7 SEPTEMBER 2023. - Decreet tot wijziging van het Wetboek van de met inkomstenbelastingen gelijkgestelde belastingen wat betreft de verkeersbelasting op autovoertuigen (1)

Het Waals Parlement heeft aangenomen en Wij, Waalse Regering, bekrachtigen hetgeen volgt:

Artikel 1.Artikel 97 van het Wetboek van de met inkomstenbelastingen gelijkgestelde belastingen, ingevoegd bij de wet van 1 juni 1992, laatst gewijzigd bij het decreet van 22 december 2021, wordt vervangen door wat volgt: "

Art. 97.De belasting is voor wegvoertuigen, al naar gelang het geval, verschuldigd vanwege: 1° het motorvermogen uitgedrukt in kilowatt, de CO2-emissies, de maximaal toegestane massa en de brandstof, of;2° het vermogen van de motor, uitgedrukt in fiscale pk's of in kilowatt. In afwijking van het eerste lid is de belasting verschuldigd voor kampeerwagens die onderworpen zijn aan een verkeersbelasting ingesteld krachtens artikel 10, § 4, die in het Waalse Gewest in gebruik worden genomen, met uitzondering van degenen die in hetzelfde Gewest in gebruik worden genomen door bedrijven, autonome overheidsbedrijven en verenigingen zonder winstoogmerk die leasingactiviteiten uitoefenen, bedoeld bij artikel 94, 1°, vanwege twee componenten: 1° de eerste op grond van het vermogen van de motor, uitgedrukt hetzij in fiscale pk's, hetzij in kilowatt; de tweede, "ecomalus" genoemd, naar gelang van de categorie CO2-emissies van het autovoertuig dat in gebruik wordt genomen. ».

Art. 2.Le Chapitre IV intitulé Montant de la taxe, comprenant les articles 97bis à 98, du même Code, est remplacé par ce qui suit : Hoofdstuk IV, met als opschrift "Bedrag van de belasting", dat de artikelen 97bis tot 98, van hetzelfde Wetboek, wordt vervangen door wat volgt: « Hoofdstuk IV - Bedrag van de belasting

Art. 98.§ 1. Voor de toepassing van dit hoofdstuk: 1° wordt verstaan onder: a) "CO2-emissies", de kooldioxide-emissies van het voertuig, vastgesteld volgens de procedure van de nieuwe Europese rijcyclus, de WLTP-cyclus genaamd, of, bij ontstentenis daarvan, de emissies vastgesteld volgens de wereldwijde geharmoniseerde testprocedure voor lichte voertuigen, de NEDC-cyclus genaamd. Als de CO2-emissies van het voertuig, uitgedrukt in gram per kilometer niet worden bepaald overeenkomstig het vorige lid, wordt verondersteld dat de CO2-emissies het resultaat zijn van de toepassing van onderstaande formule, naar beneden afgerond als dit resultaat een eenheid overschrijdt en geen geheel getal is: - voor de voertuigen die op benzine rijden : CO2-emissies = FC x 23,9; - voor de voertuigen die op diesel rijden : CO2-emissies = FC x 26,4; - voor de voertuigen die op vloeibaar petroleumgas rijden : CO2-emissies = FC x 17,0, waarbij FC = het gecombineerde of gemengde brandstofverbruik bij stadsverkeer en bij verkeer buiten de stad, per liter, per 100 km, zoals berekend overeenkomstig de Europese Richtlijn 80/1268/EEG van de Raad van 16 december 1980 betreffende de onderlinge aanpassing van de wetgevingen der Lid-Staten inzake het brandstofverbruik van motorvoertuigen.

