringscommissaris en de controleopdrachten van de revisoren binnen de instellingen van openbaar nut voor de aangelegenheden geregeld krachtens artikel 138 van de Grondwet wordt opgeheven. § 3. Artikel 3, § 1, van het decreet van 12 februari 2004Relevante gevonden documenten type decreet prom. 12/02/2004 pub. 23/03/2004 numac 2004200759 bron ministerie van het waalse gewest Decreet betreffende de regeringscommissaris voor de aangelegenheden geregeld krachtens artikel 138 van de Grondwet type decreet prom. 12/02/2004 pub. 23/03/2004 numac 2004200762 bron ministerie van het waalse gewest Decreet betreffende de overheidsbestuurder voor de aangelegenheden geregeld krachtens artikel 138 van de Grondwet type decreet prom. 12/02/2004 pub. 22/03/2004 numac 2004200756 bron ministerie van het waalse gewest Decreet betreffende de Regeringscommissarissen sluiten betreffende de Regeringscommissaris en de controleopdrachten van de revisoren binnen de instellingen van openbaar nut wordt aangevuld met de volgende woorden: "45° VISITWallonia". § 4. Iedere wettelijke, decretale of reglementaire bepaling, waarin wordt verwezen naar de in paragraa 1 bedoelde woorden moet worden gelezen als verwijzend naar de woorden waardoor zij worden vervangen. Afdeling 11 - Slotbepaling

Art. 41.Dit decreet treedt in werking op de datum die de Regering bepaalt.

Kondigen dit decreet af, bevelen dat het in het Belgisch Staatsblad zal worden bekendgemaakt.

Namen, 8 februari 2024.

De Minister-President, E. DI RUPO De Vice-Minister-President en Minister van Economie, Buitenlandse Handel, Onderzoek, Innovatie, Digitale Technologieën, Ruimtelijke Ordening, Landbouw, het "IFAPME", en de Vaardigheidscentra, W. BORSUS De Vice-Minister-President en Minister van Klimaat, Energie, Mobiliteit en Infrastructuren, Ph. HENRY De Vice-Minister-President en Minister van Tewerkstelling, Vorming, Gezondheid, Sociale Actie en Sociale Economie, Gelijke Kansen en Vrouwenrechten, Ch. MORREALE De Minister van Ambtenarenzaken, Informatica, Administratieve Vereenvoudiging, belast met Kinderbijslag, Toerisme, Erfgoed en Verkeersveiligheid, V. DE BUE De Minister van Huisvesting, Plaatselijke Besturen en Stedenbeleid, Ch. COLLIGNON De Minister van Begroting en Financiën, Luchthavens en Sportinfrastructuren, A. DOLIMONT De Minister van Leefmilieu, Natuur, Bossen, Landelijke Aangelegenheden en Dierenwelzijn, C. TELLIER _______ Nota (1) Zitting 2023-2024 Stukken van het Waalse Parlement 1557, (2023-2024) Nrs.1, 1bis tot 10.

Volledig verslag, plenaire vergadering van 7 februari 2024.

Bespreking.

Stemming.