Als de CO2-emissies van de voertuig, uitgedrukt in gram per kilometer, niet worden bepaald overeenkomstig de twee vorige leden, wordt verondersteld dat deze emissies als volgt kunnen worden bepaald:

Brandstof

CO2-emissies in g/km

Elektrisch of waterstof

0

Benzine

196

Diesel

205

Vloeibaar petroleumgas (LPG)

196

Aardgas onder druk (CNG)

196

Bio-ethanol

196

Benzine hybride + vloeibaar petroleumgas

196

Benzine hybride + aardgas

196

Benzine hybride + elektrisch of waterstof

196

Diesel hybride + vloeibaar petroleumgas

205

Diesel hybride + aardgas

205

Diesel hybride + elektrisch of waterstof

205

Vloeibaar petroleumgas hybride + elektrisch of waterstof

196

Aardgas onder druk hybride + elektrisch of waterstof

196

Andere

205

b) "kroostrijk gezin": gezin met minstens drie kinderen ten laste op de dag van de ingebruikstelling van het autovoertuig;c) "huishouden": groep van personen samengesteld uit verscheidene samenwonende personen, ongeacht of die personen al dan niet door verwantschap verbonden zijn, die, op de dag van de ingebruikneming van het autovoertuig, doorgaans dezelfde hoofdverblijfplaats hebben, in de zin van artikel 3 van de wet van 19 juli 1991 betreffende de bevolkingsregisters en de identiteitskaarten en tot wijziging van de wet van 8 augustus 1983 tot regeling van een Rijksregister van de natuurlijke personen, met uitzondering van de gevallen waarvoor blijkt uit andere daartoe voorgelegde officiële documenten dat de samenwoning tussen de leden van het gezin effectief is, hoewel zij niet of niet meer overeenstemt met de gegevens van het Rijksregister;d) "kinderen ten laste": de afstammelingen van een persoon en van zijn echtgenoot, zijn wettelijke samenwonende of zijn samenwonende die deel uitmaken van zijn gezin en die hij volledig of hoofdzakelijk ten laste heeft, alsook de andere kinderen die deel uitmaken van zijn gezin en die hij volledig of hoofdzakelijk ten laste heeft. Volgende kinderen worden verondersteld ten laste te zijn op de dag van de ingebruikneming van het autovoertuig, behalve tegenbewijs te leveren door de Waalse Overheidsdienst Financiën: - de kinderen die in het bevolkingsregister, het vreemdelingenregister of het Rijksregister van de natuurlijke personen als lid van het gezin zijn ingeschreven op de dag van de ingebruikneming van het autovoertuig; - de begunstigde afstammelingen en kinderen waarvoor één van de gezinsleden, samenwonend met deze afstammelingen en kinderen, aanspraak kan maken op kinderbijslag of op gewaarborgde gezinsbijslag, op de dag van ingebruikstelling van het autovoertuig.

De afstammelingen van een persoon en van zijn echtgenoot, zijn wettelijke samenwonende of zijn samenwonende die deel uitmaken van zijn gezin en die op de dag van de ingebruikneming van het autovoertuig de leeftijd van 21 of van 25 jaar niet bereikt hebben, alsook de andere kinderen die deel uitmaken van zijn gezin en die op de dag van de ingebruikneming van het autovoertuig de leeftijd van 21 of 25 jaar niet hebben bereikt, kunnen ook als "kinderen ten laste" worden beschouwd door de Waalse Regering; 2° in afwijking van 1°, c) en d), wordt een afstammeling in geval van gezamenlijk ouderlijk gezag met gelijke huisvesting geacht een "kind ten laste" te zijn van de twee ascendenten die het gezamenlijk ouderlijk gezag uitoefenen en wordt hij geacht deel uit te maken van hun respectieve "huishouden". Het bestaan van het gezamenlijk ouderlijk gezag en de gelijkmatige huisvesting dienen door belanghebbende aangetoond te worden: a) hetzij op grond van een uiterlijk op de dag van de ingebruikneming van het autovoertuig geregistreerde of door een rechter gehomologeerde overeenkomst waarin uitdrukkelijk is vermeld dat de huisvesting van die kinderen gelijkmatig is verdeeld over beide belastingplichtigen;b) hetzij op grond van een uiterlijk op de dag van de ingebruikneming van het autovoertuig uitgesproken rechterlijke beslissing waarin uitdrukkelijk is vermeld dat de huisvesting van die kinderen gelijkmatig is verdeeld over beide belastingplichtigen;c) hetzij op grond van een overeenkomst, tot stand gekomen ten gevolge van een vrijwillige gezinsbemiddeling gevoerd door een bemiddelaar erkend door de Commissie bedoeld in artikel 1727 van het Gerechtelijk Wetboek uiterlijk op de dag van de ingebruikneming van het autovoertuig waarin uitdrukkelijk is vermeld dat de huisvesting van die kinderen gelijkmatig is verdeeld over beide belastingplichtigen. § 2. De belasting wordt vastgesteld als volgt: A. Voertuigen, voertuigen voor dubbel gebruik en minibussen Voor de voertuigen, voertuigen voor dubbel gebruik en minibussen die in het Waalse Gewest in gebruik worden genomen, met uitzondering van degenen die in hetzelfde Gewest in gebruik worden genomen door maatschappijen, autonome overheidsbedrijven en verenigingen zonder winstgevend doel met leasingactiviteiten, bedoeld bij artikel 1, 94°, in deze afdeling "voertuigen" genoemd, wordt de belasting vastgesteld volgens de volgende formule: TMC = MB * (CO2)/x * M/y * C 2° de elementen van de formule bedoeld in 1° worden vastgesteld als volgt: a) MB = basisbedrag vastgesteld op basis van het motorvermogen uitgedrukt in kilowatt volgens de volgende schaal:

Aantal kilowatt

Basisbedrag in euro

Van 0 tot 70

61,50

Van 71 tot 85

123,00

Van 86 tot 100

495,00

Van 101 tot 110

867,00

Van 111 tot 120

1 239,00

Van 121 tot 155

2 478,00

Boven 155

4 957,00

Het basisbedrag is gekoppeld aan het indexcijfer der consumptieprijzen van het Rijk.De bedragen worden elk jaar op 1 juli aangepast aan de veranderingen in de algemene consumentenprijsindex tussen mei van het voorgaande jaar en mei van het lopende jaar. b) (CO2)/x = CO2-emissiecoëfficiënt vastgesteld op basis van de verhouding tussen de CO2-emissies van het voertuig, uitgedrukt in gram per kilometer, en een CO2-emissiecoëfficiënt vastgesteld op: - honderdvijftien wanneer de CO2-emissies van het voertuig zijn vastgesteld volgens de wereldwijde geharmoniseerde testprocedure voor lichte voertuigen, de NEDC-cyclus genaamd; - honderdzesendertig wanneer de CO2-emissies van het voertuig zijn vastgesteld volgens de procedure van de nieuwe Europese rijcyclus, de WLTP-cyclus genaamd.

Voor voertuigen die uitsluitend op elektriciteit of waterstof rijden, wordt de CO2-emissiecoëfficiënt uniform vastgesteld op één. c) M/y = massacoëfficiënt vastgesteld op basis van de verhouding tussen de maximaal toegestane massa van het voertuig, uitgedrukt in kilogram, en een massacoëfficiënt vastgesteld op duizend achthonderd achtendertig kilogram. d) C = brandstofcoëfficiënt vastgesteld volgens de volgende tabel:

Brandstof

Coëfficiënt

Elektrisch of waterstof met een motorvermogen uitgedrukt in kilowatt lager dan of gelijk aan 120 kW

0,09

Elektrisch of waterstof met een motorvermogen uitgedrukt in kilowatt hoger dan 120 kW en lager dan of gelijk aan 160 kW

0,18

Elektrisch of waterstof met een motorvermogen uitgedrukt in kilowatt hoger dan 160 kW

0,26

Benzine

1,0

Diesel

1,0

Vloeibaar petroleumgas (LPG)

1,0

Aardgas onder druk (CNG)

1,0

Bio-ethanol

1,0

Benzine hybride + vloeibaar petroleumgas

0,8

Benzine hybride + aardgas onder druk

0,8

Benzine hybride + elektrisch of waterstof

0,8

Benzine diesel + vloeibaar petroleumgas

0,8

Benzine diesel + aardgas

0,8

Diesel hybride + elektrisch of waterstof

0,8

Vloeibaar petroleumgas hybride + elektrisch of waterstof

0,8

Aardgas onder druk + elektrisch of waterstof

0,8

Andere

1,0

3° wanneer de belastingplichtige deel uitmaakt van een groot gezin in de zin van paragraaf 1, wordt het bedrag van de belasting berekend overeenkomstig 1° verminderd met 100 euro wanneer de maximaal toegestane massa van het voertuig meer dan 1.838 kilogram en minder dan 2.750 kilogram bedraagt.

De in het eerste lid bedoelde vermindering wordt slechts toegekend voor één voertuig per huishouden.

De Waalse Regering kan de voorwaarden bepalen voor de toepassing van de voorgaande leden, waarvan het voordeel automatisch of op verzoek van de betrokkene wordt toegekend; 4° in afwijking van 1° is het bedrag van de belasting gelijk aan 0,00 euro voor het voertuig onderworpen aan een forfaitaire verkeersbelasting van 100 euro in toepassing van artikel 10, § 3. B. Motorfietsen Voor motorfietsen, met uitzondering van degenen die in hetzelfde Gewest in gebruik worden genomen door vennootschappen, autonome overheidsbedrijven en verenigingen zonder winstoogmerk die leasingactiviteiten uitoefenen, bedoeld bij artikel 94, 1°, wordt de belasting vastgesteld volgens de volgende schaal:

Aantal fiscale pk

Aantal kilowatt

Bedrag van de belasting in euro

Van 0 tot 8

Van 0 tot 70

61,50

9 en 10

Van 71 tot 85

123,00

11

Van 86 tot 100

495,00

Van 12 tot 14

Van 101 tot 110

867,00

15

Van 111 tot 120

1.239,00

16 en 17

Van 121 tot 155

2.478,00

Hoger dan 17

Hoger dan 155

4.957,00

Wanneer het vermogen van eenzelfde motor, uitgedrukt in fiscale pk's en in kilowatt, aanleiding geeft tot de inning van een belasting van een ander bedrag, wordt de belasting vastgesteld op het hoogste bedrag.

In afwijking van in het eerste lid bedoelde tabel is het bedrag van de belasting gelijk aan: 1° 0,00 euro voor het voertuig onderworpen aan een forfaitair verkeersbelasting van 100 euro overeenkomstig artikel 10, § 3;2° 50,00 euro voor het voertuig dat uitsluitend op elektriciteit of waterstof rijdt. C. Kampeerwagens o Pour les autocaravanes soumises à une taxe de circulation établie en application de l'article 10, § 4, à l'exception de celles mises en usage dans la même Région par des sociétés, des entreprises publiques autonomes et des associations sans buts lucratif ayant des activités de leasing, visées par l'article 94, 1°, le montant de la taxe est formé par le montant total des deux composantes énumérées à l'article 97, alinéa 2 : Voor kampeerwagens die onderworpen zijn aan een verkeersbelasting ingesteld krachtens artikel 10, § 4, met uitzondering van degenen die in hetzelfde Gewest in gebruik worden genomen door bedrijven, autonome overheidsbedrijven en verenigingen zonder winstoogmerk die leasingactiviteiten uitoefenen, bedoeld bij artikel 94, 1°, bestaat het bedrag van de belasting uit het totaalbedrag van de twee bestanddelen genoemd in artikel 97, tweede lid: 1° het eerste bestanddeel is de belasting die wordt vastgesteld volgens de volgende schaal:

Aantal fiscale pk

Aantal kilowatt

Bedrag van de belasting in euro

Van 0 tot 10

Van 0 tot 85

50,00

11

Van 86 tot 100

173,00

Van 12 tot 14

Van 101 tot 110

303,00

15

Van 111 tot 120

434,00

16 en 17

Van 121 tot 155

867,00

Hoger dan 17

Hoger dan 155

1.735,00

Wanneer het vermogen van eenzelfde motor, uitgedrukt in fiscale pk's en in kilowatt, aanleiding geeft tot de inning van een belasting van een ander bedrag, wordt de belasting vastgesteld op het hoogste bedrag.

In afwijking van de vorige leden, is het bedrag van de belasting gelijk aan: a) 0,00 euro voor het voertuig onderworpen aan een forfaitair verkeersbelasting van 100 euro overeenkomstig artikel 10, § 3;b) 50,00 euro pour het voertuig dat uitsluitend op elektriciteit of waterstof rijdt;2° het tweede bestanddeel vormt de eco-malus en wordt vastgesteld volgens de volgende schaal:

CO2-emissies

CO2-categorie

Bedrag van de eco-malus in euro

van 0 tot 145

1

0,00

van 146 tot 155

2

35,00

van 156 tot 165

3

61,00

van 166 tot 175

4

88,00

van 176 tot 185

5

131,00

van 186 tot 195

6

175,00

van 196 tot 205

7

210,00

van 206 tot 215

8

245,00

van 216 tot 225

9

350,00

van 226 tot 235

10

420,00

van 236 tot 245

11

525,00

van 246 tot 255

12

700,00

vanaf 256

13

875,00

Voor de toepassing van het eerste lid wordt het bedrag van de eco-malus vastgesteld op het cijfer voor de CO2-categorie van het betrokken voertuig: a) verminderd met 1 als de rechthebbende drie kinderen ten laste heeft in de zin van paragraaf 1, of met 2 als de rechthebbende minstens vier kinderen ten laste heeft in de zin van paragraaf 1, op de datum van ingebruikneming van het voertuig;b) verminderd met 1 voor het voertuig dat op de datum van ingebruikneming van het voertuig is ingeschreven in een voertuigregistratielijst met vloeibaar petroleumgas als brandstof of energiebron. Het in het tweede lid bedoeld voordeel wordt automatisch of op verzoek van de betrokkene toegekend.

In afwijking van de tabel in het eerste lid, is het bedrag van de eco-malus gelijk aan 0,00 euro: a) voor de voertuigen die sinds meer dan dertig jaar in het verkeer zijn gesteld en die ingeschreven zijn onder een van de kentekenplaten bedoeld in artikel 4, § 2, van het ministerieel besluit van 23 juli 2001Relevante gevonden documenten type ministerieel besluit prom. 23/07/2001 pub. 08/08/2001 numac 2001014154 bron ministerie van verkeer en infrastructuur Ministerieel besluit betreffende de inschrijving van voertuigen sluiten betreffende de inschrijving van voertuigen, b) voor de voertuigen waarvan de motor geheel of gedeeltelijk door aardgas onder druk aangedreven wordt;a) voor de voertuigen onderworpen aan een forfaitair verkeersbelasting van 100 euro overeenkomstig artikel 10, § 3. D. Luchtvaartuigen zoals omschreven in artikel 94. De belasting wordt vastgesteld op: 1° 0,00 euro voor de op afstand bestuurde luchtvaartuigen bedoeld in artikel 1, eerste lid, 4° en 5°, van het koninklijk besluit van 10 april 2016Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 10/04/2016 pub. 15/04/2016 numac 2016014116 bron federale overheidsdienst mobiliteit en vervoer Koninklijk besluit met betrekking tot het gebruik van op afstand bestuurde luchtvaartuigen in het Belgisch luchtruim sluiten met betrekking tot het gebruik van op afstand bestuurde luchtvaartuigen in het Belgisch luchtruim met uitzondering van de op afstand bestuurde luchtvaartuigen die geacht zijn, in het verkeer te worden gebracht door vennootschappen, autonome overheidsbedrijven of verenigingen zonder winstoogmerk die leasingsactiviteiten uitoefenen;2° 61,50 euro voor de paramotoren bedoeld in artikel 1 van het koninklijk besluit van 10 juni 2014Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 10/06/2014 pub. 09/07/2014 numac 2014014338 bron federale overheidsdienst mobiliteit en vervoer Koninklijk besluit tot vaststelling van de bijzondere voorwaarden opgelegd voor de toelating tot het luchtverkeer van paramotoren sluiten tot vaststelling van de bijzondere voorwaarden opgelegd voor de toelating tot het luchtverkeer van paramotoren;3° 619,00 euro voor de ultralichte motoraangedreven luchtvaartuigen; 4° 2.478,00 euro voor alle andere luchtvaartuigen.

E. boten zoals omschreven in artikel 94 De belasting wordt vastgesteld op 2.478,00 euro voor boten. § 3. De in paragraaf 2 vastgestelde belasting wordt als volgt gemoduleerd: 1° het basisbedrag bedoeld in paragraaf 2, A, 2°, a): a) wordt verminderd tot 90 p.c., 80 p.c., 70 p.c., 60 p.c., 55 p.c., 50 p.c., 45 p.c., 40 p.c., 35 p.c., 30 p.c., 25 p.c., 20 p.c., 15 p.c. of 10 p.c. van haar bedrag voor de voertuigen die vóór hun definitieve invoer voor het eerst ofwel in het binnenland, ofwel in het buitenland ingeschreven zijn geweest gedurende respectievelijk 1 en minder dan 2 jaar, tussen 2 en minder dan 3 jaar, tussen 3 en minder dan 4 jaar, tussen 4 en minder dan 5 jaar, 5 jaar tot minder dan 6 jaar, 6 jaar tot minder dan 7 jaar, 7 jaar tot minder dan 8 jaar, 8 jaar tot minder dan 9 jaar, 9 jaar tot minder dan 10 jaar, 10 jaar tot minder dan 11 jaar, 11 jaar tot minder dan 12 jaar, 12 jaar tot minder dan 13 jaar, 13 jaar tot minder dan 14 jaar, 14 jaar tot minder dan 15 jaar.

Na verlaging kan het basisbedrag nooit minder zijn dan 61,50 euro; b) is uniform vastgesteld op 61,50 euro voor voertuigen die 15 jaar of langer geleden voor het eerst in het land of in het buitenland werden geregistreerd voordat ze definitief werden ingevoerd. De in het tweede lid, A, vastgestelde belasting kan nooit minder dan 50,00 euro of meer dan 9.000,00 euro bedragen; 2° de in paragraaf 2, B en C vastgestelde belasting: a) wordt verlaagd tot 90 p.c., 80 p.c., 70 p.c., 60 p.c., 55 p.c., 50 p.c., 45 p.c., 40 p.c., 35 p.c., 30 p.c., 25 p.c., 20 p.c., 15 p.c. of 10 p.c. van haar bedrag voor de voertuigen die vóór hun definitieve invoer voor het eerst ofwel in het binnenland, ofwel in het buitenland ingeschreven zijn geweest gedurende respectievelijk 1 en minder dan 2 jaar, tussen 2 en minder dan 3 jaar, tussen 3 en minder dan 4 jaar, tussen 4 en minder dan 5 jaar, 5 jaar tot minder dan 6 jaar, 6 jaar tot minder dan 7 jaar, 7 jaar tot minder dan 8 jaar, 8 jaar tot minder dan 9 jaar, 9 jaar tot minder dan 10 jaar, 10 jaar tot minder dan 11 jaar, 11 jaar tot minder dan 12 jaar, 12 jaar tot minder dan 13 jaar, 13 jaar tot minder dan 14 jaar, 14 jaar tot minder dan 15 jaar; b) is uniform vastgesteld op 50,00 euro voor voertuigen die 15 jaar of langer geleden voor het eerst in het land of in het buitenland werden geregistreerd voordat ze definitief werden ingevoerd.c) kan nooit minder dan 50,00 euro bedragen; 3° de in paragraaf 2, D en E vastgestelde belasting: a) wordt verlaagd tot 90 p.c., 80 p.c., 70 p.c., 60 p.c., 50 p.c., 40 p.c., 30 p.c., 20 p.c. of 10 p.c. van haar bedrag voor de luchtvaartuigen en boten bedoeld in artikel 94, 2° en 3°, die vóór hun definitieve invoer voor het eerst ofwel in het binnenland ofwel in het buitenland ingeschreven zijn geweest of waarvan de eerste vlaggenbrief afgeleverd is geweest gedurende respectievelijk tussen 1 en minder dan 2 jaar, tussen 2 en minder dan 3 jaar, tussen 3 en minder dan 4 jaar, tussen 4 en minder dan 5 jaar, 5 jaar tot minder dan 6 jaar, 6 jaar tot minder dan 7 jaar, 7 jaar tot minder dan 8 jaar, 8 jaar tot minder dan 9 jaar, 9 jaar tot minder dan 10 jaar; b) is uniform vastgesteld op 61,50 euro voor de voertuigen die 10 jaar of langer geleden voor het eerst in het land of in het buitenland werden geregistreerd voordat ze definitief werden ingevoerd. § 4. De Waalse Regering is gemachtigd om de bedragen van de belasting te wijzigen.

Zij zal een ontwerpdecreet ter bevestiging van het aldus genomen besluit aan het Waals Parlement voorleggen, onmiddellijk indien hij zitting houdt, zo niet bij de opening van zijn eerstvolgende vergadering. § 5. De Regering kan de modaliteiten voor de toepassing van dit artikel bepalen. ».

Art. 3.Dit decreet treedt in werking op 1 juli 2025 en is alleen van toepassing op voertuigen die vanaf de inwerkingtreding ervan zijn geregistreerd.

Kondigen dit decreet af, bevelen dat het in het Belgisch Staatsblad zal worden bekendgemaakt.

Namen, 7 september 2023.

De Minister-President, E. DI RUPO De Vice-Minister-President en Minister van Economie, Buitenlandse Handel, Onderzoek, Innovatie, Digitale Technologieën, Ruimtelijke Ordening, Landbouw, het "IFAPME", en de Vaardigheidscentra, W. BORSUS De Vice-Minister-President en Minister van Klimaat, Energie, Mobiliteit en Infrastructuren, Ph. HENRY De Vice-Minister-President en Minister van Werk, Vorming, Gezondheid, Sociale Actie en Sociale Economie, Gelijke Kansen en Vrouwenrechten, Ch. MORREALE De Minister van Ambtenarenzaken, Informatica, Administratieve Vereenvoudiging, belast met Kinderbijslag, Toerisme, Erfgoed en Verkeersveiligheid, V. DE BUE De Minister van Huisvesting, de Plaatselijke Besturen en het Stedenbeleid, Ch. COLLIGNON De Minister van Begroting en Financiën, Luchthavens en Sportinfrastructuren, A. DOLIMONT De Minister van Leefmilieu, Natuur, Bossen en Landelijke Aangelegenheden, C. TELLIER _______ Nota (1) Zitting 2022-2023: Stukken van het Waalse Parlement, 1403 (2022-2023) Nrs.1 tot 5.

Volledig verslag, plenaire vergadering van 6 september 2023.

Bespreking.

Stemming.